1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste...

181

Transcript of 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste...

Page 1: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1
Page 2: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

2 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Stichting ROC van Amsterdam

Bezoekadres Fraijlemaborg 141

1102 CV Amsterdam

Postadres Postbus 2584

1000 CN Amsterdam

Telefoon 020 - 579 1000

Internet http://www.rocva.nl

E-mail [email protected]

Kamer van Koophandel Amsterdam 41216421

Stichting ROC van Flevoland Bezoekadres Straat van Florida 1

1334 PA Almere

Postadres Postbus 30131

1303 AC Almere

Telefoon 036 - 549 5900

Internet http://www.rocvf.nl

E-mail [email protected]

Kamer van Koophandel Lelystad 41246945

Page 3: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

Inhoud

Inleiding .............................................................................................................. 5

Bestuursverslag .................................................................................................. 6

1 Bestuur en organisatie ............................................................................... 7

1.1 Koers ..................................................................................................... 7

1.2 Organisatiestructuur .............................................................................. 9

1.3 Governance ......................................................................................... 10

1.4 Medezeggenschap .............................................................................. 13

1.5 Raad van Bestuur ................................................................................ 15

1.6 Raad van Toezicht ............................................................................... 16

2 Onderwijs mbo ......................................................................................... 18

2.1 Aantal studenten.................................................................................. 18

2.2 Studiesucces ....................................................................................... 20

2.3 Tevredenheid studenten en bedrijven ................................................. 23

2.4 Wind in de zeilen ................................................................................. 24

2.5 Onderwijsontwikkeling ......................................................................... 26

2.6 Begeleiding .......................................................................................... 30

2.7 Passend Onderwijs .............................................................................. 33

2.8 Beroepskolom...................................................................................... 34

2.9 Toezicht op kwaliteit ............................................................................ 36

3 Onderwijs vo ............................................................................................ 39

3.1 Onderwijsprestaties ............................................................................. 39

3.2 Onderwijsontwikkeling ......................................................................... 41

3.3 Kwaliteit van het onderwijs .................................................................. 42

4 Onderwijs aan volwassenen .................................................................... 43

4.1 Vavo .................................................................................................... 43

4.2 Educatie .............................................................................................. 45

5 Personeel ............................................................................................... 47

5.1 Personele bezetting ............................................................................ 47

5.2 In, door- en uitstroom .......................................................................... 51

5.3 Professionalisering .............................................................................. 52

5.4 Welzijn medewerkers .......................................................................... 54

6 Bedrijfsvoering ......................................................................................... 56

6.1 Huisvesting .......................................................................................... 56

6.2 Veiligheid ............................................................................................. 57

6.3 Duurzaamheid ..................................................................................... 58

6.4 Dienstverlening ................................................................................... 60

7 Financiën ................................................................................................. 61

7.1 Ontwikkeling en beleid ........................................................................ 61

7.2 Continuïteitsparagraaf ......................................................................... 70

7.2 Risicobeheersing ................................................................................. 78

7.3 Compliance ......................................................................................... 81

Bijlagen ............................................................................................................ 85

Bijlage 1 Gebruikte afkortingen ................................................................. 86

Bijlage 2 Organogrammen ........................................................................ 87

Bijlage 3 Overzicht van mbo-colleges en vo-scholen ................................ 88

Bijlage 4 Leden Raad van Bestuur ............................................................ 90

Bijlage 5 Leden Raad van Toezicht ........................................................... 91

Bijlage 6 Aantallen en prestaties per mbo-college .................................... 93

Bijlage 7 Overzicht RIF-aanvragen ........................................................... 95

Bijlage 8 Helderheid .................................................................................. 97

Jaarrekening ROCvA .................................................................................... 100

Jaarrekening ROCvF ..................................................................................... 151

Page 4: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Beste lezer,

Voor u ligt het Jaarverslag 2016 van het ROC van Amsterdam (ROCvA)1 en het

ROC van Flevoland (ROCvF) alsmede het Voortgezet Onderwijs van Amsterdam

(VOvA)2. Met dit document verantwoorden de stichtingen zich over het gevoerde

beleid, de bereikte resultaten en de besteding van de aan hun toevertrouwde

middelen.

Het ROCvA en ROCvF hebben ervoor gekozen één bestuursverslag te schrijven,

omdat de structurele samenwerking leidt tot één inhoudelijk verhaal. De

resultaten van beide roc’s3 worden steeds gescheiden weergegeven. Ook zijn

twee afzonderlijke jaarrekeningen opgenomen.

Hoofdstuk 1 van het bestuursverslag behandelt alle bestuurlijke zaken. Hierin

worden de ambitie en strategie toegelicht, wordt de inrichting van de organisatie

besproken en komen zaken aan de orde als medezeggenschap van

medewerkers en studenten. Ook zijn in dit hoofdstuk opgenomen de verslagen

van de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht.

In de hoofdstukken 2, 3 en 4 wordt het onderwijs beschreven, respectievelijk

mbo4, vo5 en volwassenenonderwijs. Er wordt aandacht besteed aan prestaties,

onderwijsontwikkeling, samenwerking en kwaliteit. In het hoofdstuk over het mbo

is een aparte paragraaf opgenomen over passend onderwijs.

Hoofdstuk 5 is gewijd aan personele zaken, zoals personele bezetting,

professionalisering en de tevredenheid van de medewerkers.

Hoofdstuk 6 gaat in op de bedrijfsvoering, met de onderwerpen huisvesting, ICT

en duurzaamheid.

1 Voor een verklaring van gebruikte afkortingen, zie bijlage 1. 2 Het VOvA maakt conform de wetgeving voor vo-scholen een eigen jaarverslag; in dit document worden slechts de hoofdlijnen weergegeven.

Hoofdstuk 7 behelst het financiële verslag, met daarin opgenomen de

continuïteitsparagraaf, risicobeheersing en compliance.

Het Jaarverslag 2016 sluit af met de jaarrekeningen 2016 van het ROCvA en het

ROCvF.

Separaat wordt uitgebracht een jaarmagazine, waarin de elementen uit het

jaarverslag worden geïllustreerd met verhalen van studenten en medewerkers

over hun bijdrage aan de kwaliteitssprong. Het jaarmagazine is, net als dit

jaarverslag, te vinden op www.rocva.nl en op www.rocvf.nl.

3 Roc: regionaal opleidingscentrum. 4 Mbo: middelbaar beroepsonderwijs. 5 Vo: voortgezet onderwijs.

Page 5: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

5 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Inleiding

2016 was een geweldig jaar

Als onderwijsorganisatie hebben wij een uitstekend jaar achter de rug. Een

uitzonderlijk moment was dat de Inspectie van het Onderwijs het ROC van

Amsterdam heeft beoordeeld als goed. Dit betekent dat de Inspectie heeft

geconstateerd dat we een stabiele organisatie zijn die voldoende zicht heeft op

de onderwijskwaliteit en financieel gezond is. Het ROC van Flevoland kreeg het

oordeel voldoende. Vanzelfsprekend is dit alles is te danken aan de inspanningen

van iedere collega in onze organisatie. Voor ons het bewijs dat de koers die we

de afgelopen jaren met elkaar gekozen hebben de juiste is.

2016 was het jaar waarin de meerjarenstrategie vorm kreeg in de teams. Niet

alleen in de onderwijsteams, maar ook in teams van managers, serviceverleners

en groepjes studenten. Bestaande teams, maar ook nieuwe teams die

ontstonden door de beweging die wij met z'n allen hebben ingezet. De prestaties

en ontwikkelingen van onze studenten staan hierin centraal, versterkt door het

kompas van ons onderwijsbeleid: de strategische doelen, de kernwaarden van

onze organisatie en de eigen verantwoordelijk daarin. Het doel? Een superschool

voor ieder team in 2020.

In het kader daarvan werden veel mooie projecten opgezet. Nieuwe

onderwijsconcepten ontstonden, waaronder de start van het practoraat Creatief

Vakmanschap. Een prachtig voorbeeld van de nauwe samenwerking tussen het

ROC van Amsterdam en het ROC van Flevoland is de kennisdeling tussen MBO

College Airport en MBO College Lelystad om studenten in verschillende

opleidingen alvast klaar te stomen voor de naderende komst van luchthaven

Lelystad.

Afgelopen jaar werd ook de samenwerking met het bedrijfsleven geïntensiveerd.

In verschillende sectoren zijn publiek-private samenwerkingen, ieder op hun

eigen wijze, verder vormgegeven. Het opleidingscentrum NexTechnician

Mobiliteitstechniek is hier een voorbeeld van. Het doel: een blijvend betere

aansluiting tussen de opleidingen en de arbeidsmarkt in deze sector.

Uit het onlangs uitgevoerde medewerkersonderzoek blijkt dat onze collega’s zich

graag willen inzetten om ons onderwijs nog beter te maken. Geweldig om te zien

dat we hier met z’n allen aan bij willen dragen. In dit jaarverslag geven we een

overzicht van wat in 2016 is gerealiseerd. Daarnaast brengen we een

jaarmagazine uit waarin onze mbo-colleges vertellen over mooie projecten en

komen oud-studenten aan het woord over waar zij na hun studie terecht zijn

gekomen.

Ik wens je veel leesplezier toe!

Edo de Jaeger

Voorzitter Raad van Bestuur

ROC van Amsterdam - ROC van Flevoland

Page 6: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

6 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bestuursverslag

Page 7: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

7 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

1 Bestuur en organisatie

1.1 Koers

Missie

De missie van het ROCvA en ROCvF luidt: “Ik investeer in mensen om een brug

te slaan naar werk, vervolgopleiding en samenleving.”

De missie is in de ik-vorm geformuleerd om het belang van de betrokkenheid van

iedere medewerker te benadrukken. Samenwerkend in teams, met een grote

mate van zelfstandigheid, vormen de medewerkers de spil in het bereiken van

een hoge kwaliteit van het onderwijs. Daarbij gaat het niet alleen om het aanleren

van een vak, maar ook om de ontwikkeling van de student als burger en als

persoon. Op deze gedachte is de visie geënt: “Wij verzorgen onderwijs dat je

uitdaagt je te ontwikkelen tot gewaardeerd vakman, actief burger en succesvol

student.”

Ambitie

De ambitie van het ROCvA en ROCvF wordt verwoord in de meerjarenstrategie

2016-2020: het team als superschool. Deze slogan is het antwoord dat studenten

gaven op de vraag wat hun idee was over de ambitie voor 2020: “Elk team zou

voor zijn studenten een superschool moeten zijn.” Wat dat betekent, een

superschool zijn, werd besproken op een bijeenkomst met 130 studenten en 317

medewerkers in november 2015 en vervolgens in een bijeenkomst met 100

vertegenwoordigers van bedrijven en instellingen.

Centraal staan vanzelfsprekend de prestaties en de ontwikkeling van elke

student. Uit de gesprekken kwamen vier thema’s naar boven die daarbij van

belang zijn:

een heldere organisatie en structuur;

maatwerk;

de school als lerende en sociale omgeving;

leren in en met de beroepspraktijk.

Page 8: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

8 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Deze koers wordt gedragen door de teams zelf. Ieder team heeft ruimte nodig

om samen met studenten, bedrijven, ouders en vervolgonderwijs invulling te

geven aan zijn eigen superschool. In beeld ziet de meerjarenstrategie er als volgt

uit:

Het team wordt gesymboliseerd door een zeilboot. Het heeft de ruimte om zijn

eigen bestemming te kiezen en vanuit zijn eigen onderwijsvisie zijn koers te

bepalen. Gezamenlijk werkt de vloot teambootjes aan toekomstbestendig

beroepsonderwijs dat de student centraal stelt.

De bakens bij het varen van de nieuwe koers zijn niet veranderd ten opzichte van

vorig jaar. In het zeil van het bootje is de driehoek te herkennen uit de vorige

meerjarenstrategie.

In de bovenste punt staan: presteren, profileren, professionaliseren en

positioneren. Presteren duidt op het behalen van goede resultaten, zoals een

hoog rendement, weinig uitval en een hoge tevredenheid van studenten,

bedrijven en medewerkers. Professionaliseren duidt op de lerende houding van

alle medewerkers, zichtbaar in het systematisch werken aan verbetering.

Profileren duidt op het aanbod van opleidingen en positioneren doen we door ons

te organiseren in klein binnen groot.

De basis van het zeil wordt gevormd door de waarden van waaruit we werken.

Links staan de kernwaarden, die aangeven waar wij als organisatie voor staan.

Rechts staan de begrippen eigenaarschap en betrokkenheid; twee elementen die

van groot belang zijn voor zowel succes als plezier in het werk.

Het varen van deze koers vraagt om een open houding van ons allemaal. We

zoeken naar manieren om dingen mogelijk te maken. Een paar voorbeelden:

De vraagstukken van het onderwijs staan centraal.

Onze deuren staan open. Studenten, bedrijven, instellingen en

bestuurders worden uitgenodigd binnen te komen en mee te denken.

We erkennen en maken ruimte voor verschillen. Er is niet één maat die

iedereen past. Maatregelen en systemen ondersteunen zo veel mogelijk

in deze diversiteit.

We hebben een open blik naar de toekomst. De dialoog waarin iedereen

zonder (voor)oordeel meepraat en luistert, helpt om duidelijk te krijgen

wat we echt willen. Hieruit ontstaat een ambitie waar we echt ja tegen

zeggen.

We benutten de kwaliteiten van alle medewerkers. Iedereen heeft de

ruimte om invloed uit te oefenen vanuit zijn expertise.

Page 9: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

9 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

1.2 Organisatiestructuur

Twee roc’s onder één koepel

In 2009 hebben het ROCvA en het ROCvF besloten hun krachten te bundelen

en is de Koepelstichting ROCvA-ROCvF opgericht. De Koepelstichting voorziet

in een structurele samenwerking van beide stichtingen met als doel: leren van

elkaar en borgen van de kwaliteit. De samenwerking vindt plaats binnen de

daaraan door de wet gestelde eisen en beperkingen.

De Koepelstichting is de civielrechtelijk bestuurder van de beide

onderwijsinstellingen. De Koepelstichting kent twee bestuursorganen: de Raad

van Bestuur en de Raad van Toezicht.

Het ROCvA en ROCvF hebben beide een eigen College van Bestuur6, dat als

bevoegd gezag belast is met de wettelijke taken en bevoegdheden opgenomen

in de WEB7. Dit houdt in dat de instellingen zelf de kern van de door

6 Voor een organogram van beide roc’s, zie bijlage 2. 7 WEB: Wet Educatie en Beroepsonderwijs.

hen aangeboden opleidingen verzorgen en zelfstandig verantwoording afleggen

over de kwaliteit van het onderwijs aan de Raad van Toezicht en de minister van

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). De bekostiging die toegekend wordt

voor het verzorgen van het onderwijs, blijft binnen de betreffende instelling en

wordt gebruikt ter aanwending van het onderwijs en alle direct daarmee verband

houdende kosten.

Zowel het ROCvA als het ROCvF verzorgen middelbaar beroepsonderwijs, dat

is ondergebracht in totaal elf mbo-colleges. De mbo-colleges van het ROCvA zijn

gesitueerd in Amsterdam, Amstelveen, Hoofddorp en Hilversum. De mbo-

colleges van het ROCvF zijn gesitueerd in Almere en Lelystad. Daarnaast

verzorgen beide instellingen onderwijs voor volwassenen. Het ROCvA kent een

afdeling educatie en een school voor algemeen voortgezet

volwassenenonderwijs (vavo), het Joke Smit College. Het ROCvF heeft een

afdeling educatie.

Het ROCvA is de statutaire bestuurder van de Stichting Voortgezet Onderwijs

van Amsterdam (VOvA). Het VOvA kent twaalf vo-scholen8, waaronder één

school voor speciaal onderwijs. De scholen zijn gesitueerd in Amsterdam.

Per 1 januari 2015 hebben het ROCvA en ROCvF een strategische

samenwerkingsovereenkomst gesloten waarin opgenomen is dat de

medewerkers van de centrale diensten formeel in dienst van het ROCvA zijn. Het

ROCvF huurt de diensten in.

Klein binnen groot

Het uitgangspunt bij het organiseren van het onderwijs is klein binnen groot. De

mbo-colleges hebben een eigen portfolio, gericht op een specifieke sector en/of

regio. Een mbo-college heeft een Studentenraad en een Onderdelencommissie

van de Ondernemingsraad. De leden daarvan zijn vertegenwoordigd in

respectievelijk de Centrale Studentenraad en de Ondernemingsraad.

De kleinste maat is echter niet het mbo-college maar het onderwijsteam. De

meerjarenstrategie stuurt op het team als superschool. De onderwijsteams

8 Voor een overzicht van vo-scholen en mbo-colleges, zie bijlage 3.

Page 10: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

10 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

verzorgen de opleidingen. Zij hebben een eigen, herkenbare plaats in het

gebouw, waar docenten en studenten elkaar kennen en zich thuis voelen. De

teams hanteren een eigen onderwijsconcept, passend bij de opleidingen die zij

aanbieden en de doelgroep die zij bedienen. Zij voeren hun eigen dialoog met

studenten en bedrijven. Elk team is vertegenwoordigd in de studentenraad en de

onderdelencommissie van het mbo-college.

Het vo-onderwijs en het vavo zijn op dezelfde manier ondergebracht in kleine

zelfstandige scholen. Ook de afdelingen educatie hebben een eigen identiteit.

De mate van succes van het organiseren van klein binnen groot wordt gemonitord

door het afnemen van tevredenheidsonderzoeken. De tevredenheid van zowel

medewerkers als studenten tonen een opwaartse trend en liggen momenteel

rond de 7. Voor meer informatie hierover, zie de betreffende paragrafen9.

Onderwijskundig overleg tussen onderwijsteams die opleidingen aanbieden in

dezelfde sector, vindt plaats in de domeinen. De domeinregisseur is tevens

voorzitter van een mbo-college. Belangrijke taken van de domeinen zijn het

afstemmen van innovatie en het vaststellen van examenplannen en

examenproducten.

9 Tevredenheid studenten pagina 21, tevredenheid medewerkers pagina 53.

1.3 Governance

Beleidscyclus

De beleidscyclus is ingericht als een jaarlijks cyclisch proces, wat leidt tot een

systematische verbetering van kwaliteit. Dit cyclische proces zien we in alle

organisatieonderdelen terug: mbo-colleges, vo-scholen teams, domeinen en

centrale diensten werken volgens deze systematiek. Ook individuele

medewerkers volgen een jaarcyclus met functionerings- en

beoordelingsgesprekken.

De beleidscyclus start met de kaderbrief en de begrotingsbrief. Vervolgens

maken de mbo-colleges en centrale diensten hun jaarplannen en gekoppeld

daaraan hun begroting. De jaarplannen van de mbo-colleges komen tot stand in

wisselwerking met die van de teams.

Drie maal per jaar worden de resultaten en ontwikkelingen besproken in de q-

gesprekken. De q staat voor quadrimester, een periode van vier maanden. Deze

gesprekken vinden plaats op drie niveaus:

Opleidingsmanagers verantwoorden aan de directie van het mbo-

college;

Directeuren van diensten en directies van mbo-colleges verantwoorden

aan de Raad van Bestuur;

De Raad van Bestuur verantwoordt aan de Raad van Toezicht.

De beleidscyclus eindigt met het opmaken van de staat van de instelling. Op alle

niveaus worden de resultaten van het afgelopen jaar geëvalueerd. Zo wordt de

verbinding gelegd tussen ‘waar willen wij heen’ (meerjarenstrategie), ‘wat gaan

wij doen’ (jaarplannen) en ‘waar staan wij’ (staat van de instelling).

In onderstaande afbeelding is afgebeeld hoe de beleidscyclus van een mbo-

college verbonden is met die van de Raad van Bestuur enerzijds en met die van

de teams anderzijds. Voor de andere organisatieonderdelen geldt hetzelfde

principe. Er loopt een lijn van boven naar beneden waarin kaders gesteld worden

Page 11: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

11 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

en er loopt een lijn van beneneden naar boven waarin verantwoord wordt. In het

gesprek worden verwachtingen, ambities en principes op elkaar afgestemd.

10 Http://onzeles.nl

Dialoog met studenten

De kracht van onze organisatie ligt in de dialoog met de student. Deze dialoog

vergroot het inzicht van de medewerkers en de betrokkenheid van de student.

De dialoog wordt gevoerd op vier niveaus.

Het bestuur spreekt met de Centrale Studentenraad. Voor een globaal

beeld van de tevredenheid zet het bestuur jaarlijks een vragenlijst uit.

Om de teams maximaal ruimte te geven voor hun eigen onderzoeken,

wordt deze vragenlijst met ingang van 2017 nog maar één maal per jaar

afgenomen. In overleg met studenten is de vragenlijst ingekort en de

vraagstelling verduidelijkt.

Het mbo-college heeft een eigen studentenraad. Daarnaast zien we in

toenemende mate dat mbo-colleges studenten uitnodigen om mee te

praten over onderwerpen. Een voorbeeld daarvan is het Talking Dinner,

waarin bedrijven, docenten en studenten met elkaar praten over leren

in de praktijk.

Het team overlegt met de klassenvertegenwoordigers. Daarnaast

betrekt het studenten bij allerhande zaken, zoals het uitproberen van

lesmateriaal en het evalueren van verloop van de examens. Het team

heeft de mogelijkheid zelf vragenlijsten uit te zetten via ROC Spiegel.

De docent spreekt met de klas. Allereerst heeft de docent behoefte aan

feedback op zijn les. Hiervoor worden diverse middelen ingezet, zoals

de app OnzeLes10 en de methodiek Hack je Les. We zien bij de centrale

studentenraad initiatieven om lesevaluatie te stimuleren.

Dialoog met stakeholders

In maart 2016 vond in de RAI Amsterdam een gesprek plaats met honderd

sleutelspelers van regionale bedrijven en instellingen. Doel van het gesprek was

samen te kijken naar de toekomst in het kader van de meerjarenstrategie 2016-

2020. In verschillende tafelsessies verkenden de deelnemers

gemeenschappelijke thema’s als ondernemerschap, duurzaamheid, innovatie,

leven lang leren, co-creatie, arbeidsmarktverhoudingen, leven lang leren,

internationalisering en vakmanschap. Merkbaar was dat veel mensen het

Page 12: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

12 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

waardeerden op deze wijze mee te kunnen denken over de toekomst van het

onderwijs. Een van de conclusies van het gesprek was dat het goed is om verder

te kijken dan 2020. Het is van belang om meer vanuit te toekomst leiding te geven

dan vanuit het verleden. We zullen onszelf moeten toestaan de disruptieve

ontwikkelingen te ontdekken: in de technologische ontwikkelingen, in de

arbeidsverhoudingen en in de samenleving. Beroepsonderwijs dat een adaptief

vermogen bij studenten ontwikkelt, bereidt hen voor op het leren, werken en leven

in de 21e eeuw.

Daarnaast werd gedurende het hele jaar op tal van onderwerpen de dialoog met

stakeholders gezocht. Om een paar onderwerpen te noemen: de opvang van

vluchtelingen, het voorkomen van schooluitval, het herzien van

onderwijsprogramma’s, het inrichten van publiek private samenwerking. Hierover

volgt een uitgebreid verslag in de hoofdstukken hierna.

Klachten

Het ROCvA en ROCvF stellen zich tot doel dat studenten en medewerkers

tevreden zijn over de manier waarop met hun klachten wordt omgegaan en

tevreden zijn met de oplossing voor het ervaren probleem. Wanneer een klacht

niet naar tevredenheid is behandeld op het mbo-college, kan de klacht worden

ingediend bij de Interne Klachtencommissie. De Centrale Studentenraad en de

Ondernemingsraad zijn hierin vertegenwoordigd.

In 2016 heeft de Interne Klachtencommissie vijftien klachten van studenten en

zeven klachten van medewerkers in behandeling genomen. De klachten van

studenten gaan vrijwel altijd over verwijdering als disciplinaire maatregel.

Wanneer er nog iets te redden valt, of wanneer een procedure niet goed is

gevolgd, worden studenten terugverwezen naar het mbo-college. Wat opvalt, is

dat studenten de laatste jaren in een toenemend aantal gevallen een advocaat

meenemen als ze een gesprek met de Interne Klachtencommissie hebben.

Liever dan klachten behandelen, richten het ROCvA en ROCvF zich op het

voorkómen van klachten. Daarbij speelt de Ombudsman een belangrijke rol.

Ombudsmannen zijn een relatief nieuw begrip in de onderwijswereld; in

Nederland zijn drie Ombudsmannen werkzaam bij een roc. De drempel om de

Ombudsman te raadplegen is laag en de snelheid waarmee men geholpen wordt

is hoog. De meeste klachten zijn binnen enkele weken opgelost. Een student

verliest daardoor weinig tot geen studietijd.

De inspanningen van de Ombudsman zijn gericht op het zo vroegtijdig mogelijk

ingrijpen in problematische situaties. De kracht van de Ombudsman zit vooral in

zijn onpartijdigheid. Een Ombudsman doet onafhankelijk onderzoek en baseert

daarop zijn aanbevelingen. Hij werkt volgens een reglement dat de instemming

heeft door de Ondernemingsraad en de Centrale Studentenraad. Het reglement

regelt onder andere dat een Ombudsman hiërarchisch aan geen enkel orgaan

ondergeschikt is. In 2016 ontving de Ombudsman van studenten 281 klachten

en 82 verzoeken om informatie en advies. Van medewerkers ontving hij 78

klachten en 30 verzoeken om advies en informatie.

Page 13: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

13 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

1.4 Medezeggenschap

Medezeggenschap medewerkers

Het ROCvA en ROCvF hebben elk hun eigen Ondernemingsraad. Het jaar 2016

heeft in het teken gestaan van verdergaande samenwerking tussen beide raden.

Zij hebben vaker gezamenlijk vergaderd, samengewerkt in commissies en

gezamenlijke studiedagen georganiseerd. Het plan is in 2017 te komen tot een

Platform OR op het niveau van de Raad van Bestuur en tot

Onderdeelcommissies op het niveau van de directies van mbo-colleges. Dit

laatste is bij het ROCvA al gerealiseerd; de Onderdeelcommissies Almere en

Lelystad worden nu gevormd.

Een belangrijke voorwaarde voor samenwerking tussen beide Ondernemings-

raden en de vorming van de Onderdeelcommissies, is meer duidelijkheid over de

zeggenschap en de bevoegdhedenverdeling tussen Raad van Bestuur en

directies van mbo-colleges. Hiertoe wordt het bestuursreglement aangepast door

de Werkgroep Bestuursreglement. In de aanpassing worden ook de effecten van

de wet Versterking Bestuurskracht Onderwijsinstellingen meegenomen (zie ook

paragraaf 1.5 Raad van Bestuur). Beide voorzitters van de Ondernemingsraden

participeerden in de werkgroep, samen met de leden van de Raad van Bestuur,

twee directeuren van dienst en twee directeuren van mbo-colleges. De

uitgangspunten van de werkgroep sluiten aan bij die van de minister van OCW:

te komen tot herkenbare mbo-colleges, de menselijke maat waarborgen en de

zeggenschap zo laag mogelijk in de organisatie positioneren. Vooral dit laatste

heeft de aandacht van de Ondernemingsraden: het beleggen van de

zeggenschap over het onderwijs in de onderwjisteams en het betrekken van

medewerkers bij het beleid.

Verder stond het jaar 2016 in het teken van gesprekken met de Raad van Bestuur

over de meerjarenstrategie, de Reis naar 2020. De Ondernemingsraad van het

ROCvA zette zich in voor een Reglement Werkoverleg voor Onderwijsteams, met

als doel het scheppen van voorwaarden voor teamoverleg. Het teamoverleg moet

gaan over curriculum, methodes, pedagogische en didactische aanpak, maar ook

over het teamplan en de planning. Het College van Bestuur van het ROCvA

meende dit niet centraal te moeten vastleggen. Wel biedt zij, vanuit de gedachte

van de meerjarenstrategie, de teams de ruimte daar een eigen invulling aan te

geven.

Andere punten die met de Raad van Bestuur besproken zijn: de jaarrekening

2015, de kaderbrief en begroting 2017, de extra investering in de onderwijsteams,

het rapport van de onderwijsinspectie, de resultaten op voortijdig schoolverlaten

en het verbeterplan Beroepspraktijkvorming en de reorganisatie van de dienst

financiën tot een Shared Service Center.

De Ondernemingsraadleden hebben zitting in diverse werkgroepen. Zij

participeren in benoemingsadviescommissies en hebben zitting in de Interne

Klachtencommissie.

De Ondernemingsraad in Amsterdam neemt deel aan het overleg van

ondernemingsraden van de roc’s in de vier grote steden. Beide

Ondernemingsraden zijn verbonden aan het landelijk Platform

Medezeggenschap MBO. Beide Ondernemingsraden houden hun achterban op

de hoogte van hun activiteiten door middel van een nieuwsbrief.

Medezeggenschap studenten

Het ROCvA en ROCvF hebben sinds november 2015 één gezamenlijke Centrale

Studentenraad. De Centrale Studentenraad heeft tweeëntwintig leden en één

voorzitter. Twee leden vertegenwoordigen steeds de Studentenraad van een

mbo-college.

In april 2016 bezocht het dagelijks bestuur een studentenraad in Estland. De

studenten daar hebben veel minder invloed dan bij ons, wat de bezoekers

inspireerde om nog harder hun best te doen de zeggenschap die zijzelf wel

hebben maximaal te benutten. In Estland bekostigen studenten hun eigen

studentenraad. Zij doen aan fundraising door een studentenkrant te verkopen.

Ook dat was een bron van inspiratie: de leden van de Centrale Studentenraad

willen graag de band met hun achterban versterken door transparant te zijn over

wat zij willen en waar zij mee bezig zijn.

Page 14: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

14 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Eveneens in april 2016 organiseerde de Centrale Studentenraad de pre-

conferentie CVI11, samen met de Studentenraad van het Noorderpoort College.

Dit leidde tot een goed contact tussen beide studentenraden. Zij wisselen kennis

uit (de studentraad van het Noorderpoort heeft een mooie up-to-date website!)

en nodigden elkaar wederzijds uit voor het bijwonen van activiteiten.

In mei 2016 organiseerde de centrale studentenraad een conferentie voor de

studenten van het ROCvA en ROCvF. Ook de studentenraad van het

Noorderpoort College was uitgenodigd. De opkomst was minder groot dan in

2015, wat vooral kwam door het laat versturen van de uitnodiging. Toch was de

conferentie zinvol, vooral vanwege het aanhalen van de banden tussen de

studenten. De workshops werden dit jaar allemaal verzorgd door studenten. De

onderwerpen waren:

Hoe maak je een superschool (door de Centrale Studentenraad);

Hoe plan je je studie (door het JOB12);

Hoe benut je multimedia (door Backslash13).

Zes keer per jaar spreekt de Centrale Studentenraad met de Raad van Bestuur.

In november 2016 is het voorstel Harmonisatie faciliteiten CSR en SR14 door de

Raad van Bestuur aangenomen. Daarmee kunnen de Studentenraden in de mbo-

colleges aanspraak maken op bepaalde faciliteiten.

Drie maal per jaar spreekt de centrale studentenraad met de Ondernemingsraden

en de Raad van Bestuur. Daarnaast hebben de Centrale Studentenraad en de

Ondernemingsraad samen een studiemiddag gehouden over lesevaluaties door

studenten. De Ondernemingsraad zag het nut ervan in, mits de uitkomsten niet

zouden worden gebruikt voor de beoordeling van docenten.

In mei 2016 vond voor het eerst een gesprek plaats van de voltallige Centrale

Studentenraad met de Raad van Toezicht. De studenten hebben hun plannen

voor 2017 gepresenteerd: het verbeteren van de participatie van studenten in de

teams (klassenvertegenwoordigers) en het versterken van de dialoog tussen

docent en student in de klas (lesevaluatie).

11 CVI: Consortium voor innovatie 12 JOB: Jongerenorganisatie beroepsonderwijs, www.jobmbo.nl. 13 Bedrijf van hbo-studenten, www.back-slash.nl.

De Centrale Studentenraad worstelt met een groot verloop, mede veroorzaakt

door de volle agenda van de leden. De continuïteit wordt momenteel geborgd

door de secretaris en de voorzitter, die respectievelijk twee en drie jaar zitting

hebben in de raad. Halverwege 2017 zullen zij de raad verlaten.

14 CSR: Centrale Studentenraad; SR: Studentenraad

Page 15: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

15 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

1.5 Raad van Bestuur

Goed bestuur

Het ROCvA en ROCvF werken volgens de Branchecode goed bestuur in het

mbo15. In 2016 vond hiervan een kritische evaluatie plaats, met als doel de

manier van werken aan te scherpen en het draagvlak te bestendigen. In de

evaluatie werd tevens de wet Versterking Bestuurskracht Onderwijsinstellingen

meegenomen die op 1 januari 2017 in werking is getreden.

De evaluatie leidde tot aanpassingen in het studentenraadreglement, het

ondernemingsraadreglement en het bestuursreglement. Hiervoor werd een

werkgroep in het leven geroepen waarin diverse gremia vertegenwoordigd

waren: de Raad van Bestuur, de directeuren van diensten, de directeuren van

mbo-colleges en de Ondernemingsraden. Twee onderwerpen kregen veel

aandacht in de besprekingen:

Wat betekent het om een gemeenschap van mbo-colleges te zijn? Hoe

leggen we de verantwoordelijkheden en bevoegdheden vast?

Hoe positioneren we de platforms ten behoeve van

beleidsvoorbereiding? Te denken valt aan het platform HRM16, het

overleg van directeuren onderwijs, het managementteam, enzovoort.

Macrodoelmatigheid

Het ROCvA en ROCvF zijn in gesprek met andere roc’s en vakscholen in de regio

over het aanbod van opleidingen. Zo wordt ook al enige jaren overlegd met ROC

TOP. Toen het ondanks goede wil aan beide kanten niet lukte om tot

overeenstemming te komen over het aanbod van opleidingen, besloot de Raad

van Bestuur in 2016 twee adviezen te vragen aan de Commissie

Macrodoelmatigheid MBO.

In januari werd een advies gevraagd over de ondoelmatige situatie in Almere,

waar ROC TOP vlakbij MBO College Almere een aantal opleidingen verzorgt die

15 www.mboraad.nl/publicaties/branchecode-goed-bestuur-het-mbo

identiek zijn aan de opleidingen van MBO College Almere. De Commissie

adviseerde de opleidingen van ROC TOP in het MBO College Almere van het

ROCvF te integreren en deze integratie evenredig te compenseren in

Amsterdam, via een eenmalige herschikking van opleidingen en/of specifieke

delen van opleidingen tussen ROCvA en ROC TOP.

In april werd een advies gevraagd over een dreigende ondoelmatige situatie in

Amsterdam, waar ROC TOP tegen de wens van ROCvA in besloot om in 2016

een opleiding Manager Ondernemer Horeca te starten. De Commissie

adviseerde het bestuur van ROC TOP niet te starten met de opleiding.

De besturen besloten de adviezen van de commissie op te volgen. Zij riepen een

werkgroep in het leven die de opdracht kreeg om in lijn met de adviezen tot één

oplossing voor beide casussen te komen. Ondanks de wens van beide besturen

om in het belang van de studenten tot een goede oplossing te komen, was die

eind 2016 niet gevonden.

Onderlinge samenwerking

De Raad van Bestuur heeft in 2016 het eigen functioneren geëvalueerd,

ondersteund door organisatieadviesbureau Management Drives. Het doel was

inzicht te krijgen in de heersende denkpatronen en gewoontes.

Daarna(ast) heeft de Raad van Bestuur de overlegstructuur onder de loep

genomen. De Raad van Bestuur vergadert wekelijks. Voor het verkennen van

grote vraagstukken houdt de Raad van Bestuur vijfmaal per jaar een tweedaagse

bijeenkomst. Over de opbrengst van deze tweedaagse bijeenkomsten zijn de

leden het eens: zij dragen bij aan de teamvorming, het bepalen van de

strategische koers en het verkennen van externe ontwikkelingen. Besloten is dan

ook het tweedaagse overleg in stand te houden, met een iets gewijzigde agenda.

Zo is de volgorde van de onderwerpen gewijzigd en worden vaker externe gasten

uitgenodigd voor een verdiepend gesprek.

16 HRM: Human Resource Management

Page 16: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

16 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

1.6 Raad van Toezicht

Verstand van zaken

De taak van de Raad van Toezicht17 is die van toezichthouder, adviseur en

werkgever. De Raad van Toezicht kent vier commissies die elk een deel van het

toezicht bestrijken: de onderwijscommissie, auditcommissie,

remuneratiecommissie en governancecommissie. De onderwerpen worden

voorbereid in de commissies voordat ze worden besproken in de Raad van

Toezicht. Daarom is het van belang dat de commissies zijn samengesteld uit

mensen die verstand hebben van het betreffende onderwerp. Dat de Raad van

Toezicht daarmee op de goede weg is, werd bevestigd door een compliment van

de accountant bij de bespreking van de jaarrekening in mei 2016: hij was onder

de indruk van het niveau van het gesprek.

De Raad van Toezicht bestaat uit zes personen, drie mannen en drie vrouwen,

met verschillende persoonlijkheden, politieke voorkeuren en culturele

achtergronden. Dat zorgt voor diversiteit in denken, doen en kijken. In 2016 is

afscheid genomen van een van de leden van de auditcommissie. Bij het zoeken

naar een vervanger is veel zorg besteed aan het vinden van iemand met kennis

van financiën en vastgoed bij grotere instanties. Dat is gelukt.

Informatie vergaren

Om de verschillende rollen goed te kunnen vervullen, is het van belang te weten

wat in de organisatie leeft. Naast de informatie die de Raad van Toezicht van de

Raad van Bestuur ontvangt, halen de leden informatie uit de gesprekken met de

Ondernemingsraad en de Centrale Studentenraad en uit werkbezoeken aan vo-

scholen en mbo-colleges. Daarnaast maken de leden van de Raad van Toezicht

graag gebruik van de gelegenheden die zich voordoen. Zo bezochten zij in 2016

de studentenraadconferentie en de managementconferentie en spraken zij met

de Inspectie van het Onderwijs over de Staat van de Instelling. Ook vonden een

tweetal themabijeenkomsten plaats, waarin de Raad van Toezicht met

17 Voor een overzicht van de leden van de Raad van toezicht en hun maatschappelijke functies, zie bijlage 5.

directieleden van mbo-colleges sprak over de invoering van de nieuwe

kwalificatiedossiers en de examenorganisatie 2.0.

Toezichthouden versus adviseren

Soms liggen de rollen van toezichthouder en adviseur dicht bij elkaar. In 2016

was dat het geval bij het onderwerp macrodoelmatigheid. Er is veelvuldig

gesproken over het overleg van de Raad van Bestuur met het bestuur van ROC

TOP en het advies van de Commissie Macrodoelmatigheid MBO. Het is van

belang in deze gesprekken de rol van sparringpartner te scheiden van de rol van

toezichthouder. De leden van de Raad van Toezicht doen dat door steeds

expliciet te benoemen in welke rol zij een uitspraak doen.

Relatie met de buitenwereld

De leden van de Raad van Toezicht vormen door hun maatschappelijke functies

een link tussen de organisatie en de maatschappij. Zij delen good practices uit

de organisatie met derden en nemen omgekeerd informatie uit de buitenwereld

mee naar de organisatie. Een voorbeeld van het eerste is de presentatie over de

interne benchmark voor het Platform Raden van Toezicht MBO. De presentatie

werd gehouden door de voorzitter van de Raad van Toezicht. Een voorbeeld van

het tweede zijn de signalen die de Raad van Toezicht deelde over de

ontwikkelingen in het ziekenhuiswezen.

Werkgever

De rol van werkgever wordt in het bijzonder ingevuld door de leden van de

remuneratiecommissie. Zij houden jaarlijks functioneringsgesprekken met de

leden van de Raad van Bestuur. Input voor dit gesprek wordt opgehaald bij de

voltallige Raad van Toezicht.

Page 17: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

17 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Onderwerpen

Evenals vorig jaar is er veel aandacht geweest voor het primaire proces in

combinatie met personeelsplanning. Nu er voldoende financiële middelen

beschikbaar zijn, is het belangrijk die te benutten voor de ontwikkeling van de

medewerkers in het primaire proces.

Een ander onderwerp dat veel aandacht krijgt is leiderschap. Wat verstaan we

daar eigenlijk onder? En hoe helpen we het verder? De interne benchmark kan

daarbij behulpzaam zijn. Wanneer een team daalt op de benchmark, of veelvuldig

onderaan staat, is dat een aanleiding om te onderzoeken wat in dat team gebeurt

op het gebied van leiderschap.

Hieronder volgt een overzicht van alle onderwerpen die de Raad van Toezicht in

2016 besprak (op alfabetische volgorde):

Accountantsverslag;

Begroting 2017;

Benoeming nieuw lid Raad van Toezicht;

Bestuurlijke samenwerking ROCvA en ROCvF;

Geïntegreerd jaardocument 2015;

Inspectierapport;

Interne benchmark;

Invoering nieuwe kwalificatiedossiers;

Kwaliteitspannen;

Macrodoelmatigheid; bestuurlijk overleg met ROC TOP;

Managementcontract Raad van Bestuur;

Managementletter;

Meerjarenstrategie 2016-2020;

Personeelsplanning;

Quadrimesterrapportages;

Treasury Statuut.

Page 18: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

18 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

2 Onderwijs mbo

18 Bbl: beroepsbegeleidende leerweg

2.1 Aantal studenten

In deze paragraaf worden de studentenaantallen per instelling beschreven.

Voor een overzicht per mbo-college, zie bijlage 6.

Studentenaantal ROCvA

Het aantal studenten van het ROCvA groeit in 2016 met 1,1%. Niveau 2 en niveau

4 leveren de grootste bijdrage aan de toename van het aantal studenten.

Opvallend is dat de dalende trend in bbl-studenten18 is gekeerd. Het lijkt erop dat

bedrijven door de verbeterde economische omstandigheden weer vaker bereid

zijn studenten een bbl-werkplek aan te bieden. Vooral in de sector Zorg & Welzijn

trekt het aantal bbl-studenten weer aan, na een aanvankelijk sterke daling. Het

percentage studenten uit armoedecumulatiegebieden (APCG) is nagenoeg gelijk

(en daarmee relatief hoog) gebleven19..

19 Bron: MBO Scanner

Page 19: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

19 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Studentenaantal ROCvF

Met een afname van 81 is het aantal studenten van het ROCvF in 2016 gedaald

met 1,6%. De niveaus 1 en 2 dalen licht, niveau 3 daalt sterk en niveau 4 stijgt.

Dit laatste is voor een deel te verklaren uit de doorstroom van niveau 3-studenten

naar niveau 4: die is gestegen met 8,6% (zie de grafiek Opstroom na behaald

diploma). Ook hier is te zien dat de daling van het aantal bbl-studenten in 2016

is gekeerd. Het aantal studenten uit armoedecumulatiegebieden (APCG) is licht

gestegen.

Page 20: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

20 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

20 De cijfers voor het jaar- en diplomaresultaat komen uit onze eigen administratie (EduArte). Deze cijfers wijken af van de cijfers uit DUO, omdat er in onze eigen administratie voor gekozen is het ROCvA en ROCvF als één instelling te beschouwen. Studenten die

2.2 Studiesucces

In november 2016 verscheen voor de zesde maal de Interne Benchmark. Op

deze benchmark worden de mbo-teams van het ROCvA en het ROCvF

vergeleken op jaarresultaat, studenttevredenheid, medewerkertevredenheid en

tevredenheid van leerbedrijven. De bedoeling van de benchmark is teams te

stimuleren bij elkaar te gaan kijken en ervaringen uit te wisselen. Kijkend naar de

resultaten vallen twee dingen op: het gemiddelde resultaat stijgt (van 6,2 naar

6,8) en de resultaten van de teams lopen minder uiteen.

In deze paragraaf bespreken we de resultaten per instelling. Voor een overzicht

van de prestaties per mbo-college, zie bijlage 6.

Studiesucces ROCvA

Zowel het jaar- als het diplomaresultaat20 van het ROCvA stegen een aantal jaren

achtereen. In 2016 echter daalde de resultaten, maar bleven boven de 70%. De

niveau 4-opleidingen hebben de continue verbetering wel kunnen vasthouden.

Het percentage studenten dat na het behalen van een diploma is doorgestoomd

naar een opleiding van een hoger niveau, is in 2016 gestegen bij alle niveaus.

overstappen van het ROCvA naar het ROCvF of vice versa, worden derhalve niet als instellingsverlaters beschouwd.

Page 21: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

21 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Page 22: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

22 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Studiesucces ROCvF

De neergaande lijn van het ROCvF is in 2016 doorbroken. Zowel het jaar- als het

diplomaresultaat zijn gestegen. Het feit dat de reorganisaties achter de rug zijn,

heeft zeker bijgedragen aan de stijging. Vooral de prestaties op niveau 2 laten

een grote verbetering zien.

Het percentage studenten dat na het behalen van een diploma is doorgestoomd

naar een opleiding van een hoger niveau, is op niveau 1 en 2 ongeveer gelijk

gebleven. Hier was het percentage in 2015 al hoog. In 2016 zien we een flinke

stijging van het percentage opstroom van niveau 3 naar niveau 4.

Page 23: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

23 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

2.3 Tevredenheid studenten en bedrijven

Tevredenheid studenten

In 2016 is het tweejaarlijks onderzoek studententevredenheid van de Jongeren

Organisatie Beroepsonderwijs (JOB) afgenomen. Het ROCvA en het ROCvF

scoorden daarop beide iets hoger dan in 2014.

Bij het ROCvA werd op de vraag Welk rapportcijfer geef je jouw school?

gemiddeld een 6,5 gegeven. Op de vraag Welk rapportcijfer geeft je jouw

opleiding? antwoordde men gemiddeld met een 6,9.

Een van de verklaringen voor dit verschil is het organiseren in klein binnen groot.

In het cijfer voor de school zien we het oordeel terug over het mbo-college als

geheel: de kantine, de beveiliging en soms ook het rooster. Het cijfer voor de

opleiding wordt voor een belangrijk deel bepaald door de mate waarin de student

zich thuis voelt en zich gezien weet. Dit zien we terug in de deelvragen. Op de

vraag: Heb je goed contact met je docenten, scoren studenten op een

vijfpuntsschaal gemiddeld een 3,7. Op de vraag: Voel je je veilig op school,

scoren zij gemiddeld een 4,0.

Bij het ROCvF zien we dat het verschil tussen opleiding en school nog groter is.

Het lage cijfer voor de school (5,9) wordt veroorzaakt door de verbouwingen en

de bijbehorende onrust. In schooljaar 2016-2017 zullen de studenten hier ook

nog last hebben. Daarna zal het cijfer naar verwachting snel stijgen.

Het cijfer voor de opleiding is vergelijkbaar met het cijfer van het ROCvA. Dat

geldt ook voor de scores op de deelvragen: Op de vraag: Heb je goed contact

met je docenten, antwoorden studenten op een vijfpuntsschaal gemiddeld een

3,7. Op de vraag: Voel je je veilig op school, scoren zij gemiddeld een 3,9.

Page 24: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

24 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Tevredenheid bedrijven

Gedurende het gehele jaar wordt de tevredenheid van de leerbedrijven gemeten.

Na afloop van elke stageperiode wordt bij de praktijkopleider van het leerbedrijf

een enquête afgenomen. De tevredenheid van de bedrijven neemt al vier jaar op

rij toe. In de bpv-verbeterplannen zijn concrete acties beschreven om deze lijn

voort te zetten (zie paragraaf 2.3 Onderwijsontwikkeling).

2.4 Wind in de zeilen

Kwaliteitsafspraken mbo

De reis naar het team als superschool en de doorontwikkeling naar flexibel

onderwijs dat aansluit bij zowel het talent van de student als de steeds sneller

veranderende werk- en leefwereld, tekenen de beweging die we maken in het

onderwijs. De Kwaliteitsafspraken mbo geven de wind in de zeilen bij deze

beweging. De middelen bieden extra armslag voor de beweging als geheel en

specifieke thema’s in het bijzonder.

De kwaliteitsplannen van het ROCvA en ROCvF beslaan de periode 2015-2018.

In de zomer van 2015 is groen licht gekregen op de plannen. Het jaar 2016 stond

in het teken van het concreet maken en implementeren van de plannen. Grofweg

kunnen twee type activiteiten worden onderscheiden. Het eerste betreft de acties

om de teams in positie te brengen en de medewerkers te professionaliseren. Het

tweede type betreft de acties op de specifieke thema’s van het kwaliteitsplan: de

aansluiting met de arbeidsmarkt, de beroepspraktijkvorming (bpv), de aansluiting

met het vo en hbo, taal en rekenen, voortijdig schoolverlaten (vsv), kwetsbare

jongeren en excellentie. De aandacht voor het verhogen van de studiewaarde

grijpt op veel aspecten in.

In 2016 heeft het zwaartepunt gelegen op het versterken van de condities. In lijn

met de meerjarenstrategie hebben de mbo-colleges ingestoken op het versterken

van de positie, professionaliteit en ondersteuning van de onderwijsteams. Met

het gesprek over de visie en de ambities van het team en de vertaalslag daarvan

naar concrete acties, is het eigenaarschap van het team vergroot. De focus is

daarbij gelegd op het onderwijskundig leiderschap. Met de geleidelijke invoering

van het roosterprogramma Xedule is geïnvesteerd in een passende

onderwijslogistiek. Hiermee wordt flexibel onderwijs organisatorisch mogelijk

gemaakt.

Daarnaast zijn mbo-colleges en onderwijsteams aan de slag gegaan met de

thema’s. Voorbeelden zijn de practoraten, de inzet op co-creatie, het benutten

van cross-overs, het verbreden van opleidingen, het afstemmen van

loopbaanbegeleiding met het vmbo, het ontwikkelen van een keuzedeel

Page 25: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

25 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Doorstroom hbo en Associate degrees met het hbo, enzovoort. Zij worden

besproken in de paragrafen hierna.

Amsterdamse MBO-Agenda

In 2015 heeft de gemeente Amsterdam het besluit genomen om in de

collegeperiode van vier jaar, dat wil zeggen tot 2019, een bedrag van € 20 miljoen

te investeren in het Amsterdamse mbo. De MBO-Agenda Amsterdam die hieruit

voortkwam richt zich op het realiseren van drie ambities: de kwaliteit van het

middelbaar beroepsonderwijs is goed, elke jongere doorloopt met succes de

schoolloopbaan en het mbo sluit goed aan op de arbeidsmarkt.

Om deze ambities te realiseren worden drie instrumenten ingezet:

lerarenbeurzen, scholenbeurzen (deze zijn ook beschikbaar voor het primair en

voortgezet onderwijs in Amsterdam) en projectgelden. De projectgelden zijn

bestemd voor de vier mbo-instellingen in de stad: het ROCvA, ROC TOP, het

Mediacollege en het Hout- en Meubileringscollege. Een belangrijke spin off van

de Amsterdamse mbo-agenda is de groeiende samenwerking die tussen de vier

instellingen gaande ontstaat.

Uit de aanvragen voor de teambeurzen blijkt een sterke behoefte aan

professionalisering op het pedagogisch-didactische vlak. Veel teams geven aan

beter vorm te willen geven aan de relatie student-docent of klas-docent.

Bij de projecten die zijn aangevraagd zien we een duidelijke scope op de

profilering van de mbo-colleges. Zo zet MBO College Centrum in op de

innovatieve horeca-opleidingen en richt MBO College Zuid zich met de Start up

Academy op de creatieve student. MBO College Zuidoost zet in op onder-

nemerschap en richt zich daarbij sterk op de directe schoolomgeving van de

Bijlmer. Ook MBO College Noord zoekt met het project Noord op de Kaart de

verbinding met de werkgevers in de buurt.

De MBO-Agenda heeft al met al in korte tijd wortel geschoten. Met de gemeente

en tussen de mbo-instellingen wordt op verschillende niveaus overlegd en

samengewerkt. Bij het ROCvA zijn tientallen docenten en projectleiders

betrokken bij de MBO-Agenda. Het Flow Bureau van MBO College Zuid speelt

bijvoorbeeld een rol bij de College Tours die de gemeente voor mbo-studenten

organiseert. De communicatieafdelingen van de mbo-instellingen en de

gemeente hebben gezamenlijk een communicatiestrategie voor het

Amsterdamse mbo ingezet, onder het motto Alleen ga je sneller, samen kom je

verder.

Page 26: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

26 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

2.5 Onderwijsontwikkeling

Herontwerp onderwijsprogramma’s

De invoering van de nieuwe kwaliteitsstructuur is aangegrepen om de

onderwijsprogramma’s grondig te herzien. In schooljaar 2014-2015 is in de

domeinen het casco van de onderwijsprogramma’s en het bijbehorende

examenplan ontwikkeld. In schooljaar 2015-2016 hebben de onderwijsteams

binnen dit kader het nieuwe curriculum gemaakt. Daarbij is samengewerkt met

het werkveld en is gebruik gemaakt van onderwijskundige ondersteuning. Ook

zijn studenten bij de ontwikkeling betrokken. Voor sommige teams betrof het een

eenvoudige aanpassing, bij andere teams veranderde het curriculum ingrijpend.

Veel onderwijsteams hebben ook het lesmateriaal aangepast.

Met ingang van schooljaar 2016-2017 zijn alle eerstejaars gestart met het nieuwe

programma. De oude kwalificatiedossiers worden de komende jaren

uitgefaseerd. Dat levert de komende jaren een complexe situatie op, waarin

verschillende examenplannen en verschillende onderwijsprogramma’s naast

elkaar uitgevoerd worden.

Een andere complexiteit vormt de invoering van keuzedelen. Keuzedelen bieden

de mogelijkheid tot maatwerk: studenten kunnen onderdelen kiezen waar hun

interesse naar uitgaat. Ook bieden keuzedelen de mogelijkheid aan te sluiten bij

trends in de regionale arbeidsmarkt en samenleving. Tegelijkertijd wil de overheid

het civiel effect van de keuzedelen bevorderen, waardoor strakke eisen aan de

examinering gesteld (gaan) worden. In 2016 is een beperkte hoeveelheid

keuzedelen ingevoerd, maar vanwege de grote voordelen ervan zal het aantal

naar verwachting volgend jaar flink stijgen. In 2016 zijn door studenten geen

verzoeken ingediend voor niet-gekoppelde keuzedelen.

21 Bij een WijkLeerbedrijf is sprake van een samenwerkingsverband van zorg- en welzijnsinstellingen, gemeente, onderwijs en andere maatschappelijke partners in een wijk. 22 De City Deal is onderdeel van de aanpak jeugdwerkloosheid van het ministerie van

Sociale Zaken in samenwerking met het ministerie van OCW,

Samenwerking bedrijfsleven

De samenwerking met het bedrijfsleven heeft in 2016 een stevige impuls

gekregen. Dit is in diverse vormen zichtbaar. Publiek-private samenwerking

(PPS) bijvoorbeeld, wordt steeds vaker benut om het onderwijs actueel te houden

en de samenwerking met het bedrijfsleven te intensiveren. In 2016 is voor de

projecten Next Technician, Tech-pack en Zorg in de wijk in de 21e eeuw een

subsidie toegekend in het kader van het Regionaal Investeringsfonds (RIF).

Hiermee komt het totale aantal projecten met een RIF-subsidie op zes. In 2017

zal opnieuw een aantal aanvragen ingediend worden. Voor een overzicht van

projecten met een RIF-subsidie, zie bijlage 7.

Daarnaast vinden tal van andere projecten plaats. Het WijkLeerbedrijf21 is een

initiatief waarmee op innovatieve en ondernemende wijze wordt ingespeeld op

problematiek binnen gemeenten. Hoe blijven kwetsbare wijkbewoners langer

zelfstandig? Hoe kunnen we zorgen voor een goede aansluiting onderwijs-

arbeidsmarkt? Hoe komen kansarme groepen alsnog aan werk? En hoe worden

de kosten beheersbaar gehouden? Voor mbo-studenten levert het

WijkLeerbedrijf een belangrijke bijdrage aan het terugdringen van het tekort aan

stageplaatsen in de domeinen zorg, welzijn en sport. Door intensieve begeleiding

in een veilige leeromgeving is rendement hoog en de uitval laag.

Het ROCvA participeert in de City Deal22. Dit initiatief beoogt de toegang tot de

arbeidsmarkt van migrantenjongeren te verbeteren en richt zich op de

samenwerking in de steden Amsterdam, Zaanstad, Den Haag, Eindhoven en

Leeuwarden. Samen met het Meldpunt Discriminatie Amsterdam werkte het

ROCvA aan het ontwikkelen van de training Beeldbepalend over stereotypen en

discriminatie in de beroepspraktijk. Studenten en docenten van MBO College

Zuidoost hebben in mei 2016 een deel van het lesmateriaal getest. In de tweede

helft van 2016 hebben diverse opleidingen de training ingezet.

In de Metropoolregio Amsterdam en de stuurgroep Human Capital van de

Amsterdam Economic Board is het initiatief genomen om een Actieplan Leven

Lang Leren op te stellen. Aanleiding hiervoor is de arbeidsmarkt die onder invloed

https://www.aanpakjeugdwerkloosheid.nl/actueel/nieuws/2016/06/23/bijeenkomsten-over-

stagediscriminatie-in-het-mbo en http://www.mdra.nl/.

Page 27: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

27 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

van technologisering en robotisering in een rap tempo verandert. Om deze

veranderingen het hoofd te kunnen bieden, zal het steeds vanzelfsprekender

moeten worden dat volwassenen een leven lang blijven leren. In 2016 is

onderzocht op welke wijze alle stakeholders (onderwijs, arbeidsmarkt en

overheden) hierin kunnen samenwerken. Daarvoor is de vorm House of Skills

gekozen een ‘huis’ waar mensen terecht kunnen die zich willen omscholen,

bijscholen of een baan zoeken. In 2017 zal hiervoor financiering worden

aangevraagd.

Voor meer voorbeelden van samenwerkingsvormen, zie de paragraaf

Excellentie.

Beroepspraktijkvorming

In 2016 hebben het ROCvA en ROCvF bpv-verbeterplannen opgesteld, met als

doel het praktijkleren de komende jaren naar een hoger plan te tillen. Het

vertrekpunt is dat studenten optimaal moeten worden voorbereid op de banen

van nu en op de banen van straks, en als zij dat willen op doorstroom naar het

hbo. Elk team heeft ambities geformuleerd op de drie terreinen: matching,

begeleiding en programmering.

Bij matching is het doel dat iedere student een passende stageplaats vindt. Een

voorbeeld van een innovatie op dit gebied is het solliciteren via video-cv bij de

opleiding Logistiek Medewerker.

Bij begeleiding gaat het om de adequate begeleiding voorafgaand aan en tijdens

de stage. Een voorbeeld van hoe hier aan verbetering gewerkt wordt, is het

trainen van praktijkopleiders in het geven van feedback. Dit wordt inmiddels door

verschillende opleidingen gedaan.

Bij programmering gaat het om een goede aansluiting van het schoolse

lesprogramma op de stage. Een voorbeeld hiervan is de media-opleiding, waar

studenten een groot deel van de tijd bezig zijn met levensechte opdrachten in de

mediaproductie.

Taal en rekenen

De invoering van de referentieniveaus taal en rekenen is een feit: de pilotfase is

in schooljaar 2015-2016 afgerond. De invoering van de referentieniveaus verliep

niet vlekkeloos. De grote hoeveelheid tussentijdse bijstellingen maakt dat de

complexe regelgeving moeilijk aan studenten uit te leggen is. Ook is het een hele

uitdaging studenten opnieuw te motiveren voor het vak rekenen nu rekenen niet

meer meetelt voor het diploma.

Wat betreft het primaire doel, het verbeteren van de taal-en rekenvaardigheid van

studenten, blijven de resultaten van het ROCvA en ROCvF zich positief

ontwikkelen. De achterstand op het landelijk gemiddelde wordt langzaam kleiner;

voor Nederlands 2F liggen de scores nu zelfs hoger dan het landelijk gemiddelde.

Elk mbo-college heeft een eigen aanpak ontwikkeld, passend bij de aard van de

opleidingen. Ter ondersteuning van de mbo-colleges is een Servicegroep Taal

en Rekenen ingericht.

Excellentie

Excellente studenten zoeken meer uitdaging dan het gangbare curriculum

aanbiedt. Deze studenten zijn gemotiveerd en in staat zelfsturend te handelen.

Om deze groep de kans te geven het beste uit zichzelf te halen, zijn uitdagende

excellentietrajecten vormgegeven. De trajecten zijn een verzwaring van het

bestaande curriculum en kunnen verbredend dan wel verdiepend zijn. Ze worden

uitgevoerd in samenspraak met brancheverenigingen, het bedrijfsleven en/of

regionale samenwerkingsverbanden. De opleidingen maken een keuze uit:

certificaten in samenwerking met de branche;

internationalisering;

een extra curriculair programma;

een extra zware stage;

Naast verdiepen en verbreden, bestaat de mogelijkheid tot versnellen. Veel

opleidingen bieden studenten de mogelijkheid de opleiding in een versneld tempo

te doorlopen. Op de websites en in de opleidingsbrochures staat aangegeven bij

welke opleidingen en onder welke voorwaarden dit kan.

Page 28: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

28 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Hieronder volgen vier voorbeelden van excellentietrajecten. Voor meer

voorbeelden, zie de paragrafen Samenwerking bedrijfsleven en Duurzaamheid.

Internationale stage op Malta

MBO College Westpoort en Noord hebben voor excellente studenten op Malta

een internationale stage opgezet. Samen met retail-organisaties, een talenschool

en een vocational school is een uitwisselingsprogramma gemaakt van tien

weken. De eerste week volgen de studenten een talencursus om goed voorbereid

op stage te gaan. In de weken daarna lopen de studenten stage bij erkende

leerbedrijven. Door het feit dat zij elke dag Engels moeten spreken, gaat hun

taalbeheersing met sprongen vooruit. In 2016 hebben vijf studenten van de

mogelijkheid gebruik gemaakt. Zij kunnen met de stage een certificaat verdienen

als aanvulling op hun cv.

Sterklassen

Bij MBO College Centrum hebben excellente studenten vanaf het tweede jaar de

mogelijkheid een extra curriculair programma volgen, met stages bij

toonaangevende bedrijven en internationale studiereizen. In 2016 waren er vier

zogenaamde sterklassen: Gastronoom-Sommelier, Patissier, Bakker en

Frontoffice Manager.

Maatkleding

De opleiding Mode van MBO College Zuid biedt de mogelijkheid aan individuele

studenten om naast het reguliere opleidingstraject Damesmode een extra

verzwaard programma Herenmode te volgen. Het traject wordt uitgevoerd in

nauwe samenwerking met Dennis Diem en Munro Tailoring.

Ambassadeurstraject

MBO College Lelystad heeft een excellentietraject georganiseerd als een

drietrapsraket. De eerste trap is een basisprogramma excellentie. De tweede

trap is een verzwaard excellentieprogramma. De derde trap is een give back in

de vorm van een ambassadeurschap voor het mbo-college. Dit

ambassadeurschap wordt vormgegeven in samenwerking met het bedrijf

SARV. In schooljaar 2015-2016 hebben vijftig studenten uit verschillende

opleidingen deelgenomen aan het programma. Twintig studenten deden mee

aan het ambassadeurstraject.

Gecombineerde trajecten

Steeds meer vluchtelingen (statushouders) melden zich aan voor mbo-

opleidingen. Dat betekent dat we bij de intake goed letten op het taalniveau van

de kandidaat en op de termijn waarbinnen hij aan de inburgeringsplicht moet

voldoen. Wanneer het taalniveau ver onder 2F ligt, adviseren we eerst het

inburgeringsexamen te doen of een gecombineerd traject te volgen.

Gecombineerde trajecten, waarin taalscholing wordt gecombineerd met een

mbo-opleiding, bestaan alleen voor opleidingen met arbeidsmarktrelevantie. Ze

zijn toegankelijk voor statushouders van 18 jaar en ouder. In 2016 is gestart met

gecombineerde trajecten bij de opleidingen Techniek en Handel van MBO

College Westpoort en bij de opleiding Horeca van MBO College Centrum.

Het programma van een gecombineerd traject ziet er als volgt uit:

In de eerste periode volgt de deelnemer onderwijs bij de afdeling

Educatie. Het programma beslaat vier dagen per week en bestaat uit:

taalonderwijs, kennis van de Nederlandse samenleving en oriëntatie op

de Nederlandse arbeidsmarkt. Ook ontdekt de deelnemer in deze

periode welke opleiding bij hem past. De afdeling Educatie en MBO

College Westpoort ontwikkelen gezamenlijk een assessment waarmee

bepaald kan worden of de opleiding haalbaar is voor de deelnemer.

Wanneer de deelnemer zijn taalniveau op 1F gebracht heeft, start de

tweede periode. De deelnemer volgt nu een mbo-opleiding met

daarnaast twee dagdelen extra taalles verzorgd door de afdeling

Educatie. Het programma beslaat nu vijf dagen per week, inclusief de

stage.

Het voordeel van een gecombineerd traject is dat de deelnemer al met de mbo-

opleiding kan beginnen als zijn taalniveau op 1F is. Hij wint dus tijd. Ook bereikt

de deelnemer met ene gecombineerd traject meestal een hoger taalniveau dan

wanneer hij alleen taallessen zou volgen.

Een regelvrije zone

De pilot Onderwijs Ontregeld is het derde jaar ingegaan. Op 5 juli werd het

pilotteam in MBO College Airport bezocht door de Directie MBO van het

Page 29: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

29 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

ministerie van OCW. Naar aanleiding van dit bezoek is een notitie opgesteld met

een viertal ontregel-thema’s:

Planning van landelijke examens in de tweede helft van de opleiding.

Mogelijkheid om zelf bpv-bedrijven te accrediteren.

Starheid die voortvloeit uit de Leerplichtwet (vooral de 16-uurs

meldingen).

Regels rondom duur van keuzedelen in relatie tot versnelde trajecten.

Deze thema’s zullen onderwerp van gesprek zijn bij het volgende werkbezoek

van het ministerie. Dit zal plaatsvinden in maart 2017.

Het team Administratie in MBO College Zuidoost heeft met Bureau Leerplicht een

nieuwe werkwijze ontwikkeld ten aanzien van verzuim. De werkwijze is niet meer

gebaseerd op controle, maar op samenwerking. De 16-uursmelding is

afgeschaft. De leerplichtambtenaar is een dag per week op school aanwezig voor

overleg met studenten, docenten, mentoren en de zorgcoördinator. Eens per

maand komt de leerplichtconsulent op bezoek om te kijken en feedback te geven.

MBO College Centrum heeft de werkwijze als voorbeeld genomen voor het

ontwikkelen van een eigen aanpak, die men met ingang van schooljaar 2017-

2018 wil gaan invoeren.

De pilot Onderwijs Ontregeld is een van de routes die een team kan volgen naar

de Superschool in 2020. Een belangrijke succesfactor voor het slagen van de

pilot is de mate van volwassenheid van het team. De initiële pilot heeft

uitgewezen dat hoe volwassener het team is, hoe gerichter een visie op onderwijs

vertaald kan worden in een ontregelagenda.

Afwijking van urennorm

Binnen de ruimte van de wet is bij drie opleidingen van ROCvA afgeweken van

de urennorm.

Bij MBO College Airport wordt afgeweken van de urennorm bij de bbl-opleiding

Beveiliger niveau 2. Het onderwijsprogramma omvat 155 klokuren in plaats van

200 klokuren. De reden hiervoor is dat de opleiding tot stand is gekomen in

samenwerking met de beveiligingsbedrijven op luchthaven Schiphol en in zijn

huidige vorm tot tevredenheid en goede resultaten leidt.

Bij MBO college Centrum wordt afgeweken van de urennorm bij de opleiding

Hospitality Management. Bij deze opleiding staat leren in de beroepscontext

centraal. Doel is het bevorderen van de verbinding tussen kennis en

vaardigheden en deze op een verantwoorde manier te gebruiken. Vanaf de

eerste schooldag worden alle kennis en vaardigheden in de beroepscontext

aangeboden. Het tweedejaarsprogramma bevat 250 lesgebonden klokuren in

plaats van 450. De bpv is geïntensiveerd.

Bij MBO College Hilversum wordt in het traject Productief Leren van de opleiding

Verkoper Detailhandel afgeweken van de urennorm. Dit is een traject voor

jongeren die het vo ongediplomeerd hebben verlaten en een grote afstand

hebben tot het reguliere onderwijs. Het traject is opgezet in overleg met de

gemeente Hilversum en vo-scholen uit de regio. Het eerstejaarsprogramma

bevat 626 les gebonden klokuren in plaats van 700.

Bij MBO College Zuid wordt afgeweken van de urennorm bij twee bol-opleidingen

van het Johan Cruyff College. Het betreft hier een landelijke afspraak voor

topsportopleidingen. Het onderwijsprogramma omvat per jaar 850 klokuren in

plaats van 1000 klokuren. De reden is dat de opleiding gecombineerd moet

kunnen worden met trainingen.

Examinering

In 2016 is hard gewerkt aan de aanscherping van het toezicht op de examinering.

Examinering vraagt een andere aansturing dan onderwijs. Hier is geen grijs

gebied: het is goed of het is niet goed. Daarbij is er geen tijd voor een langzame

ontwikkeling: het moet onmiddellijk op orde zijn. De interne audits wezen in 2015

uit dat afspraken en procedures in teams niet altijd werden nageleefd en dat de

teamexamencommissies hun controlerende rol nog onvoldoende uitvoerden. Dat

is nu verleden tijd.

Op 1 oktober 2016 is na een intensieve voorbereidingsperiode

Examenorganisatie 2.0 van start gegaan. De kern hiervan is een onafhankelijke

en krachtige rol voor de teamexamencommissies. Met Examenorganisatie 2.0

wordt een duidelijke scheiding aan gebracht tussen de rol van het opleidingsteam

en die van de teamexamencommissie. Het opleidingsteam heeft de

verantwoordelijkheid voor de organisatie, de afname en de beoordeling van de

examens. De teamexamencommissie heeft de verantwoordelijkheid voor de

Page 30: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

30 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

kwaliteitscontrole van zowel de examinering als het besluit tot diplomering.

Daarnaast wordt met Examenorganisatie 2.0 voldaan aan de nieuwe eisen rond

examenwetgeving. Het examenhandboek is in 2016 bijgesteld en de leden van

de nieuwe examencommissies zijn geschoold. In 2017 zullen de

certificeringstrajecten worden afgerond.

Het ROCvA en ROCvF vormen een gemeenschap van elf mbo-colleges met elk

een eigen aanbod en een eigen identiteit. Om te garanderen dat de diploma’s die

de mbo-colleges uitgeven kwalitatief gelijkwaardig zijn, wordt ten aanzien van de

examinering intensief samengewerkt. Hierbij gelden de volgende

gemeenschappelijke uitgangspunten:

Wanneer een opleiding op meerdere mbo-colleges wordt aangeboden,

wordt gewerkt met hetzelfde diplomaplan en met dezelfde

exameninstrumenten.

Exameninstrumenten worden, mits valide instrumenten beschikbaar

zijn, ingekocht.

Gewerkt wordt met de standaarden die zijn opgenomen in het Handboek

Examinering.

De verantwoordelijkheid voor de inhoud, het niveau en de dekkingsgraad van de

examens is ondergebracht bij de zestien domeinexamencommissies. Dit

betekent dat het diplomaplan, de inkoop, de examenconstructie en de

examenvaststelling volledig tot de verantwoordelijkheid van het domein behoren.

In de maanden oktober en november 2016 is door adviesbureau Van de Bunt

een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de taakuitvoering. Zij namen een

steekproef bij drie domeinexamencommissies. Daar bleken de jaarverslagen en

–evaluaties zowel inhoudelijk als redactioneel veel sterker te zijn dan in 2014; de

verslagen bevatten voldoende informatie om het eigen functioneren te kunnen

verantwoorden. Daarnaast viel op dat de onderzochte domein-

examencommissies een taakopvatting hebben die breder is dan strikt genomen

door het examenhandboek wordt vereist. Zo zijn ze bijvoorbeeld betrokken bij het

borgen van de kwaliteit van de examinering in de praktijk.

2.6 Begeleiding

Aanpak voortijdig schoolverlaten

Sinds 2006 is het reduceren van voortijdig schoolverlaten (vsv) een speerpunt in

zowel het landelijke beleid als het instellingsbeleid. Het ministerie van OCW heeft

ter ondersteuning van dit beleid de zogenaamde Programmagelden vsv ter

beschikking gesteld. Daarnaast is vsv als thema opgenomen in de Regeling

kwaliteitsafspraken mbo.

Om de reductie te stimuleren zijn landelijk taakstellingen vastgesteld. Deze

taakstellingen werden in eerste instantie steeds verder aangescherpt. Toen

continu verbeteren niet voor elk niveau haalbaar bleek, is nagedacht over een

andere systematiek. De uitkomst daarvan is dat met ingang van schooljaar 2016-

2017 een verruiming van de norm op niveau 1 is gekomen en een aparte

taakstelling voor niveau 3 en niveau 4.

Een instelling die de taakstelling realiseert, komt in aanmerking voor een

prestatiesubsidie. De subsidie wordt ook toegekend aan instellingen die een vsv-

reductie van minimaal 1% realiseren ten opzichte van het voorgaande jaar.

In november 2016 zijn de definitieve resultaten over schooljaar 2014-2015

bekend gemaakt. Voor zowel het ROCvA als het ROCvF geldt dat de landelijke

taakstellingen niet zijn behaald. Voor beide instellingen geldt dat de

grootstedelijke problematiek die bij de studenten speelt, leidt tot een hoger

percentage vsv dan gemiddeld. Een regionale differentiatie zou de taakstelling

Landelijke vsv-normen

Schooljaar 2012-13 2013-14 2014-15 2015-16 2016-17

Niveau 1 32,50% 27,50% 22,50% 22,50% 27,50%

Niveau 2 13,50% 11,50% 10% 10% 9,50%

Niveau 3-4 4,25% 3,50% 2,75% 2,75%

Niveau 3 3,50%

Niveau 4 2,75%

Page 31: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

31 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

realistischer maken. Wel hebben zowel het ROCvA als het ROCvF in december

2016 een prestatiesubsidie gekregen, omdat in schooljaar 2014-2015 een

aanzienlijke daling van het aantal schoolverlaters is gerealiseerd.

De voorlopige vsv-resultaten over het jaar 2015-2016 zijn op het moment van dit

schrijven nog niet door DUO bekend gemaakt. De verwachting is dat geen

verdere reductie heeft plaatsgevonden.

Vanuit de Programmagelden VSV zijn in 2016 diverse projecten uitgevoerd met

het doel vsv te reduceren. Succesfactoren blijken te zijn:

een nauwe samenwerking tussen scholen, leerplicht en hulpverleners;

ouders betrekken bij het traject;

vroegtijdig signaleren;

een aanpak op maat.

Hieronder volgen vier voorbeelden ter illustratie.

Bij de Amsterdamse mbo-colleges is het Project 18+ afgerond. Kern van dit

project was een intensieve maatwerkaanpak voor verzuimende studenten van 18

jaar en ouder. In plaats van een standaard aanpak voor alle jongeren, werd in dit

project door school, leerplicht en hulpverleners samen per geval bepaald wat de

aanpak zou zijn. De aanpak heeft geholpen om beginnend recidiveverzuim bij

18+-studenten terug te dringen, maar om de harde kern van veelverzuimers te

laten stoppen met verzuimen, is meer nodig. Deze vorm van samenwerking met

Bureau Leerplicht is inmiddels door verschillende teams overgenomen.

Op MBO College Airport zijn extraneusstudenten intensief gecoacht op het zo

snel mogelijk afronden van hun examens. Wat opvalt aan de uitkomsten van dit

project is dat studenten die studievertraging oplopen nu eerder worden

gesignaleerd, waardoor eerder actie wordt ondernomen. Dit heeft een positief

effect gehad op de vsv-cijfers.

Op MBO College Almere is het project Tankstation met Wasstraat uitgevoerd. Dit

is een opvangklas waar ook huiswerk gemaakt kan worden. Het is een

samenwerkingsproject van de opleidingen Techniek, Entree, Kunst & Cultuur en

Handel. Het belangrijkste doel is enerzijds het opvangen van jongeren die

vanwege gedragsproblemen een korte time-out nodig hebben, anderzijds het

wegwerken van deficiënties die op het gebied van bijvoorbeeld taal en rekenen.

MBO College Hilversum werkt samen met vo-scholen en gemeenten in de regio

Gooi en Vechtstreek aan Productief Leren. Dit is een voorziening voor jongeren

met ernstige gestapelde problematiek waarin onderwijs en jeugdzorg intensief

samenwerken. De ouders worden voortdurend betrokken bij het traject. Ook hier

blijkt een goede samenwerking en een aanpak op maat succesvol te zijn.

Kwetsbare jongeren

In de vsv-aanpak van het ministerie van OCW wordt vanaf 2016 expliciet

aandacht gevraagd voor ‘jongeren in een kwetsbare positie’. Dit zijn jongeren in

het eerste jaar van het mbo die afkomstig zijn uit het praktijkonderwijs, het

voortgezet speciaal onderwijs en de basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo.

Bij het ROCvA gaat het om circa 2500 studenten, bij ROCvF om ruim 400.

Resultaten vsv ROCvA

Schooljaar 2012-13 2013-14 2014-15

Niveau 1 26,0% 34,9% 31,8%

Niveau 2 13,3% 12,3% 10,2%

Niveau 3-4 5,3% 5,3% 4,2%

Totaal 7,9% 7,8% 6,2%

Resultaten vsv ROCvF

Schooljaar 2012-13 2013-14 2014-15

Niveau 1 25,7% 40,4% 28,8%

Niveau 2 14,1% 15,2% 11,3%

Niveau 3-4 3,4% 4,0% 5,0%

Totaal 6,9% 7,9% 7,3%

Page 32: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

32 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Voor deze studenten is de overgang van het relatief beschermde vooronderwijs

naar het mbo een grote stap. Ze hebben vaak een bijzondere thuissituatie,

gedragsmoeilijkheden of specifieke leerbehoeften en lopen daarmee een

verhoogd risico uit te vallen. Hoewel het ROCvA en ROCvF met hun uitgebreide

zorgstructuur reeds veel aandacht aan deze groep geven, is in 2016 de aanzet

gegeven voor een meer op maat gesneden doelgroepaanpak.

Met de praktijkscholen is de eerder in gang gezette samenwerking met het

ROCvA uitgewerkt in een integrale leerlijn PrO-Entree23. Met de zogenaamde

ISK24-scholen voor jonge vluchtelingen zijn afspraken gemaakt voor een

naadloze overgang naar de entree-opleidingen en de hogere niveaus. Met de

inzet van overstapcoaches bij de Amsterdamse mbo-colleges ten slotte, willen

we vorm geven aan een optimale overstap van vmbo-B leerlingen naar de niveau

2-opleidingen van het ROCvA. Dit krijgt zijn beslag in de aanloop naar schooljaar

2017-2018.

Niet alleen aan de ‘voorkant’ maar ook aan de ‘achterkant’ hebben kwetsbare

jongeren meer aandacht en begeleiding nodig. Het overgrote deel van hen gaat

na de opleiding niet verder studeren, maar werken. Bij deze overstap naar de

arbeidsmarkt, en ook bij het vinden van een stageplaats, kunnen deze jongeren

ondersteuning krijgen van leerwerkcoaches. Op alle Amsterdamse colleges, en

op MBO College Hilversum en Airport zijn leerwerkcoaches aangesteld.

Bijzonder is dat de coaches in Amsterdam mede worden gefinancierd door de

gemeente: vanuit de Amsterdamse MBO-Agenda wordt € 400.000 beschikbaar

gesteld voor de inzet van leerwerkcoaching.

Plusvoorzieningen

Ook studenten die niet het label kwetsbare jongere dragen, hebben soms extra

begeleiding nodig. Op alle opleidingen komen studenten voor met grote (multi-)

problematiek. Via de LEC’s kunnen zij in aanmerking komen voor bijvoorbeeld

schoolmaatschappelijk werk of schuldhulpverlening. Daarnaast zijn in vrijwel alle

23 PrO: praktijkonderwijs

teams van ROCvA en ROCvF pluscoaches beschikbaar voor extra

ondersteuning van de leerroute.

De plusvoorzieningen, die aanvankelijk met tijdelijke extra middelen vanuit het

ministerie zijn opgezet, zijn inmiddels uitgegroeid tot een solide bouwwerk,

waarvoor de financiering tot 2020 gegarandeerd is. Bij het ROCvA was daarvoor

in 2016 bijna 30 fte beschikbaar, bij het ROCvF 9,5 fte. In de praktijk betekent dit

dat er verdeeld over de mbo-colleges vijfenzeventig pluscoaches zijn ingezet, die

in 2016 ruim 1500 studenten extra ondersteuning hebben geboden.

De inzet van pluscoaches is vooral gericht op ondersteuning van de leerroute.

De pluscoach helpt de student bij het plannen, het maken van keuzes, het

wegwerken van (persoonlijke) obstakels; dit alles om te realiseren dat de student

weer goed ‘op de rails’ staat. Het coachen gebeurt vanuit een eenduidige

begeleidingsmethodiek, namelijk die van het oplossingsgericht werken. Deze

methodiek is erop gericht de student in zijn kracht te zetten, te doen wat werkt en

na te laten wat niet werkt. De effecten van het oplossingsgericht werken zijn

zodanig positief dat niet alleen de pluscoaches maar ook medewerkers van het

LEC, alle entreeteams en sommige andere teams worden getraind in deze

methodiek.

Bij ieder mbo-college is een projectleider verantwoordelijk voor de coördinatie en

voortgang van de plusvoorziening. De projectleiders komen periodiek bij elkaar

en proberen de inzet en de kwaliteit van de plusvoorzieningen gezamenlijk nog

verder te verhogen. In 2016 zijn daartoe ook een aantal druk bezochte

masterclasses georganiseerd.

24 ISK: Internationale schakelklas

Page 33: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

33 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

2.7 Passend Onderwijs

Visie

Het ROCvA en ROCvF streven naar passend onderwijs door deskundige

docenten die kunnen omgaan met verschillen in de klas. Waar nodig wordt extra

ondersteuning geboden. Deze ondersteuning moet op alle mbo-colleges voor alle

studenten beschikbaar zijn. Om inzichtelijk te maken welke ondersteuning

geboden wordt, hebben de teams in 2014 een ondersteuningsprofiel opgesteld.

Ondersteuningsarrangementen zijn mogelijk bij motorische of auditieve

beperkingen, dyslexie, leerachterstanden, faalangst, enzovoort.

Organisatie van Passend Onderwijs

De regie op de uitvoering van het Passend Onderwijs bij de mbo-colleges ligt bij

het Loopbaan Expertise Centrum (LEC). Het LEC beheert het Passend

Onderwijsbudget voor het mbo-college, wijst de specialistische ondersteuning

toe en adviseert bij plaatsingen. Het accent wordt in toenemende mate gelegd op

het toerusten en ondersteunen van de onderwijsteams.

Het Expertisecentrum Passend Onderwijs (ExPO) coördineert de uitvoering van

Passend Onderwijs voor het ROCvA en ROCvF als geheel. Daarnaast adviseert

het ExPO interne en externe partners over plaatsing van Passend

Onderwijsstudenten in Amsterdam.

De ondersteuningsprofielen van de teams zijn in 2015 voor het eerst geëvalueerd

en aangepast. In 2016 zijn per mbo-college verbeterplannen opgesteld. In 2016

is tevens gestart met audits Passend Onderwijs.

25 LGF: Leerlinggebonden financiering

Ondersteuning in het kader van Passend Onderwijs

Wanneer tijdens de intake blijkt dat een kandidaat specialistische ondersteuning

nodig heeft, verzorgt het LEC een specialistische intake. Vervolgens wordt door

het LEC een ondersteuningsplan opgesteld. Het plan wordt doorgenomen met

de student en met de opleiding en opgenomen in de bijlage bij de

onderwijsovereenkomst.

De ondersteuning in het kader van Passend Onderwijs wordt in hoofdzaak

geleverd door interne specialisten van het LEC, maar soms ook door extern

ingehuurde specialisten. De begeleiding heeft een individueel karakter, maar

waar wenselijk en mogelijk gebeurt dit groepsgewijs. De ondersteunings-

arrangementen zijn ingedeeld naar intensiteit (licht, midden, zwaar) en duur (kort,

midden, lang).

In 2016 hadden in totaal 884 studenten een ondersteuningsplan, met in meerder-

heid een licht of midden-arrangement met een duur van 40 weken. Daarnaast

werden in totaal 1855 studenten begeleid in verband met dyslexie of dyscalculie

en bedroeg het aantal studenten dat gebruikt maakte van aangepaste

examinering 2499. Voorafgaand aan de toekenning van ondersteuning vonden

1252 specialistische intakes plaats.

Financiële verantwoording Passend Onderwijs

Het Passend Onderwijsbudget bedroeg in 2016 € 2,15 miljoen voor het ROCvA

en € 0,5 miljoen voor het ROCvF. Ieder mbo-college kreeg, na aftrek van een

bedrag voor de centrale inkoop van ambulante begeleiding en na aftrek van het

budget van het Expertisecentrum, een deel van dit budget op basis van het aantal

rugzakjes over de laatste drie jaar van de LGF25. Voor 2017 wordt gezocht naar

een nieuwe verdeelsleutel.

De middelen van de mbo-colleges zijn ingezet voor de financiering van de

Passend Onderwijsexperts (intern), inkoop van externe begeleiders,

dyslexiebegeleiding, rekenbegeleiding, scholing, inkoop van onderwijsmiddelen

Page 34: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

34 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

en mbo-collegespecifieke activiteiten, zoals het formeren van een klas voor

autistische studenten in MBO College Westpoort.

26 Lob: loopbaanoriëntatie en -begeleiding

2.8 Beroepskolom

Overstap vmbo-mbo

De samenwerking met het vmbo is in 2016 verbreed en de oriëntatie- en

voorlichtingsactiviteiten zijn versterkt.

De Open Dagen hebben een nieuwe vorm en een nieuwe naam gekregen: Try-

out Days. Bezoekers worden verwelkomd door docenten en studenten en krijgen

een goede indruk van de opleidingen doordat ze echt iets kunnen proberen.

De websites van het ROCvA en ROCvF zijn vernieuwd en toegankelijker

geworden. Bezoekers van de sites worden geholpen bij het maken van een keuze

voor een opleiding. Wanneer zij zich aanmelden kunnen zij een profiel aanmaken

waarin ze hun intakeproces kunnen volgen. Het profiel bewaart ook de resultaten

van de tests die zij op de website hebben ingevuld en laat zien welke Try-out

Days ze hebben bezocht. Daarmee kunnen vmbo-leerlingen aan hun decanen

en ouders laten zien hoe ze zich georienteerd hebben.

Per regio zijn bestuurlijk afspraken gemaakt om tot een intensievere

samenwerking te komen ten behoeve van de overstap vo-mbo. Het vo in

Amsterdam heeft de ambitie uitgesproken een gezamenlijke standaard te

ontwikkelen voor lob26-portfolio’s in samenwerking met het mbo. In Almere is een

vergelijkbaar initiatief van start gegaan onder de naam Alvast MBO. Daar wordt

niet alleen samen aan een lob-dossier gewerkt maar ook aan de uitvoering van

de keuzevakken in het vmbo. MBO College Lelystad heeft met vo-scholen een

doorlopende leerlijn ontworpen waarin leerlingen in het derde jaar van het vo

gediplomeerd worden en in het vierde jaar een geïntegreerd programma vo-mbo

aangeboden krijgen.

De samenwerking in de regio wordt ondersteund door een monitoringssysteem,.

Dit systeem volgt vo-leerlingen tijdens het hele proces van aanmelding tot

inschrijving bij een mbo-opleiding. Het doel ervan is risico-leerlingen tijdig te

traceren en daarmee een grotere kans te hebben uitval te voorkomen.

Page 35: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

35 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Vakmanschapsroute

Samen met drie vmbo-scholen27 geeft het ROCvA vorm aan zeven

vakmanschapsroutes: Zorg & Welzijn, Sport, Haarverzorging, Handel,

Administratie, Kok, Gastheerschap en Bakkerij. Dit is minder dan voorheen

omdat de experimenteerruimte die de vakmanschapsroute biedt niet veel

toevoegt aan de gewone wet- en regelgeving. De vernieuwing in het

beroepsgerichte vmbo en het mbo geeft nu voldoende mogelijkheden om de

doorlopende leerlijnen vorm te geven.

Associate degree

De doorstroom van het mbo naar een Associate degree-opleiding (AD) wordt

steeds populairder. Het AD is zowel inhoudelijk als financieel een interessant

alternatief voor onze studenten, zeker nu de AD opleidingen een zelfstandig

status krijgen en niet meer gekoppeld hoeven te zijn aan een vierjarig hbo-traject.

Het ROCvA en ROCvF werken nauw samen met de Hogescholen in de regio bij

de ontwikkeling van deze AD ’s.

In februari is door het ROCvA en de Hogeschool van Amsterdam begonnen aan

de ontwikkeling van drie AD’s: ondernemen, business en engineering. De

ontwikkeling van deze AD’s is een voorbereiding op de start van de Amsterdam

Associate degree Academie en de AD-opleidingen in september 2018. Het

streven is de academie in een apart gebouw te huisvesten. Daar zal lesgegeven

worden door mbo-docenten en hbo-docenten, op basis van een pedagogisch-

didactische aanpak gericht op de doelgroep.

In september is de AD Software development gestart, die ontwikkeld is door MBO

College Almere en Windesheim Flevoland. Ook is gestart met het AD-programma

Pedagogisch-Educatief Medewerker op de Hogeschool Ipabo in Amsterdam. Het

programma is ontwikkeld door MBO College West en de Hogeschool Ipabo.

De aanvragen voor de AD’s IT Servicemanagement en Business Studies &

Logistiek zijn toegekend. De AD Business Studies & Logistiek zal gedeeltelijk op

MBO College Airport uitgevoerd gaan worden.

27 Calvijn College, Montessori College Amsterdam, Berkhoff en Hubertus.

Keuzedeel Voorbereiding hbo

De uitval van mbo-studenten in het hbo vindt vooral plaats onder studenten met

een niet-westerse achtergrond in het eerste leerjaar. Door intensieve

samenwerking tussen het mbo en hbo wordt geprobeerd deze trend te keren. Al

in 2015 startten de instellingen van het regionaal netwerk Mbo-hbo Noord-

Holland/Flevoland met het gezamenlijk ontwikkelen het generieke keuzedeel

Voorbereiding hbo. Doel van het keuzedeel is de kans op studiesucces van mbo-

studenten in de propedeuse te vergroten door hen voor te bereiden op het

denkniveau en de manier van werken in het hbo, en door hen te helpen bij het

maken van een bewuste keuze. Het keuzedeel is gericht op competentie-

ontwikkeling en niet in eerste instantie op het wegwerken van deficiënties.

In juni 2016 is een uitwerking van het keuzedeel beschikbaar gekomen voor een

zevental opleidingen. In september 2016 is begonnen met pilots met als doel

invoering per september 2017. In de pilot wordt onderzocht of er één vorm van

examinering in de regio afgesproken kan worden. Andere aandachtspunten zijn

taalontwikkelend lesgeven, een doorlopende lijn loopbaanbegeleiding en

blended learning.

Page 36: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

36 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

2.9 Toezicht op kwaliteit

Auditorganisatie

In 2014 is gestart met het opzetten van een interne auditorganisatie, met als doel

van elkaar te leren en zo doende ons onderwijs te verbeteren. Elk onderwijsteam

wordt eens per drie jaar beoordeeld op onderwijs, examinering en

kwaliteitsborging. De audits worden afgenomen door docenten,

opleidingsmanagers en beleidsmedewerkers die zijn opgeleid tot auditor. Bij 30%

van de audits wordt een externe auditor betrokken.

In schooljaar 2015-2016 zijn vierendertig interne audits afgenomen en voor

schooljaar 2016-2017 staan zestig audits gepland. De meeste onvoldoendes

vallen op het gebied van examinering, doordat de examencommissies nog

onvoldoende hun controlerende rol vervullen. Deze tekortkoming ondervangen

we met de nieuwe examenorganisatie. De resultaten op het gebied van onderwijs

zijn beter. De basiskwaliteit van het onderwijs is bij meeste opleidingen

‘voldoende’.

Aansluitend bij de ontwikkeling van de onderwijsteams richt de

deskundigheidsbevordering van de auditoren zich in 2016 en 2017 op het

beoordelen van het didactisch handelen. Een tweede aandachtspunt is de

kwaliteitscultuur. De overstap naar het nieuwe waarderingskader zal gebruikt

worden om nader te onderzoeken hoe we hier in lijn met de meerjarenstrategie

mee om willen gaan.

De Inspectie van het Onderwijs heeft haar waardering uitgesproken over de

interne auditsystematiek. Deze eigen beoordeling van onderwijs en examinering

heeft belangrijk bijgedragen aan het positieve oordeel voor kwaliteitsborging bij

de Staat van Instelling.

Inspectietoezicht

De Inspectie van het Onderwijs voerde in 2016 het driejaarlijkse onderzoek naar

de Staat van de instelling uit bij zowel ROCvA als ROCvF. De kwaliteitsborging

op instellingsniveau werd bij het ROCvA beoordeeld als ‘goed’, bij het ROCvF als

‘voldoende’. Dat is een stap vooruit ten opzichte van 2013. Toen werd de

kwaliteitsboring op instellingniveau bij het ROCvA beoordeeld als ‘voldoende’ en

bij het ROCvF als ‘onvoldoende’. Bij het heronderzoek in 2014 bleek de

kwaliteitsborging bij het ROCvF ‘voldoende’.

ROC van Amsterdam

De inspectie constateert in het rapport van ROC van Amsterdam:

‘De kwaliteitsborging op instellingsniveau bij ROCvA is beoordeeld als

goed. Aan alle aspecten is op uitstekende wijze voldaan. Het ROCvA

hanteert al enkele jaren een kwaliteitszorgsysteem om haar ambities en

doelen te realiseren. De missie vormt de basis voor het strategisch

beleidsplan. (...) Het college van bestuur stimuleert en faciliteert de

onderwijsteams om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor de

ontwikkeling van de onderwijskwaliteit. Kwaliteitsbewustzijn en

eigenaarschap zijn daarbij belangrijke waarden. (…) Uit de gevoerde

gesprekken met verschillende medewerkers tijdens de onderzoeken

blijkt dat er groot kwalititeitsbewustzijn is. De aandacht voor

systematische kwaliteitszorg wordt niet alleen breed gedragen maar is

ook verankerd in het dagelijkse handelen en zichtbaar gedrag op alle

niveaus. (…) De doelen uit de vigerende kaderbrief 2016 (Ik ben de

kaders meester) zijn in belangrijke mate gerealiseerd.’

Een steekproef van vijf opleidingen werd onderzocht op de gebieden onderwijs,

examinering en kwaliteitsborging.

Page 37: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

37 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De opleidingen Sport en Apothekersassistent vallen op met ‘goed’ voor het

onderwijsproces en in het geval van Sport ook voor kwaliteitsborging. Bij de

opleiding Signmaker vindt in het najaar van 2017 een heronderzoek plaats op de

gebieden examinering en kwaliteitsborging.

De inspectie voerde ook een kwaliteitsonderzoek uit bij de opleidingen

Verkoopspecialist van het ROCvA. Aanleiding daarvoor waren de onvoldoende

opbrengsten. Vier opleidingen werden onderzocht op onderwijsproces,

examinering en kwaliteitsborging. Slechts één onderdeel werd als zwak

beoordeeld: het onderwijsproces bij de opleiding Eerste verkoper. Op het

moment van dit schrijven zijn ook deze resultaten ‘voldoende’.

Tot slot voerde de inspectie een onderzoek kwaliteitsverbetering uit bij de twee

locaties van ROC op Maat van het ROCvA. Tijdens een kwaliteitsonderzoek in

2015 werd geconstateerd dat de examinering en diplomering en de wettelijke

vereisten onvoldoende waren. Ditmaal kwam de inspectie tot de conclusie dat

beide onderdelen voldoende waren.

ROC van Flevoland

De inspectie constateert in het rapport ‘Staat van de instelling’ van ROCvF:

‘De kwaliteitsborging op instellingsniveau bij ROCvF beoordelen we als

voldoende. Aan alle kernaspecten is voldaan. Het ROCvF heeft de

afgelopen jaren gebruikt om de kwaliteitsborging verder te ontwikkelen.

Het college van bestuur heeft daarbij ingezet op de kwaliteit en de

effectiviteit van de kwaliteitsborging die verder reikt dan het

instrumenteel bewaken en bijsturen van risico’s. Zij stimuleert en

faciliteert de onderwijsteams om zelf verantwoordelijkheid te nemen

voor de ontwikkeling van de onderwijskwaliteit. Kwaliteitsbewustzijn en

eigenaarschap zijn belangrijke waarden van waaruit de

kwaliteitsborging vorm krijgt. ROCvF zit midden in de ontwikkeling naar

eigenaarschap op teamniveau. We constateren daarbij veel verschillen

in fase van ontwikkeling op teamniveau. Ook zien wij dat samenwerking

met het ROC van Amsterdam en de bestuurlijke invloed die daar vanuit

gaat, het kritisch en lerend vermogen van het management bij ROCvF

stimuleert.’

Een steekproef van vijf opleidingen werd onderzocht op de gebieden onderwijs,

examinering en kwaliteitsborging. Daarnaast vond een onderzoek naar

kwaliteitsverbetering plaats bij twee opleidingen.

Staat van de instelling ROC van Amsterdam

Steekproefopleidingen ICT Sport Design Signmaker

Onderwijs

Examinering

Kwaliteitsborging

Blauw = goed, groen = voldoende, oranje = onvoldoende

Apothekers

ass.

Kwaliteitsonderzoek ROC van Amsterdam

Verkoopspecialist

Onderwijs

Examinering

Kwaliteitsborging

Groen = voldoende, oranje = onvoldoende

DetailhandelEerste

verkoperAdviseurSpecialist

Page 38: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

38 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De opleiding Juridisch medewerker valt op met een ‘goed’ voor het

onderwijsproces. Vier opleidingen hebben een ‘onvoldoende’ voor de

examinering. De kern van de geconstateerde tekortkomingen ligt in het

onvoldoende onafhankelijk en kritisch functioneren van de examencommissies.

In de kwaliteit van de uitgegeven diploma’s zijn geen tekortkomingen

geconstateerd.

Drie opleidingen hebben een ‘onvoldoende’ voor kwaliteitsborging. De inspectie

ziet echter een groei in de ontwikkeling van kwaliteitsborging, waarbij sprake is

van een gerichte en adequate sturing en monitoring. In het onderzoek naar

kwaliteitsverbetering bij de opleidingen Mediavormgever en Administratief

medewerker ziet de inspectie deze positieve trend bevestigd. Hier wordt

zichtbaar en gestructureerd geprioriteerd op speerpunten en is sprake van

28 Pdca: Plan do check act

onderwijskundig leiderschap. De kwaliteitsborging van beide opleidingen is met

een ‘voldoende’ beoordeeld.

De resultaten van het onderzoek komen overeen met het beeld dat onze interne

audits geven. De onvoldoendes op de gebieden kwaliteitszorg en examinering

hebben vooral te maken met slordigheid; het niet volledig afmaken van de pdca28-

cyclus en een onvoldoende scherpe controle op het volgen van procedures. Met

de invoering van Examenorganisatie 2.0 en het sturen op kwaliteitsborging

worden deze tekortkomingen weggewerkt.

Staat van de instelling ROC van Flevoland

Steekproefopleidingen

Engineering Sport Medewerker

bediening

Verkoper

Onderwijs

Examinering

Kwaliteitsborging

Blauw = goed, groen = voldoende, oranje = onvoldoende

Juridisch

medewerker

Onderzoek kwaliteitsverbetering ROC van Flevoland

Kwaliteitsborging

Groen = voldoende

AdministratieMediavorm-

gever

Page 39: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

39 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

3 Onderwijs vo

3.1 Onderwijsprestaties

Leerlingenaantal

Op 1 augustus 2016 zijn de onderdelen van ROC op Maat door het VOvA

overgedragen aan MBO College Zuidoost en MBO College West. Het ging in

totaal om 81 leerlingen. Het leerlingenaantal van het VOvA is hierdoor ten

opzichte van vorig jaar licht gedaald. Wanneer we de leerlingen van ROC op

Maat niet meetellen, is het aantal licht gestegen. De groei zit vooral bij het

Hyperion Lyceum en de Bredero Mavo.

Het Bredero Lyceum heeft met ingang van schooljaar 2016-2017 opgehouden te

bestaan. De school heeft aan de basis gestaan van het Hyperion Lyceum en De

Nieuwe Havo. Onder de naam VOX is in 2016 een nieuw onderwijsinitiatief

gestart: een klas met leerlingen van vmbo tot vwo. Deze klas is in onderstaande

tabel apart weergegeven.

Aantal leerlingen VOvA

Schooljaar 2015-16 2016-17

Bredero Beroepscollege 345 346

Bredero Lyceum 25

Bredero Mavo 323 374

De Nieuwe Havo 448 434

Hubertus & Berkhoff 517 506

Hyperion Lyceum 636 767

LUCA Praktijkschool 144 154

Stelle College 229 211

Tobiasschool 183 187

VOX 21

Totaal aantal leerlingen 2.850 3.000

Page 40: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

40 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Examenresultaten

De meeste scholen hebben een examenresultaat dat dicht bij of boven het

landelijk gemiddelde ligt. Landelijk was het slagingspercentage in 2016 onder

vmbo-leerlingen 95,2 procent en onder havo-leerlingen 88,6 procent.

Acht leerlingen verspreid over alle schoolsoorten slaagden cum laude. Het

Hyperion Lyceum heeft in 2016 nog geen examens afgenomen.

Tevredenheid

Tevredenheid van zowel ouders als leerlingen blijft een belangrijk aandachtspunt

voor het VOvA. Het doel is een 7 of meer; dit wordt door steeds meer scholen

bereikt. In 2016 valt de daling op van het tevredenheidscijfer bij de Hubertus &

Berkhoff. Onderzocht wordt wat hiervan de oorzaken zijn.

Naast tevredenheid over het onderwijs zijn in 2016 ook de beleving van het

schoolklimaat en de veiligheid gemeten. De uitkomst daarvan ligt voor alle

scholen respectievelijk rond de 7 en rond de 8. De gegevens zijn gepubliceerd in

Vensters voor Verantwoording en Schoolkompas en zijn hiermee toegankelijk

voor ouders, leerlingen, onderwijsinspectie en andere belanghebbenden.

Examenresultaten VOvA

Percentage geslaagden

Bredero beroepscollege basis 91,3

kader 82,1

Bredero Mavo 98,7

De Nieuwe Havo 88,2

Hubertus & Berkhoff basis 100

kader 98,8

Stelle College basis 100

kader 100

Tobiasschool basis 90

kader 100

Tevredenheid leerlingen

Schooljaar 2015 2016

Bredero beroepscollege 6 6,7

Bredero Mavo 6,4 6,9

Bredero Lyceum 6,7

De Nieuwe Havo 6,7

Hubertus Vakschool 9

De Berkhoff 7,3

Hubertus & Berkhoff 6,7

Hyperion Lyceum 7,2 7,1

LUCA Praktijkschool 7,4 7,4

Stelle College 6,4 6,5

Tobiasschool 7,9 7,2

Page 41: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

41 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

3.2 Onderwijsontwikkeling

In 2016 is een nieuw onderwijsinitiatief gestart: een klas met leerlingen van

verschillende niveaus bij elkaar, van vmbo tot vwo. Dwars door de vakken en de

schoolniveaus heen wordt aan projecten gewerkt. De leerlingen worden begeleid

naar een examen op hun eigen niveau. Het project kreeg de naam VOX:

Voortgezet Onderwijs met een X. De X staat voor mixen en voor het onbekende.

VOX is een gezamenlijk project van de VOvA-scholen in Amsterdam Noord:

Hyperion Lyceum, Bredero Mavo, De nieuwe Havo en Bredero Beroepscollege.

De nieuwe Havo werkt samen met de Bredero Mavo aan de MHBO-route waarin

de programma’s voor mavoleerlingen die willen doorstromen naar de havo of het

mbo worden verbeterd en waarin een verkenning wordt gedaan naar

samenwerking tussen havo en mbo om expertise uit te wisselen en gezamenlijk

een lesaanbod voor avo- en praktijkgerichte vakken te ontwikkelen. De Bredero

Mavo profileert zich daarnaast door het uitbouwen van het tweetalig onderwijs.

Het Bredero Beroepscollege maakt zich sterk op techniek, dienstverlening en

ondernemen en wil daarmee alle sectoren in het vmbo met elkaar verbinden. Een

bijzondere vorm van grenzen doorbreken, is het assistent-meesterproject bij

techniek, waarin seniordocenten (meesters) en onderwijsassistenten elkaar

ondersteunen en inspireren. Dit project is uitgevoerd met een scholenbeurs van

de gemeente Amsterdam.

Het Hyperion Lyceum werkt in 2016 aan vernieuwing van het curriculum. In 2016

is de eerste paal geslagen van het nieuwe schoolgebouw dat in 2018 opgeleverd

zal worden.

Het nieuwe gebouw van de Tobiasschool is een succes. In de nieuwe

leeromgevingen gaan ambacht en actuele beroepspraktijk samen met de

Vrijeschool-pedagogiek. Ook het speciaal beroepsonderwijs heeft een plek in het

nieuwe gebouw; de synergie tussen beide onderwijssoorten is daardoor

toegenomen.

Ook de nieuwe huisvesting voor de Hubertus & Berkhoff geeft een stimulans aan

het onderwijs. Het restaurant en het Grand Café zijn een enorm succes. Het open

en overzichtelijke karakter van het gebouw maakt het mogelijk de verschillende

richtingen beter met elkaar te laten samenwerken. De vakmanschapsroute die

samen met MBO College Centrum van het ROCvA ontwikkeld is, is nu volledig

vorm gegeven.

De LUCA Praktijkschool is gestart met de invoering van gepersonaliseerd

onderwijs. Leergroepen uit alle leerjaren worden ingericht op taal en niveau.

Hierdoor zijn er geen jaarklassen meer en kan beter ingespeeld worden op wat

de leerling nodig heeft. De expertise ven het team komt zo beter tot haar recht.

Het Stelle College heeft 2016 gebruikt om zich met betrekking tot

leerprogramma’s, didactiek en profilering voor te bereiden op 2017. Dat is het

moment waarop het Stelle College verhuist naar het Zeeburgereiland en in de

huidige vorm ophoudt te bestaan. Belangrijke onderwijskundige thema’s zijn

geborgd en uitgebouwd zoals:

de vreedzame school;

structuur en methodiek van de leerlingzorg;

intervisie in het kader van pedagogisch klimaat;

vernieuwing van beroepsgerichte vakken met excellentie programma’s.

Page 42: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

42 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

3.3 Kwaliteit van het onderwijs

De kwaliteit van het onderwijs is in 2016 bij alle scholen op orde. De VOvA-

scholen hebben ‘groen’ gekregen van de Onderwijsinspectie en laten een ‘goed’

onderwijsrendement zien.

In 2016 is een begin gemaakt met het vormgeven van de schoolplannen

waarmee in het schooljaar 2017-2018 gewerkt gaat worden. De schoolplannen

geven per school de doelstellingen weer op het gebied van onderwijskwaliteit in

relatie met professionalisering en profilering over een periode van vier jaar. De

schoolplannen hangen samen met het meerjarenplan van het VOvA dat in de

loop van 2017 wordt afgerond.

Ook hebben de scholen in 2016 een begin gemaakt met de invulling van het

thema kansengelijkheid binnen hun onderwijs. Daaronder valt onder andere de

invoering van loopbaanbegeleiding en het versterken van de participatie van

ouders en leerlingen.

Page 43: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

43 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

4 Onderwijs aan volwassenen

4.1 Vavo

Leerlingenaantal

Het voortgezet onderwijs aan volwassenen (vavo) is ondergebracht bij het Joke

Smit College in Amsterdam. Het aantal leerlingen in schooljaar 2016-2017

bedraagt 1218. Dat is een groei ten opzichte van vorig jaar; toen had het Joke

Smit College 1125 leerlingen.

Van de 1218 leerlingen valt 89% onder de categorie Rijksgefinancierde leerlingen

van 18 jaar en ouder. De overige 11% zijn zogenaamde ‘Rutte-leerlingen’:

leerlingen die uitbesteed zijn door het reguliere voortgezet onderwijs.

Examenresultaten

In 2016 gaf het Joke Smit College 397 diploma’s uit.

Het percentage voldoendes dat behaald werd op het centraal examen (CE) lag

op de mavo lager dan vorig jaar en op de havo en vwo hoger.

Aantal diploma's vavo

Schooljaar 2015 2016

Mavo 60 47

Havo 199 214

Vwo 148 136

Totaal aantal diploma's 407 397

Page 44: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

44 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De gemiddelde cijfers die behaald werden op het schoolexamen (SE) en het

centraal examen, liggen dicht bij elkaar. De verschillen zijn kleiner dan de door

de inspectie van het onderwijs geaccepteerde 0,5 punt.

Begeleiding

Het opkomstpercentage van de leerlingen in de lessen is 81%. Dankzij de

presentieplicht en de reflectiegesprekken - studenten reflecteren met hun mentor

op hun kwaliteiten en hun loopbaan – zijn we er net als vorig schooljaar in

geslaagd om de leerlingen meer dan 80% in de les aanwezig te laten zijn.

Minimaal 80% in de lessen aanwezig zijn is een voorwaarde om aan de

herkansingen van de schoolexamens te mogen deelnemen.

Kwaliteit onderwijs

In de leerlingentevredenheidenquête antwoordt 71% van de leerlingen ‘ja’ op de

vraag of de docent duidelijk uitlegt (22% neutraal, 7% nee).

Op de vraag of de docent enthousiast is antwoordt 76% van de leerlingen ‘ja’

(20% neutraal, 4% nee).

De kwaliteit van de lessen wordt geborgd door het systematisch afleggen van

lesbezoeken en het geven van feedback. Dit doen zowel de docenten onderling

als door de schoolleiding. Voor beginnende docenten zijn er intervisiegroepen,

waar vaak ook ervaren docenten aan deelnemen. De kwaliteit van de lessen

wordt besproken in het jaarlijks functioneringsgesprek.

Sinds september 2016 neemt het Joke Smit College deel aan het landelijk project

Stichting LeerKRACHT, een initiatief van McKinsey.

Teamontwikkeling

Aan teamontwikkeling wordt gewerkt door deelname aan diverse landelijke

projecten:

Eerst de Klas voor het inzetten van excellente academici in het

onderwijs;

Onderwijstraineeship voor het vinden van docenten voor tekortvakken;

Student Wordt Docent voor het realiseren van verjonging in het team.

Dankzij deze projecten is de leerlingentevredenheid toegenomen op de

onderdelen betrokkenheid, inlevingsvermogen en geeft leerlingen het gevoel iets

te kunnen. Ook is het dankzij deze projecten gelukt 1e graads- docenten te

werven voor de tekortvakken (wiskunde, natuurkunde, Engels) en de gemiddelde

leeftijd van het team terug te brengen naar 35 jaar.

Aangezien Eerst de Klas en Onderwijstraineeship een doorontwikkeljaar hebben,

worden geen nieuwe trainees geworven. Dit was voor het Joke Smit College

aanleiding om een eigen traineeship op te zetten, gebruikmakend van de ruime

expertise in het team.

Percentage voldoendes op CE

2015 2016

Mavo 72% 62%

Havo 62% 65%

Vwo 59% 64%

Verschil cijfers SE en CE

SE CE Verschil

Mavo 6,0 5,8 0,2

Havo 5,9 5,9 0,0

Vwo 6,0 5,7 0,3

Page 45: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

45 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

4.2 Educatie

Deelnemersaantal

Het ROCvA en ROCvF hebben ieder een eigen afdeling Educatie. Het aantal

deelnemers van beide afdelingen steeg voor het tweede jaar op rij. De stijging

wordt voor een groot deel veroorzaakt door de vraag naar

inburgeringscursussen. Daarnaast is het beide afdelingen gelukt een flink deel

van de aanbestedingen gegund te krijgen.

Amsterdam en omstreken

De activiteiten van de afdeling Educatie Amsterdam bestaan uit:

Verplicht deel WEB, Amsterdam, Diemen, Amstelveen, Ronde Venen,

Aalsmeer, Uithoorn, Haarlemmermeer, Hilversum;

Aanbesteding vrij deel WEB, Amstelveen, Ronde Venen, Aalsmeer,

Haarlemmermeer, Hilversum;

Aanbesteding Amsterdam (stadsdelen Noord, Oost en Centrum);

Inburgering en gecombineerde trajecten, Amsterdam en

Haarlemmermeer;

Speciale trajecten in samenwerking met gemeentelijke instellingen.

De samenwerking van de afdeling Educatie met de mbo-colleges begint steeds

meer gestalte te krijgen. Intakers van mbo-opleidingen worden door

medewerkers van Educatie voorgelicht over waar op te letten wanneer

vluchtelingen zich aanmelden voor een mbo-opleiding en wat de mogelijkheden

zijn. In samenwerking met MBO College Westpoort, MBO College Noord en MBO

College Centrum geeft de afdeling Educatie vorm aan gecombineerde trajecten.

Dit zijn trajecten waarin taalscholing wordt gecombineerd met een mbo-opleiding.

Ze zijn toegankelijk voor statushouders van 18 jaar en ouder. Zie voor een

beschrijving paragraaf 2.2, Onderwijsontwikkeling in het mbo.

De tevredenheid onder deelnemers wordt nog niet stelselmatig onderzocht. Daar

zijn wel plannen voor. Het tevredenheidsonderzoek dat Panteia houdt onder

inburgeraars, leverde het cijfer 8,2 op.

De afdeling Educatie Amsterdam heeft het keurmerk Blik op Werk.

Flevoland

De activiteiten van de afdeling Educatie Flevoland bestaan uit:

Verplicht deel WEB, Almere, Lelystad, Dronten;

Aanbesteding vrij deel WEB, Almere, Lelystad;

Inburgering, Almere, Lelystad;

Internationale schakelklassen Lelystad;

Speciale trajecten in samenwerking met gemeentelijke instellingen.

In Lelystad verzorgt de afdeling Educatie namens het voortgezet onderwijs de

internationale schakelklassen in samenwerking met de Entree-opleidingen van

MBO College Lelystad. Dit brengt nieuwe problematiek met zich mee, zoals

jongens die meisjes willen ‘corrigeren’. Dit vraagt nieuwe competenties van

docenten. Ook de voortdurende instroom vraagt aanpassingen van de

Page 46: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

46 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

organisatie. Een succesfactor is de nauwe samenwerking met mbo-opleidingen;

dit vergemakkelijkt de doorstroom van studenten.

Onder de deelnemers bestaat een behoorlijke mate van tevredenheid: het

tevredenheidsonderzoek dat Panteia houdt onder inburgeraars resulteerde in

een 8,5. Helaas was het aantal ondervraagde personen nog te laag om

representatief te zijn. Vooralsnog wordt het beeld gevormd door de klachten die

bij de manager binnenkwamen. De meeste klachten betroffen de kwaliteit van de

lesruimtes en het stringente pasjesbeleid aan de deur. De tevredenheid van

deelnemers over de docenten was hoog.

De afdeling Educatie Flevoland heeft na een succesvolle audit in september

2016, het keurmerk Blik op Werk weer definitief toegekend gekregen.

Page 47: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

47 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

5 Personeel

29 Fte staat voor fulltime-equivalent. Het is een rekeneenheid waarmee de omvang van een functie of de personeelssterkte wordt uitgedrukt. Eén fte is een volledige werkweek.

5.1 Personele bezetting

Aantal medewerkers

Het aantal medewerkers neemt in 2016 toe en deze stijging zet zich door in 2017.

Deels is dit te verklaren uit de toename van studenten en leerlingen. Een andere

oorzaak ligt in het feit dat de tijdelijke middelen voornamelijk ingezet worden op

personeel.

Het gemiddeld aantal fulltime banen over 2016 bedroeg bij het ROCvA 2207,38

fte29, bij het VOvA 337,57 fte en bij het ROCvF 368,33 fte.

Page 48: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

48 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Functiecategorieën

Om de instellingen te kunnen vergelijken op de landelijke benchmark, is in 2016

de functiecategorie secundair personeel opgesplitst in drie delen:

direct onderwijsondersteunend personeel, zoals een roosteraar of de

deelnemersadministratie;

indirect onderwijsondersteunend personeel, zoals de dienst financiën;

directie en management.

De volgende overzichten laten de verhouding tussen de verschillende

categorieën zien. Daarbij moet worden bedacht dat het ROCvF geen centrale

diensten kent, maar deze inhuurt bij het ROCvA.

Page 49: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

49 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Leeftijd

Hoewel de meerderheid van de medewerkers nog altijd ouder dan 40 jaar is,

begint het beleid om jonge mensen aan te nemen vruchten af te dragen. De

gemiddelde leeftijd is gedaald van 49,0 jaar in 2015 naar 47,4 jaar in 2016. De

verjonging gaat extra snel op plaatsen waar het aantal studenten toeneemt en

waar dus nieuwe docenten aangenomen kunnen worden.

Mannen en vrouwen

Het percentage vrouwen ligt tussen de 51 en 55%. Hierin verandert weinig.

Aantal fte's man en vrouw per 31 dec

2016

2015

2016

2015

ROCvA Man 1.033,64 982,23 45% 46%

Vrouw 1.269,93 1.162,55 55% 54%

ROCvF Man 174,63 173,87 47% 47%

Vrouw 196,45 192,96 53% 53%

VOvA Man 163,91 161,69 49% 49%

Vrouw 172,23 170,32 51% 51%

Page 50: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

50 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Flexibele contracten

Het ROCvA en ROCvF hebben als norm gesteld dat vijftien tot twintig procent

van de contracten flexibel moet zijn. De voornaamste reden hiervoor is dat een

organisatie-eenheid flexibel moet kunnen inspelen op een mogelijke krimp van

activiteiten. Een tweede reden is dat op tijdelijke budgetten geen vast personeel

benoemd kan worden.

Het aantal flexibele contracten verschilt per team. Afdelingen die sterk van

contractactiviteiten afhankelijk zijn, zoals Educatie, werken grotendeels met

zzp’ers30. Ook creatieve opleidingen, zoals de Frank Sanders Academie, huren

voor de beroepsgerichte vakken merendeels zzp’ers in.

In het voorjaar van 2016 werd de inhuur van flexibele capaciteit aanbesteed. Het

gaat hierbij om uitzendkrachten, payrollers, gedetacheerden en zzp’ers. De

opdracht is gegund aan Randstad voor het onderwijzend personeel en aan

Tempo Team voor de andere drie categorieën. Beide partijen hebben een

makelaarsrol. Dat betekent dat wanneer zij zelf geen geschikte kandidaten

kunnen leveren voor een bepaalde vacature, zij die vacature zullen uitzetten bij

andere bureaus. De contracten zijn met beide partijen ingegaan per 1 december

2016.

30 Zzp: zelfstandige zonder personeel

Met ingang van 1 mei 2016 is de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties

(DBA) ingevoerd. De wet heeft tot doel het tegengaan van schijnzelfstandigheid.

Voor de beoordeling of al dan niet sprake is van schijnzelfstandigheid geeft de

wet echter weinig houvast. Dat maakt dat de inhuur van zzp’ers ingewikkelder

geworden is. De handhaving van de wet is uitgesteld, maar de wet is wel al van

kracht. Sinds 1 mei 2016 wordt daarom met de twee modelovereenkomsten

gewerkt die de MBO Raad in samenspraak met de belastingdienst voor de mbo-

sector heeft opgesteld.

De periode tot 1 januari 2018 wordt benut om de zzp-constructies goed onder de

loep te nemen. We worden hierbij geadviseerd door Randstad en Tempo-Team.

Participatiewet

De participatiewet is ingevoerd op 1 januari 2015. Het doel van de wet is om

nieuwe werkplekken te creëren voor mensen met een arbeidsbeperking die niet

in staat zijn om zelfstandig het minimumloon te verdienen. Het ROCvA en ROCvF

kunnen zich goed vinden in het doel. Het biedt ook een deel van onze eigen

studenten een perspectief.

In 2016 zijn bij het ROCvA elf mensen aangenomen en bij het ROCvF één. Het

vinden van een geschikte werkplaats blijkt nog niet zo eenvoudig, ook al omdat

de catering en schoonmaak zijn uitbesteed, terwijl juist bij deze werkzaamheden

de doelgroep goed inzetbaar is. Om nieuwe mogelijkheden te creëren is een

nieuwe functie in het leven geroepen: de teamondersteuner. Deze functie kan op

verschillende manieren worden ingevuld. Iemand kan bijvoorbeeld zorgen voor

het netjes houden van de lokalen of eenvoudige administratieve handelingen

doen.

Onder voormalig studenten met een doelgroep-indicatie is geïnventariseerd wie

voor een participatiebaan in aanmerking willen komen. Inmiddels is een aantal

proefplaatsingen gedaan die mogelijk zullen leiden tot definitieve plaatsingen in

2017.

Vast en flexibele contracten in fte's per 31 dec

2016

2015

2016

2015

ROCvA Vast 1.810,81 1.783,07 78% 77%

Flexibel 492,77 361,72 22% 23%

ROCvF Vast 319,61 328,43 86% 90%

Flexibel 51,47 38,40 14% 10%

VOvA Vast 248,47 277,58 74% 84%

Flexibel 87,68 54,43 26% 16%

Page 51: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

51 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

5.2 In, door- en uitstroom

Werving en selectie

Bij het ROCvA was het aantal vacatures dat in 2016 ingevuld werd nagenoeg

gelijk aan dat in 2015. Het lijkt een trend dat voor steeds meer vacatures extern

geworven moet worden. Voor een aantal vacatures is het moeilijk kwalitatief

goede kandidaten te vinden. Dat geldt voor docenten techniek, Nederlands,

Engels en Duits. In Amsterdam hebben de schoolbesturen, de lerarenopleidingen

en de gemeente hun krachten verenigd in de Amsterdamse Onderwijsopgave,

met als doel meer mensen te interesseren in een baan in het onderwijs.

Bij het ROCvF zien we een sterke stijging van het aantal vacatures. Een

verklaring hiervoor is dat de reorganisatie achter de rug is en de vacaturestop is

opgeheven. Ook hier zien we dat de meeste vacatures ingevuld worden met

externe kandidaten en dat een aantal docentenfuncties om extra inspanningen

vraagt.

Deze ontwikkelingen, die naar verwachting de komende jaren zullen doorzetten,

maken het van belang aandacht te besteden aan strategische

personeelsplanning en werving. Om teams en mbo-colleges inzicht te geven in

de (toekomstige) ontwikkelingen in het personeelsbestand, is een tool ontwikkeld

voor strategische personeelsplanning. De uitkomsten van de tool vormen de

basis voor de kwantitatieve meerjarenplanning. De volgende stap wordt het in

kaart brengen van bevoegdheden en kwaliteiten van medewerkers. Dan kan de

tool ook input leveren voor de kwalitatieve meerjarenplanning.

In 2016 is veel aandacht besteed aan de kwaliteit van werving en selectie. Om

te beginnen is gewerkt aan professionalisering op het gebied van vacatureteksten

en het voeren van selectiegesprekken. Vanaf het voorjaar 2017 zal het mogelijk

zijn een e-assessment af te nemen.

Daarnaast was de inzet van wervingskanalen onderwerp van vernieuwing, in het

bijzonder het gebruik van sociale media daarbij. Na de zomervakantie zijn de

nieuwe websites in gebruik genomen waarop aparte Werken bij-pagina’s te

vinden zijn. Hier willen het ROCvA en ROCvF zich op een eigentijdse manier als

aantrekkelijke werkgever presenteren.

Ten slotte heeft de dienst HRM een recruiter aangesteld, die de scholen zal

bijstaan in het vinden van de juiste mensen.

Page 52: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

52 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Doorstroom

Om over voldoende mensen te kunnen blijven beschikken is het ook van belang

ongewenst vertrek van medewerkers te voorkomen. Het loopbaancentrum biedt

medewerkers verschillende mogelijkheden om aan de slag te gaan met

loopbaanontwikkeling: gesprekken, workshops, tests en scholing. Op de

hoofdlocaties van de mbo-colleges was in 2016 met regelmaat een

loopbaanadviseur aanwezig, waarmee medewerkers een adviesgesprek of een

loopbaanreflectiegesprek konden voeren. Het gebruik van de digitale omgeving

Hart voor Talent is ten opzichte van 2015 gestegen; vrijwel alle medewerkers

hebben het portaal bezocht. Van het workshopaanbod is beperkt gebruik

gemaakt.

Om meer inzicht te krijgen in wat mensen bindt aan de organisatie, zullen in 2017

de vertrekredenen van medewerkers in kaart gebracht worden. Ook wordt

onderzocht hoe het scholingsaanbod beter aansluit bij de behoefte van

medewerkers en leidinggevenden. De aanwezigheid van een loopbaanadviseur

op de mbo-colleges wordt gecontinueerd.

Uitstroom

Het ROCvA en ROCvF hechten aan een goede begeleiding van

uitkeringsgerechtigden naar werk. Dit is zowel in het belang van de organisatie

als van de mensen zelf. De begeleiding bestond in 2016, evenals voorgaande

jaren, uit individuele begeleiding, groepsbegeleiding, workshops en job search.

5.3 Professionalisering

Pedagogisch didactisch handelen

Amsterdam is de stad met de meeste nationaliteiten ter wereld. In oktober 2016

stond de teller op 180. Ook in onze scholen ontmoeten deze verschillende

culturen elkaar, wat een beroep doet op de competenties van de docenten.

Daarbij constateren we een toenemend verschil in de leefwerelden van de

student: op school, thuis en op straat. Illias el Hadioui, verbonden aan de

Erasmus Universiteit in Rotterdam, spreekt van een mismatch in de

pedagogische driehoek: thuiscultuur, schoolcultuur en straatcultuur. Hij begeleidt

meerdere teams bij het versterken van het pedagogisch handelen van de docent

in deze complexe context.

Tevens is er in 2016 veel geïnvesteerd op het gebied van didactisch handelen.

Met onderwijskundige ondersteuning en in samenspraak met het bedrijfsleven

zijn de curricula herschreven en is de onderwijskundige visie van teams

aangescherpt. Om het programma goed te kunnen implementeren is de aandacht

voor het didactisch handelen van docenten vergroot. Dit gebeurt op velerlei

manieren, zoals intervisie, coaching en training. Een belangrijke bijdrage levert

ieder jaar de LC-scholing die intern wordt georganiseerd. Vooral het onderdeel

klassenmanagement wordt door docenten als zeer zinvol ervaren.

Onderwijskundig leiderschap

De beweging naar teams als superschool vraagt om een nieuwe vorm van

leiderschap. Aan de orde zijn vraagstukken als: hoe zorg je dat mensen met

elkaar samenwerken, wat kun je doen om de werkdruk hanteerbaar te houden,

hoe kweek je een cultuur waarin mensen leren van elkaar.

Een antwoord daarop wordt onder andere gezocht in het nieuwe management-

developmenttraject, dat startte in april 2016. Het traject wordt verzorgd door

Ludens Talentontwikkeling. Uit de eerste evaluatie blijkt dat de deelnemers

gemotiveerd zijn en dat er veel diepgang is. Sommige deelnemers moesten

Page 53: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

53 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

wennen aan het feit dat er gewerkt wordt op het snijvlak van professionele en

persoonlijke ontwikkeling.

Daarnaast wordt in de teams gewerkt aan teamontwikkeling, vaak met behulp

van een coach. De aanpak varieert omdat teams in verschillende fases van

ontwikkeling zitten, maar richt zich vooral op samenwerken, elkaar aanspreken

en feedback geven. Het doel is de professionele dialoog te bevorderen, teneinde

van elkaar te leren en de innovatiekracht te versterken.

Examenfunctionarissen

Waar veel ruimte geboden wordt aan de onderwijsteams om hun eigen keuzes

te maken waar het gaat om methodiek, didactiek en pedagogische benadering,

wordt de nieuwe Examenorganisatie 2.0 centraal geregisseerd. In 2016 zijn alle

honderdvijftig leden van de Team Examencommissies (TEC) geschoold. De

scholing werd verzorgd door Cito en ICE. In 2017 zal gestart worden met een

certificeringstraject, dat verzorgd wordt door Certiforce. De certificering zal

bestaan uit drie onderdelen:

een kennistoets;

een portfolio;

een criterium-gericht interview.

Als alle onderdelen positief zijn afgesloten, komt het TEC-lid in aanmerking voor

het certificaat en voor opname in het Register voor examenfunctionarissen31.

Opleiden in de school

In 2016 hebben 496 studenten van lerarenopleidingen stagegelopen bij het

ROCvA en ROCvF. Het belang van het begeleiden van stagiaires wordt door de

scholen al jaren onderkend. Niet alleen brengen ze nieuwe ideeën en elan, ook

zijn zij een belangrijke kweekvijver voor nieuwe collega’s. Een goede afstemming

31 http://www.nvexamens.nl/nieuws/nvenieuws/287-register-examenfunctionarissen-2.html

en een goede samenwerking met de lerarenopleidingen zijn dan ook van het

grootste belang.

Om zij-instromers, stagiaires en startende docenten optimaal te begeleiden is in

2016 opnieuw de cursus Werkbegeleider aangeboden. De cursus richt zich op

ontwikkelingsgericht coachen. Eenenveertig docenten van het ROCvA en

ROCvF hebben in 2016 de cursus afgesloten met een certificaat. Een nieuwe

training volgt in het voorjaar van 2017.

Pedagogisch didactisch getuigschrift

Instructeurs die beschikken over een hbo-diploma, kunnen deelnemen aan de

opleiding Pedagogisch Didactisch Getuigschrift BVE32 (PDG) om een

onderwijsbevoegdheid te halen. Het programma, dat wordt uitgevoerd in

samenwerking met de Hogeschool van Amsterdam en de Hogeschool Utrecht, is

in 2014 herzien. Dit leidde tot een kleiner aantal geslaagden aan het eind van de

rit. Van de twintig deelnemers die in september 2014 startten, rondden veertien

de opleiding in maart 2016 af. Eén deelnemer is gestopt, vijf hebben uitstel

gevraagd. Opvallend is dat van de mensen die uitstel vroegen, meerdere een

universitaire graad hebben. Mogelijk wordt in de opleiding onvoldoende

gedifferentieerd, waardoor de bijeenkomsten voor deze doelgroep niet voldoende

uitdaging bieden. Dit wordt op korte termijn onderzocht, omdat het van groot

belang is juist deze doelgroep binnenboord te houden.

32 BVE: Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

Page 54: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

54 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

5.4 Welzijn medewerkers

Ziekteverzuim medewerkers

Het streven voor 2016 was om het ziekteverzuim te beperken tot maximaal 5%.

Dat is niet gelukt. Als we het percentage ziekteverzuim vergelijken met dat van

2015, dan zien we dat:

het verzuim bij het ROCvA stijgt naar 5,3%

het verzuim bij het ROCvF daalt naar 6,4%;

het verzuim bij het VOvA stijgt naar 6,6%.

Het verzuim was het hoogst in de maanden november en december, wat te

maken had met een griepgolf. Het langdurig verzuim was het hoogst bij

medewerkers ouder dan 50 jaar. Hier is een verband te leggen met de stijgende

leeftijd waarop medewerkers stoppen met werken. Het beleid is dan ook om al in

een vroeg stadium te bekijken hoe voorkomen kan worden dat mensen gaan

uitvallen. Dit kan onder andere door gesprekken met medewerkers te voeren over

hun loopbaanwensen en over wat ze nodig hebben om duurzaam te kunnen

blijven werken.

De verschillen tussen mbo-colleges zijn groot, van 4,1% tot 8,5%. In het laatste

geval is sprake van een aantal ernstig en langdurig zieke medewerkers. Op de

mbo-colleges houdt de bedrijfsarts iedere week een spreekuur voor

leidinggevenden. Het doel daarvan is verzuim te voorkomen door preventief te

juiste maatregelen te nemen.

Page 55: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

55 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Tevredenheid medewerkers

De tevredenheid van medewerkers wordt eens per twee jaar gemeten met behulp

van Effectory. In 2016 heeft geen meting plaatsgevonden, maar groeide de

verwachting dat de resultaten in 2017 een verbetering zouden tonen. Sinds 2016

ligt de focus op het onderwijs. De teams krijgen nadrukkelijk de ruimte te bouwen

aan hun superschool. Door klein binnen groot te organiseren worden de

samenwerking in het team en het gevoel van eigenaarschap bevorderd. Veel

energie is gestoken in de ontwikkeling van medewerkers en aan het gezamenlijk

bepalen van visie en doelen.

Vooruitlopend op het jaarverslag van 2017, kunnen we melden dat de

verwachting is uitgekomen. Zowel de tevredenheid als de betrokkenheid en

bevlogenheid van medewerkers is toegenomen. Ook wordt positief geoordeeld

over de leidinggevenden en de ruimte voor professionalisering en

loopbaanontwikkeling. Voor exacte cijfers zie bijlage 9.

Ondanks de forse verbetering op tevredenheid geven medewerkers het signaal

dat werkdruk hoog is. Er komen veel vraagstukken op medewerkers af en ook de

onderwijsintensivering en de invoering van de nieuwe kwalificatiestructuur

hebben de werkdruk verhoogd. In 2017 zal specifiek aandacht worden besteed

aan de teams die hebben aangegeven de werkdruk als te hoog ervaren.

Gebruiksvriendelijk informatiesysteem

Met als doel het gebruikersgemak voor medewerkers en managers te verbeteren

is besloten over te stappen naar een nieuw personeelsinformatiesysteem: Afas.

Medewerkers kunnen met dit systeem meer zelf regelen. Declaraties kunnen

eenvoudiger ingediend worden en managers kunnen zelf de ziekmeldingen doen.

Het nieuwe systeem is ingevoerd op 1 januari 2017.

Page 56: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

56 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

6 Bedrijfsvoering

6.1 Huisvesting

ROCvA

Bij MBO College Airport is de aanleg van een sportveld met kleedkamers en

verlichting voltooid.

Voor MBO College Noord is een nieuw gebouw aangekocht: Termini 10

Amsterdam, naast het Gare du Nord 13. Daarmee komen alle creatieve

opleidingen van MBO College Noord onder één dak.

MBO College West is in de zomer van 2016 ingrijpend verbouwd. Ook zijn er

organisatorische maatregelen genomen die het functioneren van het gebouw ten

goede komen. De reacties van de medewerkers waren positief; de knelpunten

die zij ervoeren, zijn hiermee opgelost.

Ook MBO College Zuidoost heeft in de zomer een facelift gekregen. De entree is

heel gebruiksvriendelijk geworden. De veiligheidspoortjes zijn verdwenen;

daarvoor in de plaats worden de bezoekers nu welkom geheten door studenten

van de opleiding Veiligheid. Daarnaast zijn enkele lokalen toegevoegd en is het

gebouw op een aantal plaatsen heringedeeld, waardoor de ruimte beter benut

wordt.

De locatie Elandsstraat van MBO College Centrum wordt gerenoveerd. Het grote

project heeft even stilgelegen, maar zal in 2017 hervat worden. De gemeente

heeft zich positief uitgelaten over de wijziging in het bestemmingsplan om ook de

patio te bebouwen.

De werkruimte voor het Facilitair Bedrijf is op een volledig nieuwe leest

geschoeid. Er is een frisse, open kantooromgeving gemaakt met activiteit-

gerelateerde werkplekken. Het Facilitair Bedrijf hoopt hiermee een rolmodel te

zijn voor andere afdelingen.

Op 10 juni 2016 is het pand Voormalige Stadstimmertuin notarieel geleverd aan

de koper. Daarmee is het laatste pand dat in Amsterdam op de verkooplijst stond

aan een koper overgedragen.

Page 57: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

57 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

ROCvF

Het ROCvF krijgt er een nieuw gebouw bij: MBO College Poort. In het voorjaar

van 2017 start de nieuwbouw. Ingebruikname is gepland in augustus 2018. In de

tussentijd wordt gebruik gemaakt van tijdelijke huisvesting tegenover het

nieuwbouwterrein. Voor de uitvoering van de praktijklessen van de sportopleiding

zijn twee zalen gehuurd in het Topsportcentrum Almere Poort.

Op de locatie Straat van Florida van MBO College Almere zijn nieuwe

praktijklokalen gemaakt voor de techniekopleidingen. Tevens is gestart met het

realiseren van lesruimten voor de opleidingen ICT en Media; deze verhuizen in

februari 2017 van de Louis Armstrongweg naar de Straat van Florida. In 2017 en

2018 zal het gebouw aan de Staat van Florida geheel gemoderniseerd worden.

Het gebouw aan de Louis Armstrongweg wordt in februari 2017 afgestoten.

VOvA

Het Hyperion Lyceum krijgt een nieuw gebouw in Amsterdam Noord. Het belooft

een spannend en transparant gebouw te worden. De bouw is in 2016 gestart. De

ingebruikname is onveranderd gepland in de zomer van 2018.

Het Stelle College krijgt een nieuwe locatie en een nieuwe naam. De verwachting

is dat het nieuwe schoolgebouw op Zeeburgereiland in mei 2018 in gebruik kan

worden genomen. Als overbrugging wordt gebruik gemaakt van tijdelijke bouw

tegenover de nieuwe school.

6.2 Veiligheid

Vertrouwenspersoon

Het ROCvA, ROCvF en VOvA hebben één vertrouwenspersoon voor

medewerkers en dertig vertrouwenspersonen voor studenten. Zij ondersteunen

bij kwesties die zich afspelen rond ongewenst gedrag. Dat kan zich afspelen op

school, maar ook tijdens stages of excursies. De gesprekken met de

vertrouwenspersoon zijn vertrouwelijk. Het bieden van een luisterend oor zorgt

vaak al voor opluchting. Daarnaast geeft de vertrouwenspersoon advies op maat.

Landelijk worden de regels en de kaders waarmee vertrouwenspersonen werken

uitgebreider en duidelijker. Dit heeft tot gevolg dat de groep van

vertrouwenspersonen een zeer professionele groep is.

Regiegroep Veiligheid

De Regiegroep Veiligheid richt zich op alle aspecten van veiligheid: fysieke,

sociale en digitale veiligheid. De Regiegroep Veiligheid heeft als taak de integrale

veiligheid te verhogen en doet dat door trends te signaleren en de communicatie

in de organisatie te verbeteren. In dat kader zijn crisiscommunicatieteams

ingericht. Elk organisatieonderdeel heeft zijn eigen crisiscommunicatieteam, dat

nauw samenwerkt met de afdeling PR. De taak van het team is zaken die

aanleiding zijn voor een crisis vroegtijdig te onderkennen en er zodanig over te

communiceren dat de situatie beheersbaar blijft.

In 2016 heeft een onverwachte oefening plaatsgevonden waarbij een

crisissituatie realistisch werd nagespeeld, inclusief krantenberichten en tweets.

De oefening werd uitgevoerd op zeven mbo-colleges met een actieve rol voor de

voorzitter van de Raad van Bestuur. Over het algemeen doorstonden de mbo-

colleges de oefening goed. Een belangrijke constatering was dat er te weinig

reservekandidaten voor de crisiscommunicatieteams waren; als iemand afwezig

Page 58: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

58 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

was, nam niemand de rol over. De evaluatie is in alle arbo33-teams besproken en

heeft geleid tot zowel verbeterplannen als een nieuwe ronde oefeningen.

33 Arbo: arbeidsomstandigheden

6.3 Duurzaamheid

Visie

Maatschappelijk ondernemen en duurzaamheid zijn niet meer weg te denken uit

onze samenleving. Duurzaamheid is door de World Commission on

Environment and Development van de Verenigde Naties als volgt gedefinieerd:

“Duurzame ontwikkeling is de ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het

heden zonder het vermogen van de toekomstige generaties om in hun eigen

behoeften te voorzien in gevaar te brengen.”

Duurzaamheid is het behoud van onze planeet. Voor bedrijven is duurzaamheid

een aanjager van innovatie. Om beide redenen is het thema van belang voor het

ROCvA en ROCvF.

Page 59: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

59 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Energiebesparing

Het ROCvA en ROCvF hebben zich om te beginnen gericht op het terugdringen

van het energieverbruik. De doelstelling voor 2016 om op de totale energiekosten

7% te besparen, is ruimschoots gehaald. Op het gebied van warmte is een

besparing bereikt van 11%, bij gas was de besparing 13%. Alleen bij elektra bleef

de besparing achter op de doelstelling: in plaats van 7% werd 6% gerealiseerd.

De doelstelling is behaald door het beter inregelen van systemen en het lager

instellen van de basistemperatuur. De resultaten zijn gecorrigeerd voor

weersinvloeden.

Alle eigendomsgebouwen groter dan 250 m² hebben een energielabel. De

gebouwen worden waar mogelijk steeds verder geoptimaliseerd. In 2016 zijn

maatregelen genomen op het gebied van isolatie, zonwering, HR++-glas en

energiezuinige schakelingen. Bij nieuwe bouwprojecten streven we naar een zo

hoog mogelijk energielabel. Voor de nieuwbouw in Almere Poort is

groenfinanciering verleend.

Duurzaamheid in opleidingen

De opleiding Haarverzorging van MBO College Zuid werkt met vijf andere

Europese landen samen in het project Future Skills & Sustainable Development

in the Green Salon34. Het project heeft als doel een innovatieve wijze van leren

over duurzaamheid te ontwikkelen en de aandacht voor duurzaamheid op

scholen en bedrijven in de sector Hair & Beauty te bevorderen. Gedurende het

project ontwikkelen studenten onder andere een computerspel over de risico’s

van het werken met schadelijke stoffen en wat daaraan is te doen.

De afdeling Nieuwe Technologie van MBO College Westpoort daagt jaarlijks een

team van vijf á acht excellente studenten uit de toepassing van duurzame

technieken te verbeteren. In 2016 hebben acht studenten uit verschillende

leerjaren van de opleidingen Werktuigbouwkunde en Mechatronica hieraan

deelgenomen. Zij hebben verbeteringen aangebracht aan een bestaande

solarboat en zijn 2e geworden op de Nederlandse solarboat-race. Deze prestatie

34 www.greensalon.eu

gaf hen toegang tot een internationale race, alwaar zij geen prijs behaalden maar

wel veel ervaring opdeden.

Page 60: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

60 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

6.4 Dienstverlening

Een schone school

Waaraan herken je een superschool? Een van de antwoorden die studenten

gaven op die vraag was: “Dat het er schoon is.” Ondanks herhaalde inzet op een

betere schoonmaak, bleef dit een punt van onvrede, bij zowel medewerkers als

studenten. Het was een van de aanleidingen tot een herbezinning op het

onderwerp facilitaire dienstverlening.

In de nieuwe visie op facilitaire dienstverlening staat de eindgebruiker centraal:

pas als zij tevreden zijn is het goed. Hierop reflecteren en vervolgens structureel

innoveren is de uitdaging. Dit vraagt om een herwaardering van de facilitaire

medewerkers en hun professionele ontwikkeling. Het vraagt ook om

samenwerking van de dienst ICT en het Facilitair Bedrijf. En ten slotte vraagt het

om een nieuwe manier van aanbesteden, zodat de mbo-colleges straks

verschillende keuzes kunnen maken. De voorbereidingen zijn in 2016 getroffen.

In de eerste helft van 2017 vindt de aanbesteding plaats en in de zomer gaat de

nieuwe manier van werken van start.

Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

Het motto ICT doet het gewoon is de basis geweest voor het handelen van de

dienst ICT de afgelopen jaren. Het resultaat van die focus is dat de systemen

werken en veilig zijn. Ontwikkelingen in de ICT worden voor de organisatie benut

en storingen worden verholpen. Een belangrijke taak daarbij is het verlenen van

service. Daarvoor zijn de telefonische Servicedesk en de Werkplekbeheerders in

de scholen. In 2015 is op drie mbo-colleges een start gemaakt met servicedesks

door en voor studenten. In 2016 is dit uitgebreid naar acht.

Voor 2017 heeft de dienst ICT een nieuw motto: ICT verbindt. Met dit motto sluit

de dienst aan op de meerjarenstrategie: welke bijdrage kan de dienst ICT leveren

aan het realiseren van superscholen? Dit kan een bijdrage zijn in twee richtingen:

het ondersteunen van de onderwijsteams en het stimuleren van innovatie in

onderwijsteams.

De samenwerking tussen de dienst ICT en de ICT-opleidingen is in 2016 verder

ontwikkeld. De dienst ICT heeft vijfentwintig stageplaatsen gerealiseerd. De

werkplekbeheerders zijn gekwalificeerd als stagebegeleider.

Page 61: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

61 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

7 Financiën

7.1 Ontwikkeling en beleid

Het ROCvA en ROCvF hebben in 2016, net als in 2015, van de overheden meer

middelen gekregen dan in voorgaande jaren en naar verwachting ook meer dan

na 2018 zal worden ontvangen. Deze extra middelen zijn gedeeltelijk

prestatieafhankelijk (dat geldt in het bijzonder de kwaliteits- en

excellentiemiddelen, studiewaarde en de Amsterdamse MBO Agenda). Voor de

inzet van de middelen zijn meerjarige plannen opgesteld; zowel inkomsten als

uitgaven moeten dus meerjarig worden bezien. De personele bezetting is na de

zomer 2016 aanzienlijk toegenomen en bevindt zich vanaf 2017 op een

structureel hoger niveau. De positieve exploitatieresultaten zijn beheersmatig

ontstaan en zijn derhalve het gevolg van bewust beleid. De financiën, het

personeel en de onderwijskwaliteit zijn in de basis op orde. Beide roc’s voldoen

aan de minimale financiële inspectiekaders. Het recente medewerkersonderzoek

laat een positieve ontwikkeling zien in betrokkenheid en bevlogenheid van het

personeel. En ook gaf de Inspectie van het Onderwijs in 2016 een positief oordeel

over de staat van de instelling bij beide roc’s. De in 2016 ontstane financiële

overschotten blijven beschikbaar voor het onderwijs. Investeringen in personeel

en (specifiek voor ROCvF) huisvesting, zijn hierbij de voornaamste pijlers.

Historisch perspectief

Alvorens in te gaan op het financiële resultaat schetsen we vanwege de verliezen

in het verleden de ontwikkeling van de financiën bij het ROCvA in de afgelopen

jaren.

ROC van Amsterdam geconsolideerd 2008-2016

2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016

Exloitatieresultaat (€ mln) 3,0- 12,0- 9,0- 19,0- 1,2 5,8 3,1 15,8 11,3

Genormaliseerd exploitatieresultaat (€ mln) 7,4 7,5

Eigen vermogen (€ mln) 91 80 88 69 71 76 80 96 107

Solvabiliteitsratio (%) 40% 33% 33% 24% 26% 30% 31% 36% 40%

Liquiditeitsratio 0,9 0,7 0,4 0,3 0,5 0,8 1,0

Page 62: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

62 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

In de jaren 2008-2011 zijn grote verliezen geleden, vooral door saneringen in de

personele organisatie (voornamelijk afbouw Educatie & Inburgering). Vanaf 2012

is het financiële herstel zichtbaar geworden. De organisatie heeft jarenlang (tot

2012) moeten bezuinigen om de geërodeerde financiële positie geleidelijk aan

weer op orde te brengen. Ultimo 2014 voldeed het ROCvA (geconsolideerd) weer

aan de minimumeisen qua solvabiliteit en liquiditeit. Het ROCvA (exclusief het

VOvA) realiseert pas ultimo 2015 de minimum solvabiliteits- en liquiditeitseisen

van het ministerie van OCW. Vanaf 2016 ontstaat er dus ruimte om de focus te

verleggen van een strikte begrotingsdiscipline op lasten, naar een strikte sturing

op de activiteiten die nodig zijn om de doelstellingen van de organisatie te

realiseren. In deze transitiefase bevindt het ROCvA zich momenteel.

Financieel resultaat

Het jaar 2016 is door beide roc’s met een positief resultaat afgesloten:

De solvabiliteit ligt bij beide roc’s boven de inspectienorm van 30%.

De vermogenspositie is hiermee verder versterkt.

De rentabiliteit bij het ROCvA is voor het vijfde achtereenvolgende jaar

positief en bij ROCvF voor het tweede achtereenvolgende jaar.

Ook de mbo-colleges en de overige organisatieonderdelen hebben in 2016 in

financiële zin goed gepresteerd. Evenals in 2015 lag in 2016 de bekostiging op

een atypisch hoog niveau. Dit is een gevolg van de groei van de organisatie

alsmede van de ontvangen middelen voor variabele prestatieafspraken die zijn

overeengekomen met het ministerie van OCW en de gemeente Amsterdam. Ook

in 2017 zullen hiertoe weer middelen worden ontvangen. Het betreft met name

de kwaliteits- en excellentiemiddelen, studiewaarde, verbetering bpv en de

Amsterdamse MBO Agenda. De gemaakte en deels in uitvoering zijnde plannen

kennen een meerjarig perspectief. De tijdelijke middelen worden in de jaren 2016-

2019 uitgegeven om de bedoelde prestaties te realiseren. Het gevolg is dat de

financiële resultaten in deze jaren zullen schommelen. Het vermogen dient hierbij

als schommelfonds (bufferfunctie van het vermogen). Vanuit de overschotten van

met name de mbo-colleges is een bestemmingsreserve (publiek) gevormd. Deze

bedraagt voor het ROCvA circa € 8,4 miljoen en voor het ROCvF circa € 6,2

miljoen. Deze middelen blijven geheel ter beschikking staan van de mbo-colleges

en worden in de komende jaren op een beheerste manier aangewend ten

behoeve van. het onderwijs.

Ten aanzien van de baten uit hoofde van de kwaliteits- en excellentiemiddelen is

er een verschil tussen de financiering per kalenderjaar en het onderwijs per

schooljaar. Dit maakt dat de lasten voor een schooljaar zich over twee

kalenderjaren verdelen. De concretisering van het plan begin 2016 leidde vooral

vanaf schooljaar 2016-2017 tot lasten. Om de lasten 2017 te dekken wordt voor

het ROCvA daarom € 1,8 miljoen aan baten doorgeschoven naar 2017. Voor het

ROCvF is dit € 1,2 miljoen.

Het VOvA eindigt met een financieel resultaat van € 0,4 miljoen eveneens boven

begroting. Op verscheidene baten-/lastencategorieën zijn verschillen zichtbaar in

de vergelijking met de begroting. Waar in 2015 nog sprake was van een

onvoorziene bekostigingscorrectie van circa € 0,9 miljoen als gevolg van de

samenvoeging van Hubertus & Berkhoff is deze in 2016 grotendeels alsnog

ontvangen. Dit heeft geleid tot extra baten in 2016. Daarentegen zijn diverse

achterstallig onderhouds-, verbouwings- en innovatiekosten in één keer ten laste

van de exploitatie gebracht.

Opmerkingen van de Inspectie van het Onderwijs hebben in 2016 geleid tot het

verplaatsen van de Entree-opleidingen van ROC op Maat van het vo naar het

mbo. De transitie is ingezet als een overgang van onderneming waarbij op 1

augustus 2016 alle ROC op Maat-onderdelen van het VOvA naar het ROCvA zijn

overgegaan.

De voorziening herstructurering is bij het ROCvA afgenomen met circa € 0,7

miljoen en bij het ROCvF toegenomen met circa € 0,1 miljoen. Dit wordt enerzijds

veroorzaakt door het oplossen van oude ontslagdossiers. Anderzijds is sprake

van een toename van de extern geregistreerde uitkerings-verplichtingen. De in

2016 overeengekomen structurele loonsverhogingen hebben geleid tot hogere

bovenwettelijke uitkeringsverplichtingen. Daarnaast is aan de voorziening

gedoteerd vanwege de ophoging van de einddatum van de bovenwettelijke

werkloosheidsuitkering van 65 jaar naar AOW-leeftijd.

Het financiële resultaat bedraagt bij het ROCvA (geconsolideerd) € 11,3 miljoen

(begroot € 0) en bij het ROCvF € 3,6 miljoen (begroot € 1,0 miljoen). De afwijking

ten opzichte van begroting wordt voornamelijk veroorzaakt door:

Page 63: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

63 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Baten ROCvA

(x € 1.000)

Rijksbijdrage OCW 260.852 90,3% 249.523 91,4% 241.007 89,4% 11.329 4,5% 19.845 8,2%

Overige overheidsbijdragen 13.007 4,5% 9.761 3,6% 12.288 4,6% 3.246 33,3% 719 5,9%

College-, cursus en examengelden 4.659 1,6% 3.313 1,2% 4.603 1,7% 1.346 40,6% 56 1,2%

Baten werk in opdracht van derden 1.588 0,5% 2.447 0,9% 1.698 0,6% 859- -35,1% 110- -6,5%

Overige baten 8.747 3,0% 7.887 2,9% 10.020 3,7% 860 10,9% 1.273- -12,7%

Totaal baten 288.853 100,0% 272.931 100,0% 269.616 100,0% 15.922 5,8% 19.237 7,1%

begrootRealisatie RealisatieBegroot

2016 2016 2015 Mutatie t.o.v Mutatie t.o.v

2015

In 2016 ontvangen lumpsumbekostiging welke in de jaren 2017-2019

zal worden uitgegeven;

Additionele middelen die overwegend in 2017 tot besteding zullen

komen;

Vrijval van intern getroffen reserveringen t.b.v. intensivering van

uitgaven in 2017-2018.

Het jaar 2017

De begroting 2017 geeft weer welke keuzes voor het jaar 2017 zijn gemaakt met

de bijbehorende financiële uitkomsten. Tegelijkertijd vormt de begroting het

financiële kader voor nog te maken keuzes.

Het ROCvA en ROCvF zijn financieel in control. Bijna alle organisatieonderdelen

hebben in 2016 de focus gelegd op de beheerste besteding van de extra

middelen. Enkele onderdelen zagen hun bekostiging afnemen door een krimp in

deelnemersaantallen. De focus ligt bij deze onderdelen op het in lijn brengen van

de uitgaven met de inkomsten. De in 2016 en voorgaande jaren nog niet bestede

baten (tijdelijk toegevoegd aan het eigen vermogen) worden in 2017 alsnog

uitgegeven. Dit leidt voor 2017 tot een ‘verliesbegroting’. Het begrotingsjaar 2017

toont een nettoresultaat van negatief € 5,5 miljoen voor het ROCvA en negatief

€ 0,7 miljoen voor het ROCvF. Budgettair is sprake van een ‘plusbegroting’; er

wordt € 10 miljoen vanuit het vermogen alsnog uitgegeven in 2017. We staan

hiermee voor de uitdaging de in 2016 in gang gezette intensivering met gerichte

kracht te vervolgen.

Dit doen we door:

In te zetten op de realisatie van de vastgestelde kwaliteitsplannen;

De ingezette formatieve uitbreiding én de kwaliteitsverbetering van het

onderwijzend personeel te vervolgen en

Innovatie van het onderwijs.

Baten 2016

Baten ROCvA

De baten van het ROCvA bestaan voor het grootste deel uit de

overheidsbijdragen van het rijk en gemeenten. In 2016 bedragen deze baten

circa 94,8% van de totale baten (94,0% in 2015). In navolgende tabel wordt de

ontwikkeling van de baten ten opzichte van de begroting en het voorgaande jaar

weergegeven.

De totale baten van het ROCvA zijn ten opzichte van 2015 met 7,1%

toegenomen. De stijging is voornamelijk zichtbaar bij de Rijksbijdrage OCW.

De belangrijkste afwijkingen ten opzichte van de begroting bij de Rijksbijdrage

OCW zijn:

Ontvangen loon- en prijscompensatie alsmede ontvangen compensatie

voor de gestegen pensioenpremies ad € 4,9 miljoen, deze waren slechts

ten dele begroot;

Positieve (reguliere) bijstelling lumpsum door minder verwachte daling

in macro deelnemersaantallen, ad € 1,2 miljoen;

Baten kwaliteits- en excellentiemiddelen 2015 welke in 2016 zijn

besteed ad € 1,7 miljoen;

Meer baten dan verwacht (begroot) vanuit gerealiseerde studiewaarde,

ad € 1,1 miljoen. Deze baten (circa € 7,1 miljoen); zijn in 2016 voor het

eerst verstrekt als onderdeel van het resultaatsafhankelijk budget van

de kwaliteitsafspraken;

Page 64: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

64 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Baten ROCvF

(x € 1.000)

Rijksbijdrage OCW 44.121 92,2% 43.748 95,7% 44.399 91,0% 373 0,9% 278- -0,6%

Overige overheidsbijdragen 2.227 4,7% 1.279 2,8% 2.594 5,3% 948 74,1% 367- -14,1%

College-, cursus en examengelden 278 0,6% 275 0,6% 611 1,3% 3 1,1% 333- -54,5%

Baten werk in opdracht van derden 394 0,8% 303 0,7% - 0,0% 91 30,0% 394 100,0%

Overige baten 831 1,7% 118 0,3% 1.197 2,5% 713 604,2% 366- -30,6%

Totaal baten 47.851 100,0% 45.723 100,0% 48.801 100,0% 2.128 4,7% 950- -1,9%

Realisatie Begroot Realisatie begroot 2015

2016 2016 2015 Mutatie t.o.v Mutatie t.o.v

Baten Prestatiebox VSV welke uit voorzichtigheidsoverwegingen niet

waren begroot, ad € 1,9 miljoen;

De overige overheidsbijdragen zijn gestegen als gevolg van de gunning van

diverse Educatiecontracten (vrije WEB-middelen) alsmede inburgeringstrajecten

van vluchtelingen bij Educatie Amsterdam, subsidies vanuit de Amsterdamse

MBO Agenda alsmede baten uit hoofde van de leraren- en scholenbeurs.

De college-, cursus- en examengelden liggen hoger dan begroot als gevolg van

actieve nafacturatie aan deelnemers die niet via Van Dijk worden gefactureerd.

Daarnaast zijn de mbo-colleges bij het begroten van deze baten overwegend

behoudend.

De baten werk in opdracht van derden zijn lager dan begroot. In de begroting

waren baten beleidsmiddelen opgenomen die in de realisatie nooit tot uiting

zouden komen.

De overige baten zijn hoger dan begroot vanwege meer externe detachering van

personeel. In de relatief hoge overige baten in 2015 was een bate opgenomen

vanwege een vaststellingsovereenkomst BTW met de Belastingdienst over de

jaren tot en met 2014.

Baten ROCvF

De baten van het ROCvF bestaan eveneens voor het grootste gedeelte uit de

overheidsbijdragen van het rijk en gemeenten. Deze bijdragen bedroegen in

2016 96,9% van de totale baten (96,3% in 2015). In navolgende tabel wordt de

ontwikkeling van de baten ten opzichte van de begroting en het voorgaande jaar

weergegeven.

De belangrijkste afwijkingen ten opzichte van de begroting bij de Rijksbijdrage

OCW zijn:

In 2016 ontvangen kwaliteits- en excellentiemiddelen worden deels

uitgegeven in 2017 en derhalve doorgeschoven naar 2017, ad € -0,7

miljoen;

Meer baten dan verwacht (begroot) vanuit gerealiseerde studiewaarde

ad € 0,7 miljoen. Deze baten (circa € 1,6 miljoen) zijn overigens in 2016

voor het eerst verstrekt als onderdeel van het resultaatsafhankelijk

budget van de kwaliteits-afspraken;

Baten Prestatiebox VSV welke uit voorzichtigheidsoverwegingen niet

waren begroot, ad € 0,3 miljoen.

De overige overheidsbijdragen zijn hoger dan begroot door extra gemeentelijke

subsidies voor Entree en moeilijk plaatsbare jongeren op niveau 2. Ten opzichte

van 2015 wordt door de gemeenten Almere, Lelystad en Dronten niet meer 100%

van de WEB-middelen bij Educatie Flevoland besteed, met als gevolg dat deze

baten ten opzichte van 2015 zijn afgenomen. Ten slotte zijn de baten hoger als

gevolg van inburgeringstrajecten voor vluchtelingen bij Educatie Flevoland.

De overige baten zijn hoger dan begroot voornamelijk door meer externe

detachering van personeel. Daarentegen is in vergelijking met 2015 juist minder

gedetacheerd.

Lasten 2016

Lasten ROCvA

De lasten van het ROCvA bestaan voor het grootste deel uit personeelslasten. In

2016 bedragen deze lasten 74,2% (2015: 73,7%) van de totale lasten. In

navolgende tabel wordt de ontwikkeling van de lasten ten opzichte van de

begroting en het voorgaande jaar weergegeven.

Page 65: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

65 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Lasten ROCvF

(x € 1.000)

Personeelslasten 30.600 69,7% 30.493 68,6% 28.609 64,7% 107 0,4% 1.991 7,0%

Afschrijvingen 1.200 2,7% 1.749 3,9% 4.902 11,1% 549- -31,4% 3.702- -75,5%

Huisvestingslasten 3.019 6,9% 3.240 7,3% 2.567 5,8% 221- -6,8% 452 17,6%

Overige lasten 9.092 20,7% 8.960 20,2% 8.128 18,4% 132 1,5% 964 11,9%

Totaal lasten 43.911 100,0% 44.442 100,0% 44.206 100,0% 531- -1,2% 295- -0,7%

2016 2016 2015 Mutatie t.o.v Mutatie t.o.v

Realisatie Begroot Realisatie begroot 2015

De totale lasten van het ROCvA zijn ten opzichte van 2015 met 9,4%

toegenomen. De stijging is voornamelijk zichtbaar bij de personeelslasten en bij

overige lasten.

De personeelslasten liggen circa € 0,7 miljoen boven de begroting. Echter: deze

lastencategorie omvat in 2016 enkele majeure dotaties aan personele

voorzieningen (voornamelijk wachtgeldverplichtingen, duurzame inzetbaarheid

en voorziening Financieel Service Centrum), ad € 4,4 miljoen. Hiervoor

gecorrigeerd liggen de personeelslasten € 3,7 miljoen ónder begroot niveau. Dit

komt enerzijds doordat de uitbreiding van de personele formatie vooral ná de

zomervakantie is ingezet en hierdoor de gemiddelde bezetting iets lager is

uitgekomen dan verwacht. Anderzijds waren in de begroting onverdeelde

middelen opgenomen waar tegenover personele uitgaven waren begroot (o.a.

groei en beleids- en innovatie-middelen) welke niet geheel zijn gerealiseerd. In

vergelijking met 2015 is voornamelijk zichtbaar dat:

er een stevige impuls is gegeven aan de personele bezetting in het

primaire proces teneinde kwaliteit omhoog en werkdruk omlaag te

brengen;

voor de besteding van diverse additionele middelen (tijdelijk) extra

formatie benodigd is;

door de groei van het aantal deelnemers ook meer onderwijs-

(ondersteunend) personeel nodig is.

Bovenstaande heeft geleid tot substantieel meer uitgaven aan personele lasten

in vergelijking met voorgaand jaar.

De afschrijvingen liggen marginaal (€ 0,2 miljoen) onder begroot niveau. In de

afschrijvingslasten 2015 was een eenmalige extra afschrijvingslast opgenomen

voor activa die worden vervangen of gesloopt met betrekking tot de in uitvoering

zijnde ingrijpende renovatie (Laan van Spartaan).

De afschrijvingen op de andere vaste bedrijfsmiddelen zijn gestegen als gevolg

van het verkorten van de afschrijvingstermijn (eind 2015) op ICT-devices. Als

gevolg hiervan was in 2015 sprake van een extra last (circa € 1,6 miljoen).

De huisvestingslasten liggen lager dan begroot door lagere kosten van energie-

en waterverbruik (onder andere als gevolg van het gebruik van slimme meters en

een zachte winter). De huisvestingslasten zijn hoger dan voorgaand jaar als

gevolg van diverse achterstallig onderhouds-, verbouwings- en innovatiekosten

in één keer ten laste van de exploitatie gebracht.

De overige lasten zijn fors hoger dan begroting en realisatie 2015. De oorzaken

hiervan zijn:

Toename van externe advieskosten door diverse onderwijsprojecten

alsmede advieskosten voor inkoop- en aanbestedingen;

Toename van lasten verband houdende met kleine inventaris en

apparatuur, o.a. veroorzaakt door verhoging van de activeringsgrens;

Noodzakelijke vorming van een voorziening voor mogelijk oninbare

vorderingen;

Lasten ROCvF

De lasten van het ROCvF bestaan eveneens voor het grootste gedeelte uit de

personeelslasten. In 2016 bedragen deze lasten 69,7% (2015: 64,7%) van de

totale lasten. In navolgende tabel wordt de ontwikkeling van de lasten ten

opzichte van de begroting en het voorgaande jaar weergegeven.

Lasten ROCvA

(x € 1.000)

Personeelslasten 202.343 74,2% 201.676 75,1% 183.777 73,7% 667 0,3% 18.566 10,1%

Afschrijvingen 14.232 5,2% 14.431 5,4% 16.867 6,8% 199- -1,4% 2.635- -15,6%

Huisvestingslasten 18.059 6,6% 18.798 7,0% 16.425 6,6% 739- -3,9% 1.634 9,9%

Overige lasten 38.197 14,0% 33.754 12,6% 32.298 13,0% 4.443 13,2% 5.899 18,3%

Totaal lasten 272.831 100,0% 268.659 100,0% 249.367 100,0% 4.172 1,6% 23.464 9,4%

Realisatie Begroot Realisatie begroot 2015

2016 2016 2015 Mutatie t.o.v Mutatie t.o.v

Page 66: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

66 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De totale lasten van het ROCvF zijn ten opzichte van 2015 met 0,7% afgenomen.

De daling heeft als voornaamste oorzaak de lagere afschrijvingslasten.

De personeelslasten liggen op begroot niveau. Echter: deze lastencategorie

omvat in 2016 enkele majeure dotaties aan personele voorzieningen

(voornamelijk wachtgeldverplichtingen en duurzame inzetbaarheid), ad 1,3

miljoen. Hiervoor gecorrigeerd liggen de personeelslasten € 1,3 miljoen onder

begroot niveau. Dit komt enerzijds doordat de uitbreiding van de personele

formatie vooral ná de zomervakantie is ingezet en hierdoor de gemiddelde

bezetting iets lager is uitgekomen dan verwacht. Anderzijds waren in de begroting

onverdeelde middelen opgenomen waar tegenover personele uitgaven waren

begroot (o.a. groei en beleids- en innovatiemiddelen) welke niet geheel zijn

gerealiseerd. In vergelijking met 2015 is voornamelijk zichtbaar dat:

er een impuls is gegeven aan de personele bezetting in het primaire

proces teneinde kwaliteit omhoog en werkdruk omlaag te brengen;

voor de besteding van diverse additionele middelen (tijdelijk) extra

formatie benodigd is;

Bovenstaande heeft geleid tot meer uitgaven aan personele lasten in vergelijking

met voorgaand jaar.

De afschrijvingen liggen marginaal (€ 0,6 miljoen) onder begroot niveau. De

afschrijving op bedrijfsgebouwen ligt lager dan begroot voornamelijk door

vertraging in de uitgaven van de renovatie van het pand aan de Straat van

Florida. In de afschrijvingslasten 2015 was een eenmalige extra afschrijvingslast

opgenomen voor vaste activa die worden vervangen of gesloopt met betrekking

tot de in uitvoering zijnde ingrijpende renovaties.

De afschrijvingen op de andere vaste bedrijfsmiddelen zijn gestegen als gevolg

van het verkorten van de afschrijvingstermijn (eind 2015) op ICT-devices. Als

gevolg hiervan was in 2015 sprake van een extra last (circa € 0,2 miljoen).

De huisvestingslasten liggen lager dan begroot omdat er door de renovatie van

de panden aan de Straat van Florida en de geplande nieuwbouw in Almere Poort

minder is uitgegeven aan klein onderhoud.

De overige lasten liggen in lijn met de begroting. In vergelijking met 2015 is

sprake van een stijging van advieskosten (ten behoeve van diverse projecten) en

een stijging van kosten voor leermiddelen. Ten slotte is sprake van een stijging

van de doorbelasting van kosten gemeenschap van diensten (voornamelijk door

de stijging van de loonkosten welke eind 2015 en in 2016 is doorgevoerd).

Genormaliseerd resultaat 2016

Resultaat ROCvA

Het exploitatieresultaat 2016 bedraagt € 11,3 miljoen wat € 11,3 miljoen hoger is

dan begroot. Het genormaliseerde resultaat zou, gecorrigeerd voor de vorming

van bestemmingsreserves en incidentele posten, circa € 7,3 miljoen bedragen.

In onderstaande tabel is de opbouw van het exploitatieresultaat weergegeven

evenals het genormaliseerde resultaat.

Genormaliseerd resultaat ROCvA

Bedragen x € 1.000 Realisatie Begroting Realisatie

2016 2016 2015

Stichting ROCvA 10.799 2.429 15.264

VOvA 475 349 518

ROCA Contractonderwijs Holding B.V. 27 - 44

Exploitatieresultaat (cf jaarrekening) 11.302 2.778 15.825

Bestemmingsreserves 3.989 2.778 4.425

Incidentele posten - - 4.038

Genormaliseerd resultaat 7.313 - 7.362

Page 67: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

67 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Resultaat ROCvF

Het exploitatieresultaat 2016 bedraagt € 3,6 miljoen wat € 2,6 miljoen hoger is

dan begroot. Het genormaliseerde resultaat zou, gecorrigeerd voor de vorming

van bestemmingsreserves en incidentele posten, circa € 1,6 miljoen bedragen.

In navolgende tabel is de opbouw van het exploitatieresultaat weergegeven

evenals het genormaliseerde resultaat.

In navolgende tabel wordt weergegeven wat de opbouw is van het nettoresultaat

ten opzichte van de begroting voor zowel het ROCvA als het ROCvF.

Genormaliseerd resultaat ROCvF

Bedragen x € 1.000 Realisatie Begroting Realisatie

2016 2016 2015

Stichting ROCvF 3.587 2.048 4.294

Exploitatieresultaat (cf jaarrekening) 3.587 2.048 4.294

Bestemmingsreserves 1.985 1.059 4.278

Incidentele posten - - 3.101

Genormaliseerd resultaat 1.602 989 3.117

Opbouw resultaat vs begroting

(x € 1.000) ROCvA ROCvF

Exploitatieresultaat 2016 volgens begroting - 989

Resultaten boven begroting mbo-colleges 3.302 1.224

Resultaten boven begroting VOvA 1.116 -

Resultaten boven begroting VAVO 230 19

Resultaten boven begroting Educatie 375 120

Totaal onderwijs 5.023 1.363

Loon-/ prijscompensatie 4.854 404

Extra lumpsum bekostiging 1.237 107

Nog te besteden additionele middelen 1.745 681

Totaal nog te verdelen aan het onderwijs 7.836 1.192

Vrijval beleidsmiddelen 4.874 984

Dotaties personele voorzieningen 4.432- 1.346-

Fiscale risico's 621- 215

Wettelijk cursusgeld 1.061- 133-

Overige 318- 323

Totaal overige 1.558- 43

Netto resultaat boekjaar 2016 11.302 3.587

Page 68: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

68 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Ratio's ROCvA

31-12-2016 31-12-2016 31-12-2017 31-12-2018 31-12-2019 31-12-2020 31-12-2021

Norm Geconsolideerd Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig

Current Ratio 0,50 1,03 0,96 0,73 0,75 0,84 0,91 1,02Current ratio incl. rc faciliteit 0,50 1,02 0,97 0,80 0,82 0,88 0,93 1,02Solvabiliteit II (incl. voorzieningen) 30% 48% 47% 44% 46% 47% 48% 49%Solvabiliteit I (excl. voorzieningen) 30% 40% 39% 38% 40% 41% 42% 43%Interest Coverage Ratio > 3,00 7,42 7,19 3,68 6,06 6,06 6,23 6,53Debt Service Coverage Ratio > 1,50 2,48 2,22 0,72 2,17 2,53 2,56 2,65Loan to value < 50% 44% 44% 46% 44% 43% 42% 42%Rentabiliteit 1% 4,0% 4,3% -2,3% 1,4% 0,9% 0,9% 1,0%Huisvestingslasten in % Rijksbijdrage 9% 6,9% 5,9% 7,5% 7,7% 7,7% 7,6% 7,5%Personeelslasten in % totale baten 70% 70,1% 70,1% 77,1% 75,4% 75,5% 75,5% 75,3%

Ratio's ROCvF

31-12-2016 31-12-2017 31-12-2018 31-12-2019 31-12-2020 31-12-2021

Norm Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig

Current Ratio 0,50 2,16 1,37 0,79 0,82 0,82 0,86Current ratio incl. rc faciliteit 0,50 1,75 1,27 0,85 0,87 0,87 0,90Solvabiliteit II (incl. voorzieningen) 30% 61% 45% 39% 38% 38% 39%Solvabiliteit I (excl. voorzieningen) 30% 45% 36% 30% 30% 29% 29%Interest Coverage Ratio > 3,00 15,56 6,60 2,43 4,00 4,37 4,99Debt Service Coverage Ratio > 1,50 8,56 1,39 0,64 1,28 1,38 1,55Loan to value < 50% 41% 48% 48% 48% 47% 46%

Rentabiliteit 1% 7,5% -1,6% -3,1% -2,2% -1,7% -0,9%Huisvestingslasten in % Rijksbijdrage 9% 6,8% 6,9% 5,9% 4,9% 5,1% 5,7%Personeelslasten in % totale baten 70% 63,9% 71,3% 71,3% 71,3% 71,0% 70,1%

Beleid vrij besteedbare vermogen

Het eigen vermogen heeft drie functies:

1. Buffer (o.b.v. risicoprofiel)

2. Besteding (inkomsten niet synchroon met uitgaven)

3. Financiering (sparen voor investeringen)

Met betrekking tot de bufferfunctie is het beleid een minimale solvabiliteit van

35% (inspectienorm is 30%).

In 2016 is de eigen normering voor een minimale solvabiliteit herijkt. Dit is in

relatie gebracht met de bestaande risico’s.

Voor het onbestemde vrij besteedbare deel van vermogen zal beleid worden

ontwikkeld om het onderwijs verder te ondersteunen.

Financiële prestatie-indicatoren

Beide roc’s hebben in het strategisch financieel beleid een aantal financiële

prestatie-indicatoren opgenomen die worden gebruikt bij de interne sturing van

de organisatie.

Hieronder allereerst een samenvatting van de huidige stand van deze indicatoren

op basis van enerzijds de geconsolideerde en enkelvoudige jaarrekeningen 2016

en anderzijds de verwachtingen voor de toekomst (2017-2021) vanuit de door de

Raad van Toezicht goedgekeurde meerjarenbegrotingen zoals opgesteld eind

2016 (enkelvoudig). Vervolgens worden de indicatoren en de prestatie ten

opzichte van de (interne) norm uitgezet.

Current ratio

Liquiditeit wordt genormeerd via de indicator current ratio. Deze bedraagt ultimo

2016 1,03 voor het ROCvA geconsolideerd en 2,16 voor het ROCvF. Dit komt

onder andere door de hoge stand van de liquide middelen (ROCvA ad € 53,2

miljoen en ROCVF ad € 17,1 miljoen). De current ratio van ROCvF zal de

komende jaren afnemen. Dit is het gevolg van de realisatie van de nieuwbouw-

en renovatieprojecten in Almere. In totaal wordt t.b.v. eigentijdse huisvesting van

het MBO in Almere circa € 27 miljoen geïnvesteerd waarvan ca.€ 16,0 miljoen

extern gefinancierd.

Daarnaast hebben beide roc’s nog een, thans niet gebruikte, rekening-

courantfaciliteit bij het ministerie van Financiën (ROCvA € 20,4 miljoen en ROCvF

€ 4,5 miljoen). Indien deze faciliteit in beschouwing wordt genomen, wordt de

norm eveneens gehaald. In de toekomst bevindt de liquiditeit zich op een gezond

niveau.

Solvabiliteit

Vanuit het toezichtkader van de Inspectie van het Onderwijs worden twee

Page 69: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

69 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

definities voor de solvabiliteit gehanteerd. Solvabiliteit I (eigen vermogen,

uitgedrukt in percentage van het totaal vermogen) en solvabiliteit II (eigen

vermogen, vermeerderd met voorzieningen als percentage van het totaal

vermogen).

Indien gekeken wordt naar de solvabiliteit I dan bedraagt de ratio bij het ROCvA

geconsolideerd 40% en bij het ROCvF eveneens 45%. Inzake solvabiliteit II

bedraagt die bij het ROCvA geconsolideerd 48% en bij het ROCvF 61%. De stand

van het eigen vermogen bij het ROCvA geconsolideerd bedraagt € 107,4 miljoen

en bij het ROCvF € 16,8 miljoen.

De solvabiliteit I van het ROCvF ligt in het jaar 2020/2021 met 29% naar

verwachting net onder het inspectieniveau van 30%. Bijsturing zal plaatsvinden

om boven de inspectienorm te blijven.

Interest coverage ratio

Deze ratio geeft aan hoe vaak de rentelast van een jaar betaald kan worden uit

de operationele kasstroom en is hiermee van belang voor de financierbaarheid

en de financiers. De Inspectie heeft hier nog geen normering voor vastgesteld,

maar intern is de norm gesteld op 3,0. Beide roc’s voldoen voor 2016 en

toekomstige jaren (ruim) aan deze norm. Alleen ROCvF zal naar verwachting in

2018 onder de norm komen maar dit herstelt zich daarna weer.

Debt-Service coverage ratio

Deze ratio geeft aan hoe vaak de rente en aflossingsverplichtingen betaald

kunnen worden uit de operationele kasstroom. De Inspectie heeft hier nog geen

normering voor vastgesteld maar intern is de norm gesteld op 1,5. Beide roc’s

voldoen voor 2016 en toekomstige jaren (ruim) aan deze norm. Alleen ROCvF

komt in 2017 onder de norm komen maar dit herstelt zich in 2021 weer.

Loan to value

Deze indicator normeert de langlopende financiering als een percentage van de

waarde van de gefinancierde vaste activa (gebouwen en terreinen). Het geeft aan

welke deel van de vaste activa het roc maximaal wil financieren met (langlopend)

vreemd vermogen. De Inspectie heeft hier nog geen normering voor vastgesteld

maar intern is de norm gesteld op maximaal 50%. Beide roc’s voldoen voor 2016

en toekomstige jaren (ruim) aan deze norm. De loan to value van ROCvF zal de

komende jaren toenemen. Dit is het gevolg van de financiering van de investering

en renovatie in Almere.

Rentabiliteit

De rentabiliteit is gedefinieerd als het exploitatieresultaat, uitgedrukt als

percentage van de totale baten. Het toezichtkader van de onderwijsinspectie

hanteert als norm een rentabiliteit van meer dan 0%. Intern wordt aan alle

organisatieonderdelen een normatief percentage opgelegd van 1%. Zoals te zien

is in de tabellen op voorgaande pagina’s wordt deze norm in 2016 ruimschoots

gehaald. Naar de toekomst toe bevindt de rentabiliteit zich bij ROCvA structureel

op een gezond niveau. Dit met uitzondering van 2017 alsmede de jaren 2017-

2021 bij ROCvF. Hier worden middelen besteed die in 2015 en 2016 zijn

ontvangen. Financieel-technisch worden deze extra uitgaven onttrokken aan het

vermogen, waar de baten immers eerder (in 2015 en 2016) aan zijn toegevoegd.

Gecorrigeerd hiervoor bedraagt de rentabiliteit van ROCvF 0%.

Huisvestingslasten in % Rijksbijdrage

In financieel opzicht blijft gelden dat de centrale uitgaven (eigenaarslasten) voor

huisvesting niet boven 9% van de lumpsum bekostiging vermeerderd met

additionele middelen uitkomen. Dit is expliciet beleid. Beide roc’s voldoen voor

2016 en toekomstige jaren aan deze norm.

Personeelslasten in % totale baten

Doelstelling is om van elke euro aan baten een percentage te besteden aan

personeel. De norm hierbij bedraagt 70%. Dit betreft alle personele lasten

inclusief externe inhuur en overige personele lasten en exclusief de vrijval van de

voorziening herstructurering. Zoals te zien is in de tabellen op voorgaande

pagina, wordt deze norm bij het ROCvF niet gehaald in 2016. Dit wordt in 2016

voornamelijk veroorzaakt door incidentele baten waar geen uitgaven tegenover

staan alsmede de vorming van de gemeenschap van diensten binnen het

ROCvA. Het streven is om dit percentage te laten toenemen in komende jaren.

Page 70: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

70 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Meerjarige ontwikkeling studentenaantallen (ongewogen)

2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021

Bekostiging Raming Raming Raming Raming Raming Raming

ROCvA 27.228 27.577 27.914 28.487 28.763 28.901 29.010

ROCvF 5.092 5.015 5.168 5.258 5.395 5.466 5.538

Totaal mbo 32.320 32.592 33.082 33.745 34.158 34.367 34.548

Groei in studenten ROCvA 1,28% 1,22% 2,05% 0,97% 0,48% 0,38%

Groei in studenten ROCvF -1,51% 3,05% 1,74% 2,61% 1,32% 1,32%

Totaal mbo 0,84% 1,50% 2,00% 1,22% 0,61% 0,53%

7.2 Continuïteitsparagraaf

Meerjarenstrategie

De meerjarenstrategie koerst op teams als superschool in 2020. Zie ook

paragraaf 1.1.

Het zeilbootje symboliseert het team dat de ruimte neemt om zijn eigen koers te

varen vanuit een eigen visie op goed onderwijs. Hierbij hoort verantwoordelijkheid

nemen en tonen. De verzameling teambootjes werkt aan toekomstbestendig

beroepsonderwijs dat meebeweegt met ontwikkelingen en koers houdt op de

student. In de afbeelding van het zeilbootje is ook de gouden driehoek te

herkennen, met in het midden de ontwikkeling van de student. Wij leiden de

studenten op in een vak, maar ook tot verantwoordelijk burger. Tevens draagt

onderwijs bij aan de persoonsvorming van de student. Hierin zijn zowel de missie

als de visie te herkennen.

Vooruitblik 2017-2021

Het conservatieve begrotingsbeleid van de afgelopen jaren was gedwongen

gericht op een beheerste besteding van de middelen. Nu kunnen we ons meer

richten op de vraag wat additioneel nodig is voor de verdere verbetering van de

kwaliteit van het onderwijs. Hierop zijn enkele ontwikkelingen van invloed.

Ten eerste de ontwikkeling van het door het ministerie van OCW verschuiven van

generieke lumsumbekostiging naar specifieke prestatieafhankelijke bekostiging.

De voorwaardelijkheid van de baten neemt toe (kwaliteitsafspraken, excellentie-

middelen, gelden uit het regionaal investeringsfonds RIF en dergelijke) wat tot

terughoudendheid in de besteding ervan leidt. Dit geldt zeker voor het omzetten

van middelen in uitbreidingen van de personele formatie. Blijft staan dat wij fors

inzetten op het verbeteren van specifieke onderwijsprocessen (intake,

beroepspraktijkvorming, etcetera) en de kwaliteit van de medewerkers (werving,

professionalisering, teamvorming, beoordeling, etcetera).

Ten tweede kennen het ROCvA en het ROCvF een grote diversiteit aan

doelgroepen, studenten, opleidingen en mbo-colleges. Door specifieke

problematiek - bijvoorbeeld met betrekking tot de kwetsbare jongeren, maar ook

door groei of krimp – hebben sommige onderdelen van de organisatie het

financieel lastig. Daarop acteren we door de extra middelen tijdelijk te investeren

in onderwijs en opleidingen.

Ten derde, het feit dat enkele onderdelen van de bekostiging een tijdelijk karakter

hebben (studiewaarde, bpv, salarismix, etcetera). Na 2018 vervallen

studiewaarde, bpv- en salarismixmiddelen in hun huidige vorm. Dit leidt tot

onzekerheid en daardoor terughoudendheid in het aangaan van structurele

lasten.

Naast een jarenlang beleid van beheerste besteding van middelen en strakke

kostensturing zien we vanaf 2015 eveneens de gevolgen van de

professionalisering van de organisatie en de synergievoordelen van de

krachtenbundeling (ROCvA en ROCvF) in de exploitatie terug. Inkoopvoordelen,

minder personele afvloeiingslasten en een efficiëntere ondersteuningsstructuur

leiden aantoonbaar tot daling van de overhead. De control is aanzienlijk versterkt

en de risico’s in beeld en gemanaged. De lasten van de ondersteuning door ICT,

huisvesting en centrale overhead over de laatste jaren dalen, terwijl

deelnemersaantallen en baten materieel stijgen. Dit geeft ons meer dan voorheen

de mogelijkheid tot innovaties die de afgelopen jaren minder mogelijk waren.

De zich doorzettende groei van de deelnemersaantallen leidt tot meer baten maar

nauwelijks tot meer overhead. Er wordt derhalve meer geld vrijgespeeld voor het

onderwijs. Een gunstige uitgangspositie, die ons tegelijkertijd uitdaagt tot zowel

daadkrachtige als beheerste investeringen en innovaties in het onderwijs.

Meerjarige raming studentenaantallen

Page 71: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

71 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De (ongewogen) aantallen 2015 zijn gebaseerd op de accountantstelling 2015.

De raming 2016 is gebaseerd op de interne, zogenoemde, beleidstelling. Dit is

de telling die aan de accountant wordt voorgelegd ter controle.

Het mbo laat een groei zien van 0,84% in de raming 2016. Voor 2017 wordt een

stijging (1,5%) voorzien voor het mbo. Volgens het ministerie van OCW wordt op

macroniveau een daling verwacht van de studenten in het mbo. In de

meerjarenbegroting wordt er vanuit gegaan dat de studenten aantallen zich zullen

stabiliseren. De verwachting is echter dat de relatieve aandelen (landelijk aandeel

in de Rijksbekostiging) hierdoor zullen toenemen. Echter vooralsnog is niet

geanticipeerd op een hoger niveau van de Rijksbekostiging (lumpsum). De

demografische en economische ontwikkelingen van de regio zijn zodanig dat niet

verwacht wordt dat op korte termijn een krimp in studentenaantallen zal

aantreden. De mbo-colleges zijn goed gepositioneerd en gefundeerd in de regio.

De onderwijskwaliteit is in zijn algemeenheid op orde.

Staat van baten & lasten en balansen (meerjarig)

De volgende tabellen zijn voor het jaar 2016 gebaseerd op de geconsolideerde

en enkelvoudige jaarrekeningen 2016 en voor de jaren 2017-2021 gebaseerd op

de, op 12 december 2016 door de Raad van Toezicht goedgekeurde,

(enkelvoudige) meerjarenbegrotingen. De meerjarenbegrotingen zijn ontleend

aan de planning & control cyclus. Omdat de verwachtingen voor de komende

jaren sinds december 2016 nauwelijks zijn gewijzigd, achten wij het raadzaam

om reeds goedgekeurde cijfers te presenteren. De begrotingscijfers 2017-2021

betreffen de (door Raad van bestuur en Raad van Toezicht) goedgekeurde

meerjarenbegroting 2017-2021. Dit leidt alleen tot een afwijking in het eigen

vermogen tussen 2016 en 2017, omdat de werkelijkheid 2016 afwijkt van wat in

de meerjarenbegroting werd voorspeld (een prognose voor het resultaat 2016

was opgenomen). De jaarrekening is opgesteld ná resultaatsbestemming echter

voor de vergelijkbaarheid van de komende jaren is dat niet verwerkt in

navolgende cijfers.

Page 72: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

Staat van baten en lasten ROCvA 2016-2021

2016 2016 2017 2018 2019 2020 2021

(x € 1.000) Geconsolideerd Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig

Rijksbijdrage 260.852 230.137 230.654 227.716 227.678 228.709 228.730

Overige overheidsbijdragen 13.007 9.575 7.151 3.575 3.365 2.967 2.968

College-, cursus en examengelden 4.659 4.393 2.906 2.805 2.707 2.665 2.623

Baten werk in opdracht van derden 1.588 1.588 3.380 6.378 6.391 6.404 6.416

Overige baten 8.747 7.753 6.509 7.183 6.461 6.464 6.373

Totaal baten 288.853 253.446 250.600 247.656 246.602 247.208 247.111

Personeelslasten 202.343 177.654 193.123 186.733 186.230 186.540 185.956

Afschrijvingen 14.232 13.955 12.227 11.242 11.646 11.644 11.790

Huisvestingslasten 18.059 13.688 14.579 14.812 14.890 14.993 15.093

Overige lasten 38.197 32.580 32.686 27.930 28.183 28.539 28.755

Totaal lasten 272.831 237.877 252.615 240.717 240.950 241.717 241.594

Resultaat uit gewone bedrijfsvoering 16.022 15.569 2.015- 6.939 5.653 5.492 5.517

Financiele baten en lasten 4.713- 4.770- 3.805- 3.595- 3.421- 3.275- 3.128-

Resultaat uit financiele bedrijfsvoering 11.309 10.799 5.820- 3.344 2.232 2.217 2.389

Resultaat deelneming 7- 27 - - - - -

Totaal resultaat 11.302 10.826 5.820- 3.344 2.232 2.217 2.389

Balans ROCvA 2016-2021

2016 2016 2017 2018 2019 2020 2021

(x € 1.000) Geconsolideerd Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig

Materiele vaste activa 207.407 204.931 210.268 208.318 202.172 196.986 189.792

Financiele vaste activa 434 6.014 5.909 5.909 5.909 5.909 5.909

Vaste activa 207.841 210.945 216.177 214.227 208.081 202.895 195.701

Voorraden 110 - 10 10 10 10 10

Vorderingen 6.533 7.041 13.000 13.000 13.000 13.000 13.000

Liquide middelen 53.189 44.133 29.767 28.655 33.622 37.615 43.786

Vlottende activa 59.832 51.174 42.777 41.665 46.632 50.625 56.796

Totaal activa 267.673 262.119 258.954 255.892 254.713 253.520 252.497

Algemene reserve 86.097 80.787 98.028 92.208 95.552 97.784 100.001

Herwaarderingsreserve - - - - - - -

Bestemmingsreserve privaat 5.553 5.553 5.553 5.553 5.553 5.553 5.553

Bestemmingsreserve publiek 4.425 4.246 - - - - -

Resultaat boekjaar 11.302 10.826 5.820- 3.344 2.232 2.217 2.389

Totaal eigen vermogen 107.377 101.412 97.761 101.105 103.337 105.554 107.943

Voorzieningen 21.397 20.821 16.278 16.278 16.278 16.278 16.278

Langlopende schulden 80.628 86.509 86.276 82.865 79.455 76.044 72.633

Kortlopende schulden 58.271 53.377 58.639 55.644 55.644 55.644 55.644

Totaal passiva 267.673 262.119 258.954 255.892 254.713 253.520 252.497

Page 73: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

73 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Staat van baten en lasten ROCvF 2016-2021

2016 2017 2018 2019 2020 2021

(x € 1.000) Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig

Rijksbijdrage 44.121 42.009 42.554 42.443 42.715 42.635

Overige overheidsbijdragen 2.227 792 - - - -

College-, cursus en examengelden 278 50 - - - -

Baten werk in opdracht van derden 394 1.649 1.790 1.675 1.625 1.575

Overige baten 831 134- 183 635 868 1.063

Totaal baten 47.851 44.365 44.527 44.753 45.208 45.273

Personeelslasten 30.600 31.639 31.758 31.930 32.092 31.737

Afschrijvingen 1.200 1.962 1.746 2.664 2.659 2.648

Huisvestingslasten 3.019 2.896 2.505 2.066 2.195 2.424

Overige lasten 9.092 8.297 8.997 8.240 8.249 8.136

Totaal lasten 43.911 44.794 45.006 44.901 45.195 44.945

Resultaat uit gewone bedrijfsvoering 3.940 429- 480- 147- 13 328

Financiele baten en lasten 353- 274- 885- 839- 793- 746-

Resultaat uit financiele bedrijfsvoering 3.587 702- 1.364- 987- 780- 418-

Resultaat deelneming - - - - - -

Totaal resultaat 3.587 702- 1.364- 987- 780- 418-

Dekking uit bestemmingsreserve - 702 1.364 987 780 418

Genormaliseerd resultaat 3.587 - - - - -

Balans ROCvF 2016-2021

2016 2017 2018 2019 2020 2021

(x € 1.000) Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig Enkelvoudig

Materiele vaste activa 18.957 31.776 42.559 40.105 38.116 36.067

Financiele vaste activa 8 - - - - -

Vaste activa 18.965 31.776 42.559 40.105 38.116 36.067

Voorraden - - - - - -

Vorderingen 993 1.710 1.710 1.710 1.710 1.710

Liquide middelen 17.133 14.201 7.446 7.786 7.847 8.306

Vlottende activa 18.126 15.911 9.156 9.496 9.557 10.016

Totaal activa 37.091 47.687 51.715 49.601 47.672 46.083

Algemene reserve 8.662 17.695 16.992 15.628 14.642 13.862

Herwaarderingsreserve 270 - - - - -

Bestemmingsreserve privaat - - - - - -

Bestemmingsreserve publiek 4.278 - - - - -

Resultaat boekjaar 3.587 702- 1.364- 987- 780- 418-

Totaal eigen vermogen 16.797 16.993 15.628 14.642 13.862 13.444

Voorzieningen 5.817 4.328 4.328 4.328 4.328 4.328

Langlopende schulden 6.074 14.747 20.140 19.013 17.864 16.692

Kortlopende schulden 8.403 11.619 11.619 11.619 11.619 11.619

Totaal passiva 37.091 47.687 51.715 49.601 47.672 46.083

Page 74: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

Personele bezetting ROCvF 2016-2021 (fte gemiddeld)

2016 2017 2018 2019 2020 2021

Bestuur / Management 9,7 9,7 9,3 9,3 8,9 8,3

Personeel primair proces / docerend personeel 282,4 301,9 298,7 299,8 300,0 289,8

Ondersteunend personeel / Overige medewerkers 76,2 76,0 73,3 71,8 71,2 70,3

Totaal medewerkers 368,3 387,6 381,3 380,9 380,1 368,5

Personele bezetting ROCvA 2016-2021 (fte gemiddeld)

2016 2017 2018 2019 2020 2021

Bestuur / Management 33,5 35,4 34,9 34,9 34,8 34,5

Personeel primair proces / docerend personeel 1.497,0 1.552,2 1.513,9 1.504,4 1.500,1 1.486,8

Ondersteunend personeel / Overige medewerkers 676,9 723,7 713,5 703,8 696,1 687,7

Totaal medewerkers 2.207,4 2.311,3 2.262,3 2.243,1 2.231,0 2.209,1

Fte’s (meerjarenformatieplan)

Door middel van de zogenaamde, strategische personeelsplanning (SPP-)tool

bestaat gedetailleerd inzicht in de formatieplanning over de periode 2017-2021.

Aan de hand hiervan nemen de organisatieonderdelen maatregelen ten aanzien

van het investeren in kwaliteit van de onderwijsteams, om extra formatie aan te

nemen gezien de toekomstige uitstroom en om personele fricties op te lossen. In

de navolgende tabellen zijn per roc de prognoses van de personele bezetting in

fte tot en met 2021.

35 LIO: leraar in opleiding 36 OP: Onderwijzend personeel; DOP: Direct Onderwijsondersteunend personeel; IOP: Indirect Onderwijsondersteunend personeel; DM: Directie & management

De formatiegegevens in de voorgaande tabellen betreft het intern personeel met

een vast of tijdelijk dienstverband (inclusief LIO’s35). De categorie ondersteunend

personeel/overige medewerkers betreft direct (DOP) en indirect onderwijs-

ondersteunend personeel (IOP). In de aantallen van het ROCvA is het VOvA niet

opgenomen.

De belangrijkste kwantitatieve conclusies ten aanzien van de vervangingsvraag

in de periode 2016-2021 zijn:

De vervangingsvraag als gevolg van leeftijd/uitstroom bedraagt bij het

ROCvA circa 252 fte (waarvan 163 fte onderwijzend personeel en 88 fte

ondersteunend / overig en bestuur / management). Bij het ROCvF

bedraagt deze 55 fte (waarvan 43 fte primair en 12 fte secundair).

De uitbreidingsvraag met betrekking tot de groei in studentenaantallen

bedraagt bij het ROCvA 252 fte (waarvan bijna 153 primair en bijna 100

secundair). Bij het ROCvF bedraagt deze 55 fte (waarvan 51 primair en

4 secundair).

De verhoudingen OP/DOP/IOP/DM36 (eigen formatie) hebben in de

afgelopen jaren een positieve ontwikkeling laten zien bij beide roc’s en liggen

dan ook dicht bij de norm in fte. Gezien de uitbreiding in met name de OP-

formatie, zal het in de komende jaren mogelijk zijn om de norm op natuurlijke

wijze te bereiken.

Het formatiebeleid kent de volgende kaders:

Als definitie hanteren we voor de loonsom de definitie van de GPL37 van

de Benchmark MBO.

70% van de baten wordt ingezet voor de loonsom en 30% voor materiele

kosten.

Van de totale loonsom wordt minimaal 70% van de arbeidsplaatsen (in fte38)

ingezet voor onderwijsuitvoerend personeel (zie in voorgaande tabellen de

categorie Onderwijzend Personeel) en 30% van de arbeidsplaatsen in

onderwijsondersteunend en management personeel (SP; zie in de tabellen

37 GPL: Gemiddelde personeelslast 38 Fte: full time equivalent

Page 75: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

75 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Personele bezetting VOvA 2016-2021 (fte ultimo)

2016 2017 2018 2019 2020 2021

Bestuur / Management 21,3 21,3 21,3 21,3 21,3 21,3

Personeel primair proces / docerend personeel 256,1 263,8 271,7 279,8 288,2 296,9

Ondersteunend personeel / Overige medewerkers 58,6 58,6 58,6 58,6 58,6 58,6

Totaal medewerkers 336,0 343,7 351,6 359,7 368,1 376,8

Leerlingenaantallen 3.000,0 3.001,0 3.212,0 3.332,0 3.443,0 3.504,0

Toe-/afname leerlingenaantallen 0,0% 7,0% 3,7% 3,3% 1,8%

de categorieën Overig Personeel en Management/directie); deze verdeling

geldt voor het totaal van de formaties ROCvA en ROCvF.

Voor de mbo-colleges geldt een verdeling van minimaal 80% van de formatie

in OP en maximaal 20% van de formatie in eigen DOP, IOP en D&M.

Elke mbo-college heeft een flexibele schil van minimaal 15% in zijn totale

formatie.

Elke docent of andere OP-functionaris wordt minimaal voor 50% van zijn

arbeidstijd ingezet op primaire onderwijstaken en/of activiteiten.

In het kader van een evenwichtige en rechtvaardige taakverdeling in een

team, en in het kader van de werkdrukspreiding wordt een (fulltime) leraar

maximaal voor lessen ingezet op circa 850 klokuren per jaar (21 klokuren x

40 weken) en minimaal op 480 klokuren per jaar. Een parttime docent wordt

naar rato van de betrekkingsomvang op lessen ingezet.

Ieder mbo-college formuleert een personeelsplan waarin onder andere is

opgenomen hoe men de uitstroom van pensionerende docenten en de

instroom van jonge docenten gaat reguleren, mede met de opdracht om de

GPL te beheersen.

Meerjarige ontwikkeling VOvA

Het VOvA hanteert voor dit onderwerp het model zoals verstrekt door het

ministerie van OCW. De gegevens met betrekking tot meerjarige continuïteit zijn

gebaseerd op, en direct gekoppeld aan, de verwachte omvang van het aantal

leerlingen. Het VOvA voorziet na een kleine daling in 2017 (-2,1%) een groei van

leerlingen tot en met 2021. Een forse toename van 7,0% voor 2018, daarna twee

maal ruim 3% en voor 2021 nog bijna 2% groei van het aantal leerlingen.

Hierbij zijn de volgende opmerkingen te maken:

De inzet van middelen is direct gekoppeld aan leerlingaantallen en inkomsten.

De leerling prognoses zijn gekoppeld aan de verwachte ontwikkelingen m.b.t.

groei en krimp.

Voor de overige verplichte onderwerpen ten aanzien van de

continuïteitsparagraaf van het VOvA, wordt verwezen naar het afzonderlijke

jaarverslag van het VOvA.

Meerjarige ontwikkeling huisvesting

Het ROCvA en ROCvF hanteren een gedetailleerd strategisch huisvestingsplan.

Daarin is de optimale huisvestingssituatie aangegeven, hetgeen inhoudt: de

meest geschikte gebouwen, op de meest geschikte plaats voor de mbo-colleges,

VOvA en Educatie afzonderlijk en voor de roc’s als geheel.

De in 2014 ingezette nieuwe fase van het Strategisch Huisvestingsplan is in 2016

verder uitgewerkt op basis van de prognoses voor de jaren 2017-2021.

Voor het ROCvA wordt een per saldo gelijkblijvend aantal mbo-studenten

verwacht. Wel bestaan duidelijke verschillen tussen de mbo colleges: op de ene

plek is er groei, op een andere krimp. Ook binnen opleidingen zijn grote

verschillen. Zo is bijvoorbeeld een verschuiving zichtbaar van administratieve

opleidingen naar creatieve en mediaopleidingen. Met gevolgen voor de aard van

de huisvesting. De studenten moeten gezien de ontwikkeling van het totaal in

principe binnen bestaande huisvesting worden opgevangen. Maar knelpunten

kunnen ontstaan door de van elkaar verschillende situaties per mbo college en

opleiding. In 2016 is een groeiknelpunt ontstaan bij MBO College Airport. De

oplossing is gevonden in huur van extra ruimte. MBO College Noord is qua

vierkante meters ook uitgebreid door aankoop van ruimte naast de huidige

hoofdlocatie. In dit geval niet vanwege groei, maar om de clustering van creatieve

opleidingen mogelijk te maken. Voor de komende jaren is het plausibel dat niet

zozeer groei en krimp, maar veeleer verschuivingen in opleidingskeuzes zullen

leiden tot verhuizingen en/of verbouwingen. Ten slotte zijn er initiatieven voor

nieuwe vestigingen voor Laboratoriumonderwijs en Mobiliteitstechniek, in

samenwerking met strategische partners. In 2017 worden deze ideeën

Page 76: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

76 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

geconcretiseerd tot huisvestingsplannen. Voor het ROCvF is het uitgangspunt

voor de huisvesting een groei in het mbo van 3%39 per jaar tot aan 2021. Op

basis hiervan is in 2016 een start gemaakt met de uitwerking van de plannen voor

nieuwbouw in Almere Poort. In het voorjaar van 2017 start de nieuwbouw. In 2018

zullen de deuren van de nieuwbouw openen, financieel geholpen door de

beëindiging van het huurcontract voor de Louis Armstrongweg per april 2017. De

nieuwbouw mag het label ‘duurzaam’ met trots dragen. Specifieke vermelding

verdient de zeer lage EPC-waarde van de nieuwbouw. Deze is 0,39, terwijl het

Bouwbesluit uitgaat van maximaal 0,7. Dit gegeven heeft geleid tot het toekennen

van groenfinanciering voor het project.

Naast nieuwbouw in Almere Poort is een forse facelift gestart van de locatie

Straat van Florida. Er worden deelscholen gecreëerd die het adagium ‘klein

binnen groot’ manifest maken. Tegelijkertijd worden de klimaatvoorzieningen op

peil gebracht. De financiering voor de plannen is rond. In Lelystad is nog sprake

van overcapaciteit. Hier wordt getracht via samenwerking met het voortgezet

onderwijs in de stad de bezetting van het Agorawagenplein te verbeteren.

Toekomstige ontwikkelingen rondom het vliegveld in Lelystad maakt dat de

huisvesting in Lelystad ook kan worden aangeduid als strategische locatie.

Forse huisvestingsmutaties zullen zich de komende jaren ook manifesteren in het

VOvA. Op Zeeburgereiland verrijst de nieuwbouw voor het uit Amsterdam Oost

vertrekkende Stelle College. Op Overhoeks is vanaf datzelfde moment

nieuwbouw in wording voor het Hyperion Lyceum. Zowel voor Stelle als voor

Hyperion is voor de tussenliggende jaren tot aan de ingebruikname van de

nieuwbouw tijdelijke huisvesting beschikbaar, gefinancierd door de gemeente

Amsterdam.

Voor Educatie Amsterdam en Flevoland geldt dat de ontwikkeling ongewis is en

blijft, gezien de steeds grotere invloed van marktwerking. Daarom wordt voor

Educatie alleen gekoerst op huisvesting op huurlocaties met kortlopende

contracten. Overigens is hier wel een kentering naar boven zichtbaar in het aantal

deelnemers. De roc’s slagen er steeds beter in een plek op de markt te veroveren.

Na bovengenoemde mutaties bestaat nagenoeg al het onroerend goed van de

roc’s uit eigendomspanden. Slechts voor specifieke mbo-doelgroepen en voor

39 In de meerjarenbegroting wordt rekening gehouden met een stabilisatie van studentenaantallen en de financiële uitwerking van de Rijksbekostiging is hierop gebaseerd.

educatie wordt gehuurd. Voor de VOvA-locaties geldt in bijna alle eigendom

situaties dat het juridisch eigendom bij het VOvA berust. Het economisch

claimrecht ligt bij de gemeente Amsterdam.

In financieel opzicht blijft gelden dat de centrale uitgaven (eigenaarslasten) voor

huisvesting niet boven 9% van de lumpsum vermeerderd met additionele

middelen uitkomen. Dit is al jaren expliciet beleid. In het ROCvA is deze norm al

enkele jaren bereikt. Mettertijd komt hier de 8%-grens in zicht. Bij ROCvF is de

9%-norm ook bereikt. De komende jaren nemen hier door de nieuwbouw Poort

en renovatie Straat van Florida de huisvestingslasten weliswaar toe, maar bij 3%

groei blijven de lasten binnen de norm. Bij de toetsing van plannen voor ruimte

uitbreiding zal steeds aan de mbo-colleges worden gevraagd of aan de plannen

een harde prognose ten grondslag ligt die niet opgevangen kan worden binnen

bestaande huisvesting. Net als in het verleden zal door middel van halfjaarlijkse

actualisering van de financiële meerjarenraming worden geborgd dat de

huisvesting niet uit de pas gaat lopen ten opzichte van de studentenaantallen.

Minstens zo belangrijk als de kwantiteit in vierkante meters is de kwaliteit van de

gebouwen. In het mbo verschuift het accent na de moderniseringsslag van

bouwen en renoveren naar kwaliteitsborging door middel van goed beheer en

optimalisering van de voorzieningen. In dat kader is een model ontwikkeld om de

prestaties van de verschillende gebouwen, zowel afzonderlijk als ten opzichte

van elkaar, te meten en beoordelen. Het gaat daarbij om financiële en technische

aspecten, maar ook om belevingsaspecten van studenten en medewerkers.

Belangrijk onderdeel van de beleving vormen de klimaatvoorzieningen licht,

ventilatie, warmte en geluid. Op dit terrein wordt versterking van het niveau Frisse

Scholen ingezet tot een niveau dat hoger ligt dan klasse C. Vooral door extra

koeling toe te passen. Het gebouwprestatiemodel wordt in 2017

geïmplementeerd. Voorts wordt expliciet aandacht besteed aan duurzaamheid.

Hierboven is al het duurzaamheidsaspect van de nieuwbouw Poort benoemd.

Voorts is er in 2016 een energiebesparingsproject uitgevoerd dat zich uitstrekt

over de bestaande bouw. De norm van 7% energiebesparing zonder

investeringskosten is daarbij ruimschoots behaald. In 2017 wordt het project

voortgezet op de andere eigendomslocaties.

Page 77: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

77 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Op veiligheidsgebied ligt het accent op het optimaliseren van de sociale

veiligheid, naast het blijvend borgen van de fysieke veiligheid. Hiertoe worden

diverse protocollen ingezet, onder andere op het gebied van communicatie en

calamiteitenbeheersing.

Meerjarige financieringsstructuur

De financierbaarheid van het ROCvA zal de komende jaren verbeteren. De

kasstroom ontwikkelt zich positief en de current ratio ligt structureel boven de

inspectienorm van 0,5. Door geplande investeringen dalen de financieringsratio’s

ICR40 en DSCR41 in 2017 maar daarna herstellen deze zich weer en liggen boven

de eigen normering. De solvabiliteit ligt vanaf 2016 structureel boven de 30%.

De financierbaarheid van het ROCvF wordt beïnvloed door de investeringen in

Almere Poort en Almere Buiten. In de periode 2016-2018 wordt in totaal circa

€ 27 miljoen uitgegeven. Hiervan is € 16,0 miljoen extern gefinancierd. Het

restant wordt door ROCvF uit eigen middelen gefinancierd. Dit legt uiteraard een

groot beslag op de financiële middelen van het ROCvF.

De current ratio bevindt zich structureel boven inspectieniveau. Door de

investeringen dalen de financieringsratio’s ICR en DSCR in de jaren 2017 en

2018. Hierna herstellen deze ratio’s zich weer. De solvabiliteit (exclusief

voorzieningen) ligt in het jaar 2020 en 2021 (29%) onder het inspectieniveau van

30%. Bijsturing zal plaatsvinden om dit te voorkomen.

Door de positieve exploitatieresultaten in 2016 wordt het eigen vermogen

versterkt en voldoet zowel het ROCvA als het ROCvF ruimschoots aan de interne

norm van 1% rentabiliteit. Aan de organisatieonderdelen is een rentabiliteitseis

van minimaal 1% opgelegd voor 2017. Hierbij moet wel rekening worden

gehouden met de bestemmingsreserves. De gevormde bestemmingsreserves

zorgen voor dekking van geplande uitgaven. Het ROCvA en ROCvF voldoen als

geheel aan de rentabiliteitsnorm van het toezichtkader van de Inspectie, te weten

0% met inachtneming van dekking uit de bestemmingsreserves.

40 Interest Coverage Ratio; deze ratio geeft aan hoe vaak de rentelast van een jaar kan worden betaald uit de operationele kasstroom (exclusief rente).

De positieve resultaten bij de roc’s leiden ertoe dat ultimo 2016 een

bestemmingsreserve (publiek) gevormd zal worden (ROCvA circa € 8,4 miljoen

en ROCvF circa € 6,2 miljoen). Deze middelen worden vanaf 2016 beschikbaar

gesteld aan de verschillende organisatieonderdelen ter besteding aan onderwijs-

plannen. De bij het ROCvA ultimo 2015 bestaande herwaarderingsreserve is in

2016 gerealiseerd door verkoop van vastgoed. De omvang van de (met name

personele) voorzieningen blijft naar verwachting stabiel. Het renterisico op

langlopende leningen is beperkt en stabiel.

Door de Inspectie van het Onderwijs is in maart 2016 een rapport uitgebracht aan

het College van Bestuur van het ROCvF naar aanleiding van een onderzoek naar

de continuïteit van de instelling. Het onderzoek is geïnitieerd door de Inspectie

van het Onderwijs naar aanleiding van negatieve resultaten over de jaren 2013

en 2014 in combinatie met plannen voor ontwikkeling van nieuw vastgoed.

Conclusie van de inspectie in het rapport is dat de continuïteit van ROCvF naar

haar mening niet binnen afzienbare termijn in het geding is, en dat geen

aanleiding is voor de Inspectie om het financiële continuïteitsarrangement van

het ROCvF aan te passen.

41 Debt Service Coverage Ratio; deze ratio geeft aan hoe vaak de rente- en aflossingsverplichtingen kunnen worden betaald uit de operationele kasstroom.

Page 78: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

78 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

7.2 Risicobeheersing

Visie en beleid

Risico’s zijn verbonden met het nastreven van doelen. Risico’s horen bij het leven

en hoeven niet altijd koste wat kost vermeden te worden. Risicobewustzijn helpt

bij het bepalen van een strategie die helpt bij het omgaan met onzekerheden en

tussentijdse ontwikkelingen. Risicomanagement gaat daarom verder dan het in

kaart brengen van risico’s. Om verantwoorde beslissingen te kunnen nemen,

worden risico’s geanalyseerd en gewogen. Het is een proces dat regelmatig

opnieuw in werking gesteld dient te worden.

Risicomanagement maakt deel uit van de beleidscyclus. Risico’s zijn onderwerp

van gesprek in de verantwoordingsgesprekken en in de professionele dialoog.

De mbo-colleges hebben op het gebied van risicobewustzijn een ontwikkeling

doorgemaakt. In 2015 hebben de directeuren van mbo-colleges en diensten

masterclasses gevolgd over in control-zijn. Hier bleek het belang van het delen

van meningen en het organiseren van tegenspraak. Het risicobewustzijn op

teamniveau is minder ontwikkeld en verschilt per mbo-college. Om tot een next

level in risicomanagement te komen, zijn in 2016 de volgende stappen

geformuleerd:

We richten onze aandacht niet alleen op bedreigingen maar ook op

kansen. Belangrijk zijn vooral de ontwikkelingen in het werkveld, zoals

veranderende beroepen en het zelf opleiden door instellingen.

We hebben aandacht voor de doelstellingen en de vraagstukken van de

onderwijsteams (de toenemende complexiteit van de doelgroep, de

professionaliteit van docenten, de faciliteiten, de regeldruk, enzovoort).

We hebben aandacht voor soft controls, dat wil zeggen gedrag.

Deze ontwikkeling is in lijn met de beweging naar team als superschool: het

centraal stellen van de vraagstukken van de teams (niet praten óver de teams,

maar het gesprek voeren mét de teams), het afstemmen met het bedrijfsleven en

het luisteren naar studenten. In de kaderbrief 2017 zijn de stappen concreet

gemaakt en is de focus zichtbaar verschoven van hard controls naar soft controls.

Intern risicomanagementsysteem

Binnen beide roc’s wordt gewerkt volgens een vaste planning- en control-cyclus.

Jaarlijks start de cyclus gestart met de kader- en begrotingsbrief, waarin het

kader en de aandachtspunten voor het opstellen van de jaarplannen en

bijbehorende deelbegrotingen zijn beschreven. De begroting wordt door de Raad

van Bestuur en de Raad van Toezicht vastgesteld en goedgekeurd.

Per quadrimester (viermaandelijks) wordt door de mbo-colleges en centrale

diensten een uitgebreide rapportage opgesteld, die de Raad van Bestuur

sturingsinformatie geeft op het gebied van onderwijs, personeel en financiën (in

brede zin). Zo wordt bijvoorbeeld gerapporteerd over het diploma- en

jaarresultaat, de formatie ten opzichte van de begroting, het ziekteverzuim en de

financiële realisatie versus de begroting. Tevens is onderdeel van deze

rapportage een risicoparagraaf, waarin zowel in- als extern gesignaleerde risico’s

worden beschreven, gerelateerd aan de gestelde doelen. De Raad van Bestuur

legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht in zijn periodieke rapportages

inzake zowel intern als extern gesignaleerde risico’s. Het profiel van deze risico’s

wordt weergegeven in een grafiek, waarbij de kans dat een gebeurtenis zich

voordoet wordt afgezet tegen de mogelijke financiële impact.

Bij het in beeld brengen van risico’s is actuele en betrouwbare

managementinformatie onontbeerlijk. Op het niveau van de stichtingen, de mbo-

colleges en de teams is informatie beschikbaar over studenten (aantallen,

tevredenheid, uitval), over financiën, (realisatie versus begroting) en over

personeel, (ziekteverzuim, verhouding OP/IOP/DOP/DM, fte- realisatie versus

begroting).

Risico’s en onzekerheden

Het onderwijs bevindt zich in een complexe omgeving. Hieronder volgen de

risico’s die in 2016 geïdentificeerd zijn.

Page 79: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

79 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Innovatie opleidingsportfolio’s in samenwerking met de arbeidsmarkt

Kennis en innoverend vermogen worden steeds belangrijker in onze

maatschappij. De eisen die dit stelt aan professionals in de beroepspraktijk,

hebben consequenties voor scholen, zowel voor hun curricula als voor hun rol in

het genereren van kennis voor bedrijven. De ontwikkelingen in de buitenwereld

gaan echter sneller dan die in de school. Innovatie moet daarom in afstemming

met het werkveld worden gedaan, waarbij men experimenteert en vernieuwingen

verkent op de grenzen van de verschillende vakgebieden.

Informatiebeveiliging & privacy

Binnen het onderwijs wordt steeds meer informatie over studenten en

medewerkers opgeslagen en (her)gebruikt. Diverse onderwijsprocessen zijn

afhankelijk van de juistheid en de volledigheid van gegevens. Zelfs de

financiering van een school is afhankelijk van de gegevens die worden

doorgegeven aan DUO. Door deze toename in gebruik en opslag, is steeds meer

aandacht vereist voor een zorgvuldige en veilige omgang met de data. Het

zorgvuldig omgaan met persoonsgegevens is niet alleen een wettelijke

verplichting waaraan moet worden voldaan, het is ook een mensenrecht dat moet

worden geëerbiedigd. De implementatie van de nieuwe wet Europese Algemene

Verordening Gegevensbescherming (AVG) in 2018 is daarom van groot belang.

Effecten lange verblijfsduur in het mbo

Met ingang van 2016 is in de verdeling van de middelen over de mbo-colleges

rekening gehouden met de effecten van Focus op Vakmanschap. De invoering

van het cascadestelsel maakt dat het financieel niet verstandig is om studenten

met een lange verblijfsduur in het mbo aan te houden. Tegelijkertijd heeft selectie

aan de poort een maatschappelijk ongewenst effect. Een goede intake, waarbij

wordt gestreefd naar een optimale studiekeuze en een adequate plaatsing, is

hierbij van groot belang. Het beleid hierop dient te worden geactualiseerd

vanwege de invoering van de wet

Toekomstbestendig personeelbestand

Het onderwijs wordt in toenemende mate geconfronteerd met veranderingen.

Arbeidsmarktontwikkelingen, digitalisering, nieuwe vormen van dienstverlening

zijn aan de orde van de dag. Bovendien probeert de organisatie zichzelf steeds

te verbeteren. Het hebben en houden van de juiste medewerkers is hierbij

essentieel en zal in de toekomst alleen maar in belang toenemen. De krapte op

de docentenmarkt neemt toe; de battle for talent is begonnen. Het ontwikkelen

van personeelsinstrumenten die ten dienste staan van het optimaal laten

functioneren van medewerkers (doorgroeimogelijkheden, opleidingen, coaching)

zal daarom nog meer de aandacht moeten krijgen. Desondanks zullen door de

dynamische omgeving en de verhoogde eisen aan de organisatie onvermijdelijk

personele fricties optreden.

Ontwikkeling pensioenlasten

In 2017 wordt een eerste stap gezet op weg naar een structureel hogere

pensioenpremie. De belangrijkste oorzaken van de stijging zijn de lage rente en

het lagere te verwachten rendement de komende jaren. Ook het feit dat we

steeds ouder worden en langer doorwerken heeft een verhogend effect op de

premie. De verwachting is dat de premie de komende jaren verder zal stijgen.

Voor 2017 heeft het kabinet besloten de negatieve financiële effecten van deze

pensioenpremiestijging te compenseren. Het risico bestaat dat in de compensatie

vanuit de Rijksoverheid in de toekomst onvoldoende zal zijn om de

pensioenpremiestijging te kunnen dekken.

Inhuur externen

Het ROCvA en ROCvF maken veelvuldig gebruik van de inhuur van derden. Uit

interne controle is gebleken dat de benodigde documentatie (als gevolg van

fiscale regelgeving) niet altijd aanwezig is. Het kabinet heeft besloten de

handhaving van de wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties tot 1 januari

2018 uit te stellen. Tot die tijd zal de Belastingdienst opdrachtgevers en zzp’ers

niet beboeten. Wat op 1 januari 2018 gaat gebeuren is niet duidelijk. De

organisatie neemt maatregelen om te voldoen aan de eisen van de Wet DBA.

Terugloop in baten

Er bestaat een risico op verdere daling van de Rijksbekostiging en gemeentelijke

bijdragen in de komende jaren vanwege de verkiezingen in 2017. Onduidelijk is

welke gevolgen een nieuw regeerakkoord zal hebben op de onderwijsbudgetten

en meer specifiek op de positionering van het mbo. Tevens is sprake van zowel

een incidentele als een structurele stijging van baten met een

resultaatverplichting. Het risico bestaat dat het resultaat niet behaald wordt en de

financiering moet worden terugbetaald. Dit vraagt om een beleid waarbij

terughoudendheid wordt betracht in het aangaan van vaste verplichtingen.

Page 80: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

80 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Tijdelijkheid van middelen

Met incidentele middelen wordt invulling gegeven aan projecten om de

onderwijskwaliteit te verhogen of worden gerichte innovatieve- of /beleids-

investeringen gedaan. Door de veelheid van projecten in 2017 moet de aandacht

liggen op de beheersbaarheid hiervan. Een ander risico van de omvang van de

tijdelijke middelen is het niet tijdig effectief aanwenden van deze middelen.

Beheersbaarheid op de (tijdige) bestedingsimpuls en de uitbreiding van de

personele bezetting zonder dat daar structurele middelen tegenover staan, zal

continu onder de aandacht moeten blijven.

Verantwoording subsidies met terugbetalingsverplichting

Het ROCvA en ROCvF kennen een groot aantal subsidieprojecten. De com-

plexiteit van subsidieprojecten neemt alsmaar toe, via penvoerder-schappen,

publiek-private samenwerkingen, co-financieringseisen en niet altijd duidelijk

gestelde subsidievoorwaarden door overheidsorganisaties. Hierover dient zowel

inhoudelijk als financieel verantwoording afgelegd te worden. In geval er sprake

is van externe partners moet ook de cofinanciering verantwoord worden. Het

risico bestaat dat uitbetaling en verantwoording van subsidiegelden (ten dele)

uitblijft als gevolg van een onvolledige verantwoording (zowel inhoudelijk als

financieel) en/of als gevolg van het niet leveren conform afspraken door

projectpartners.

Het profiel van bovenstaande risico’s is als volgt:

De hiervoor benoemde risico’s zijn opgenomen in de pdca-cyclus. Periodiek

wordt de kans en financiële impact opnieuw beoordeeld en vastgesteld welke

maatregelen getroffen dienen te worden om de risico’s te mitigeren dan wel tot

een minimum te beperken.

Rapportage Raad van Toezicht

Voor de wijze waarop de Raad van Toezicht het bestuur ondersteunt en/of

adviseert over de beleidsvraagstukken en de financiële problematiek, wordt

verwezen naar paragraaf 1.6.

Risicoprofiel

Kans Financiële

impact

Toekomst bestendig personeelsbestand Hoog Hoog

Terugloop in baten Hoog Hoog

Informatiebeveiliging & privacy Hoog Midden

Inhuur externen/ZZP'ers Hoog Midden

Innovatie opleidingsportfolio i.r.t. arbeidsmarkt Hoog Laag

Ontwikkeling pensioenlasten Midden Hoog

Effecten lange verblijfsduur in het mbo Midden Midden

Tijdelijkheid van middelen Midden Midden

Verantwoording subsidies met terugbetalingsverplichting Midden Midden

Page 81: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

81 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

7.3 Compliance

Helderheid

Het ROCvA en ROCvF voldoen aan alle richtlijnen van de Notitie Helderheid. In

deze paragraaf worden de acht thema’s op hoofdlijnen besproken. Voor een

gedetailleerde verantwoording zie bijlage 8.

Uitbesteding

Zowel het ROCvA als het ROCvF werkt samen met instellingen waarbij de

onderwijstaak in beperkte mate is uitbesteed. Dit zijn zowel commerciële als niet-

commerciële instellingen. Het ROCvA en ROCvF houden toezicht op de

uitvoering en hebben in alle gevallen de eindverantwoordelijkheid voor kwaliteit

van onderwijs en examinering.

Investeren publieke middelen in private activiteiten

Alle activiteiten die het ROCvA en ROCvF verrichten vallen onder publieke

activiteiten dan wel onder private activiteiten die in het verlengde liggen van de

publieke taak. Publieke middelen worden niet gebruikt voor private activiteiten.

Het verlenen van vrijstellingen

In enkele gevallen wordt aan studenten vrijstelling verleend voor

examenonderdelen. De vrijstelling kan uitsluitend worden toegekend door de

examencommissie en wordt vastgelegd in het studentvolgsysteem.

Les- en cursusgeld niet betaald door de student zelf

In een aantal gevallen wordt het wettelijk cursusgeld niet betaald door de student

zelf maar door derden (bedrijven of instellingen). Dit geschiedt, conform de

voorschriften, via een schriftelijke machtiging van de student zelf. Het ROCvA en

ROCvF kennen geen fonds voor het betalen van les- en cursusgelden. Tevens

betalen het ROCvA en ROCvF geen wettelijk verplicht cursusgeld voor

studenten.

In- en uitschrijving en inschrijving van studenten in meer dan één opleiding

tegelijk

Een student staat bij twee opleidingen tegelijk ingeschreven in gecombineerde

trajecten educatie-mbo. Deze trajecten versterken elkaar. Voorwaarde is dat de

beroepsopleiding aan alle gestelde eisen blijft voldoen.

Dubbele inschrijvingen met andere scholen worden alleen na melding door DUO

(signaallijst BRON) inzichtelijk. Strategisch gedrag gericht op financieel gewin,

zoals uitschrijvingen vlak na 1 oktober, vindt bij het ROCvA en ROCvF niet plaats.

Omzwaaiers

Het intakeproces is erop gericht studenten in de meest passende opleiding te

plaatsen. Met een breed aanbod als dat van ROCvA en ROCvF is dat vrijwel

nooit een probleem. Het ROCvA en ROCvF garanderen dat het onderwijs wordt

gegeven dat daadwerkelijk bij de opleiding behoort.

Het voorkomen van horizontale, in de tijd verspreide, stapeling van diploma’s

wordt voortdurend gemonitord. Het behalen van een diploma op een lager niveau

dan de gevolgde opleiding, komt voor wanneer de student zich heeft laten

uitschrijven voor de opleiding op het hogere niveau en de eindtermen behorend

bij de opleiding op het lagere niveau heeft behaald. Dit kan uitsluitend

plaatsvinden na goedkeuring door de examencommissie. Wat ook voorkomt is

dat studenten beginnen aan een opleiding op een hoger niveau terwijl zij de

opleiding op het lagere niveau formeel nog moeten afronden. Ook dan ontvangen

zij een diploma op een lager niveau dan de opleiding waarin zij inschreven staan.

Werving van gediplomeerde studenten voor opleidingen op een lager of hetzelfde

diplomaniveau, vindt niet plaats. Alleen op uitdrukkelijk verzoek van individuele

studenten, kan inschrijving op een lager of hetzelfde diplomaniveau plaatsvinden.

Kortom, strategisch gedrag gericht op winstmaximalisatie komt niet voor. Het

belang van de student staat in alle gevallen voorop.

Maatwerktrajecten ten behoeve van bedrijven

Zowel het ROCvA als het ROCvF heeft in beperkte mate maatwerktrajecten

uitgevoerd voor bedrijven en instellingen. Dit betreft werkzaamheden die zijn

uitgevoerd door de afdeling Educatie (zie hoofdstuk 4) en enkele aanvullende

werkzaamheden voor studenten van crebo-geregistreerde opleidingen.

Page 82: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

82 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Buitenlandse studenten en onderwijs in het buitenland

Van buitenlandse studenten wordt vastgesteld dat deze rechtmatig in Nederland

verblijven. Het onderwijs, inclusief de examinering, dat door het ROCvA en

ROCvF wordt verzorgd, vindt volledig plaats in Nederland. Met regelmaat volgt

een aantal studenten de beroepspraktijkvorming (stage) in het buitenland, onder

voorwaarden dat de stageplek is geaccrediteerd voor de betreffende bekostigde

opleiding.

Publiek Private Samenwerking (PPS)

In het bedrijfsleven gaan de ontwikkelingen snel. Vaak zijn de banen van de

toekomst op het moment van opleiden nog niet bekend. De vraag vanuit het

bedrijfsleven om “toekomst bestendig” personeel is groot. Om te voldoen aan

deze vraag moeten bedrijfsleven, beroepsonderwijs en overheid nauw

samenwerken. Het ministerie van OCW heeft om dit te stimuleren in 2013 het

Regionaal Investeringsfonds MBO (RIF MBO) ingericht. Het mbo kan namens

een samenwerkingsverband tussen scholen, het bedrijfsleven en de regionale

overheden een aanvraag indienen voor een bijdrage uit het RIF MBO. Het

ROCvA en ROCvF geven hun beroepsopleidingen steeds vaker vorm binnen een

duurzame PPS. Hierbij wordt in een aantal gevallen gebruik gemaakt van het RIF

MBO.

Voor de start van een PPS moeten er vier documenten opgesteld worden. Het

eerste document is een regiovisie. In deze regiovisie wordt de vraag uit de

regionale arbeidsmarkt in kaart gebracht, waarna er samen met het regionale

bedrijfsleven een passend antwoord op de vraag geformuleerd wordt. Het tweede

document is een plan van aanpak. In het plan van aanpak formuleert het

samenwerkingsverband het “wat en het hoe”. Wat gaan we doen om de vraag uit

de arbeidsmarkt te adresseren en hoe wordt dit vormgegeven? In het plan van

aanpak worden de risico’s en de beheersstructuur in beeld gebracht. Het derde

document is de begroting. Deze is uitgesplitst in een begroting voor de eerste

vier jaar (de looptijd van de RIF MBO) en de vier jaar erna. Het vierde document

is een samenwerkingsovereenkomst. Hierin wordt de samenwerking tussen de

private en publieke partijen geborgd. De cofinancieringsovereenkomsten zijn een

onderdeel van de samenwerkingsovereenkomst.

Iedere PPS wordt ingericht volgens een projectstructuur, met een stuurgroep,

een projectleider en een projectgroep. De stuurgroep is samengesteld uit

vertegenwoordigers van het samenwerkingsverband.

Treasurybeleid

Het treasurybeleid van het ROCvA en ROCvF vindt plaats binnen de kaders van

de regeling van de minister van OCW. In deze regeling is aangegeven dat de

instelling de publieke middelen, net als de overige middelen voor zover deze niet

afgescheiden zijn van de publieke middelen, risicomijdend dient te beleggen en

te belenen. Binnen beide roc’s wordt geen gebruik gemaakt van derivaten.

Het treasurybeleid is gericht op besturing en beheersing, verantwoording en

toezicht op de financiële vermogenswaarden en geldstromen, de financiële

posities en de hieraan verbonden risico’s. In dit kader wordt maandelijks een

monitoring uitgevoerd op de financiële baten en lasten, de liquiditeitspositie en

de debiteurenpositie. Deze regeling is uitgewerkt in een treasurystatuut en een

meerjarig financieringsplan voor beide roc’s.

Begin juni 2016 is het nieuwe treasurystatuut goedgekeurd door de Raad van

Bestuur en Raad van Toezicht. Echter, op 15 juni 2016 is de nieuwe Regeling

Beleggen, Lenen en Derivaten 2016 gepubliceerd. Het treasurystatuut zal in de

eerste helft van 2017 worden herijkt op basis van deze nieuwe regeling. De beide

roc’s conformeren zich geheel aan de nieuwe regeling.

In de jaarrekening is in de toelichting op langlopende schulden een overzicht

opgenomen van de lopende financieringen, waaronder de overeenkomst met het

ministerie van Financiën inzake schatkistbankieren. Het ROCvA heeft in 2016

geen beleggingen en beleningen uitgezet of aangetrokken. Het ROCvF is in 2015

ten behoeve van de nieuwbouw Almere Poort een leningsfaciliteit van €16 miljoen

aangegaan. Deze wordt aangewend naar rato van de voortgang van de

investeringen.

In 2016 heeft de focus van de treasury-uitvoering gelegen op:

Het volgen van de kasstromen van het VOvA op eenzelfde wijze als die

van het ROCvA en ROCvF;

Page 83: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

83 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De omgang met rekening-courantposities die niet worden afgerekend;

De bestaande rekening-courantpositie tussen het ROCvA en het VOvA

is omgezet in een langlopende lening;

De omgang met de hoge liquiditeitsstand.

Het komend jaar wordt gewerkt aan het terugbrengen van het aantal rekeningen

dat wordt aangehouden bij de diverse banken. Daarnaast wordt in het kader van

schatkistbankieren onderzocht of volledige automatische afroming van

rekeningen naar het ministerie van Financiën kan plaatvinden. Dit is mede

ingegeven door het feit dat op positieve saldi inmiddels negatieve creditrente in

rekening wordt gebracht. Voorts zal een tweetal leningen van ROCvA vervroegd

worden afgelost in respectievelijk april en mei 2017.

Fiscaliteit

Beide roc’s en de Belastingdienst hebben in april 2017 het convenant ‘horizontaal

toezicht’ ondertekend. In 2016 is een Tax Control Framework ingericht, dat als

basis dient om het omgaan met fiscaliteiten binnen de roc’s op juiste en volledige

wijze te laten plaatsvinden. De risico’s die de roc’s lopen ten aanzien van fiscale

aspecten zijn inzichtelijk, beheersmaatregelen zijn benoemd en de effectiviteit

wordt meegenomen in de interne controles. Hiermee wordt gewaarborgd dat

aangiftes juist en volledig worden ingediend. De Belastingcommissie van de roc’s

monitort de fiscaal relevante ontwikkelingen. Op kwartaalbasis vindt overleg

plaats met de Belastingdienst waarbij lopende en verwachte fiscale issues

worden besproken.

Alle medewerkers van de financiële administraties hebben een workshop Btw bij

het roc gevolgd. Een expert-team fiscaliteiten is ingericht, dat vragen met

betrekking tot fiscaliteiten uit de organisatie behandelt. In april 2017 zal de voor

het roc geschreven Handleiding btw aan alle organisatieonderdelen ter

beschikking worden gesteld.

Onderwerpen die in 2016 door de Belastingcommissie zijn behandeld omvatten

onder meer:

het monitoren van ontwikkelingen op het gebied van BTW,

Loonbelasting, VPB en OZB;

het uitvoering geven aan gemaakte afspraken met de Belastingdienst;

het actueel maken van interne richtlijnen waarin beschreven staat hoe in

specifieke gevallen met fiscaliteit omgegaan moet worden;

het monitoren van tijdige aangiften;

het uitwerken van cases waarmee de roc’s worden geconfronteerd (bijv:

fiscale ruimte inzake BYOD);

het verbinden van consequenties aan de bevindingen van interne

controles (bijv: inhuur derden);

het fiscaal statuut wat in 2017 ter vaststelling aan de RvB zal worden

aangeboden;

Al deze activiteiten dragen bij aan het blijvend voldoen aan (fiscale) wet- en

regelgeving.

Het ROCvA is vanaf 22 december 2016 door de Belastingdienst aangemerkt als

algemeen nut beogende instelling (ANBI). Deze ANBI-status zorgt dat de

organisatie en haar eventuele begunstigers gebruik kunnen maken van

belastingvoordelen bij bijvoorbeeld giften en schenkingen. Op de internetsite van

het ROCvA zal de hiertoe vereiste informatie worden gepubliceerd.

De aanvraag voor de ANBI-status voor het ROCvF is onderhanden. Verwacht

wordt dat deze in de loop van 2017 zal worden afgegeven.

Compliance audits

Het ROCvA en ROCvF kennen een afdeling Interne Controle. Deze afdeling voert

audits uit op de gebieden: onderwijs, personeel, financiën, fiscaliteit en

rechtmatigheid. De uitkomsten van de audits worden gerapporteerd aan de Raad

van Bestuur. In de rapportages worden aanbevelingen gedaan waarvan de

opvolging periodiek door het bestuur wordt gemonitord.

In 2016 heeft de afdeling interne controle onder andere de volgende compliance

audits verricht:

Beoordeling programmering onderwijstijd;

Page 84: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

84 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Naleving verantwoording subsidiegelden;

Naleving declaratierichtlijnen;

Naleving aanwezigheid Verklaring Omtrent Gedrag in personeels-

dossier;

Naleving regelgeving omtrent Europese Aanbesteding;

Naleving aanwezigheid verplichte documentatie bij inhuur personeel;

Rechtmatigheid besteding van middelen;

Naleving statuten.

Daarnaast heeft de afdeling interne controle diverse financial audits verricht op

balansposten van de jaarrekening.

Amsterdam, 30 mei 2017

E.C.M. de Jaeger

R.C.A. Wilcke

G. Vreugdenhil

Raad van Bestuur

Koepelstichting ROC van Amsterdam en

ROC van Flevoland

Page 85: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

85 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlagen

Page 86: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

86 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlage 1 Gebruikte afkortingen

AD Associate Degree AKA Arbeidsmarkt gekwalificeerd assistent APCG Armoedeprobleemcumulatiegebieden Arbo Arbeidsomstandigheden

Bol Beroepsopleidende leerweg Bbl Beroepsbegeleidende leerweg BTW Belasting toegevoegde waarde Bpv Beroepspraktijkvorming BVE Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

CE Centraal examen Crebo Centraal register beroepsopleidingen CSR Centrale studentenraad CVI Consortium voor Innovatie

DBA Deregulering beoordeling arbeidsrelaties DM Directie & management DOP Direct onderwijsondersteunend personeel DSCR Debt Service Coverage Ratio DUO Dienst Uitvoering Onderwijs

ExPO Expertisecentrum Passend Onderwijs

Fte Full time equivalent

GPL Gemiddelde personeelslast

Havo Hoger algemeen voortgezet onderwijs HRM Human resource management

ICR Interest Coverage Ratio ICT Informatie- en communicatietechnologie

IOP Indirect onderwijsondersteunend personeel

ISK Internationale schakelklas

JOB Jongerenorganisatie Beroepsonderwijs

LB, LC Loonschalen voor docenten LEC Loopbaan Expertise Centrum LGF Leerlinggebonden financiering LIO Leraar in opleiding Lwoo Leerwegondersteunend onderwijs

Mbo Middelbaar beroepsonderwijs MRA Metropool Regio Amsterdam

OCW Onderwijs, cultuur en wetenschappen OP Onderwijzend personeel OZB Onroerende zaakbelasting

Pdca Plan do check act PDG Pedagogisch didactisch getuigschrift PP Primair proces PPS Publiek private samenwerking

PrO Praktijkonderwijs

RIF Regionaal Investeringsfonds Roc Regionaal opleidingscentrum ROCvA ROC van Amsterdam ROCvF ROC van Flevoland RMC Regionaal meld- en coördinatiepunt

SBB Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven SE Schoolexamen SR Studentenraad STO Student tevredenheidsonderzoek

Q-gesprekken Quadrimester-gesprekken

Vavo Voortgezet algemeen volwassenenonderwijs Vmbo Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs Vo Voorgezet onderwijs VOvA Voortgezet Onderwijs van Amsterdam VPB Vennootschapsbelasting Vsv Voortijdig schoolverlaten Vwo Voorbereidend wetenschappelijk onderwijs

WEB Wet Educatie en Beroepsonderwijs

ZZP Zelfstandige zonder personeel

Page 87: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

87 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlage 2 Organogrammen

Page 88: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

88 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlage 3 Overzicht van mbo-colleges en vo-scholen

ROCvA

MBO College Airport

Facility services Aviation studies Luchthaven Logistiek Veiligheid Techniek & procesindustrie Toerisme & recreatie

Opaallaan 25, Hoofddorp

MBO College Amstelland

Handel & ondernemen ICT International studies Marketing, economie & administratie Sport & veiligheid Zorg & welzijn

Maalderij 37, Amstelveen

MBO College Centrum

Horeca, bakkerij & facilitair Toerisme & recreatie

Da Costastraat 64, Amsterdam Elandsstraat 175, Amsterdam

MBO College Hilversum

Handel & ondernemen Mode Horeca, bakkerij & facilitair ICT International studies Marketing, economie & administratie Media & vormgeving Mobiliteit & logistiek Sport & veiligheid Techniek & technologie Toerisme & recreatie Uiterlijke verzorging Zorg & welzijn

Arena 301, Hilversum

MBO College Noord

Handel & ondernemen Horeca, bakkerij & facilitair Marketing, economie & administratie Media & vormgeving Mobiliteit & logistiek Techniek & technologie Zorg & welzijn

Gare du Nord 13, Amsterdam Verrijn Stuartweg 48, Diemen Meeuwenlaan 132, Amsterdam

MBO College West

Zorg & welzijn Techniek & technologie

Laan van Spartaan 2, Amsterdam Naaldwijkstraat 45, Amsterdam

MBO College Westpoort

Techniek & technologie Mobiliteit & logistiek Marketing, economie & administratie Handel & ondernemen

Tempelhofstraat 80 Amsterdam

MBO College Zuid

- Handel & ondernemen - Mode - Kunst & cultuur - Marketing, economie & administratie - Sport & veiligheid - Toerisme & recreatie - Uiterlijke verzorging

- Europaboulevard 13, Amsterdam - Jan des Bouvrie College Ruysdaelstraat 67, Amsterdam - Frank Sanders Academie Postjesweg 1, Amsterdam

MBO College Zuidoost

- Handel & ondernemen - ICT - Marketing, economie & administratie - Sport & veiligheid

- Fraijlemaborg 135, Amsterdam

Joke Smit College

- Vavo (mavo, havo, vwo) - Reijnier Vinkeleskade 62, Amsterdam

Educatie - Inburgeringscursussen - Gecombineerde trajecten - Nederlands als Tweede Taal - Lees- en schrijfcursussen

- Postjesweg 1, Amsterdam - Diverse locaties in Amsterdam, Amstelveen, Hilversum en Hoofddorp

Page 89: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

89 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

ROCvF

MBO College Almere

Zorg & welzijn Sport & veiligheid ICT Techniek & technologie Marketing, economie & administratie Horeca & Facilitair Handel & ondernemen Toerisme & recreatie Mobiliteit & logistiek Media & vormgeving Kunst & cultuur

Straat van Florida 1, Almere Buiten Louis Armstrongweg 36-42, Almere Stad

MBO College Lelystad

Zorg & welzijn ICT Economie & administratie Handel & ondernemen Uiterlijke verzorging Facilitair Toerisme & recreatie Techniek & technologie Mobiliteit & logistiek

Agorawagenplein 1, Lelystad

Educatie - Nederlands als Tweede Taal - Inburgeringscursussen

Louis Armstrongweg 48, Almere Diverse andere locaties in Almere, Lelystad en Dronten

42 Een mix van vo-profielen

VOvA

Bredero Beroepscollege vmbo basis, kader

Meeuwenlaan 132, Amsterdam

Bredero Mavo vmbo theoretisch

Gare du Nord 5, Amsterdam

De Nieuwe Havo havo, vox-klas42

Buiksloterweg 85, Amsterdam

Hubertus & Berkhoff

vmbo basis, kader Betuwestraat 29, Amsterdam

Hyperion Lyceum vwo

Docklandsweg 2, Amsterdam

LUCA Praktijkschool praktijkonderwijs

Javaplantsoen 24, Amsterdam

Stelle College vmbo basis, kader, theoretisch

Mr. Treublaan 1-3, Amsterdam

Tobiasschool vmbo, lwoo43

Rietwijkerstraat 55, Amsterdam

43 Leerwegondersteunend onderwijs

Page 90: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

90 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlage 4 Leden Raad van Bestuur

Naam Portefeuilles Nevenfuncties

Voorzitter

De heer drs. Edo C. M. de Jaeger (1958)

Voorzitter College van Bestuur ROC van Amsterdam Portefeuilles:

Strategie & beleid

Governance

Veiligheid

PR, marketing & communicatie

Lid Politieonderwijsraad en Voorzitter Commissie Onderwijs (voorheen geheten / tot juni 2016: Commissie Horizontale Afstemming en Verantwoording);

Lid Dagelijks en Algemeen Bestuur Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB);

Voorzitter van de Raad van Commissarissen van Onze Huisartsen B.V. (m.i.v. 1 september 2016);

Lid Bestuur Luchtvaart College Schiphol (LCS);

Voorzitter van het samenwerkingsverband ROC van Nederland (merknaam ROC4NL.EU);

Lid Algemeen Bestuur Amsterdam Netwerk Council;

Lid Raad van Advies Topsport Amsterdam;

Ambassadeur Olympisch Stadion;

Adjudant van HM de Koningin in buitengewone dienst, honorair lid van de hofhouding;

Reserveofficier (luitenant-kolonel) Garderegiment Jagers.

Vice-voorzitter

De heer Ronald C.A. Wilcke (1953)

Voorzitter College van Bestuur ROC van Flevoland Portefeuilles:

Onderwijs

Kwaliteitszorg

Personeel

Voorzitter Bedrijfstakgroep Mobiliteit, Transport & Logistiek, Maritiem, MBO Raad;

Duovoorzitter sectorkamer Mobiliteit, Transport & Logistiek, Maritiem, SBB;

Voorzitter Benoemingsadviescommissie MBO Raad;

Voorzitter bestuur Vereniging Onderwijsbestuurders MBO;

Lid Raad van Toezicht en Voorzitter commissie onderwijs, onderzoek en contractactiviteiten Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (tot juli 2016);

Lid bestuur de Nieuwe Meso;

Lid Stuurgroep Human Capital van de Amsterdam Economic Board;

Lid Amsterdam Logistic Board (tot juli 2016);

Lid bestuur JINC;

Lid Adviesraad studentenroeivereniging Agon te Almere.

Lid

De heer Gerrit Vreugdenhil (1955)

Portefeuilles:

Financiën

Huisvesting

Onderwijsinformatie

ICT

Lid Raad van Commissarissen en Voorzitter Auditcommissie Woningcorporatie Stadgenoot;

Voorzitter Raad van Toezicht Amaris Zorggroep in de Gooi en Vechtstreek en Eemland;

Voorzitter Kerkenraad Samenwerkingsgemeente in Hilversum (sinds 1 september 2016);

Voorzitter Bedrijfstakgroep Zakelijke Dienstverlening & Veiligheid, MBO Raad;

Lid Stuurgroep Strategische Informatievoorziening & Benchmark, MBO Raad;

Lid Regiegroep Bekostiging, MBO Raad;

Voorzitter Sectorkamer Zakelijke Dienstverlening & Veiligheid, SBB;

Lid Ledenraad SURF;

Penningmeester van klein pensioenfonds.

Page 91: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

91 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlage 5 Leden Raad van Toezicht

Naam Zitting44 Commissies Maatschappelijke functies

Voorzitter

Mevrouw mr. G.H. Faber

Benoemd op 01-01-2010 Aftredend en niet herbenoembaar op 31-12-2017

Voorzitter Governancecommissie

Voorzitter Remuneratiecommissie

Burgemeester gemeente Zaanstad (tot 1-12-2016) o Voorzitter Veiligheidsregio Zaanstreek - Waterland o Voorzitter Stichting Marketing Zaanstreek 45;

Voorzitter Raad van Toezicht Reumafonds;

Voorzitter Veiligheidsberaad/Instituut Fysieke Veiligheid (IFV);

Lid Politie Onderwijsraad;

Bestuurslid Nederlandse Rode Kruis Lid adviesraad GAK.

Vice-voorzitter

Mevrouw drs. J.C.H.G. Arts

Benoemd op 01-01-2011 Aftredend en niet herbenoembaar op 31-12-2018

Voorzitter Raad van Bestuur Stichting Flevoziekenhuis o Bestuurder Flevozorg BV46;

Lid Raad van Toezicht NOS;

Lid Raad van Advies SEO Economisch Onderzoek te Amsterdam;

Lid Higher Education Development Board van Windesheim Flevoland;

Auditor Nederlands Instituut voor Accreditatie in de Zorg (NIAZ) (tot 1-7-2016);

Lid Comité van aanbeveling Vereniging Dutch Health Hub;

Lid Comité van aanbeveling Stichting Alkind (Almere).

Leden

De heer ir. F.P. Bijdendijk

Benoemd op 01-07-2008 Aftredend en niet herbenoembaar op 30-06-2016

Voorzitter Auditcommissie Onafhankelijk consultant;

Voorzitter Bestuur Stichting Nationaal Renovatie Platform (NRP) te Rotterdam;

Voorzitter Bestuur Voedselbank Amsterdam te Amsterdam;

Lid Raad van Toezicht Stichting Cordaan te Amsterdam;

Lid van de Raad van Advies Wonam BV te Amsterdam.

44 Een lid Raad van Toezicht treedt volgens rooster, doch uiterlijk vier jaar na zijn benoeming, af en is eenmaal herbenoembaar. 45 Gebonden aan de functie van Burgemeester gemeente Zaanstad 46 Gebonden aan de functie van voorzitter RvB St. Flevoziekenhuis

Page 92: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

92 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Naam Zitting47 Commissies Maatschappelijke functies

Leden

Mevrouw drs. R.H.M. Litjens

Benoemd op 01-01-2015 Aftredend en herbenoembaar op 31-12-2018

Lid Remuneratiecommissie

Lid Onderwijscommissie

Directeur (a.i.) Group Human Resources / Change APG (m.i.v. 1-5-2016);

BoerCroon Management B.V., Amsterdam; functie: associé;

Coaching praktijk voor directies, bestuurders en toezichthouders;

Lid van de Raad van Toezicht van Stichting Sonsbeek;

Bestuurslid Stichting Art for Nature (tot maart 2016);

Bestuurslid Stichting Vrienden van de Opera (tot juli 2016);

Fundraising Joods-Portugese Synagoge;

Organisatie jaarlijkse landdag VSN;

Lid/Bestuurslid van diverse zakelijke en niet-zakelijke netwerken;

Lid Raad van Advies van een groot SW-bedrijf (3500 medewerkers).

De heer drs. R.C.Th. Ootjers

Benoemd op 01-01-2011 Aftredend en niet herbenoembaar op 31-12-2018

Voorzitter Onderwijscommissie

Voorzitter Stichting Oude Hollandse Kerken.

De heer drs. K. Baldewpersad Tewarie RA

Benoemd op 01-12-2014 Aftredend en herbenoembaar op 30-11-2018

Voorzitter Auditcommissie

Lid Governancecommissie m.i.v. 31-10-2016

Consultant Dasym Investment Strategies (tot 31-8-2016);

Managing Partner bij Rijnland Execution Partners B.V. (m.i.v. 1-9-2016);

Lid bestuur/penningmeester van VUmc Cancer Centre Amsterdam;

Lid Raad van Advies Milliman Pensioenen Nederland;

Voorzitter van de jury van The Other Network, jaarlijkse verkiezing van de multiculturele zakenman van het jaar;

Lid van de auditcommissie van de FNV;

Lid van Raad van Toezicht en Lid Auditcommissie Reumafonds Nederland.

De heer drs. D.J. Elders

Benoemd op 01-10-2016 Aftredend en herbenoembaar op 01-10-2020

Lid Auditcommissie Directeur Elders Consultancy B.V.;

Voorzitter Raad van Commissarissen Stichting Intermaris Woningbouwcorporatie in Hoorn/Purmerend e.o.;

Raad van Toezicht Stichting Olympisch Stadion Amsterdam/Stichting Exploitatie; Olympisch Stadion Amsterdam.

47 Een lid Raad van Toezicht treedt volgens rooster, doch uiterlijk vier jaar na zijn benoeming, af en is eenmaal herbenoembaar.

Page 93: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

93 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlage 6 Aantallen en prestaties per mbo-college

Page 94: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

94 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Page 95: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

95 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlage 7 Overzicht RIF-aanvragen

Toegekende RIF-aanvragen in 2014

House of Logistics

Partners ROCvA (aanvrager), ROCvF, Air Cargo Netherlands

(vertegenwoordigt 328 bedrijven) Luchtvaart College Schiphol,

en NOVA College.

Doel Meer instroom in de opleidingen logistiek. Verhogen van

doelmatigheid en kwaliteit van het opleidingsaanbod.

Vorm Community van bedrijven waar logistiek vakman van de

toekomst wordt opgeleid; en beeldvorming en

wervingsactiviteiten.

Centrum voor Innovatief Vakmanschap Creatieve Industrie 2.0

Partners ROCvA (aanvrager) House of Denim (met daarin o.a. G-star,

Scotch&Soda, HILFIGER, Levis, Denham, KOI-bags, KingPins)

FG Group United, VOF Tolhuistuin.

Doel Jonge makers op het mbo, creatieve zzp-ers en experts uit het

bedrijfsleven bieden onderwijs met gebruik van alle moderne

technieken, met als doel ambities en talenten voortdurend te

ontwikkelen in een uitdagende omgeving. Deze ‘makers’

kunnen ook uit het buitenland komen.

Vorm Innovatieve state-of-the-art opleidingsfaciliteiten (labs).

Toegekende RIF-aanvragen in 2015

Cyber Security Centre MRA

Partners ROCvA, ROCvF, een met KPN, HPE en Digital Investigation,

gevormd consortium van tien ICT-bedrijven, de gemeenten

Hilversum en Amsterdam, de Amsterdam Economic Board en

de Hogeschool van Amsterdam.

Doel Inhoud van de opleidingen en de stages actualiseren en uitbreiden met aspecten van cybersecurity.

Vorm Verschillende samenwerkingsvormen t.b.v kennisdeling en het creëren van relevante stageplaatsen.

Toegekende RIF-aanvragen in 2016

NexTechnician Mobiliteitstechniek

Partners ROCvA, Stichting Nextechnician (samenwerkende bedrijfs-

autotechniek bedrijven).

Doel Versterking van de opleidingen en up to date praktijkruimtes.

Verhoging instroom met 25% in 2020.

Vorm Opleidingshuis Next Technician op een centrale plek in de

Metropoolregio Amsterdam.

Zorg in de wijk inde 21ste eeuw

Partners

ROCvA, ROCvF, Zorgaanbieders in de MRA regio, Gemeente

Amsterdam.

Doel Inspelen op nieuwe ontwikkelingen in de wijkzorg en

opleidingen en stages daarop inrichten.

Page 96: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

96 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Vorm Een Fieldlab, gedefinieerd als een gebouw voor cliënten,

professionals, mantelzorgers, onder beheer van een

zorgaanbieder, waarin een omgeving wordt gecreëerd voor

continu leren, onderwijs en stages.

Tech-pack

Partners ROCvF, vo-scholen en hbo-instellingen in Flevoland, gemeente

Almere en Lelystad, PRES, technische bedrijven in Flevoland.

Doel Voldoende en goedopgeleide mbo-technici in de regio

(verhoging van 30%) door een doelmatige en innovatieve

infrastructuur van opleidingen voor de sector.

Vorm Het creëren van state of the art leerbedrijven en een nieuw

stagemodel. Doorlopende leerlijnen, actualisering van het

curriculum, skills labs en stageopdrachten.

Voorbereiding RIF-aanvragen in 2017

House of Hospitality

Partners ROC van Amsterdam, Randstad Hospitality, Amsterdam Arena,

Corendon, CASA400 Hotel, Westcord Fashion Hotel, TUI,

Vermaatgroep, Hogere Hotelschool Den Haag, Amsterdam

Marketing, Amsterdams Proeflokaal, Hogeschool Inholland,

OLVG, Booking.com, Vacansoleil, ISS Facility Services

Nederland, Gemeente Amsterdam, ANVR, Koninklijke Horeca

Nederland, Van der Valk Sassenheim.

Doel Verbeteren kwaliteit van hospitality en servicegedrag van

(toekomstige) medewerkers,

verhoging van de instroom, realiseren van om- her- en

bijscholing, cross-sectorale samenwerking creëren, innovatie

mogelijk maken.

Vorm Opleidingshuis met Hospitality Lab voor innovatie.

Vakschool Technische Installatie

Partners

ROCvA, Stichting Vakschool Technische Installaties Amsterdam

(VTi), InstallatieWerk Noord-Holland, diverse bedrijven en

gemeenten.

Doel Voldoende aanbod creëren van gekwalificeerde elektro- en

installatietechnici die technische installaties kunnen

ontwerpen, bouwen en onderhouden.

Vorm Opleidings-campus Human Technology & Engineering

Amsterdam. De campus bestaat uit een verzameling van

faciliteiten, verdeeld over heel Groot Amsterdam, waar

leerlingen en studenten, bedrijven en scholen elkaar ontmoeten

en met en van elkaar leren. De PPS zet zich in om het aantal

leerwerkbanen op peil te houden, bedrijven te ondersteunen en

te stimuleren, de instroom van scholieren en studenten in het

TI-onderwijs te vergroten, te zoeken naar mogelijkheden voor

verduurzaming en vernieuwing en vakkennis te behouden.

Media TAKE 5

Partners ROCvA, Hilversum Media Campus, Media College, diverse

mediabedrijven, Amsterdam Economic Board.

Doel Vernieuwen en verrijken van de huidige media-opleidingen,

doorlopende medialeerlijnen vmbo-mbo-hbo, versterking

samenwerking onderwijs-arbeidsmarkt in de brede mediasector,

ontwikkeling stagemodel gericht op uitstroom naar werk,

versterken en uitbouwen nationale en internationale

samenwerking.

Vorm TAKE-5 wordt als apart organisatieonderdeel gekoppeld aan de

bestaande publiek-private samenwerking Centrum voor Creatief

Innovatief Vakmanschap 2.0 (CIVC12.0). Innovatie labs.

Page 97: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

97 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bijlage 8 Helderheid

Thema 1: Uitbesteding

Hieronder wordt verstaan het uitbesteden van bekostigd onderwijs aan een andere

(al dan niet bekostigde) instelling tegen betaling voor de geleverde prestatie.

Het ROCvA en ROCvF werken samen met de volgende organisaties:

ROC van Amsterdam ROC van Flevoland

NIHO Beheer B.V. Stichting Passend Onderwijs Almere

Stichting Vacansoleil Almeerse Scholen Gemeenschap

Werkleerschool Nautilus

Sportbrigrade

Robert Kranenborg Academy

Calvijn College Amsterdam

Montessori College Oost

Opleidingsbedrijf Bouw Gooi & Vechtstreek

Bij uitbesteding worden schriftelijke overeenkomsten afgesloten met afspraken

over prestaties en vergoedingen. De roc’s houden altijd de

eindverantwoordelijkheid voor de kwaliteit en de examinering van het onderwijs.

Thema 2: Investeren van publieke middelen in private activiteiten

Hieronder wordt verstaan dat de rijksbijdrage wordt ingezet in een privaatrechtelijke

rechtspersoon of dat publieke middelen anderszins worden geïnvesteerd in private

activiteiten die niet behoren tot de kerntaak van de instelling.

Door de Stichting ROC van Amsterdam wordt voor 100% deelgenomen in de

dochtervennootschap ROCA Contractonderwijs Holding B.V. (Holding). De

participatie bedraagt € 5 miljoen aan aandelen.

Tot 2007 werden in deze vennootschap middels twaalf 100%

dochtervennootschappen de private opleidingsactiviteiten van het ROCvA

uitgevoerd. Het geconsolideerde eigen vermogen van de Holding bedraagt per 31

december 2016 € 5,6 miljoen positief.

Per 1 december 2016 zijn de 2 dochtervennootschappen onder ROCvA Contract-

onderwijs Holding B.V. geliquideerd. De holding heeft geen activiteiten gekend in

2016 (in 2015 evenmin).

Een nadere specificatie wordt weergegeven in de toelichting op de enkelvoudige

balans van de Stichting ROC van Amsterdam, welke is opgenomen in de

geconsolideerde jaarrekening. In boekjaar 2016 heeft de Holding geen activiteiten

gekend.

Bij het ROCvF zijn in het verslagjaar 2015 geen uitgaven gedaan voor private

activiteiten. Alle private activiteiten zijn ondergebracht in de ROC Flevoland Holding

B.V. Het eigen vermogen van de Holding bedraagt per 31 december 2016 € 0,3

miljoen negatief. Per 1 december 2016 zijn de 2 dochtervennootschappen onder

ROC Flevoland Holding B.V. geliquideerd. De holding heeft geen activiteiten gekend

in 2016 (in 2015 evenmin).

Thema 3: Het verlenen van vrijstellingen

Een instelling kan vrijstellingen verlenen voor het afleggen van toetsen of

examenonderdelen. Hierdoor zal de deelnemer de opleiding niet in de volle vorm

volgen. Soms kunnen vrijstellingen zo omvangrijk zijn dat de deelnemer nog maar

zo weinig onderwijs hoeft te volgen om een diploma te halen, dat het de vraag is of

in een dergelijk geval bekostiging verkregen mag worden.

In enkele gevallen worden door het ROCvA en ROCvF vrijstellingen verleend aan

studenten door de teamexamencommissie. Toegekende vrijstellingen worden

vastgelegd in het studentvolgsysteem.

Thema 4: Les- en cursusgeld niet betaald door de deelnemer zelf

Het staat de instelling vrij een fonds te vormen en daaruit het cursus- of lesgeld voor

specifieke deelnemers te voldoen. Dit fonds mag echter niet worden gevoed uit de

Rijksbijdrage. Het kan voorkomen dat niet de deelnemer zelf maar een derde het

cursusgeld betaalt. Uitgangspunt is dat de deelnemer zelf verantwoordelijk moet zijn

Page 98: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

98 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

voor het betalen van het cursusgeld. Het is niet toegestaan om uit de Rijksbijdrage

kosten te betalen die volgens de wetgever voor rekening van de deelnemer dienen

te blijven (anders is sprake van ondoelmatige besteding van de Rijksbijdrage).

Noch het ROCvA noch het ROCvF heeft een fonds met betrekking tot les- en

cursusgelden. Tevens wordt door het ROCvA of het ROCvF geen wettelijk verplicht

cursusgeld betaald voor studenten. Facturen worden naar de student zelf verstuurd

of naar degene die door de student is gemachtigd.

Thema 5: In- en uitschrijving en inschrijving van deelnemers in meer dan één

opleiding tegelijk

Het is gewenst te stimuleren dat Educatiedeelnemers een beroepsopleiding gaan

volgen. Instellingen mogen niet door een strategische in- en uitschrijfprocedure een

financieel gewin behalen voor uitschrijvingen vlak na 1 oktober.

Van de studenten op 1 oktober 2016 inschreven in het beroepsonderwijs, volgden

33 deelnemers bij het ROCVA en 1 deelnemer bij ROCvF gelijktijdig een traject in

het Volwassenonderwijs.

Bij het ROCvA hebben in de periode van 2 oktober t/m 31 december 2016 in totaal

1.018 studenten de instelling verlaten, waarvan 387 met en 631 studenten zonder

diploma. Bij het ROCvF hebben in de periode van 2 oktober t/m 31 december 2016

in totaal 154 studenten de instelling verlaten, waarvan 41 met en 113 studenten

zonder diploma.

In dezelfde periode hebben zich bij ROCvA 63 studenten en bij ROCvF 9 studenten

ingeschreven zonder dat daarvoor bekostiging wordt ontvangen.

Thema 6: Omzwaaiers

Uitgangspunt is dat deelnemers in de meeste passende crebo-opleiding worden

geplaatst en daadwerkelijk onderwijs wordt gegeven behorende bij die opleiding. Het

uitreiken van meer diploma’s is geoorloofd. Echter meervoudige diplomering mag

niet worden toepast overwegend of uitsluitend om het financiële belang van de

instelling te vergroten.

Het aantal studenten dat in 2016 is overgestapt naar een andere leerweg en/of

opleiding is bij het ROCvA 711 studenten en bij ROCvF 257 studenten.

Studenten die het ROC na 1 oktober 2016 relatief snel hebben verlaten met aanduiding van redenen

ROCvA ROCvF

Totaal aantal uitgeschreven studenten die in de periode 2 oktober 2016 t/m 31 december 2016 1.018 154

Met diploma 387 41

Zonder diploma, naar oorzaak:

Arbeidsmarkt en externe factoren 119 17

Instellingsgebonden factoren 45 10

Persoonsgebonden factoren 280 65

Studie en beroepskeuze gebonden factoren 181 21

Reden onbekend 6 -

Totaal zonder diploma 631 113

Studenten die in de periode 2 oktober t/m 31 december 2016 alsnog zijn ingeschreven bij het ROC zonder bekostiging

ROCvA ROCvF

BBL 24 9

BOL 39 -

Totaal studenten 63 9

Page 99: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

99 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Bij het ROCvA zijn 9.521 voor bekostiging in aanmerking komende diploma’s

uitgereikt en bij ROCvF 1.669. De stapeling van diploma’s is als volgt:

Thema 7: Maatwerktrajecten ten behoeve van bedrijven

Dit betreft trajecten waarvoor zowel door de overheid als van een andere partij een

bijdrage wordt ontvangen.

Maatwerktrajecten worden verzorgd voor de volgende bedrijven en organisaties:

ROC van Amsterdam ROC van Flevoland

OBM Midden Nederland Niet van toepassing.

College de Toekomst

Altra

Scholings- en werktrajecten Amsterdam

Royal van Lent Shipyard BV

Fifteen

KLM

Diagnose Netherlands BV

I-Sec

Randstad bewaking

Trigion Beveiliging BV

Thema 8: Buitenlandse deelnemers en onderwijs in het buitenland

Onderwijs dat daadwerkelijk in Nederland wordt verzorgd en voor bekostiging in

aanmerking komt. Buitenlandse studenten mogen worden ingeschreven als zij

rechtmatig in Nederland verblijven.

Van buitenlandse deelnemers wordt vastgesteld dat deze rechtmatig in Nederland

verblijven (bijvoorbeeld door middel van een verblijfsvergunning). Het onderwijs en

de examinering dat door de roc’s wordt verzorgd vindt volledig plaats in Nederland.

Met regelmaat volgt een aantal studenten de beroepspraktijkvorming (stage) in het

buitenland onder voorwaarde dat de stageplek is geaccrediteerd voor de betreffende

bekostigde opleiding.

Studenten van het ROC die tijdens het schooljaar van opleiding en/of leerweg veranderden

ROCvA ROCvF

Van opleiding veranderd 685 251

Van leerweg veranderd 5 -

Van opleiding en leerweg veranderd 21 6

Totaal studenten 711 257

Overzicht van de horizontale, in de tijd verspreide, stapeling van diploma's bij het ROC

ROCvA ROCvF

Totaal voor bekostiging in aanmerking komende diploma's 9.521 1.669

Stapeling van diploma's:

Met hoger niveau 509 73

Met gelijk niveau 28 -

Met lager niveau 3 -

Totaal gestapelde diploma's 540 73

Page 100: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

100 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Jaarrekening

ROCvA

Page 101: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

101 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Jaarrekening 2016 ROC van Amsterdam

1 Geconsolideerde balans per 31 december 2016 (na voorstel resultaatbestemming)

Activa(bedragen x € 1.000)

Vaste activa

Materiële vaste activa

Bedrijfsgebouwen en terreinen 1 185.276 186.620

Andere vaste bedrijfsmiddelen 1 18.626 21.644

Niet aan de bedrijfsvoering dienstbare

activa 1 - 4.350

Activa in uitvoering en vooruitbetalingen 1 3.505 4.658

207.407 217.272

Financiële vaste activa

Overige vorderingen 2 434 356

434 356

Totaal vaste activa 207.841 217.628

Vlottende activa

Voorraden 110 167

Vorderingen

Debiteuren 3 2.799 4.031

Deelnemers/cursisten 3 1.382 1.677Overige vorderingen en overlopende

activa 3 2.352 2.204

6.533 7.912

Liquide middelen 4 53.189 41.395

Totaal vlottende activa 59.832 49.474

Totaal activa 267.673 267.102

31-12-2016 31-12-2015

Page 102: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

102 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Page 103: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

103 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

2 Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2016

(bedragen x € 1.000)

Baten

Rijksbijdragen OCW 9 260.852 249.523 241.007

Overheidsbijdragen en subsidies

overige overheden 10 13.007 9.761 12.288

College-, cursus-, les- en

examengelden 11 4.659 3.313 4.603

Baten werk in opdracht van derden 12 1.588 2.447 1.698

Overige baten 13 8.747 7.887 10.020

Totaal baten 288.853 272.931 269.616

Lasten

Personeelslasten 14 202.343 201.676 183.777

Afschrijvingen 15 14.232 14.431 16.867

Huisvestingslasten 16 18.059 18.798 16.425

Overige instellingslasten 17 38.197 33.754 32.298

Totaal lasten 272.831 268.659 249.367

Saldo baten en lasten 16.022 4.272 20.249

Financiële baten 18 0 25 1

Financiële lasten 18 -4.713 -4.297 -4.425

-4.713 -4.272 -4.424

Resultaat voor belastingen 11.309 0 15.825

Belastingen -7 0 0

Nettoresultaat 11.302 0 15.825

2016 Begroting 2016 2015

Page 104: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

104 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

3 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2016

De ‘Mutatie kortlopende schulden exclusief aflossingsverplichtingen’ is gecorrigeerd voor non-cash transacties

voor een bedrag ad. 9 (2015: 125).

De ‘Desinvesteringen materiële vaste activa’ bestaan uit de desinvesteringen volgens het verloopoverzicht

materiële vaste activa minus de herwaarderingscorrectie in 2016.

(bedragen x € 1.000)

Saldo baten en lasten 16.022 20.249

Gecorrigeerd voor:

        Afschrijvingen 15 14.232 16.867

        Toename voorzieningen (afname) 6 636 -1.457

14.868 15.410

Veranderingen in vlottende middelen

        Afname voorraden (toename) 57 -11

        Afname vorderingen 3 1.379 974

        Afname kortlopende schulden excl.

' aflossingsverplichtingen 8 -1.772 -887

Mutatie werkkapitaal -336 76

Kasstroom uit bedrijfsoperaties 30.554 35.735

Ontvangen rente 18 0 1

Betaalde rente 18 -4.722 -4.521

Betaalde winstbelasting -7 -

-4.729 -4.520

25.825 31.215

Investeringen in materiële vaste activa 1 -8.891 -11.170

Desinvesteringen in materiële vaste activa 1 4.368 5.009

Toename in financiële vaste activa -78 -13

-4.601 -6.174

Aflossing kredietinstellingen 7 -9.430 -4.012

-9.430 -4.012

Mutatie geldmiddelen 11.794 21.029

Beginstand liquide middelen 41.395 20.366

Eindstand liquide middelen 4 53.189 41.395

2016 2015

KASSTROOM UIT OPERATIONELE

ACTIVITEITEN

KASSTROOM UIT

INVESTERINGSACTIVITEITEN

KASSTROOM UIT

FINANCIERINGSACTIVITEITEN

Page 105: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

105 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

4 Geconsolideerd overzicht totaalresultaat van de rechtspersoon over 2016

(bedragen x € 1.000)

Nettoresultaat 11.302 15.825

Rechtstreekse mutaties in het eigen

vermogen:

Mutatie herwaardering materiële vaste

activa5 -156 101

Totaalresultaat 11.146 15.926

2016 2015

Page 106: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

106 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

5 Toelichting behorende tot de geconsolideerde jaarrekening 2016

Algemeen

Juridische vorm en voornaamste activiteiten

De organisatie is een stichting; de voornaamste activiteiten bestaan uit het bevorderen van beroepsonderwijs,

voortgezet onderwijs en educatie. Het bestuursnummer van Stichting ROC van Amsterdam is 40833 en de

bestuursnummers van Stichting Voortgezet Onderwijs van Amsterdam zijn 41854 en 41855. De hierin

meegenomen BRIN nummers zijn 25PZ (Stichting ROC van Amsterdam) 00EF, 14RL en 21AS (Stichting

Voortgezet Onderwijs van Amsterdam).

Het statutaire vestigingsadres is Fraijlemaborg 141 te Amsterdam. De stichting staat ingeschreven bij Kamer van

Koophandel te Amsterdam onder nummer 41216421.

Toegepaste standaarden

De jaarrekening is opgesteld volgens de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (RJO). In deze regeling is bepaald

dat de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (in het bijzonder RJ 660

Onderwijsinstellingen) van toepassing zijn en met inachtneming van de in de RJO aangeduide uitzonderingen.

De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn

gebaseerd op historische kosten, tenzij anders vermeld in de verdere grondslagen. De grondslagen zijn

ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar.

Verslaggevingsperiode

Deze jaarrekening heeft betrekking op het boekjaar 2016, dat is geëindigd op balansdatum 31 december 2016.

Continuïteit

Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.

Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling

Inleiding

Activa en passiva worden opgenomen tegen historische kostprijs, tenzij anders vermeld in de verdere

grondslagen.

Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische

voordelen naar de organisatie zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een

verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal

gaan met een uitstroom van middelen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden

vastgesteld.

Een in de balans opgenomen actief of verplichting blijft op de balans als een transactie (met betrekking tot het

actief of de verplichting) niet leidt tot een belangrijke verandering in de economische realiteit met betrekking tot

het actief of de verplichting.

Een actief of verplichting wordt niet langer in de balans opgenomen indien een transactie ertoe leidt dat alle of

nagenoeg alle rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico's met betrekking tot het actief of

de verplichting aan een derde zijn overgedragen. Verder wordt een actief of een verplichting niet meer in de

balans opgenomen vanaf het tijdstip dat niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van

de toekomstige economische voordelen en/of betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde.

Baten worden in de staat van baten en lasten opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch

potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft

plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer

een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een

vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden

vastgesteld. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben.

De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro’s, de functionele valuta van de organisatie. Alle financiële informatie

in euro’s is afgerond op het dichtstbijzijnde duizendtal.

Page 107: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

107 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Gebruik van schattingen

De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en

veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde

van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze

schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen

van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden

waarvoor de herziening gevolgen heeft. De volgende waarderingsgrondslagen zijn naar de mening van het management het meest kritisch voor het

weergeven van de financiële positie en vereisen schattingen en veronderstellingen:

- Waardering van (materiële vaste) activa niet dienstbaar aan het bedrijfsproces;

- Personele voorzieningen;

Grondslagen voor consolidatie

Consolidatiekring

De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van de organisatie en haar

dochtermaatschappijen in de groep, andere groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarover

overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend dan wel waarover de centrale leiding bestaat.

Dochtermaatschappijen zijn deelnemingen waarin de organisatie (en/of een of meer van haar

dochtermaatschappijen) meer dan de helft van de bestuurders of van de commissarissen kan benoemen of

ontslaan. Groepsmaatschappijen zijn deelnemingen waarin de organisatie een meerderheidsbelang heeft, of

waarin op een andere wijze een beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend. Bij Stichting Voortgezet

Onderwijs van Amsterdam is ROCvA de (enige) statutaire bestuurder.

Groepsmaatschappijen worden in de consolidatie betrokken vanaf het tijdstip waarop beleidsbepalende invloed

kan worden uitgeoefend, en tot het tijdstip van beëindiging van deze invloed.

De volgende groepsmaatschappijen zijn in deze jaarrekening geconsolideerd:

- ROCA Contractonderwijs Holding B.V. (100% belang)

- Stichting Voortgezet Onderwijs van Amsterdam (overheersende zeggenschap)

- ROCA Uitzendorganisatie B.V. (100% in handen van ROCA Contractonderwijs Holding B.V.) (consolidatie tot

en met 30/11/16, vennootschap is per 01/12/16 geliquideerd)

- Centrum voor Vakopleidingen B.V. (100% in handen van ROCA Contractonderwijs Holding B.V.)

(consolidatie tot en met 30/11/16, vennootschap is per 01/12/16 geliquideerd).

Consolidatiemethode

De posten in de geconsolideerde jaarrekening worden opgesteld volgens uniforme grondslagen van waardering

en resultaatbepaling van de groep.

In de geconsolideerde jaarrekening zijn de onderlinge aandelenverhoudingen, schulden, vorderingen en

transacties geëlimineerd Tevens zijn de resultaten op onderlinge transacties tussen groepsmaatschappijen

geëlimineerd voor zover de resultaten niet door transacties met derden buiten de groep zijn gerealiseerd en er

geen sprake is van een bijzondere waardevermindering. De groepsmaatschappijen zijn integraal geconsolideerd.

Grondslagen voor de omrekening van vreemde valuta’s

Transacties luidend in vreemde valuta’s worden in de betreffende functionele valuta van de organisatie

omgerekend tegen de geldende wisselkoers op de transactiedatum.

In vreemde valuta’s luidende monetaire activa en verplichtingen worden per balansdatum in de functionele valuta

omgerekend tegen de op die datum geldende wisselkoersen. Valutakoersverschillen die voortkomen uit de

afwikkeling van monetaire posten, dan wel voortkomen uit de omrekening van monetaire posten in vreemde

valuta worden verwerkt in de staat van baten en lasten in de periode dat zij zich voordoen. Niet-monetaire activa

en passiva in vreemde valuta’s die tegen historische kostprijs worden opgenomen, worden naar euro’s

omgerekend tegen de geldende wisselkoersen op de transactiedatum.

Financiële instrumenten

Financiële instrumenten omvatten overige financiële vaste activa, vorderingen, geldmiddelen, leningen en overige

financieringsverplichtingen, en overige schulden. In de jaarrekening zijn de volgende categorieën financiële

instrumenten opgenomen: verstrekte leningen en overige vorderingen, geldmiddelen, en overige (financiële)

verplichtingen. Binnen de groep wordt alleen gebruik gemaakt van primaire financiële instrumenten en niet van

afgeleide financiële instrumenten (derivaten). Voorts hebben de Stichting ROCvA en/of haar

Page 108: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

108 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

groepsmaatschappijen geen handelsportefeuille van financiële instrumenten verworven of zijn deze aangegaan

met het doel de instrumenten op korte termijn te verkopen.

Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde, waarbij (dis)agio en direct

toerekenbare transactiekosten in de eerste opname worden meegenomen. Na de eerste opname worden

financiële instrumenten gewaardeerd op de hierna beschreven manier bij vorderingen en schulden.

Bijzondere waardeverminderingen financiële activa

Een financieel actief dat niet wordt gewaardeerd tegen

1. reële waarde met waarde-wijzigingen in de staat van baten en lasten of

2. geamortiseerde kostprijs of lagere marktwaarde,

wordt op iedere verslagdatum beoordeeld om te bepalen of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een

bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Een financieel actief wordt geacht onderhevig te zijn aan een

bijzondere waardevermindering indien objectieve aanwijzingen bestaan dat na de eerste opname van het actief

zich een gebeurtenis heeft voorgedaan die een negatief effect heeft gehad op de verwachte toekomstige

kasstromen van dat actief en waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt.

Objectieve aanwijzingen dat financiële activa onderhevig zijn aan een bijzondere waardevermindering omvatten

het niet nakomen van betalingsverplichtingen en achterstallige betaling door een debiteur, herstructurering van

een aan de organisatie toekomend bedrag onder voorwaarden die de organisatie anders niet zou hebben

overwogen, aanwijzingen dat een debiteur of emittent failliet zal gaan, en het verdwijnen van een actieve markt

voor een bepaald effect.

Aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen van vorderingen die door de organisatie worden

gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs worden zowel op het niveau van specifieke activa als op collectief

niveau in aanmerking genomen. Van afzonderlijk belangrijke vorderingen wordt beoordeeld of deze individueel

onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering. Van afzonderlijk belangrijke vorderingen die niet individueel

onderhevig zijn gebleken aan bijzondere waardevermindering en van afzonderlijk niet belangrijke vorderingen

wordt collectief beoordeeld of deze onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering, dit door samenvoeging

van vorderingen met vergelijkbare risicokenmerken. Een bijzonder waardeverminderingsverlies met betrekking tot

een tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd financieel actief wordt berekend als het verschil tussen de

boekwaarde en de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen, gedisconteerd tegen de

oorspronkelijke effectieve rente van het actief. Verliezen worden opgenomen in de staat van baten en lasten.

Als in een latere periode het actief, onderhevig aan een bijzondere waardevermindering, stijgt en het herstel

objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van het bijzondere

waardeverminderingsverlies, wordt het bedrag uit hoofde van het herstel (tot maximaal de oorspronkelijke

kostprijs) opgenomen in de staat van baten en lasten.

Saldering van financiële instrumenten

Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als de stichting beschikt over een

deugdelijk juridisch instrument om het financiële actief en de financiële verplichting gesaldeerd af te wikkelen en

de stichting het stellige voornemen heeft om het saldo als zodanig netto of simultaan af te wikkelen.

Als sprake is van een overdracht van een financieel actief dat niet voor verwijdering uit de balans in aanmerking

komt, wordt het overgedragen actief en de daarmee samenhangende verplichting niet gesaldeerd.

Materiële vaste activa

De bedrijfsgebouwen en -terreinen, andere vaste bedrijfsmiddelen en materiële vaste activa in uitvoering worden

gewaardeerd tegen hun kostprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en bijzondere

waardeverminderingen. De kostprijs van de genoemde activa bestaat uit de verkrijgings- of vervaardigingsprijs en

overige kosten om de activa op hun plaats en in de staat te krijgen noodzakelijk voor het beoogde gebruik.

Deze activa worden duurzaam door de Stichting gebruikt. De gebouwen en terreinen zijn, voor zover zij per 1

januari 1997 aan de Stichting zijn overgedragen in het kader van de Wet ‘Omkering Kapitaaldienst Financiering’

(OKF), opgenomen voor de waarden zoals vastgesteld door het Ministerie van OCW bij de uitvoering van deze

operatie.

De niet aan de bedrijfsvoering dienstbare activa betreft bedrijfsgebouwen en -terreinen die buiten gebruik gesteld

zijn. Deze zijn gewaardeerd tegen actuele waarde gebaseerd op berekeningen van externe taxateurs c.q.

concrete biedingen door derde partijen. De waarde van deze objecten wordt periodiek getaxeerd en de evaluatie

van de herwaardering vindt continu plaats. Bij herwaardering boven de kostprijs wordt de herwaardering direct in

het eigen vermogen geboekt in een herwaarderingsreserve. Bij realisatie van de herwaardering door verkoop

wordt de gerealiseerde herwaardering binnen het eigen vermogen geboekt van de herwaarderingsreserve naar

Page 109: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

109 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

de algemene reserve. Verminderingen van de herwaarderingsreserve als gevolg van waardeverminderingen

kunnen niet leiden tot een negatief saldo, het merendeel wordt in dat geval ten laste van het resultaat gebracht.

Over deze activa wordt niet afgeschreven. Zodra activa buitengebruik gesteld worden (met name gebouwen en

terreinen) vindt overboeking van 'Bedrijfsgebouwen en -terreinen' naar 'Niet aan de bedrijfsvoering dienstbare

activa' plaats.

Investeringssubsidies worden in mindering gebracht op de materiële vaste activa, en vallen vrij naar rato van de

afschrijvingen op de betreffende activa.

De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de aanschafprijs volgens de lineaire methode op

basis van de geschatte economische levensduur, rekening houdend met de eventuele restwaarde. Op

bedrijfsterreinen en op materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering, alsmede vooruitbetalingen op materiële vaste

activa wordt niet afgeschreven. Afschrijving start op het moment dat een actief beschikbaar is voor het beoogde

gebruik en wordt beëindigd bij buitengebruikstelling of bij desinvestering.

De volgende afschrijvingspercentages worden hierbij gehanteerd:

Terreinen : nihil

Gebouwen en verbouwingen via componentenmethode:

o Afbouw : 10

o Afwerkingen : 6,66

o Casco : 2

o Installaties : 10

o Vaste inrichtingen : 6,66

o Renovatie : 3,33

Andere vaste bedrijfsmiddelen:

o Inventaris en apparatuur : 10 – 33

o ICT-devices : 50

Met ingang van 1 januari 2014 is de componentenmethode geïmplementeerd. De gebouwen zijn in componenten

opgedeeld met elk een passende levensduur / afschrijvingsperiode. Groot (levensduurverlengend) onderhoud

wordt geactiveerd en afgeschreven.

Afgekochte erfpacht wordt afgeschreven over de afkoopperiode (veelal 50 jaar).

Financiële vaste activa

Deelnemingen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid kan worden uitgeoefend, worden

gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode op basis van de nettovermogenswaarde. Bij de bepaling van

de nettovermogenswaarde worden de waarderingsgrondslagen van de organisatie gehanteerd. Resultaten op

transacties waarbij overdracht van activa en passiva tussen de stichting en haar deelnemingen en tussen

deelnemingen onderling heeft plaatsgevonden, worden geëlimineerd voor zover deze als niet gerealiseerd

kunnen worden beschouwd.

Deelnemingen met een negatieve netto-vermogenswaarde worden op nihil gewaardeerd. Bij deze waardering

worden ook langlopende vorderingen op de deelnemingen meegenomen die feitelijk moeten worden gezien als

onderdeel van de netto-investering. Dit betreft met name leningen waarvan de afwikkeling in de nabije toekomst

niet is gepland en niet waarschijnlijk is. Een aandeel in de winst van de deelneming in latere jaren wordt pas

verwerkt als en voor zover het cumulatieve niet verwerkte aandeel in het verlies is ingelopen. Wanneer de

organisatie echter geheel of ten dele garant staat voor de schulden van een deelneming, dan wel de feitelijke

verplichting heeft de deelneming (voor haar aandeel) in staat te stellen tot betaling van haar schulden, wordt een

voorziening gevormd ter grootte van de verwachte betalingen door de onderneming ten behoeve van de

deelneming. Deelnemingen waarin geen invloed van betekenis wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd tegen

verkrijgingsprijs of lagere realiseerbare waarde.

Voor de waardering van overige financiële vaste activa wordt verwezen naar het kopje 'Vorderingen'.

Vervreemding van vaste activa

Voor verkoop beschikbare vaste activa worden gewaardeerd tegen boekwaarde of lagere opbrengstwaarde.

Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa

Voor materiële vaste activa wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat deze activa

onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen. Als dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de

realiseerbare waarde van het actief geschat. De realiseerbare waarde is de hoogste van de bedrijfswaarde en de

opbrengstwaarde. Als het niet mogelijk is de realiseerbare waarde te bepalen voor een individueel actief, wordt

de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort.

Page 110: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

110 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Wanneer de boekwaarde van een actief (of een kasstroomgenererende eenheid) hoger is dan de realiseerbare

waarde, wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en

de realiseerbare waarde. Indien sprake is van een bijzonder waardeverminderingsverlies van een

kasstroomgenererende eenheid, wordt het verlies allereerst toegerekend aan goodwill die is toegerekend aan de

kasstroomgenererende eenheid. Een eventueel restant verlies wordt toegerekend aan de andere activa van de

eenheid naar rato van hun boekwaarden.

Verder wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er enige indicatie is dat een in eerdere jaren verantwoord

bijzonder waardeverminderingsverlies is verminderd. Als een dergelijke indicatie aanwezig is, wordt de

realiseerbare waarde van het betreffende actief (of kasstroomgenererende eenheid) geschat.

Terugneming van een eerder verantwoord bijzonder waardeverminderingsverlies vindt alleen plaats als sprake is

van een wijziging van de gehanteerde schattingen bij het bepalen van de realiseerbare waarde sinds de

verantwoording van het laatste bijzonder waardeverminderingsverlies.

In dat geval wordt de boekwaarde van het actief (of kasstroomgenererende eenheid) opgehoogd tot de geschatte

realiseerbare waarde, maar niet hoger dan de boekwaarde die bepaald zou zijn (na afschrijvingen) als in

voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (of kasstroomgenererende eenheid)

zou zijn verantwoord.

Voorraden

Voorraden worden gewaardeerd tegen kostprijs of lagere opbrengstwaarde. De kostprijs bestaat uit de

verkrijgings- of vervaardigingsprijs, vermeerderd met overige kosten om de voorraden op hun huidige plaats en in

hun huidige staat te brengen. Handelskortingen, rabatten en soortgelijke (te) ontvangen vergoedingen met

betrekking tot de inkoop van voorraden worden in mindering gebracht op de verkrijgingsprijs. De

opbrengstwaarde is gebaseerd op de meest betrouwbare schatting van het bedrag dat de voorraden naar

verwachting zullen opbrengen, onder aftrek van nog te maken kosten.

Vorderingen

Vorderingen worden na de eerste opname gewaardeerd op de geamortiseerde kostprijs op basis van de

effectieve rentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderingsverliezen bepaald op individuele basis.

Dit is zowel van toepassing op overige financiële vaste activa (langlopende vorderingen) als op vlottende

vorderingen.

Liquide middelen

Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Indien liquide middelen niet ter vrije beschikking

staan, wordt hiermee rekening gehouden bij de waardering.

Eigen vermogen

Onder het eigen vermogen worden de algemene reserve, de bestemmingsreserves en de herwaarderingsreserve

gepresenteerd. De algemene reserve bestaat uit de reserves die ter vrije beschikking staan van het Bestuur.

Ongerealiseerde waardevermeerderingen van gebouwen die worden gewaardeerd tegen actuele waarde worden

opgenomen in de herwaarderingsreserve. De herwaarderingsreserve wordt gevormd per individueel actief en is

niet hoger dan het verschil tussen de boekwaarde op basis van historische kostprijs en de actuele waarde. De

herwaarderingsreserve wordt verminderd met de gerealiseerde herwaardering (verband houdend met

systematische afschrijvingen van het actief). Op de herwaarderingsreserve wordt waardeverminderingen van het

betreffende actief, niet zijnde systematische afschrijvingen, in mindering gebracht, Als een actief wordt

vervreemd, valt een eventueel aanwezige herwaarderingsreserve met betrekking tot dat actief vrij ten gunste van

de algemene reserves.

Met betrekking tot het eigen vermogen onderscheidt ROCvA drie categorieën van activiteiten:

a. publieke activiteiten:

publieke taak, gericht op de publieke doelen zoals in de WEB omschreven;

b. private activiteiten in het verlengde van de publieke taak:

bijvoorbeeld inburgering, re-integratie en contractactiviteiten in het verlengde van de publieke taak;

c. overige private activiteiten:

bijvoorbeeld contractactiviteiten niet in het verlengde van de publieke taak.

ROCvA merkt, in lijn met de Richtlijn Jaarverslaggeving Onderwijs (RJO), een gepast deel van het vermogen als

privaat vermogen aan. Het private vermogen betreft het eigen vermogen van de deelneming ROCA

Contractonderwijs Holding B.V. (belang € 5,6 miljoen).

Page 111: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

111 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Het uit de publieke activiteiten (onder a) en in beginsel het uit private activiteiten in het verlengde van de publieke

taak (onder b) opgebouwd vermogen wordt gekwalificeerd als publiek vermogen. De stichting handelt daarbij

overeenkomstig de door de MBO Raad in 2010 opgestelde Guidelines Publiek-Privaat.

Voor de verwerking van herwaardering op buitengebruik gestelde bedrijfsgebouwen en –terreinen, die tegen

actuele waarde zijn gewaardeerd, wordt verwezen naar de grondslagen van ‘Materiële vaste activa’.

Voorzieningen

Onder de voorzieningen worden de voorzieningen voor personele verplichtingen en de voorziening verlieslatende

contracten gepresenteerd.

Tenzij anders aangegeven worden de voorzieningen gewaardeerd tegen de nominale waarde van de beste

schatting van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen en verliezen af te wikkelen.

Toevoegingen aan voorzieningen vinden plaats ten laste van de staat van baten en lasten. Uitgaven vinden

rechtstreeks plaats ten laste van de voorzieningen.

Een voorziening wordt in de balans opgenomen wanneer sprake is van:

a. een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting die het gevolg is van een gebeurtenis in het verleden;

b. waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt; en;

c. het waarschijnlijk is dat voor afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is.

De voorziening voor verlieslatende contracten betreft het negatieve verschil tussen de verwachte voordelen uit de

door de organisatie na de balansdatum te ontvangen prestaties en de onvermijdbare kosten om aan de

verplichtingen te voldoen. De onvermijdbare kosten zijn de kosten die tenminste moeten worden gemaakt om van

de overeenkomst af te komen, zijnde de laagste van enerzijds de kosten bij het voldoen aan de verplichtingen en

anderzijds de vergoedingen of boetes bij het niet voldoen aan de verplichtingen.

De voorzieningen voor personele verplichtingen bestaan uit de voorziening wachtgelden, de voorziening voor

jubileumuitkeringen, de voorziening ter dekking van WGA-uitkeringen als gevolg van het eigen risicodragerschap

van arbeidsongeschikte medewerkers, de voorziening spaarverlof, en de voorziening voor duurzame

inzetbaarheidsregelingen.

Voorziening wachtgelden

De voorziening wachtgelden wordt gevormd:

In geval van reorganisatie: indien op balansdatum een gedetailleerd plan voor de reorganisatie is

geformaliseerd en uiterlijk op opmaakdatum van de jaarrekening de gerechtvaardigde verwachting van

uitvoering van het plan heeft gewekt bij hen voor wie de reorganisatie gevolgen zal hebben. Van een

gerechtvaardigde verwachting is sprake als is gestart met de uitvoering van de reorganisatie, of als de

hoofdlijnen bekend zijn gemaakt aan hen voor wie de reorganisatie gevolgen zal hebben. In de

reorganisatievoorziening worden de als gevolg van de reorganisatie noodzakelijke kosten opgenomen

die niet in verband staan met de doorlopende activiteiten van de stichting.

Voor toekomstige uitkeringsverplichtingen aan oud-medewerkers, waarvan de kosten voor rekening van

ROCvA komen: de kosten die voor rekening komen van ROCvA voor WW-uitkeringen, bovenwettelijke

uitkeringen en overige vergoedingen, zoals door uitkeringsinstanties worden uitgekeerd aan voormalige

medewerkers van ROCvA. De omvang van de toekomstige uitkeringsverplichtingen wordt in belangrijke

mate bepaald door opgave van de uitkeringsinstanties, zoals UWV en WW Plus, aangevuld met

schattingen door het management van ROCvA.

Voorziening eigen risico WGA

De voorziening eigen risico WGA wordt gevormd voor de kosten van uitkeringen aan (voormalige) medewerkers

indien sprake is van (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid, aangezien ROCvA eigenrisicodrager is hiervoor. De

kosten van de uitkeringen komen voor maximaal 10 jaar voor rekening van ROCvA. De voorziening is

gewaardeerd tegen nominale waarde. Bij de bepaling van de WGA-voorziening is rekening gehouden met

kanspercentages voor de maximale hoogte en de maximale duur van de arbeidsongeschiktheid(uitkering).

Voorziening voor jubileumuitkeringen

De voorziening voor jubileumuitkeringen is bepaald via een berekeningsmodel, waarin rekening gehouden is met

de blijfkans van medewerkers, de verwachte toekomstige indexatie van salarissen/jubileumvergoedingen van

2,0% per jaar. Deze voorziening is gezien de lange looptijd gewaardeerd tegen contante waarde, gebaseerd op

Page 112: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

112 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

een disconteringsvoet van 2,0%. De oprenting van de contante waarde van de voorziening wordt verwerkt als

onderdeel van de jaarlijkse dotatie aan de voorziening.

Voorziening spaarverlof

De voorziening spaarverlof is gevormd voor gespaarde verlofuren van medewerkers aan wie dit is toegestaan. De

voorziening is gewaardeerd tegen nominale waarde.

Voorziening voor duurzame inzetbaarheidsregelingen

In de cao’s voor de MBO- en VO-sectoren zijn afspraken gemaakt over regelingen in het kader van Duurzame

Inzetbaarheid. Indien medewerkers deelnemen aan deze regelingen bouwen zij rechten op om in de toekomst

minder te werken waarbij de kosten daarvan deels voor rekening van de medewerker en deels voor rekening van

de werkgever zijn. Voor het deel dat voor rekening van de werkgever komt wordt een voorziening opgenomen. De

verplichtingen uit hoofde van deze regelingen omvatten verplichtingen jegens personeelsleden die reeds hebben

geopteerd voor gebruikmaking van de regeling, de personeelsleden die onder de bestaande regeling kunnen

opteren voor gebruikmaking van de regeling maar dat nog niet hebben gedaan, en personeelsleden die nog niet

kunnen opteren, maar dat tijdens de looptijd van de bestaande regeling in de toekomst wel kunnen doen.

De elementen voor de berekening van de verplichting zijn de personeelsleden op wie de regeling van toepassing

is, de geschatte kans dat voor gebruikmaking van de regeling wordt geopteerd, de leeftijden, de salarissen en het

aandeel van de kosten dat voor rekening van de werkgever komt.

Voor VOvA (VO-sector) is een voorziening bepaald voor de nog niet bestede uren van medewerkers uit hoofde

van het persoonlijk budget van 50 uur per jaar, en voor gespaarde uren uit hoofde van seniorenverlof van

medewerkers van 57 jaar en ouder die aan deze regeling meedoen.

De voorziening is gewaardeerd tegen nominale waarde.

Langlopende schulden

Schulden met een resterende looptijd van meer dan één jaar worden aangeduid als langlopend. De

aflossingsverplichtingen voor het komende jaar wordt onder de kortlopende schulden opgenomen. Na de eerste

waardering tegen reële waarde worden schulden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de

effectieve rentemethode.

Kortlopende schulden

Schulden met een op balansdatum resterende looptijd van ten hoogste één jaar worden aangeduid als

kortlopend. Schulden worden niet gesaldeerd met activa. Na de eerste waardering tegen reële waarde worden

schulden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode.

Overlopende passiva betreffen vooruitontvangen bedragen (waaronder (meerjarige) OCW-subsidies met

bestedingsverplichtingen) en nog te betalen bedragen ter zake van lasten die aan een verstreken periode zijn

toegekend.

Van (meerjarige) OCW-subsidies met bestedingsverplichtingen wordt het nog-niet-bestede gedeelte op deze post

aangehouden op de balans. Vrijval ten gunste van de staat van baten en lasten geschiedt naar rato van de

besteding.

(Meerjarige) OCW-subsidies zonder bestedingsverplichting worden direct ten gunste van het resultaat gebracht in

het jaar waarop de subsidie betrekking heeft, met uitzondering van subsidies voor een schooljaar die naar rato

van het schooljaar worden besteed, dan wel waarvoor een concreet bestedingsplan bestaat.

Opbrengstverantwoording

Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidiegelden

Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies uit hoofde van de basisbekostiging worden in het jaar

waarop de toekenning betrekking heeft, volledig verwerkt als baten in de staat van baten en lasten. Indien deze

bestedingen betrekking hebben op een specifiek doel en er sprake is van bestedingsverplichtingen, dan worden

deze naar rato van de verrichte werkzaamheden als baten verantwoord. Indien toegekende gelden betrekking

hebben op een specifiek doel, maar geen sprake is van bestedingsverplichtingen, worden de ontvangen gelden

als bate verantwoord in het jaar waarop de gelden betrekking hebben, tenzij toerekening naar schooljaar plaats

vindt (i.p.v. kalenderjaar) of tenzij sprake is van een concreet bestedingsplan voor de periode na balansdatum.

Deelnemersbijdragen

De deelnemersbijdragen, bestaande uit cursus-, les- en examengelden, worden toegerekend aan het jaar waarop

zij betrekking hebben, waarbij ervan uitgegaan is dat reguliere onderwijs- en onderzoekstaken gelijkmatig over

het schooljaar zijn gespreid.

Page 113: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

113 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Baten werk in opdracht van derden

Opbrengsten uit hoofde van werk in opdracht van derden (contractonderwijs en overige) worden in de staat van

baten en lasten als baten opgenomen voor een bedrag gelijk aan de kosten indien zeker is dat deze kosten

declarabel zijn. Een eventueel positief resultaat wordt genomen naar rato van het stadium van voltooiing van de

transactie op verslagdatum (de zogeheten percentage-of-completion methode). Het stadium van voltooiing wordt

bepaald aan de hand van beoordelingen van de verrichte werkzaamheden, door een vergelijking te maken tussen

de gemaakte kosten en de geschatte totale kosten. Voor een eventueel verwacht negatief resultaat wordt een

voorziening getroffen.

Overige baten

Overige baten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben.

Aandeel in het resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen

Het aandeel in het resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen omvat het aandeel van de stichting

in de resultaten van deze deelnemingen. Resultaten op transacties, waarbij overdracht van activa en passiva

tussen de stichting en de niet-geconsolideerde deelnemingen en tussen niet-geconsolideerde deelnemingen

onderling heeft plaatsgevonden, zijn niet verwerkt voor zover deze als niet gerealiseerd kunnen worden

beschouwd.

De resultaten van deelnemingen die gedurende het boekjaar zijn verworven of afgestoten worden vanaf het

verwervingsmoment respectievelijk tot het moment van afstoting verwerkt in het resultaat van de stichting.

Personeelsbeloningen / pensioenen

De beloningen van het personeel worden als last in de staat van baten en lasten verantwoord in de periode

waarin de arbeidsprestatie wordt verricht en, voor zover nog niet uitbetaald, als verplichting op de balans

opgenomen. Als de reeds betaalde bedragen de verschuldigde beloningen overtreffen, wordt het meerdere

opgenomen als een overlopend actief voor zover er sprake zal zijn van terugbetaling door het personeel of van

verrekening met toekomstige betalingen door de organisatie.

Voor de beloningen met opbouw van rechten worden de verwachte lasten gedurende het dienstverband in

aanmerking genomen. Ontvangen bijdragen voortvloeiend uit levensloopregelingen worden in aanmerking

genomen in de periode waarover deze bijdragen zijn verschuldigd. Toevoegingen aan en vrijval van

verplichtingen worden ten laste respectievelijk ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht.

Indien een beloning wordt betaald, waarbij geen rechten worden opgebouwd (bijvoorbeeld doorbetaling in geval

van ziekte of arbeidsongeschiktheid) worden de verwachte lasten verantwoord in de periode waarover deze

beloning is verschuldigd. Voor op balansdatum bestaande verplichtingen tot het in de toekomst doorbetalen van

beloningen aan personeelsleden die op balansdatum naar verwachting blijvend geheel of gedeeltelijk niet in staat

zijn om werkzaamheden te verrichten door ziekte of arbeidsongeschiktheid wordt een voorziening opgenomen.

De verantwoorde verplichting betreft de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de

desbetreffende verplichting op balansdatum af te wikkelen. De beste schatting is gebaseerd op contractuele

afspraken met personeelsleden (CAO en individuele arbeidsovereenkomst). Toevoegingen aan en vrijval van

verplichtingen worden ten laste respectievelijk ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht.

Pensioenen

Voor de medewerkers van de organisatie is een pensioenregeling getroffen die kwalificeert als een toegezegde

pensioenregeling. Deze pensioenregeling is ondergebracht bij een (ABP) bedrijfstakpensioenfonds. Uitgangspunt

is dat de in de verslagperiode te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over die periode aan het pensioenfonds

verschuldigde pensioenpremies. Voor zover de verschuldigde premies op balansdatum nog niet zijn voldaan,

wordt hiervoor een verplichting opgenomen. Als de op balansdatum reeds betaalde premies de verschuldigde

premies overtreffen, wordt een overlopende actiefpost opgenomen voor zover sprake zal zijn van terugbetaling

door het fonds of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies.

Verder wordt op balansdatum een voorziening opgenomen voor bestaande additionele verplichtingen ten

opzichte van het fonds en de werknemers, indien het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die

verplichtingen een uitstroom van middelen zal plaatsvinden en de omvang van de verplichtingen betrouwbaar kan

worden geschat. Het al dan niet bestaan van additionele verplichtingen wordt beoordeeld aan de hand van de

uitvoeringsovereenkomst met het fonds, de pensioenovereenkomst met de werknemers en andere (expliciete of

impliciete) toezeggingen aan de werknemers. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de beste schatting van de

contante waarde van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen op balansdatum af te wikkelen.

De risico’s van loonontwikkeling, prijsindexatie en beleggingsrendement op het fondsvermogen zullen mogelijk

Page 114: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

114 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

leiden tot toekomstige aanpassingen in de jaarlijkse bijdragen aan het pensioenfonds. Deze risico’s komen niet

tot uitdrukking in een in de balans opgenomen voorziening. Informatie over eventuele tekorten en de gevolgen

hiervan voor ROCvA voor de pensioenpremies in de toekomstige jaren is niet beschikbaar.

De dekkingsgraad van het ABP Pensioenfonds bedraagt per 31 december 2016 96,6%. Door diverse

ontwikkelingen zoals de aanpassing van de rekenrente, de lage rentestand en de negatieve rendementen in het

tweede en derde kwartaal, staat de financiële positie van ABP onder druk. Volgens de Pensioenwet moet een

pensioenfonds buffers aanhouden om de pensioenen in de toekomst te betalen.

Ontslagvergoedingen

In verband met de bestaande uitkeringsregelingen voor medewerkers in de onderwijssector heeft ROCvA beleid

om betaling van ontslagvergoedingen zoveel mogelijk te beperken. Een uitkering als gevolg van ontslag wordt als

verplichting en als last verwerkt als de organisatie zich aantoonbaar onvoorwaardelijk heeft verbonden tot

betaling van een ontslagvergoeding. Als het ontslag onderdeel is van een reorganisatie, worden de kosten van de

ontslagvergoeding opgenomen in een reorganisatievoorziening. Zie hiervoor de grondslag onder het hoofd

Voorzieningen. Ontslagvergoedingen worden gewaardeerd met inachtneming van de aard van de vergoeding. Als

de ontslagvergoeding een verbetering is van de beloningen na afloop van het dienstverband, vindt waardering

plaats volgens dezelfde grondslagen die worden toegepast voor pensioenregelingen. Andere

ontslagvergoedingen worden gewaardeerd op basis van de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn

om de verplichting af te wikkelen.

Leasing

De stichting kan financiële en operationele leasecontracten afsluiten. Een leaseovereenkomst waarbij de voor- en

nadelen verbonden aan het eigendom van het leaseobject geheel of nagenoeg geheel door de lessee worden

gedragen, wordt aangemerkt als een financiële lease. Alle andere leaseovereenkomsten classificeren als

operationele leases.

Bij de leaseclassificatie is de economische realiteit van de transactie bepalend en niet zozeer de juridische vorm.

Operationele leases

Als de stichting optreedt als lessee in een operationele lease, wordt het leaseobject niet geactiveerd.

Leasebetalingen inzake de operationele lease worden lineair over de leaseperiode ten laste van de staat van

baten en lasten gebracht.

Rentebaten en soortgelijke opbrengsten en rentelasten en soortgelijke kosten

Rentebaten worden verantwoord in de periode waartoe zij behoren, rekening houdend met de effectieve

rentevoet van de desbetreffende actiefpost. Rentelasten en soortgelijke lasten worden verantwoord in de periode

waartoe zij behoren.

Belastingen

Belastingen omvatten de over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare winstbelastingen en latente

belastingen. De belastingen worden in de staat van baten en lasten opgenomen, behoudens voor zover deze

betrekking hebben op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen, in welk geval de

belasting in het eigen vermogen wordt verwerkt. De winstbelasting (vpb) heeft uitsluitend betrekking heeft op de

meegeconsolideerde vennootschappen. Er is geen sprake van tijdelijke verschillen, latenties en compensabele

verliezen.

Kasstroomoverzicht

Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. De geldmiddelen bestaan uit de liquide

middelen zoals opgenomen in de balans. Eventuele ‘non-cash’-transacties zijn geëlimineerd uit het

kasstroomoverzicht.

Bepaling reële waarde

De reële waarde van een financieel instrument is het bedrag waarvoor een actief kan worden verhandeld of een

passief kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde partijen, die tot een transactie bereid en van

elkaar onafhankelijk zijn.

De reële waarde van niet-beursgenoteerde financiële instrumenten wordt bepaald door de verwachte kasstromen

contant te maken tegen een disconteringsvoet die gelijk is aan de geldende risicovrije marktrente voor de

resterende looptijd vermeerderd met krediet- en liquiditeitsopslagen.

Page 115: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

115 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

6 Toelichting op de geconsolideerde balans

1 Materiële vaste activa

Het verloop van de materiële vaste activa in 2016 is als volgt:

Onder de gebouwen en terreinen zijn activa opgenomen voor een bedrag van € 12,8 miljoen (2015:

€ 13,1 miljoen) waarvan de beschikbaarheid berust op een beperkt genotsrecht zoals erfpacht- en opstalrecht. De

erfpachtrechten zijn afgekocht voor een periode van 50 jaar, en worden over dezelfde periode afgeschreven. De

looptijd hiervan varieert van 38 tot 46 jaar.

De WOZ-waarde van de gebouwen en terreinen in eigendom is ongeveer € 182 miljoen (peildatum 1 januari

2015). Het beoordelen of sprake is van bijzondere waardevermindering geeft geen aanleiding om de boekwaarde

van de gebouwen en terreinen per 31 december 2016 neerwaarts bij te stellen.

De verzekerde waarde van de gebouwen is ongeveer € 240 miljoen. Voor een deel van de panden die in 2012

nieuw zijn opgeleverd zijn in dit bedrag de verzekerde waarden van de VVE’s opgenomen. Het ROCvA-deel moet

voor een deel van deze panden nog worden bepaald.

Zoals tevens vermeld onder de ‘Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen’ is de organisatie

investeringsverplichtingen aangegaan ter grootte van € 17,5 miljoen (2015: € 0,7 miljoen) inzake nieuwbouw van

schoolgebouwen voor Stichting VOvA, De schoolgebouwen worden gefinancierd door de gemeente Amsterdam.

Het juridisch eigendom van deze panden ligt bij de gemeente. Materiële vaste activa dienen voor een bedrag van

EUR 144 miljoen (2015: EUR 144 miljoen) als onderpand voor schulden aan kredietinstellingen.

2 Financiële vaste activa

Het verloop van deze post is als volgt:

Materiële vaste activa (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Bedrijfsgebouwen en terreinen 185.276 186.620

Niet aan de bedrijfsvoering dienstbare activa - 4.350

Andere vaste bedrijfsmiddelen 18.626 21.644

Activa in uitvoering en vooruitbetalingen 3.505 4.658

Stand per 31 december 207.407 217.272

(Bedragen x € 1.000) Bedrijfsgebouwen

en terreinen

Niet aan de

bedrijfsvoering

dienstbare

activa

Andere vaste

bedrijfsmiddelen

Activa in

uitvoering en

vooruit-

betalingen

Totaal

Aanschafwaarde 270.472 4.350 106.327 4.658 385.807

Cumulatieve afschrijvingen -83.852 - -84.683 - -168.535

Boekwaarde per 1 januari 2016 186.620 4.350 21.644 4.658 217.272

Investeringen 774 - 3.226 4.891 8.891

Desinvesteringen -2 -4.194 -26 -146 -4.368

Ingebruikname 5.771 - 127 -5.898 -

Herwaardering - -156 - - -156

Afschrijvingen -7.887 - -6.345 - -14.232

Boekwaarde per 31 december 2016 185.276 - 18.626 3.505 207.407

Aanschafwaarde 277.015 - 109.654 3.505 390.174

Cumulatieve afschrijvingen -91.739 - -91.028 - -182.767

Boekwaarde per 31 december 2016 185.276 - 18.626 3.505 207.407

Overige vorderingen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Waarborgsommen 434 356

Stand per 31 december 434 356

Page 116: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

116 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De waarborgsommen houden verband met contractuele afspraken bij de huur van panden.

3 Vorderingen

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid debiteuren is als volgt:

In de debiteuren zijn geen bedragen begrepen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar.

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid deelnemers is als volgt:

In de debiteurenvorderingen op studenten/leerlingen/deelnemers zijn geen bedragen begrepen met een

resterende looptijd langer dan 1 jaar.

De vooruitbetaalde kosten zijn gestegen omdat diverse jaarlicenties voor het boekjaar 2017 al in 2016 zijn

gefactureerd. Ultimo 2015 was hiervan geen sprake.

De post overige bevat onder meer nog te ontvangen subsidies in verband met nieuwbouw. De post bevat ultimo

2015 een voorschot in verband met tijdelijke huisvesting.

In de overige vorderingen en overlopende activa zijn geen bedragen begrepen met een resterende looptijd langer

dan 1 jaar.

(bedragen x € 1.000) 2016 2015

Stand per 1 januari 356 343

Betalingen 85 49

Ontvangsten -7 -36

Stand per 31 december 434 356

Debiteuren (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Gemeente Amsterdam 600 2.620

Overige debiteuren 2.368 1.989

Af: voorziening voor oninbaarheid -169 -578

Stand per 31 december 2.799 4.031

(bedragen x € 1.000) 2016 2015

Stand per 1 januari 578 1.055

Dotatie ten laste van de exploitatie 166 393

Vrijval ten gunste van de exploitatie -264 -493

Onttrekkingen -311 -377

Stand per 31 december 169 578

Studenten / leerlingen / deelnemers (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Nominale vordering 1.957 2.390

Af: voorziening voor oninbaarheid deelnemers -575 -713

Stand per 31 december 1.382 1.677

(bedragen x € 1.000) 2016 2015

Stand per 1 januari 713 617

Dotatie ten laste van de exploitatie 52 97

Onttrekkingen -190 -1

Stand per 31 december 575 713

Overige vorderingen en overlopende activa (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Vooruitbetaalde kosten 1.694 852

Overige 658 1.352

Stand per 31 december 2.352 2.204

Page 117: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

117 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

4 Liquide middelen

De liquide middelen staan ter vrije beschikking.

ROCvA beschikt over een ongebruikte rekening-courant faciliteit (schatkistbankieren) bij het Ministerie van

Financiën van € 20,4 miljoen.

5 Eigen vermogen

Voor de uitgebreide toelichting op het eigen vermogen wordt verwezen naar de toelichting op de enkelvoudige

jaarrekening.

6 Voorzieningen

Voorziening voor personele en wachtgeldverplichtingen

De voorzieningen voor personele en wachtgeldverplichtingen bestaan uit de voorziening wachtgelden, de

voorziening voor jubileumuitkeringen, de voorziening ter dekking van WGA-uitkeringen als gevolg van het eigen

risicodragerschap van arbeidsongeschikte medewerkers, de voorziening voor spaarverlof en de voorziening voor

duurzame inzetbaarheid.

Voorziening wachtgelden

Binnen het ROC wordt een voorziening aangehouden voor reorganisatie- en uitkeringsverplichtingen.

De voorziening betreft geschatte toekomstige uitgaven voor WW-uitkeringen en bovenwettelijke uitkeringen (voor

zover deze voor rekening van ROCvA komen) van voormalige medewerkers, en verder voor ontslaguitkeringen

en afkoopsommen van huidige medewerkers die ontslagen zijn, alsmede bijkomende kosten voor omscholing en

juridische bijstand. De berekening van de voorziening herstructurering is gebaseerd op de bestaande sociale

plannen waarvoor instemming van de OR is verkregen. De belangrijkste uitgangspunten bij de berekening zijn:

1. De kosten voor WW (wettelijk) zijn per persoon geschat op basis van de informatie die het UWV

verstrekt. Deze informatie is op individueel niveau en voorziet in de geplande einddatum van de

uitkering. De onttrekking uit deze voorziening is op basis van de werkelijke kosten. De dotatie wordt

gebaseerd op een inschatting van de te verwachten kosten. Rekening is gehouden met mogelijke

wachtgeldaanspraken van medewerkers waarmee een vaststellingsovereenkomst is afgesloten en van

medewerkers met een tijdelijk dienstverband waarvan per 31 december bekend is dat het contract niet

verlengd zal worden. Er wordt geen rekening gehouden met de kans dat iemand ander werk vindt;

2. De kosten voor WW (bovenwettelijk) bestaat uit een tweetal componenten, te weten: Het eigen risico

van het ROC waarin de kosten per persoon zijn geschat en een collectief deel voor ontslagen vóór 01-

08-1998 en tot 01-07-2006. De onttrekking uit deze voorziening is op basis van de werkelijke kosten. De

dotatie wordt gebaseerd op de door WW-Plus verstrekte opgave van de door haar geregistreerde

toekomstige nominale uitkeringsverplichtingen per 31 december 2016. Deze opgave dekt een looptijd

van 2017 t/m 2037. De hieruit voortvloeiende kosten worden volledig in de voorziening meegenomen;

3. De kosten voor ontslaguitkeringen, afkoopsommen, omscholing en geschillen worden, voor zover

mogelijk, geschat per persoon. De onttrekking uit deze voorziening is op basis van de werkelijke kosten.

De dotatie wordt gebaseerd op een inschatting van de te verwachten kosten. Voor wat betreft de

loonkosten is dit op basis van de huidige loonkosten, rekening houdend met individuele

vertrekregelingen en/of pensioneringen. Overige kosten worden voor zover mogelijk geschat op basis

van ervaringscijfers.

Liquide middelen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Tegoeden op bankrekeningen 53.162 41.353

Kasmiddelen 27 42

Stand per 31 december 53.189 41.395

Page 118: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

118 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Het verloop van de voorzieningen voor personele verplichtingen kan als volgt worden weergegeven:

Voorziening verlieslatende contracten

Aangezien het huurcontract van het gedeelte van het pand Postjesweg te Amsterdam dat leegstond is beëindigd

in 2016, is de voorziening in het boekjaar afgelopen. Het verloop van deze voorziening is als volgt:

7 Langlopende schulden

Het verloop van de langlopende schulden is als volgt:

Van de bovengenoemde schulden heeft een bedrag van € 67,0 miljoen een resterende looptijd langer dan 5 jaar

(2015: € 77,0 miljoen).

Leningen kredietinstellingen

De stand per 31 december 2016 is als volgt:

De aflossingsverplichtingen voor het komende boekjaar zijn opgenomen onder de kortlopende schulden.

Spaarverlof WGA

Duurzame

Inzetbaarheid

Jubileum-

uitkeringen Wachtgelden Totaal

Stand per 1 januari 2016 44 2.078 173 1.508 16.793 20.596

Dotatie t.l.v. de staat van baten en lasten 7 1.098 1.414 388 3.590 6.497

Onttrekkingen - (1.186) - (184) (4.326) (5.696)

Stand per 31 december 2016 51 1.990 1.587 1.712 16.057 21.397

Kortlopend deel < 1 jaar - 441 148 106 3.955 4.651

Langlopend deel > 1 jaar 51 1.549 1.439 1.606 12.102 16.746

Voorziening verlieslatende contracten

Stand per 1 januari 2016 165

Onttrekkingen -165

Stand per 31 december 2016 -

Langlopende schulden (bedragen x € 1.000)

Krediet-

instellingen

Stand per 1 januari 2016 90.521

Vrijwillige aflossing gedurende boekjaar 2016 -2.777

Contractuele aflossingsverplichtingen voor 2017 gepresenteerd onder kortlopende schulden -3.673

Vrijwillige vervroegde aflossingen in 2017 gepresenteerd onder kortlopende schulden -3.443

Stand per 31 december 2016 80.628

(bedragen x € 1.000)

Looptijd

in Jaren

Resterende

looptijd Hoofdsom Rente % Rentevast tot Saldo

Bank Nederlandse Gemeenten

400.090.074.02 30 13 2.269 3,25 25-mei-17 1.375

1.375

ING Bank

6567.24.641 30 18 11.500 3,95 1-jun-23 6.900

6725.96.482 23 13 4.000 4,85 1-apr-17 2.330

9.230

Ministerie van Financiën

Lening 1365 33 26 18.000 2,99 1-jan-33 15.300

Lening 1404 32 25 3.700 2,55 2-jul-20 3.083

Lening 1463 33 26 69.125 4,93 30-jun-42 58.756

77.139

Contractuele aflossingsverplichtingen voor 2017 gepresenteerd onder kortlopende schulden -3.673

Vrijwillige vervroegde aflossingen in 2017 gepresenteerd onder kortlopende schulden -3.443

Stand per 31 december 2016 80.628

Page 119: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

119 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De lening van de Bank Nederlandse Gemeenten betreft een annuïtaire lening waarop jaarlijks wordt afgelost.

Het bestuur van ROCvA heeft besloten om de lening 400.090.074.02 waarvan de vasterenteperiode afloopt

in 2017, op dat moment vrijwillig geheel af te lossen.

Het bestuur van ROCvA heeft besloten om lening 6725.96.482 van ING Bank waarvan de vasterenteperiode

afloopt in 2017, op dat moment vrijwillig geheel af te lossen.

Op de leningen van de ING Bank wordt lineair afgelost tot 2035.

De aflossing op de leningen van het Ministerie van Financiën is gestart in 2012 en de aflossing zal doorlopen

tot 2042.

Rentecondities:

Voor de verschillende leningen zijn rentevaste periodes afgesproken, zoals vermeld in bovenstaande tabel. Niet

in alle gevallen is de resterende looptijd van de rentevaste periode gelijk aan de resterende looptijd van de lening.

In die gevallen waarin de rentevaste periode afloopt vóór de einddatum van de lening, zal met de leninggever

worden onderhandeld over nieuwe rentecondities voor de resterende looptijd van de betreffende lening op basis

van de op dat moment geldende marktcondities.

Voor de leningen bij de diverse kredietinstellingen zijn de volgende zekerheden verstrekt:

Zekerheden ING

(bedragen x € 1.000)

Pand Hypothecaire inschrijving

Tempelhofstraat 80 20.945

Da Costastraat 36-38 4.050

Elandstraat 175 5.285

Totaal 30.280

Zekerheden BNG

(bedragen x € 1.000)

Pand Hypothecaire inschrijving

Fraijlemaborg 135 -141 20.055

Totaal 20.055

Zekerheden Ministerie van Financiën

(bedragen x € 1.000)

Pand Hypothecaire inschrijving

Opaallaan 25 Hoofddorp en Arena 301 Hilversum 38.100

Zetterij 8 Amstelveen 6.678

Kop Zuidas Europaboulevard Amsterdam 46.000

Amsterdam Noord 7.700

98.478

Maximale financiering 95%

Totaal 93.554

8 Kortlopende schulden

De loonheffing en premies sociale verzekeringen zijn in januari 2017 betaald.

Belastingen en premies sociale verzekeringen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Loonheffing en premies sociale verzekeringen 8.763 8.376

Stand per 31 december 8.763 8.376

Page 120: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

120 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Overige schulden en overlopende passiva

De stijging van de vooruitgefactureerde omzet wordt veroorzaakt door de gewijzigde wijze van verantwoorden

van het gefactureerde wettelijk cursusgeld. De omzet wordt toegerekend aan het schooljaar, in 2015 werd de

omzet volledig verantwoord in het jaar van facturatie.

De daling van de (meerjarige) doelsubsidies wordt veroorzaakt doordat minder middelen Kwaliteitsafspraken en

Excellentiemiddelen worden doorgeschoven naar 2017.

Voor het volledige overzicht van alle doelsubsidies wordt verwezen naar model G, zie de volgende pagina’s. De

aansluiting met model G (geoormerkt - doorlopend) wordt als volgt verklaard:

Afgezien van de (meerjarige) doelsubsidies van het ministerie van OCW zijn er in de overige schulden en

overlopende passiva geen bedragen begrepen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar.

Overige schulden en overlopende passiva (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Nog te betalen bedragen 9.625 10.327

Reservering vakantiegeld en -dagen 7.467 6.916

Vooruitgefactureerde omzet 1.118 74

Vooruitontvangen deelnemersbijdragen 1.154 557

(Meerjarige) Doelsubsidies Ministerie van OCW - bve 9.489 12.259

(Meerjarige) Doelsubsidies Ministerie van OCW - vo 119 308

Overige vooruit ontvangen projectgelden 2.807 3.595

Vooruit ontvangen bedragen 1.087 1.089

Te betalen salarissen 10 69

Egalisatierekeningen 32 183

Overige overlopende passiva 910 481

Stand per 31 december 33.818 35.858

Doelsubsidies BVE (bedragen x € 1.000) 9.489

Minus: Niet geoormerkte subsidies die doorlopen naar 2017

(Excellentiemiddelen, Kwaliteitsmiddelen, LGF, Studieverlof

Prestatiebox vsv vast en variabel en Zij-instroom) 2.990-

Totaal BVE 6.499

Doelsubsidies VO (bedragen x € 1.000) 119

Minus: Niet geoormerkte subsidies die doorlopen naar 2017

(Leerplusarrangement VO, Studieverlof, Prestatiebox vsv vast,

Zomerschool, Na- en bijscholing leraren en Zij-instroom) 119-

-

Totaal BVE+VO 6.499 Conform model G

Page 121: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

121 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

G 1 Verantwoording van subsidies zonder verrekeningsclausule

Brin Omschrijving Kenmerk datum

Bedrag van de

toewijzing

Ontvangen t/m

verslagjaar

Geheel

uitgevoerd en

afgerond

Nog niet geheel

afgerond

EURO EURO

21AS Leerplus 2016 744172-1 21-3-2016 643.680 643.680 X

00EF Leerplus 2016 743821-1 21-3-2016 136.080 136.080 X

14RL Leerplus 2016 744108-1 21-3-2016 424.800 424.800 X

21AS Lesmateriaal 2016 771517-2 22-11-2016 545.326 545.326 X

00EF Lesmateriaal 2016 771076-2 22-11-2016 158.350 158.350 X

14RL Lesmateriaal 2016 771323-2 22-11-2016 207.144 207.144 X

14RL NK 2016 721232-2 18-12-2015 74.707 74.707 X

21AS Maatw erk NK VO maatw erkbekostiging 21-11-2016 2.750 2.750 X

14RL Maatw erk NK VO BEK/BPR-2016/10006M 21-11-2016 151.250 151.250 X

21AS Functiemix 2016 745587-1 21-3-2016 293.149 293.149 X

00EF Functiemix 2016 745504-1 21-3-2016 115.076 115.076 X

14RL Functiemix 2016 745619-1 21-3-2016 162.326 162.326 X

21AS PrestatieBox 2016 742869-1 21-3-2016 369.616 369.616 X

00EF PrestatieBox 2016 742832-1 21-3-2016 107.536 107.536 X

14RL PrestatieBox 2016 743101-1 21-3-2016 142.272 142.272 X

21AS Studieverlof 16 776826-1 20-9-2016 47.356 47.356 X

00EF Studieverlof 16 775050-1 20-9-2016 13.363 13.363 X

14RL Studieverlof 16 785596-1 20-9-2016 4.009 4.009 X

21AS VSV 2016 783667-1 22-11-2016 6.000 6.000 X

00EF VSV 2016 783473-1 22-11-2016 4.000 4.000 X

14RL VSV 2016 783373-1 22-11-2016 2.000 2.000 X

21AS VSV vast 2017 784359-1 22-11-2016 15.889 15.889 X

00EF VSV vast 2017 783915-1 22-11-2016 8.937 8.937 X

14RL VSV vast 2017 784192-1 22-11-2016 8.937 8.937 X

21AS Zomerschool 16/17 LENZO 16202/918529 8-4-2016 42.900 42.900 X

21AS LerarenOntw ikkelFonds 16-17 871555 20-1-2016 8.347 8.347 X

14RL Leerplus 2014 636181-1 19-3-2014 585.750 585.750 X

21AS Na- en bijscholing leraren 2015/16 721639-1 18-12-2015 5.000 5.000 X

00EF Na- en bijscholing leraren 2015/16 721419-1 18-12-2015 5.000 5.000 X

14RL Na- en bijscholing leraren 2015/16 721534-1 18-12-2015 20.000 20.000 X

14RL studieverlof 15 708142-1 21-9-2015 16.463 16.463 X

21AS studieverlof 2015 708438-1 21-9-2015 49.873 49.873 X

00EF Studieverlof 2015 706790-1 21-9-2015 12.912 12.912 X

21AS VSV vast 2016 717758 20-10-2015 19.951 19.951 X

00EF VSV vast 2016 711312-1 20-10-2015 9.975 9.975 X

14RL vsv vast 2016 711623-1 20-10-2015 9.975 9.975 X

21AS Zijinstroom 2014 645545-1 20-8-2014 40.000 40.000 X

21AS Zijinstroom 2015 705880-1 20-8-2015 60.000 60.000 X

14RL Zijinstroom 2015 719960-1 20-11-2015 20.000 20.000 X

21AS Zomerschool 15/16 702247-1 20-5-2015 21.450 21.450 X

25PZ Excellentie MBO 2015 706410-1 21-9-2015 1.326.364 1.326.364 X

25PZ Excellentie MBO 2016 741968-1 5-2-2016 1.372.003 1.372.003 X

25PZ Kw aliteitsafspraken MBO 2015 702263-1 11-5-2015 9.036.276 9.036.276 X

25PZ Kw aliteitsafspraken MBO 2016 741742-1 2-2-2016 8.910.211 8.910.211 X

25PZ LGF 13/14 bek-13-23551M 18-9-2014 694.319 694.319 X

25PZ Prestatiebox 2015 VsV vast 650430-1 8-10-2014 150.000 150.000 X

25PZ Prestatiebox 2016 VsV vast 710053-1 20-10-2015 150.000 150.000 X

25PZ Salarismix 2016 734373-1 6-1-2016 5.560.744 5.560.744 X

25PZ Studieverlof 13/14 530451-1 27-11-2013 124.565 124.565 X

25PZ Studieverlof 14/15 645397-1 7-11-2014 139.102 139.102 X

25PZ Studieverlof 15/16 709088-1 21-9-2015 289.766 289.766 X

25PZ Studieverlof 16/17 772070-2 29-8-2016 460.360 460.360 X

25PZ Studiew aarde 2016 781954-2 31-10-2016 7.121.256 7.121.256 X

25PZ Visueel gehandicapten 2013 503688-1 11-2-2013 23.060 23.060 X

25PZ VSV variabel 2014 651355-1 10-10-2014 600.000 600.000 X

25PZ VSV variabel 2016 785234-1 10-11-2016 1.300.000 1.300.000 X

25PZ Zij-instroom 2014 602237-1 30-10-2014 825.564 825.564 X

25PZ Zij-instroom 2015 682195-1 20-2-2015 380.000 380.000 X

25PZ Zij-instroom 2016 773985-1 22-8-2016 560.000 560.000 X

Totalen 43.595.739 43.595.739

G 2 Verantwoording van subsidies met verrekeningsclausule

G2A Aflopend per ultimo verslagjaar

Brin Omschrijving Kenmerk datum

Bedrag van de

toewijzing

Ontvangen t/m

verslagjaar

Totale kosten

31-12-2016

Te verrekenen

ultimo

verslagjaar

EURO EURO EURO EURO

25PZ Plus vrz. 2015/2016 regio G&V OND/ODB-15/17923U 18-11-2015 75.000 75.000 75.000 -

25PZ Plus vrz. 2013/2015 regioprogramma G&V OND/ODB-12/48840U 8-10-2012 1.200.000 1.200.000 1.200.000 -

25PZ Plus vrz. 2015/2016 regio G&V OND/ODB-2015/17923U 23-11-2015 400.000 400.000 399.991 9

25PZ Plus vrz. 2013/2015 regio Amsterdam OND/ODB-12/52467U 9-10-2012 16.500.000 16.500.000 16.500.000 -

25PZ Plus vrz. 2015/2016 regio Amsterdam OND/ODB-15/17895U 24-11-2015 5.500.000 5.500.000 5.500.000 -

25PZ Studieverlof 2011/2012 465498-1 13-4-2012 164.014 164.014 161.111 2.903

25PZ Studieverlof 2012/2013 376071-1 18-9-2012 142.910 142.910 84.655 58.255

25PZ Lerarenregister 2013/2014 OND/ODB-13/56339U 27-11-2013 12.000 12.000 5.144 6.856

25PZ SMW 2015 666473-1 6-1-2015 732.407 732.407 732.407 -

25PZ Zij-instroom 2013 543027-1 27-11-2013 700.000 700.000 700.000 -

Totalen 25.426.331 25.426.331 25.358.308 68.023

Page 122: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

122 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Toelichting op model G

- In 2014 en 2015 heeft het ROCvA , als penvoerder, een bedrag van EUR 2.171.652 toegewezen gekregen

uit de RIF mbo voor drie verschillende projecten. Het betreft het project CIVCi 2.0 voor een bedrag van EUR

1.006.604, House of Logistics voor een bedrag van EUR 340.000 en Cybersecurity voor een bedrag van

EUR 825.048. Voor al deze projecten geldt dat de bijdrage vanuit de RIF, 1/3 deel bedraagt van de totale

begroting. De overige 2/3 wordt deels door andere subsidiënten bijgedragen en deels als co-financiering door

het bedrijfsleven ingebracht. In 2016 betrof de ingebrachte co-financiering EUR 206.976 voor House of

Logistics en EUR 1.422.420 voor CIVCi 2.0 en EUR 177.380 voor Cybersecurity.

- In 2016 heeft het ROCvA , als penvoerder, in totaal een bedrag van EUR 2.088.452 toegewezen gekregen

uit de RIF mbo voor de projecten NexTechnician en Zorg in de Wijk. Het gaat om een bedrag van EUR

1.206.256 voor NexTechnician en EUR 882.196 voor Zorg in de Wijk. Ook voor deze projecten geldt dat de

bijdrage vanuit de RIF, 1/3 deel bedraagt van de totale begroting, met daarnaast een bijdrage van andere

subsidiënten en co-financiering door het bedrijfsleven. In 2016 zijn geen kosten opgevoerd ten laste van de

RIF mbo voor deze projecten.

- Regionale aanpak VSV: In 2016 zijn nog geen voorschotten verstrekt aan partners. Deze zullen vanaf 2017

gaan plaatsvinden. Op basis van definitieve vaststelling in 2020 zullen de verstrekte voorschotten worden

afgerekend.

- De aansluiting van model G op de staat van baten en lasten is niet zichtbaar omdat model G niet alle

subsidies bevat.

G 2-B Doorlopend tot in een volgend verslagjaar

Brin Omschrijving Kenmerk datum

Bedrag van de

toewijzing Saldo 1-1-2016

Ontvangen t/m

verslagjaar

Lasten in

verslagjaar

Totale kosten

31-12-2016

Saldo nog te

besteden

ultimo

verslagjaar

EURO EURO EURO EURO EURO EURO

25PZ MBO investering RIF4, House of Logistics MUO/2014/19379U 28-8-2014 340.000 34.689 221.000 330.054 638.201 8.460 *

25PZ MBO investering RIF4, PPS CIVci 2.0 MUO/2014/19404U 28-8-2014 1.006.604 243.898 654.293 1.318.682 2.031.918 266.694 **

25PZ MBO investering RIF5, Cybersecurity MUO/2015/2765U 29-5-2015 825.048 264.970 453.777 316.482 416.794 351.314 ***

25PZ MBO investering RIF Next Technician 940725 23-5-2016 1.206.256 - 422.190 - - 422.190

25PZ MBO investering RIF 16042 Zorg in de Wijk 1088333 17-11-2016 882.196 - 220.549 - - 220.549

25PZ Regionale Aanpak VSV 2016/2020 Amsterdam OND/ODB-2016/17722 14-11-2016 19.577.400 - 4.894.350 771.135 771.135 4.123.215

25PZ Regionale Aanpak VSV 2016/2020 G&V OND/ODB-2016/17723 20-12-2016 661.510 - 165.378 - - 165.378

25PZ SMW 2016 733755-1 6-1-2016 864.875 - 864.875 234.442 234.442 630.433

25PZ Voorziening leermiddelen minimagezinnen 2016 786329-1 20-12-2016 283.474 - 283.474 - - 283.474

25PZ Zij-instroom 2010 bek-2010/97150M 21-7-2011 114.000 9.200 114.000 - 104.800 9.200

25PZ Zij-instroom 2011 369618-1 20-12-2011 551.000 8.600 551.000 - 542.400 8.600

25PZ Zij-instroom 2012 465510-1 13-4-2012 456.000 9.200 456.000 - 446.800 9.200

Totalen 26.768.363 570.557 9.300.886 2.970.795 5.186.490 6.498.706

Page 123: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

123 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

* Ontvangsten 221.000

Lasten ROCvA (ten laste van OCW) -212.540

Lasten ROCvA (ten laste van overige subsidieverstrekkers) -218.685

'In kind' bijdrage partners -206.976

Totale lasten -638.201

Lasten ROCvA (ten laste van OCW) -212.540

Saldo nog te besteden ultimo verslagjaar 8.460

** Ontvangsten 654.293

Lasten ROCvA (ten laste van OCW) -509.498

Lasten ROCvA (ten laste van overige subsidieverstrekkers) -100.000

'In kind' bijdrage partners -1.422.420

Totale lasten -2.031.918

Lasten ROCvA (ten laste van OCW) -509.498

Baten nog niet volledig genomen uit voorzichtigheid 121.899

Saldo nog te besteden ultimo verslagjaar 266.694

*** Ontvangsten 453.777

Lasten ROCvA (ten laste van OCW) -211.869

Lasten ROCvA (ten laste van overige subsidieverstrekkers) -27.544

'In kind' bijdrage partners -177.380

Totale lasten -416.793

Lasten ROCvA (ten laste van OCW) -211.869

Baten nog niet volledig genomen uit voorzichtigheid 109.406

Saldo nog te besteden ultimo verslagjaar 351.314

Page 124: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

124 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Financiële instrumenten en risicobeheer

Algemeen

De instelling maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die de

instelling blootstellen aan markt-, valuta-, rente-, kasstroom-, en kredietrisico’s. Het betreft financiële instrumenten

die in de balans zijn opgenomen. Om deze risico’s te beheersen heeft de stichting een beleid inclusief een stelsel

van limieten en procedures opgesteld om de risico’s van onvoorspelbare ongunstige ontwikkelingen op de

financiële markten en daarmee de financiële prestaties van de stichting te beperken. De stichting maakt geen

gebruik van afgeleide financiële instrumenten.

Renterisico- en kasstroomrisico

De organisatie loopt renterisico over de rentedragende vorderingen en schulden en herfinanciering van

bestaande financieringen. Voor vorderingen en schulden met variabel rentende renteafspraken loopt de

onderneming risico ten aanzien van toekomstige kasstromen en met betrekking tot vastrentende leningen reële

waarde risico. De instelling heeft diverse langlopende leningen afgesloten, met name ter financiering van de

huisvesting. De rente op deze leningen is voor een lange periode vastgelegd door middel van het afspreken van

rentevaste perioden met de betreffende kredietinstellingen. De duur van de rentevaste perioden is toegelicht bij

de langlopende schulden. Het risico op rentestijgingen boven de contractrente is daarmee afgedekt, het voordeel

van eventuele rentedalingen wordt niet genoten. Bij het aflopen van de rentevaste periode van leningen vóór de

einddatum van de lening wordt met de leninggever onderhandeld over de nieuwe rentecondities voor de

resterende termijn van de lening op basis van de op dat moment geldende marktcondities.

Valutarisico

De instelling heeft geen transacties in vreemde valuta.

Reële waarde

De reële waarde van de in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, liquide

middelen en schulden, benadert de boekwaarde ervan met uitzondering van de vastrentende langlopende

leningen aangezien de contractrente hiervan veelal hoger is dan de huidige marktrente.

Kredietrisico

Bij de vorderingen is geen sprake van belangrijke concentratie bij slechts enkele tegenpartijen. De belangrijkste

debiteuren betreffen overheidsinstellingen (ministerie, gemeenten) in verband met nog te ontvangen bedragen

voor subsidieregelingen. De vorderingen op studenten/leerlingen/deelnemers zijn verspreid over een grote

populatie van relatief geringe bedragen, het concentratierisico hiervan is gering. De vorderingen worden door het

bestuur inbaar geacht. Voor de acute risico’s van oninbaarheid worden voorzieningen aangehouden op

vorderingen. De organisatie heeft standaard aanmaningsprocedures voor achterstallige vorderingen. De

kredietrisico’s worden beperkt geacht. Het maximale kredietrisico per 31 december 2016 bedraagt ongeveer € 7,7

miljoen.

Liquiditeitsrisico

Liquiditeitsrisico’s worden bewaakt door meting van solvabiliteits-, liquiditeits- en rentabiliteitsratio’s in relatie tot

door het bestuur vastgestelde streefwaarden. De instelling beschikt over een meerjarenbegroting, en een

gedetailleerde kasstroomprognose. Met behulp hiervan wordt de financieringsbehoefte bewaakt. De huidige

liquiditeitspositie, evenals de beschikbare kredietfaciliteit, wordt voldoende geacht om te kunnen voldoen aan de

verplichtingen voor ten minste de komende 12 maanden.

Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen

Kredietinstellingen

De kredietfaciliteit in rekening-courant bij het Ministerie van Financiën bedraagt met ingang van februari 2009 €

20,4 miljoen.

Ministerie van OCW

Voor onderwijsinstellingen vallende onder de WVO, zoals Stichting Voortgezet Onderwijs van Amsterdam, is het

op basis van artikel 5 van de (Gewijzigde) Regeling “Onvoorziene gevallen bij invoering vereenvoudiging

bekostiging voortgezet onderwijs” (kenmerk WJZ-2005/54063802 en kenmerk VO/F -2006/1769) toegestaan een

Page 125: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

125 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

vordering op te nemen op het Ministerie van OCW. Hiervan is geen gebruik gemaakt.

De vordering op het Ministerie van OCW is ter hoogte van de op dat moment bestaande schuld aan het personeel

in verband met:

- de tot en met december opgebouwde bruto vakantieaanspraken;

- de over de maand december door het bevoegd gezag verschuldigde afdracht pensioenpremies en

loonheffing verbonden salarisbetalingen op grond van de van toepassing zijnde wet- en regelgeving.

De vordering bedraagt op 31 december 2016 € 1.658.807.

Bij de oprichting van de Stichting ROCvA in 1997 ontstond een vordering op het Ministerie van OCW voor

loonheffing en pensioenpremies van ABP. De vordering zal worden ontvangen bij het opheffen van de Stichting

en bedraagt € 1.397.000.

Meerjarige financiële verplichtingen

Er zijn langlopende onvoorwaardelijke verplichtingen aangegaan inzake huur en operationele leasing. De kosten

die hieruit voortvloeien worden lineair over de contractperiode in de staat van baten en lasten verwerkt. De

verplichtingen en de resterende looptijd hiervan kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Huurverplichtingen (x € 1.000)

31-dec-16 31-dec-15

Niet langer dan 1 jaar € 2.810 € 2.912

Tussen 1 en 5 jaar € 3.132 € 4.718

Langer dan 5 jaar € - € -

Totaal € 5.942 € 7.630

Leaseverplichtingen (x € 1.000)

31-dec-16 31-dec-15

Niet langer dan 1 jaar € 27 € 23

Tussen 1 en 5 jaar € 44 € 21

Langer dan 5 jaar € - € -

Totaal € 71 € 44

Investeringsverplichtingen

De organisatie is investeringsverplichtingen aangegaan ter grootte van € 17,5 miljoen (2015: € 0,7 miljoen) inzake

de nieuwbouw van schoolgebouwen Hyperion en Stelle College voor Stichting VOvA. De schoolgebouwen

worden gefinancierd door de gemeente Amsterdam. Het juridisch eigendom van deze panden ligt bij de

gemeente.

Garanties

De Stichting heeft zich garant gesteld jegens de Stichting Waarborgfonds BVE voor maximaal 2% van de

jaarlijkse rijksbijdrage indien laatstgenoemde niet aan zijn borgstellingsverplichtingen kan voldoen.

De Stichting heeft garanties afgegeven uit hoofde van huurverplichtingen en betalingsgaranties voor in totaal

€ 404.652 (2015: € 384.677).

Claims

Tegen de organisatie en/of groepsmaatschappijen zijn geen claims ingediend van materiële impact. Er zijn dan ook

geen geschillen welke een nadelige invloed van materiële betekenis zullen hebben op de financiële positie.

Fiscale eenheid

ROCvA maakt onderdeel uit van de fiscale eenheid voor de heffing van omzetbelasting met als hoofd van de

fiscale eenheid de Koepelstichting ROC van Amsterdam - ROC Flevoland CS en is uit dien hoofde aansprakelijk

voor de omzetbelastingschulden van de gehele fiscale eenheid.

Page 126: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

126 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

7 Toelichting op de geconsolideerde staat van baten en lasten

9 Rijksbijdragen

Betreffende de genormeerde rijksbijdrage van het Ministerie van OCW:

De stijging ten opzichte van 2015 is het gevolg van de stijging van het relatieve aandeel in het macrobudget met

als gevolg meer bekostiging. Daarnaast zijn de rijksbijdragen gestegen als gevolg van toegekende loon- en

prijscompensatie (in zowel januari als november 2016), baten studiewaarde, baten prestatiebox VSV en overloop

kwaliteits- en excellentiemiddelen 2015. Tevens is in 2016 een correctie ontvangen op de lumpsum 2015 inzake

Hubertus & Berkhoff (VO) ten bedrage van € 0,7 miljoen.

10 Overheidsbijdragen en subsidies overige overheden

De overheidsbijdragen en subsidies overige overheden zijn € 3,2 miljoen hoger dan begroot. Voornaamste

oorzaken van de stijging van deze baten zijn de gunning van WEB-middelen en inburgeringstrajecten van

vluchtelingen bij Educatie Amsterdam, baten uit hoofde van middelen MBO-agenda, alsmede baten leraren- en

scholenbeurs.

11 College-, cursus-, les- en examengelden

De opbrengsten voor de deelnemersbijdragen zijn conservatief begroot vanwege de onzekerheid als gevolg van

het (ten dele) vrijwillige karakter. Ten opzichte van 2015 is sprake van een stijging van de baten

deelnemersbijdragen. Dit wordt veroorzaakt door strakkere sturing op volledigheid van facturatie. Bovendien is

sprake van een lichte groei in deelnemers.

Rijksbijdragen (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Rijksbijdrage BVE 187.168 179.359 184.502

Rijksbijdrage VO 26.018 25.745 23.611

Rijksbijdrage VAVO 6.327 6.150 5.908

Additionele middelen 35.237 32.290 21.164

Vergoeding wachtgelden 6.102 5.979 5.822

260.852 249.523 241.007

Additionele middelen

Geoormerkte OCW subsidies 3.913 1.964 3.812

Niet geoormerkte OCW subsidies 31.324 30.326 17.352

Stand per 31 december 35.237 32.290 21.164

Overheidsbijdragen en subsidies overige overheden (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Gemeentelijke bijdragen educatie 4.062 3.622 5.236

Overige trajecten en bijdragen 8.945 6.139 7.052

13.007 9.761 12.288

College-, cursus-, les- en examengelden (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Lesgelden sector VO 266 234 298

Deelnemersbijdragen sector BVE 4.272 3.017 4.193

Examengelden 121 62 112

4.659 3.313 4.603

Page 127: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

127 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

12 Baten uit werk in opdracht van derden

De baten werk in opdracht van derden zijn lager dan begroot. In de begroting waren baten beleidsmiddelen

opgenomen die in de realisatie nooit tot uiting zouden komen.

13 Overige baten

De overige baten bevatten in 2015 een teruggaaf van BTW over voorgaande jaren ad. € 1,6 miljoen als gevolg

van een vaststellingsovereenkomst met de belastingdienst. De overige baten bevat de opbrengst in het kader van

de gemeenschappelijke diensten, zoals toegelicht bij de geconsolideerde jaarrekening bij noot 19.

14 Personeelslasten

De personeelslasten liggen in lijn met de begroting. De stijging ten opzichte van 2015 is het gevolg van een cao-

stijging per 1 juli 2016. Daarnaast is het aantal FTE ten opzichte van vorig jaar gestegen.

In vergelijking met 2015 is voornamelijk zichtbaar dat:

- er een stevige impuls is gegeven aan de personele bezetting in het primaire proces teneinde kwaliteit

omhoog en werkdruk omlaag te brengen;

- voor de besteding van diverse additionele middelen (tijdelijk) extra formatie benodigd is;

- door de groei van het aantal deelnemers ook meer onderwijs- (ondersteunend) personeel nodig is.

Bovenstaande heeft geleid tot substantieel meer uitgaven aan personele lasten in vergelijking met voorgaand

jaar.

Baten uit werk in opdracht van derden (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Economische Opleidingen Amsterdam 7 - 3

Contractonderwijs Gooi- & Vechtstreek 123 67 116

Horeca, Kapper- en nagelverzorging 408 680 291

Luchtvaartopleidingen - - 22

Gezondheidszorg 394 531 505

Techniekonderwijs 635 350 517

Reïntegratie en inburgering (WI) - 100 244

Overig 21 719 -

1.588 2.447 1.698

Overige baten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Verkoop beroepspraktijkvorming en kantines 816 745 790

Detachering personeel 721 284 400

Verhuuropbrengsten 1.318 1.156 1.437

Vrijval egalisatierekening investeringsbijdragen 106 - 212

Overige Baten 5.786 5.702 7.181

8.747 7.887 10.020

Personeelslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Lonen en salarissen 138.320 136.324 128.205

Sociale lasten 17.522 16.787 15.807

Pensioenpremies 16.569 20.075 16.230

Personeel niet in loondienst 15.725 13.110 11.129

Dotaties / vrijval personele voorzieningen 6.497 5.833 5.763

Overige personele lasten 8.614 9.802 7.349

Af: uitkeringen (AAW, USZO en ID-banen) -904 -255 -706

202.343 201.676 183.777

Page 128: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

128 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Personeelsbestand

Gedurende het boekjaar 2016 bedroeg het gemiddeld aantal werknemers bij de organisatie, omgerekend naar

volledige mensjaren 2.545 (2015: 2.405), allen werkzaam in Nederland.

De onderverdeling naar de verschillende personeelscategorieën is als volgt:

- Onderwijspersoneel 1.754

- Direct onderwijsondersteunend 465

- Indirect onderwijsondersteunend 289

- Directie en management 37

2.545

Bezoldiging Raad van Bestuur en Raad van Toezicht (WNT)

WNT

Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT)

ingegaan, deze is van toepassing op ROCvA. Conform artikel 3.e2 van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs

(geldend op 31 december 2016) kan aan de wettelijk verplichte toelichting voor bestuurdersbezoldiging worden

voldaan middels het verstrekken van de betreffende bezoldigingsinformatie op basis van het bezoldigingsbegrip

van de WNT.

Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur van de Koepelstichting ROC van Amsterdam – ROC van Flevoland vormt het bestuur van

de drie stichtingen ROC van Amsterdam, ROC van Flevoland en Voorgezet Onderwijs van Amsterdam,

aangezien de Koepelstichting de statutaire bestuurder is van ROCvA en ROCvF, en aangezien ROCvA de

statutaire bestuurder is van VOvA. De bestuurders zijn:

E.C.M. de Jaeger is voorzitter van het College van Bestuur van ROCvA en voorzitter van de Raad van

Bestuur ROC van Amsterdam - ROC van Flevoland.

R.C.A. Wilcke is voorzitter College van Bestuur van ROCvF en vicevoorzitter van de Raad van Bestuur

ROC van Amsterdam - ROC van Flevoland.

G. Vreugdenhil is lid van de Raad van Bestuur ROC van Amsterdam - ROC van Flevoland.

De salariskosten van E.C.M de Jaeger en G. Vreugdenhil zijn opgenomen in de jaarrekening van ROCvA. De

salariskosten van R.C.A. Wilcke zijn opgenomen in de jaarrekening van ROCvF. De bezoldiging van de leden van

de Raad van Bestuur wordt bepaald door de Raad van Toezicht. De leden van de Raad van Bestuur en de Raad

van Toezicht worden aangemerkt als topfunctionarissen voor ROCvA. Er is geen sprake van interim-

topfunctionarissen.

Het bezoldigingsmaximum in 2016 voor de Koepelstichting bedraagt € 179.000, gebaseerd op klasse G van de

Regeling Bezoldiging Topfunctionarissen OCW-sectoren. Op alle drie criteria (totale baten, aantal

deelnemers/leerlingen, aantal onderwijssoorten/-sectoren) scoort de Koepelstichting het maximaal aantal

complexiteitspunten.

In het onderstaande wordt de WNT-bezoldiging van de topfunctionarissen toegelicht:

De totale WNT bezoldiging is niet toegenomen in 2016 ten opzichte van 2015.

Raad van Toezicht

De drie stichtingen hebben een gezamenlijke Raad van Toezicht. De in onderstaande tabel opgenomen

vergoedingen voor de Raad van Toezicht betreffen de totale vergoedingen voor de stichtingen ROC van

Amsterdam en ROC van Flevoland. De kosten worden voor 2/3 gedragen door de stichting ROC van Amsterdam

en voor 1/3 door de stichting ROC van Flevoland.

Functie

Voorzitters-

clausule van

toepassing Naam

Ingangsdatum

dienstverband

Einddatum

dienstverband

Omvang

dienstverband Beloning

Belastbare onkostenver-

goedingen

Beloning betaalbaar op

termijn

Uitkeringen

wegens

beëindiging van

het dienstverband Motivatie overschrijding van de norm

Voorzitter Raad van Bestuur J E.C.M. de Jaeger 1-1-2003 1 209.386€ 16.383€ Afspraak voor 6 december 2011, overgangsregeling

Lid Raad van Bestuur N G. Vreugdenhil 6-1-2003 1 180.349€ 15.522€ Afspraak voor 6 december 2011, overgangsregeling

Functie Naam Beloning WNT 2016 Beloning WNT 2015

Voorzitter Raad van Bestuur E.C.M. de Jaeger € 225.769 € 225.769

Lid Raad van Bestuur G. Vreugdenhil € 195.871 € 195.871

Vice voorziter Raad van Bestuur R.C.A. Wilcke € - € -

Page 129: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

129 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Het bezoldigingsmaximum in 2016 voor de Koepelstichting bedraagt € 26.850 voor de voorzitter van de Raad van

Toezicht en € 17.900 voor de leden van de Raad van Toezicht, gebaseerd op 15% respectievelijk 10% van het

bezoldigingsmaximum voor bestuurders.

Per 1 oktober 2016 is D.J. Elders toegetreden bij de Raad van Toezicht. Dhr. F.P. Bijdendijk is per 30 juni 2016

afgetreden conform het rooster van aftreden.

15 Afschrijvingen op materiële vaste activa

De daling bij de bedrijfsgebouwen en terreinen ten opzichte van 2015 komt door de aanpassingen in het

schoolgebouw aan de Laan van Spartaan, waartoe in 2015 besloten is.

In verband met de verlaging van de economische levensduur van ICT-apparatuur werd in 2015 een extra last ad.

€ 1,6 miljoen opgenomen. Hierdoor was de afschrijvingslast in 2015 relatief hoog.

16 Huisvestingslasten

De huurlasten liggen hoger dan de begroting en vorig jaar als gevolg van ruimtegebrek bij diverse mbo colleges,

waardoor extra ruimte gehuurd is.

De energie en waterkosten blijven achter op de begroting door zachte weersomstandigheden.

In het lopende onderhoudscontract voor 2016 ontbraken twee panden. Tevens is het aantal meldingen te laag

begroot. Door beide items is het contract verhoogd en zijn hogere onderhoud- en reparatiekosten ontstaan.

Daarnaast heeft bij het voortgezet onderwijs achterstallige onderhoud plaatsgevonden.

In de begroting zijn onverdeelde middelen opgenomen welke naar verwachting voor 85% besteed zullen worden

aan personeel. Voor € 1,3 miljoen is een bedrag opgenomen onder de overige huisvestingslasten in plaats van

onder extern personeel.

Functie Naam Beloning WNT 2016 Beloning WNT 2015

Voorzitter Raad van Toezicht G.H. Faber € 21.360 € 18.701

Lid Raad van Toezicht F.P. Bijdendijk € 7.120 € 12.493

Lid Raad van Toezicht J.C.H.G. Arts € 14.240 € 12.493

Lid Raad van Toezicht R.C.Th. Ootjers € 14.240 € 12.493

Lid Raad van Toezicht K.Baldewpersad Tewarie € 14.240 € 12.493

Lid Raad van Toezicht D.J. Elders € 3.560 € -

Lid Raad van Toezicht R.H.M. Litjens € 14.240 € 12.493

Functie

Voorzitters-

clausule van

toepassing Naam

Ingangsdatum

dienstverband

Einddatum

dienstverband Beloning

Ten laste van

ROCvA

Belastbare onkostenver-

goedingen

Beloning betaalbaar op

termijn

Uitkeringen

wegens

beëindiging van

het dienstverband Motivatie overschrijding van de norm

Voorzitter Raad van Toezicht J G.H. Faber 1-1-2010 21.360€ 14.240€

Lid Raad van Toezicht N F.P. Bijdendijk 1-7-2008 30-6-2016 7.120€ 4.747€

Lid Raad van Toezicht N J.C.H.G. Arts 1-1-2011 14.240€ 9.493€

Lid Raad van Toezicht N R.C.Th. Ootjers 1-1-2011 14.240€ 9.493€

Lid Raad van Toezicht N K.Baldewpersad Tewarie 1-12-2014 14.240€ 9.493€

Lid Raad van Toezicht N D.J. Elders 1-10-2016 3.560€ 2.373€

Lid Raad van Toezicht N R.H.M. Litjens 1-1-2015 14.240€ 9.493€

Afschrijvingen op materiële vaste activa (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Bedrijfsgebouwen en terreinen 7.887 8.647 8.906

Andere vaste bedrijfsmiddelen 6.345 5.784 7.961

14.232 14.431 16.867

Huisvestingslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Huur- en servicekosten 4.696 4.370 3.974

Energie en water 2.751 3.355 2.761

Schoonmaakkosten 3.759 4.019 3.644

Klein onderhoud en reparatie 4.107 2.686 3.113

Belastingen en heffingen 1.090 1.155 1.320

Verzekeringen 255 257 261

Beveiligingskosten 506 564 560

Overige huisvestingslasten 895 2.392 791

18.059 18.798 16.425

Page 130: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

130 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

17 Overige instellingslasten

De accountants- en advieskosten zijn gestegen als gevolg van onder andere het project aanbesteding

schoonmaak en project energiemanagement. Tevens zijn diverse organisatie/onderwijsadvieskosten gemaakt in

relatie tot de kwaliteitsmiddelen, subsidieprojecten (bijv. RIF-projecten) alsook de ontwikkeling van keuzedelen.

De leer- en hulpmiddelen zijn in 2015 lager als gevolg van een vrijval van een algemene risicoreservering.

Daarnaast is een stijging zichtbaar van de overige opleidingskosten.

Onderdeel van de overige instellingslasten betreft de eenmalige last als gevolg van een gewijzigde verwerking

van het wettelijk cursusgeld ad. € 1,9 miljoen.

Accountantshonorarium

De volgende honoraria van KPMG Accountants N.V. zijn ten laste gebracht van de stichting, haar

dochtermaatschappijen en andere maatschappijen die zij consolideert, één en ander zoals bedoeld in artikel

2:382a lid 1 en 2 BW:

De hierboven opgenomen bedragen bestaan uit de in het verslagjaar aan de instelling toe te rekenen

accountantskosten, correcties op voorgaande jaren zijn separaat inzichtelijk gemaakt. Met ingang van 2015 vormt

het accountantshonorarium onderdeel van de Gemeenschap van Diensten. Hiermee worden ook de kosten van

de controle van de jaarrekening van ROC van Flevoland opgenomen in de administratie van ROC van

Amsterdam. ROC van Amsterdam ontvangt een vergoeding voor alle opgenomen diensten in de Gemeenschap

van Diensten. Deze opbrengst is verantwoord onder de overige baten.

Overige instellingslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Administratie en beheer 2.979 3.028 2.677

Contributies en lidmaatschappen 1.416 1.451 1.457

Accountants- en advieskosten 5.282 2.718 4.025

PR, marketing en communicatie 2.328 2.225 2.283

Klein inventaris en apparatuur 7.674 6.298 7.634

Leer- en hulpmiddelen, kosten bpv en kantines alsmede

materiële lasten projectgelden 14.820 14.569 13.268

Reis- en verblijfkosten 664 477 605

Dotatie overige voorzieningen 218 193 -3

Overige instellingslasten 2.816 2.795 352

38.197 33.754 32.298

2016

(bedragen x € 1.000)

Onderzoek van de jaarrekening en bekostiging <2016 -35 - -35

Onderzoek van de jaarrekening en bekostiging 2016 365 - 365

Andere controleopdrachten 149 - 149

Adviesdiensten op fiscaal terrein - 65 65

Andere niet-controlediensten 42 - 42

521 65 586

2015

(bedragen x € 1.000)

Onderzoek van de jaarrekening en bekostiging <2015 -34 - -34

Onderzoek van de jaarrekening en bekostiging 2015 402 - 402

Andere controleopdrachten 62 - 62

Adviesdiensten op fiscaal terrein - 17 17

Andere niet-controlediensten 21 - 21

451 17 468

Totaal KPMG

KPMG

Accountants KPMG overig

Totaal KPMG

KPMG

Accountants KPMG overig

Page 131: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

131 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

18 Financiële baten en lasten

De rentelasten zijn gestegen als gevolg van een boeterente vanwege de vervroegde aflossing van een lening

voor een bedrag van € 0,5 miljoen.

19 Transacties met verbonden partijen

Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de instelling en een

natuurlijk persoon of entiteit die verbonden is met de onderneming. Dit betreffen onder meer de relaties tussen de

onderneming en haar deelnemingen, groepsmaatschappijen, de bestuurders en toezichthouders en de

functionarissen op sleutelposities. Onder transacties wordt verstaan een overdracht van middelen, diensten of

verplichtingen, ongeacht of er een bedrag in rekening is gebracht.

Er hebben zich geen transacties op niet-zakelijke grondslag met verbonden partijen voorgedaan.

Voor de bezoldiging van bestuurders en toezichthouders wordt verwezen naar noot 14 in deze toelichting.

ROCvF maakt gebruik van de centrale diensten van ROCvA. Met ingang van 1 januari 2015 is besloten een

verdere stap te zetten in de doorontwikkeling van de samenwerking tussen ROCvA en ROCvF:

gemeenschappelijke centrale diensten. Met ingang van 1 januari 2015 zijn alle medewerkers die in dienst waren

van de centrale diensten van ROCvF in dienst gekomen bij de centrale diensten van ROCvA. De

onderwijsinstellingen zijn in een Samenwerkingsovereenkomst overeengekomen dat het ROCvF voor zijn mbo-

colleges de gangbare vergoeding betaalt aan ROCvA voor de centrale diensten. Het bedrag is voor het

betreffende begrotingsjaar gemaximeerd en kan tijdens het begrotingsjaar niet worden aangepast. ROCvA en

ROCvF treden periodiek in overleg over een eventuele noodzaak tot aanpassing van het budget. Voor de

overeengekomen vergoeding levert ROCvA alle in de Samenwerkingsovereenkomst voorziene diensten. De door

ROCvA ontvangen vergoeding is opgenomen in de overige baten voor een bedrag van € 4,7 miljoen (2015: € 4,5

miljoen).

20 Gebeurtenissen na balansdatum

Na balansdatum hebben zich geen noemenswaardige gebeurtenissen voorgedaan welke invloed hebben op de

jaarrekening 2016.

21 Segmentatie naar onderwijssoorten

Grondslagen voor indeling in segmenten

De BVE-cijfers betreffen Stichting ROC van Amsterdam enkelvoudig. VO heeft betrekking op Stichting Voortgezet

Onderwijs van Amsterdam. Overig betreft de cijfers van de deelneming van Stichting ROC van Amsterdam.

Financiële baten en lasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Financiële baten

Overige rentebaten - 25 1

Financiële lasten

Rente langlopende leningen -4.713 -4.297 -4.406

Overige financiële lasten - - -19

-4.713 -4.297 -4.425

Saldo financiële baten en lasten -4.713 -4.272 -4.424

Page 132: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

132 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Baten X 1.000 X 1.000 X 1.000 X 1.000

EUR EUR EUR EUR

BVE VO Overig Totaal

Rijksbijdragen 230.137 30.715 - 260.852

Overige overheidsbijdragen en -subsidies 9.575 3.432 - 13.007

College-, cursus-, les- en examengelden 4.393 266 - 4.659

Baten in opdracht van derden 1.588 - - 1.588

Overige baten 7.753 994 - 8.747

Totaal baten 253.446 35.407 - 288.853

Lasten

Personeelslasten 177.654 24.689 - 202.343

Afschrijvingen 13.955 277 - 14.232

Huisvestingslasten 13.688 4.371 - 18.059

Overige lasten 32.580 5.623 -6 38.197

Totaal lasten 237.877 34.960 -6 272.831

Saldo baten en lasten 15.569 447 6 16.022

Financiële baten en lasten -4.770 29 28 -4.713

Belastingen - - -7 -7

Totaal resultaat 10.799 476 27 11.302

Page 133: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

133 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

8 Enkelvoudige balans per 31 december 2016 (na voorstel resultaatbestemming)

Activa(bedragen x € 1.000)

Vaste activa

Materiële vaste activa

Bedrijfsgebouwen en terreinen 22 184.137 185.884

Andere vaste bedrijfsmiddelen 22 - 20.789

Niet aan de bedrijfsvoering dienstbare

activa 22 17.552 4.350

Activa in uitvoering en vooruitbetalingen 22 3.242 4.658

204.931 215.681

Financiële vaste activa

Deelnemingen 23 5.580 5.553

Overige vorderingen 23 434 356

6.014 5.909

Totaal vaste activa 210.945 221.590

Vlottende activa

Voorraden - 10

Vorderingen

Debiteuren 24 2.841 3.943

Deelnemers/cursisten 24 1.382 1.677Overige vorderingen en overlopende

activa 24 2.818 2.871

7.041 8.491

Liquide middelen 25 44.133 35.610

Totaal vlottende activa 51.174 44.111

Totaal activa 262.119 265.701

31-12-2016 31-12-2015

Page 134: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

134 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Passiva(bedragen x € 1.000)

Eigen vermogen

Algemene reserve 26 87.732 76.775

Herwaarderingsreserve 26 - 4.168

Bestemmingsreserves privaat 26 5.580 5.553

Bestemmingsreserves publiek 26 8.100 4.246

101.412 90.742

Voorzieningen

Voorziening voor personele verplichtingen 27 20.821 20.223

Voorziening verlieslatende contracten 27 - 165

20.821 20.388

Langlopende schulden

Leningen kredietinstellingen 28 80.628 90.521

Overige langlopende schulden 28 5.881 5.881

86.509 96.402

Kortlopende schulden

Aflossingsverplichtingen 29 7.116 6.653

Crediteuren 6.165 6.414

Rekening courant deelnemingen en

gelieerde maatschappijen 29 1.481 6.405

Belastingen en premies sociale

verzekeringen 29 7.693 7.283

Pensioenen 1.691 1.636

Overige schulden en overlopende passiva 29 29.231 29.778

53.377 58.169

Totaal passiva 262.119 265.701

31-12-2016 31-12-2015

Page 135: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

135 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

9 Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2016

* in verband met beklemde baten met geoormerkte besteding in 2017 en verder

(bedragen x € 1.000)

Baten

Rijksbijdragen OCW 30 230.137 219.803 212.628

Overheidsbijdragen en subsidies

overige overheden 31 9.575 6.659 9.050

College-, cursus-, les- en

examengelden 32 4.393 3.079 4.305

Baten werk in opdracht van derden 33 1.588 2.447 1.698

Overige baten 34 7.753 6.982 9.297

Totaal baten 253.446 238.970 236.978

Lasten

Personeelslasten 35 177.654 176.395 160.244

Afschrijvingen 36 13.955 14.108 16.538

Huisvestingslasten 37 13.688 14.768 12.624

Overige instellingslasten 38 32.580 28.762 27.639

Totaal lasten 237.877 234.033 217.045

Saldo baten en lasten 15.569 4.937 19.933

Financiële baten 39 - - 1

Financiële lasten 39 -4.770 -4.297 -4.670

-4.770 -4.297 -4.669

Resultaat voor belastingen 10.799 640 15.264

Aandeel in het resultaat van

organisaties waarin wordt

deelgenomen 27 - 44

Nettoresultaat 10.826 640 15.308

2016 Begroting 2016 2015

Resultaatbestemming

Toevoeging aan:

Algemene reserve 6.945 640 11.018

Bestemmingsreserve privaat 27 - 44

Bestemmingsreserve publiek * 3.854 - 4.246

10.826 640 15.308

Page 136: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

136 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

10 Toelichting behorende tot de enkelvoudige jaarrekening 2016

Algemeen

De geconsolideerde jaarrekening maakt deel uit van de jaarrekening 2016 van de organisatie.

Voor zover posten uit de enkelvoudige balans en enkelvoudige staat van baten en lasten hierna niet nader zijn

toegelicht, wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans en staat van baten en lasten.

Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling

De grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gelijk aan die voor de

geconsolideerde balans en staat van baten en lasten, met uitzondering van:

Deelnemingen groepsmaatschappijen

In de enkelvoudige balans worden deelnemingen in groepsmaatschappijen gewaardeerd volgens de

vermogensmutatiemethode. Zie voor een uitwerking hiervan de grondslagen voor financiële vaste activa in de

geconsolideerde jaarrekening.

Financiële instrumenten

In de enkelvoudige jaarrekening worden financiële instrumenten gepresenteerd op basis van hun juridische vorm.

Aandeel in het resultaat van organisaties waarin wordt deelgenomen

Het aandeel in het resultaat van organisaties waarin wordt deelgenomen omvat het aandeel van de organisatie in

de resultaten van deze deelnemingen. Resultaten op transacties, waarbij overdracht van activa en passiva tussen

de organisatie en haar deelnemingen en tussen deelnemingen onderling heeft plaatsgevonden, zijn niet verwerkt

voor zover deze als niet gerealiseerd kunnen worden beschouwd.

Page 137: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

137 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

11 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2016

22 Materiële vaste activa

Het verloop van de materiële vaste activa in 2016 is als volgt:

Onder de gebouwen en terreinen zijn activa opgenomen voor een bedrag van € 12,8 miljoen (2015:

€ 13,1 miljoen) waarvan de beschikbaarheid berust op een beperkt genotsrecht zoals erfpacht- en opstalrecht. De

erfpachtrechten zijn afgekocht voor een periode van 50 jaar, en worden over dezelfde periode afgeschreven. De

looptijd hiervan varieert van 38 tot 46 jaar.

De WOZ-waarde van de gebouwen en terreinen in eigendom is ongeveer € 182 miljoen (peildatum 1 januari

2015). Het beoordelen of sprake is van bijzondere waardevermindering geeft geen aanleiding om de boekwaarde

van de gebouwen en terreinen per 31 december 2016 neerwaarts bij te stellen.

De verzekerde waarde van de gebouwen is ongeveer € 240 miljoen. Voor een deel van de panden die in 2012

nieuw zijn opgeleverd zijn in dit bedrag de verzekerde waarden van de VvE’s opgenomen. Het ROCvA-deel moet

voor een deel van deze panden nog worden bepaald.

Zoals tevens vermeld onder de ‘Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen’ is de organisatie

investeringsverplichtingen aangegaan ter grootte van € 17,5 miljoen (2015: € 0,7 miljoen) inzake de nieuwbouw

van schoolgebouwen, en dienen de materiële vaste activa voor een bedrag van EUR 144 miljoen (2015: EUR 144

miljoen) als onderpand voor schulden aan kredietinstellingen.

23 Financiële vaste activa

Deelnemingen in groepsmaatschappijen

De deelneming in groepsmaatschappijen betreft de geconsolideerde cijfers van de 100% deelneming het ROCA

Contractonderwijs Holding B.V. De deelneming is gewaardeerd tegen het aandeel van de vennootschap in de

nettovermogenswaarde van de deelneming per balansdatum. De nettovermogenswaarde is berekend op basis

van dezelfde grondslagen als welke gelden voor deze jaarrekening.

Materiële vaste activa (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Bedrijfsgebouwen en terreinen 184.137 185.884

Niet aan de bedrijfsvoering dienstbare activa - 4.350

Andere vaste bedrijfsmiddelen 17.552 20.789

Activa in uitvoering en vooruitbetalingen 3.242 4.658

Stand per 31 december 204.931 215.681

(Bedragen x € 1.000) Bedrijfsgebouwen

en terreinen

Niet aan de

bedrijfsvoering

dienstbare

activa

Andere vaste

bedrijfsmiddelen

Activa in

uitvoering en

vooruit-

betalingen

Totaal

Aanschafwaarde 268.739 4.350 103.652 4.658 381.399

Cumulatieve afschrijvingen -82.855 - -82.863 - -165.718

Boekwaarde per 1 januari 2016 185.884 4.350 20.789 4.658 215.681

Investeringen 766 - 3.041 4.627 8.434

Desinvesteringen -2 -4.194 -22 -146 -4.364

Ingebruikname 5.188 - - -5.897 -709

Herwaardering - -156 - - -156

Afschrijvingen -7.699 - -6.256 - -13.955

Boekwaarde per 31 december 2016 184.137 - 17.552 3.242 204.931

Aanschafwaarde 274.691 - 106.671 3.242 384.604

Cumulatieve afschrijvingen -90.554 - -89.119 - -179.673

Boekwaarde per 31 december 2016 184.137 - 17.552 3.242 204.931

Page 138: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

138 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Overzicht verbonden partijen

Het overzicht van de verbonden partijen is onderstaand opgenomen:

Het ROCvA is de statutaire bestuurder van de Stichting Voortgezet Onderwijs van Amsterdam (VOvA). Het VOvA

kent tien vo-scholen, waaronder één school voor speciaal onderwijs. De scholen zijn gesitueerd in Amsterdam.

Het ROCvA is samen met de Schipholgroep en de KLM bestuurder van de Stichting Luchtvaart College Schiphol.

Het doel van de stichting is de duurzame werkgelegenheid op de luchthaven Schiphol te bevorderen. De stichting

tracht dit doel te bereiken door werkgevers en studenten (potentiële werknemers) bij elkaar te brengen en

medewerkers van het ROCvA in staat te stellen zich te blijven ontwikkelen. Op grond van het ontbreken van

overheersende zeggenschap wordt niet geconsolideerd.

Het Fini van Feggelenfonds heeft ten doel de voor de Joke Smit Scholengemeenschap voor Volwassenen te

Amsterdam benodigde boeken en andere leermiddelen (voor zover deze niet van overheidswege worden

verstrekt) op een zo voordelig mogelijke wijze aan haar contribuanten ter beschikking te stellen. Op basis van de

statuten neemt de Joke Smit School deel in het bestuur van het Fini van Feggelenfonds.

De kleindochtermaatschappijen ROCA Uitzendorganisatie B.V. en Centrum voor Vakopleidingen B.V. zijn per 1

december 2016 geliquideerd.

Overige vorderingen

De waarborgsommen houden verband met contractuele afspraken bij de huur van panden.

24 Vorderingen

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid debiteuren is als volgt:

Deelnemingen (bedragen x € 1.000) ROCA Holding B.V.

Stand per 1 januari 5.553

Resultaat boekjaar 27

Stand per 31 december 5.580

Naam

Juridische

vorm

Statutaire

zetel

Code

activiteiten

Eigen

vermogen

31-12-2016

Resultaat

jaar 2016

Art 2:403

Ja/Nee

Deelname

%

Consolidatie

Ja/Nee

(bedragen x EUR 1.000)

ROCA Contractonderwijs Holding B.V. Amsterdam 1 5.580 27 Nee 100 Ja (100%)

Stichting Voortgezet Onderwijs van Amsterdam Stichting Amsterdam 1 5.965 476 Nee N.v.t. Ja (100%)

Stichting Luchtvaart College Schiphol Stichting Schiphol 3 259 -5 Nee N.v.t. Nee

Fini van Feggelenfonds Stichting Amsterdam 4 963 185 Nee N.v.t. Nee

Koepelstichting ROC van Amsterdam-ROC Flevoland Stichting Amsterdam 4 123.848 14.885 Nee N.v.t. Nee

Stichting ROC van Flevoland Stichting Almere 1 16.797 3.587 Nee N.v.t. Nee

Stichting Testjeleefstijl.nu Stichting Woerden 4 0 0 Nee N.v.t. Nee

Overige vorderingen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Waarborgsommen 434 356

Stand per 31 december 434 356

Debiteuren (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Gemeente Amsterdam 670 2.620

Overige debiteuren 2.340 1.900

Af: voorziening voor oninbaarheid -169 -577

Stand per 31 december 2.841 3.943

(bedragen x € 1.000) 2016 2015

Stand per 1 januari 577 1.055

Dotatie ten laste van de exploitatie 165 262

Vrijval ten gunste van de exploitatie -264 -493

Onttrekkingen -309 -247

Stand per 31 december 169 577

Page 139: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

139 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

In de debiteuren zijn geen bedragen begrepen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar.

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid deelnemers is als volgt:

In de debiteurenvorderingen op studenten/leerlingen/deelnemers zijn geen bedragen begrepen met een

resterende looptijd langer dan 1 jaar.

De vooruitbetaalde kosten zijn gestegen omdat diverse facturen met betrekking tot jaarlicenties voor het boekjaar

2017 al in 2016 zijn ontvangen. Ultimo 2015 was hiervan geen sprake.

De post overige bevat onder meer nog te ontvangen subsidies in verband met nieuwbouw. De post bevat ultimo

2015 een voorschot in verband met tijdelijke huisvesting.

In de overige vorderingen en overlopende activa zijn geen bedragen begrepen met een resterende looptijd langer

dan 1 jaar.

25 Liquide middelen

De liquide middelen staan ter vrije beschikking.

ROCvA beschikt over een ongebruikte rekening-courant faciliteit (schatkistbankieren) bij het Ministerie van

Financiën van € 20,4 miljoen.

Studenten / leerlingen / deelnemers (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Nominale vordering 1.957 2.390

Af: voorziening voor oninbaarheid deelnemers -575 -713

Stand per 31 december 1.382 1.677

(bedragen x € 1.000) 2016 2015

Stand per 1 januari 713 617

Dotatie ten laste van / vrijval ten gunste van de exploitatie 52 97

Onttrekkingen -190 -1

Stand per 31 december 575 713

Overige vorderingen en overlopende activa (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Vooruitbetaalde kosten 1.487 754

Overige 1.330 2.117

Stand per 31 december 2.818 2.871

Liquide middelen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Tegoeden op bankrekeningen 44.124 35.589

Kasmiddelen 9 21

Stand per 31 december 44.133 35.610

Page 140: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

140 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

26 Eigen vermogen

Het verloop van het eigen vermogen over 2016 en 2015 is als volgt:

Herwaarderingsreserve

De herwaarderingsreserve is gevormd door herwaardering van de buiten gebruik gestelde onroerend goed

objecten (terreinen en gebouwen) die in het kader van het meerjarenhuisvestingsplan binnen afzienbare tijd

zullen worden afgestoten.

Gedurende 2016 is één pand verkocht. De herwaarderingsreserve van dit pand is in 2016 bijgesteld met € 156K,

bij verkoop is € 4.012K herwaardering gerealiseerd.

Publiek versus privaat eigen vermogen

Het eigen vermogen van de Stichting is deels aangemerkt als privaat vermogen. Het private vermogen betreft het

eigen vermogen van ROCA Contractonderwijs Holding B.V.

Bestemmingsreserves/bestemmingsfondsen

Gedurende het boekjaar zijn geen bestemmingsfondsen ontstaan.

Zoals beschreven in het financieel jaarverslag is 2016 een bijzonder positief jaar geweest waarin mbo-colleges en

overige organisatieonderdelen (veel) beter dan begroting hebben gepresteerd. Dit heeft als oorzaak een sterke

toename van OCW-middelen. Gezien het late moment van beschikking, en de benodigde tijd binnen de

organisatie om concrete en gedetailleerde bestedingsplannen op te stellen, zal een belangrijk deel van de

besteding van deze middelen pas na 2016 plaatsvinden. Hiervoor zijn in het eigen vermogen

bestemmingsreserves (€ 8,1 miljoen) gevormd. Op deze wijze kunnen de mbo-colleges en overige

organisatieonderdelen zelf beschikken over het overschot 2016 en deze zelf meerjarig inzetten ten behoeve van

het onderwijs. De verwachting is dan ook dat de bestemmingsreserves een meerjarig karakter zullen hebben.

De bestemmingen die de mbo-colleges en overige organisatieonderdelen aan deze bestemmingsreserves

hebben gegeven voor het jaar 2017 zijn onder meer:

- Strategisch personeelsbeleid (dakpanconstructie, vervroegd uittreden, begeleiding naar andere werkkring,

professionalisering);

- Extra inzet in de onderwijsteams;

- Bestendigen van de stabiliteit in de organisatie middels procesoptimalisaties;

- Kwaliteit examinering, versterking examenorganisatie;

- Ontwikkeling van de keuzedelen in het kader van de implementatie van de nieuwe kwalificatiestructuur;

- Investeringen in de kwaliteit van het onderwijs.

2016 (bedragen x € 1.000)

Algemene

reserve

Herwaarderings-

reserve

Bestemmings-

reserve

privaat

Bestemmings-

reserve

publiek

Totaal

Stand per 1 januari 2016 76.775 4.168 5.553 4.246 90.742

Mutaties in het boekjaar

Herwaarderingen 2016 - -156 - - -156

Gerealiseerde herwaardering 4.012 -4.012 - - -

Voorstel bestemming resultaat 2016 6.945 - 27 3.854 10.826

Stand per 31 december 87.732 - 5.580 8.100 101.412

2015 (bedragen x € 1.000)

Algemene

reserve

Herwaarderings-

reserve

Bestemmings-

reserve

privaat

Bestemmings-

reserve

publiek

Totaal

Stand per 1 januari 2015 63.381 6.410 5.667 - 75.458

Correctie foutherstel deelnemingen 33 - -158 - -125

Mutaties in het boekjaar

Herwaarderingen 2015 - 101 - - 101

Gerealiseerde herwaardering 2.343 -2.343 - - -

Voorstel bestemming resultaat 2015 11.018 - 44 4.246 15.308

Stand per 31 december 76.775 4.168 5.553 4.246 90.742

Page 141: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

141 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Aansluiting eigen vermogen en resultaat volgens geconsolideerde jaarrekening met eigen vermogen en resultaat

volgens enkelvoudige jaarrekening

Het geconsolideerde en enkelvoudige vermogen en resultaat zijn verschillend. Dit hangt samen met het feit dat

Stichting VOvA enkelvoudig niet als deelneming kan worden verwerkt. Geconsolideerd echter worden feitelijk

vermogen en resultaat van beide stichtingen opgeteld.

Hieronder wordt de cijfermatige aansluiting tussen geconsolideerd en enkelvoudig eigen vermogen en resultaat

toegelicht (x € 1.000):

Eigen vermogen 31 december 2016 enkelvoudig € 101.412

Eigen vermogen 31 december 2016 VOvA € 5.965

Eigen vermogen 31 december 2016 geconsolideerd € 107.377

Resultaat 2016 enkelvoudig € 10.826

Resultaat 2016 VOvA € 476

Resultaat 2016 geconsolideerd € 11.302

Voorstel tot resultaatbestemming

Het positieve (enkelvoudige) resultaat van het verslagjaar ad. € 10.826 wordt toegevoegd aan het eigen

vermogen. Het bestuur heeft een voorstel gedaan voor de bestemming van het nettoresultaat over 2016 naar

algemene en bestemmingsreserves, dit voorstel is reeds verwerkt in de balans.

27 Voorzieningen

Het verloop van de voorzieningen voor personele verplichtingen kan als volgt worden weergegeven:

Voor nadere toelichting op de aard van de voorzieningen wordt verwezen naar de toelichting op de

geconsolideerde jaarrekening.

Het verloop van de voorziening verlieslatende contracten is als volgt:

28 Langlopende schulden

Het verloop van de leningen bij kredietinstellingen is als volgt:

Voor nadere toelichting op de langlopende schulden bij kredietinstellingen wordt verwezen naar de toelichting op

de geconsolideerde jaarrekening.

Duurzame

Inzetbaarheid WGA

Jubileum-

uitkeringen Wachtgelden Totaal

Stand per 1 januari 2016 - 2.011 1.419 16.793 20.223

Dotatie t.l.v. de staat van baten en lasten 1.300 1.098 346 3.590 6.334

Onttrekkingen - (1.256) (154) (4.326) (5.736)

Stand per 31 december 2016 1.300 1.853 1.611 16.057 20.821

Kortlopend deel < 1 jaar 148 423 105 3.955 4.631

Langlopend deel > 1 jaar 1.152 1.430 1.506 12.102 16.190

Voorziening verlieslatende contracten

Stand per 1 januari 2016 165

Onttrekkingen -165

Stand per 31 december 2016 -

Langlopende schulden (bedragen x € 1.000)

Krediet-

instellingen

Stand per 1 januari 2016 90.521

Vrijwillige aflossing gedurende boekjaar 2016 -2.777

Contractuele aflossingsverplichtingen voor 2017 gepresenteerd onder kortlopende schulden -3.673

Vrijwillige vervroegde aflossingen in 2017 gepresenteerd onder kortlopende schulden -3.443

Stand per 31 december 2015 80.628

Page 142: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

142 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Voor de leningen bij de diverse kredietinstellingen zijn de volgende zekerheden verstrekt:

Zekerheden ING

(bedragen x € 1.000)

Pand Hypothecaire inschrijving

Tempelhofstraat 80 20.945

Da Costastraat 36-38 4.050

Elandstraat 175 5.285

Totaal 30.280

Zekerheden BNG

(bedragen x € 1.000)

Pand Hypothecaire inschrijving

Fraijlemaborg 135 -141 20.055

Totaal 20.055

Zekerheden Ministerie van Financiën

(bedragen x € 1.000)

Pand Hypothecaire inschrijving

Opaallaan 25 Hoofddorp en Arena 301 Hilversum 38.100

Zetterij 8 Amstelveen 6.678

Kop Zuidas Europaboulevard Amsterdam 46.000

Amsterdam Noord 7.700

98.478

Maximale financiering 95%

Totaal 93.554

Overige langlopende schulden – lening verbonden partijen:

De hoofdsom van de langlopende lening tussen ROCvA en VOvA bedraagt € 5.881.437, de rente is gelijk aan het

tarief van het 3 jaars-deposito zoals gepubliceerd 1 juli van betreffend boekjaar op www.dsta.nl (rentestanden

decentrale overheden) en bedraagt minimaal 0,5% per jaar. De schuld (hoofdsom en dan resterende rente) dient,

indien niet wordt verlengd, door ROCvA aan VOvA te worden voldaan voor 1 januari 2019. Er vindt geen

tussentijdse aflossing plaats.

De lening is ten behoeve van de financiering van het van rijkswege bekostigd onderwijs, behorend bij de

doelomschrijving van ROCvA en/of VOvA. Om deze reden valt de lening niet onder de reikwijdte van de

vigerende regeling Beleggen en Belenen.

29 Kortlopende schulden

Rekening courant deelnemingen en gelieerde maatschappijen

Dit betreft de rekening-courant verhoudingen met ROCA Contractonderwijs Holding B.V. ad. € 5,6 miljoen

(schuld) en Stichting VOvA ad. € 4,1 miljoen (vordering). Over de rekening courant verhouding is 0,5% rente

berekend (2015: 1,1%).

Belastingen en premies sociale verzekeringen

De loonheffing en premies sociale verzekeringen zijn in januari 2017 betaald.

Belastingen en premies sociale verzekeringen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Loonheffing en premies sociale verzekeringen 7.693 7.283

Stand per 31 december 7.693 7.283

Page 143: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

143 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Overige schulden en overlopende passiva

De stijging van de vooruitgefactureerde omzet wordt veroorzaakt door de gewijzigde wijze van verantwoorden

van het gefactureerde wettelijk cursusgeld. De omzet wordt toegerekend aan het schooljaar, in 2015 werd de

omzet volledig verantwoord in het jaar van facturatie.

De daling van de (meerjarige) doelsubsidies wordt veroorzaakt doordat minder middelen Kwaliteitsafspraken en

Excellentiemiddelen worden doorgeschoven naar 2017.

Financiële instrumenten en risicobeheer

Voor de toelichting op de risico’s verbonden aan gebruikte financiële instrumenten, en het risicobeheer van de

instelling wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening.

Voor de enkelvoudige jaarrekening geldt in afwijking van de geconsolideerde toelichting dat het maximale

kredietrisico ongeveer EUR 8,7 miljoen bedraagt.

Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen

Kredietinstellingen

De kredietfaciliteit in rekening-courant bij het Ministerie van Financiën bedraagt met ingang van februari 2009 €

20,4 miljoen.

Ministerie van OCW

Bij de oprichting van de Stichting ROCvA in 1997 ontstond een vordering op het Ministerie van OCW voor

loonheffing en pensioenpremies van ABP. De vordering zal worden ontvangen bij het opheffen van de Stichting

en bedraagt € 1.397.000.

Meerjarige financiële verplichtingen

Er zijn langlopende onvoorwaardelijke verplichtingen aangegaan inzake huur en operationele leasing. De kosten

die hieruit voortvloeien worden lineair over de contractperiode in de staat van baten en lasten verwerkt. De

verplichtingen en de resterende looptijd hiervan kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Huurverplichtingen (x € 1.000)

31-dec-16 31-dec-15

Niet langer dan 1 jaar € 1.628 € 1.240

Tussen 1 en 5 jaar € 2.629 € 2.740

Langer dan 5 jaar € - € -

Totaal € 4.257 € 3.980

Leaseverplichtingen (x € 1.000)

31-dec-16 31-dec-15

Niet langer dan 1 jaar € 27 € 23

Tussen 1 en 5 jaar € 44 € 21

Langer dan 5 jaar € - € -

Totaal € 71 € 44

Investeringsverplichtingen

De organisatie is investeringsverplichtingen aangegaan ter grootte van € 17,5 miljoen (2015: € 0,7 miljoen) inzake

de nieuwbouw van schoolgebouwen Hyperion en Stelle College voor Stichting VOvA. De schoolgebouwen

Overige schulden en overlopende passiva (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Nog te betalen bedragen 9.307 9.531

Reservering vakantiegeld en -dagen 6.519 6.037

Vooruitgefactureerde omzet 1.118 74

Vooruitontvangen deelnemersbijdragen 1.154 557

(Meerjarige) Doelsubsidies Ministerie van OCW - bve 9.489 12.259

Vooruit ontvangen bedragen 1.076 976

Te betalen salarissen 9 69

Egalisatierekeningen 32 183

Overige overlopende passiva 527 92

Stand per 31 december 29.231 29.778

Page 144: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

144 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

worden gefinancierd door de gemeente Amsterdam. Het juridisch eigendom van deze panden ligt bij de

gemeente.

Garanties

De Stichting heeft zich garant gesteld jegens de Stichting Waarborgfonds BVE voor maximaal 2% van de

jaarlijkse rijksbijdrage indien laatstgenoemde niet aan zijn borgstellingsverplichtingen kan voldoen.

De Stichting heeft garanties afgegeven uit hoofde van huurverplichtingen en betalingsgaranties voor in totaal

€ 404.652 (2015: € 384.677).

Claims

Tegen de organisatie en/of groepsmaatschappijen zijn geen claims ingediend van materiële impact. Er zijn dan ook

geen geschillen welke een nadelige invloed van materiële betekenis zullen hebben op de financiële positie.

Fiscale eenheid

ROCvA maakt onderdeel uit van de fiscale eenheid voor de heffing van omzetbelasting met als hoofd van de

fiscale eenheid de Koepelstichting ROC van Amsterdam - ROC Flevoland CS en is uit dien hoofde aansprakelijk

voor de omzetbelastingschulden van de gehele fiscale eenheid.

Page 145: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

145 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

12 Toelichting op de enkelvoudige staat van baten en lasten over 2016

30 Rijksbijdragen

De stijging ten opzichte van 2015 is het gevolg van de stijging van het relatieve aandeel in het macrobudget met

als gevolg meer bekostiging. Daarnaast zijn de rijksbijdragen gestegen als gevolg van toegekende loon- en

prijscompensatie (in zowel januari als november 2016), baten studiewaarde, baten prestatiebox VSV en overloop

kwaliteits- en excellentiemiddelen 2015.

31 Overheidsbijdragen en subsidies overige overheden

De overheidsbijdragen en subsidies overige overheden zijn € 2,9 miljoen hoger dan begroot. Voornaamste

oorzaken van de stijging van deze baten zijn de gunning van WEB-middelen en inburgeringstrajecten van

vluchtelingen bij Educatie Amsterdam, baten uit hoofde van middelen MBO-agenda, alsmede baten leraren- en

scholenbeurs.

32 College-, cursus-, les- en examengelden

De opbrengsten voor de deelnemersbijdragen zijn conservatief begroot vanwege de onzekerheid als gevolg van

het (ten dele) vrijwillige karakter.

33 Baten uit werk in opdracht van derden

Rijksbijdragen (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Rijksbijdrage BVE 186.386 179.564 183.535

Rijksbijdrage VAVO 6.327 5.945 5.908

Additionele middelen 31.346 28.315 17.363

Vergoeding wachtgelden 6.078 5.979 5.822

230.137 219.803 212.628

Additionele middelen

Geoormerkte OCW subsidies 3.913 4.077 3.791

Niet geoormerkte OCW subsidies 27.433 24.238 13.572

Stand per 31 december 31.346 28.315 17.363

Overheidsbijdragen en subsidies overige overheden (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Gemeentelijke bijdragen educatie 4.061 3.622 5.236

Overige trajecten en bijdragen 5.514 3.037 3.814

9.575 6.659 9.050

College-, cursus-, les- en examengelden (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Deelnemersbijdragen sector BVE 4.272 3.017 4.193

Examengelden 121 62 112

4.393 3.079 4.305

Baten uit werk in opdracht van derden (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Economische Opleidingen Amsterdam 7 - 3

Contractonderwijs Gooi- & Vechtstreek 123 67 116

Horeca, Kapper- en nagelverzorging 408 680 291

Luchtvaartopleidingen - - 22

Gezondheidszorg 394 531 505

Techniekonderwijs 635 350 517

Reïntegratie en inburgering (WI) - 100 244

Overig 22 719 -

1.588 2.447 1.698

Page 146: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

146 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De baten werk in opdracht van derden zijn lager dan begroot. In de begroting waren baten beleidsmiddelen

opgenomen die in de realisatie nooit tot uiting zouden komen.

34 Overige baten

De overige baten bevatten in 2015 een teruggaaf van BTW over voorgaande jaren ad. € 1,6 miljoen als gevolg

van een vaststellingsovereenkomst met de belastingdienst. De overige baten bevat de opbrengst in het kader van

de gemeenschappelijke diensten, zoals toegelicht bij de geconsolideerde jaarrekening bij noot 19.

35 Personeelslasten

De personeelslasten liggen in lijn met de begroting. De stijging ten opzichte van 2015 is het gevolg van een cao-

stijging per 1 juli 2016. Daarnaast is het aantal FTE ten opzichte van vorig jaar gestegen.

In vergelijking met 2015 is voornamelijk zichtbaar dat:

- er een stevige impuls is gegeven aan de personele bezetting in het primaire proces teneinde kwaliteit

omhoog en werkdruk omlaag te brengen;

- voor de besteding van diverse additionele middelen (tijdelijk) extra formatie benodigd is;

- door de groei van het aantal deelnemers ook meer onderwijs- (ondersteunend) personeel nodig is.

Bovenstaande heeft geleid tot substantieel meer uitgaven aan personele lasten in vergelijking met voorgaand

jaar.

Personeelsbestand

Gedurende het boekjaar 2016 bedroeg het gemiddeld aantal werknemers bij de organisatie, omgerekend naar

volledige mensjaren 2.208, allen werkzaam in Nederland.

De onderverdeling naar de verschillende personeelscategorieën is als volgt:

- Onderwijspersoneel 1.497

- Direct onderwijsondersteunend 422

- Indirect onderwijsondersteunend 255

- Directie en management 34

2.208

Overige baten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Verkoop beroepspraktijkvorming en kantines 619 600 628

Detachering personeel 572 234 290

Verhuuropbrengsten 1.089 1.106 1.392

Vrijval egalisatierekening investeringsbijdragen 106 - 212

Overige Baten 5.367 6.830 6.775

7.753 8.770 9.297

Personeelslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Lonen en salarissen 119.753 117.136 110.714

Sociale lasten 15.212 14.419 13.639

Pensioenpremies 14.306 17.243 13.963

Personeel niet in loondienst 14.897 12.854 10.366

Dotaties / vrijval personele voorzieningen 6.334 6.209 5.743

Overige personele lasten 7.960 8.649 6.432

Af: uitkeringen (AAW, USZO en ID-banen) -808 -115 -613

177.654 176.395 160.244

Page 147: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

147 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

36 Afschrijvingen op materiële vaste activa

De daling bij de bedrijfsgebouwen en terreinen ten opzichte van 2015 komt door de aanpassingen in het

schoolgebouw aan de Laan van Spartaan, waartoe in 2015 besloten is. In verband met een verlaging van de

economische levensduur van ICT-apparatuur werd in 2015 een extra last ad. € 1,6 miljoen opgenomen.

37 Huisvestingslasten

De huurlasten liggen hoger dan de begroting en vorig jaar als gevolg van ruimtegebrek bij diverse mbo colleges,

waardoor extra ruimte gehuurd is.

De energie en waterkosten blijven achter op de begroting door zachte weersomstandigheden.

In het lopende onderhoudscontract voor 2016 ontbraken twee panden. Tevens is het aantal meldingen te laag

begroot. Door beide items is het contract verhoogd en zijn hogere onderhoud- en reparatiekosten ontstaan.

In de begroting zijn onverdeelde middelen opgenomen welke naar verwachting voor 85% besteed zullen worden

aan personeel. Voor € 1,3 miljoen is een bedrag opgenomen onder de overige huisvestingslasten in plaats van

onder extern personeel.

38 Overige instellingslasten

De accountants- en advieskosten zijn gestegen als gevolg van onder andere het project aanbesteding

schoonmaak en project energiemanagement. Tevens zijn diverse organisatie/onderwijsadvieskosten gemaakt in

relatie tot de kwaliteitsmiddelen, subsidieprojecten (bijv. RIF-projecten) alsook de ontwikkeling van keuzedelen.

Afschrijvingen op materiële vaste activa (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Bedrijfsgebouwen en terreinen 7.699 8.472 8.704

Andere vaste bedrijfsmiddelen 6.256 5.636 7.834

13.955 14.108 16.538

Huisvestingslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Huur- en servicekosten 2.990 2.660 2.473

Energie en water 2.110 2.505 2.079

Schoonmaakkosten 2.909 3.288 2.850

Klein onderhoud en reparatie 3.091 2.316 2.590

Belastingen en heffingen 965 1.004 1.197

Verzekeringen 254 257 261

Beveiligingskosten 456 536 494

Overige huisvestingslasten 913 2.202 680

13.688 14.768 12.624

Overige instellingslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Administratie en beheer 2.626 2.665 2.348

Contributies en lidmaatschappen 1.312 1.367 1.394

Accountants- en advieskosten 4.869 2.563 3.885

PR, marketing en communicatie 1.965 1.905 2.043

Klein inventaris en apparatuur 7.075 6.080 7.364

Leer- en hulpmiddelen, kosten bpv en kantines alsmede

materiële lasten projectgelden 12.635 12.372 11.278

Reis- en verblijfkosten 632 445 574

Dotatie overige voorzieningen 219 150 -9

Overige instellingslasten 1.247 1.215 -1.238

32.580 28.762 27.639

Page 148: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

148 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

39 Financiële baten en lasten

De rentelasten zijn gestegen als gevolg van een boeterente vanwege de vervroegde aflossing van een lening

voor een bedrag van € 0,5 miljoen.

Financiële baten en lasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Financiële baten

Overige rentebaten - - 1

Financiële lasten

Rente langlopende leningen -4.770 -4.297 -4.670

-4.770 -4.297 -4.670

Saldo financiële baten en lasten -4.770 -4.297 -4.669

Page 149: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

149 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Overige toelichtingen

Amsterdam, 30 mei 2017

Voor akkoord Raad van Bestuur Koepelstichting ROC van Amsterdam-ROC van Flevoland, als statutair

bestuurder van Stichting ROC van Amsterdam,

E.C.M. de Jaeger

Voorzitter Raad van Bestuur Koepelstichting ROC

van Amsterdam-ROC van Flevoland / Voorzitter

College van Bestuur ROC van Amsterdam

R.C.A. Wilcke

Vicevoorzitter Raad van Bestuur Koepelstichting ROC

van Amsterdam-ROC van Flevoland

G. Vreugdenhil

Lid Raad van Bestuur Koepelstichting ROC van

Amsterdam-ROC van Flevoland

Voor akkoord Raad van Toezicht

G.H. Faber

Voorzitter Raad van Toezicht

J.C.H.G. Arts

Lid Raad van Toezicht

K. Baldewpersad Tewarie

Lid Raad van Toezicht

R.C.Th. Ootjers

Lid Raad van Toezicht

R.H.M. Litjens

Lid Raad van Toezicht

D.J. Elders

Lid Raad van Toezicht

Page 150: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

150 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

13 Overige gegevens

Controleverklaring van de openbare accountant

De controleverklaring is afgegeven op 30 mei 2017 door KPMG Accountants N.V.

Statutaire bepalingen inzake resultaatbestemming

Ingevolge de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) wordt het resultaat van het verslagjaar verrekend met de

reserve van de instelling.

Page 151: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

151 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Jaarrekening

ROCvF

Page 152: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

152 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Jaarrekening 2016 ROC van Flevoland

1 Balans per 31 december 2016 (na voorstel resultaatbestemming)

Activa(bedragen x € 1.000)

Vaste activa

Materiële vaste activa

Bedrijfsgebouwen en terreinen 1 14.862 15.781

Andere vaste bedrijfsmiddelen 1 483 643

Niet aan de bedrijfsvoering dienstbare

activa 1 915 915

Activa in uitvoering en vooruitbetalingen 1 2.697 -

18.957 17.339

Financiële vaste activa

Overige vorderingen 2 8 8

8 8

Totaal vaste activa 18.965 17.347

Vlottende activa

Vorderingen

Debiteuren 3 570 397

Deelnemers/cursisten 3 134 103

Rekening courant deelnemingen en

gelieerde maatschappijen 3 57 46Overige vorderingen en overlopende

activa 3 232 1.174

993 1.720

Liquide middelen 4 17.133 14.537

Totaal vlottende activa 18.126 16.257

Totaal activa 37.091 33.604

31-12-2016 31-12-2015

Page 153: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

153 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Passiva(bedragen x € 1.000)

Eigen vermogen

Algemene reserve 5 10.263 8.662

Herwaarderingsreserve 5 270 270

Bestemmingsreserves publiek 5 6.264 4.278

16.797 13.210

VoorzieningenVoorziening voor personele verplichtingen 6 5.817 5.448

5.817 5.448

Langlopende schulden

Leningen kredietinstellingen 7 6.074 6.503

Kortlopende schulden

Aflossingsverplichtingen 8 429 410

Crediteuren 303 522

Belastingen en premies sociale

verzekeringen 8 1.311 1.330

Pensioenen 285 293

Overige schulden en overlopende passiva 8 6.075 5.888

8.403 8.443

Totaal passiva 37.091 33.604

31-12-2016 31-12-2015

Page 154: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

154 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

2 Staat van baten en lasten over 2016

* in verband met beklemde baten met geoormerkte besteding in 2017 en verder

(bedragen x € 1.000)

Baten

Rijksbijdragen OCW 9 44.121 43.748 44.399

Overheidsbijdragen en subsidies

overige overheden 10 2.227 1.279 2.594

College-, cursus-, les- en

examengelden 11 278 275 611

Baten werk in opdracht van derden 12 394 303 0

Overige baten 13 831 118 1.197

Totaal baten 47.851 45.723 48.801

Lasten

Personeelslasten 14 30.600 30.493 28.609

Afschrijvingen 15 1.200 1.749 3.908

Bijzondere waardeverminderingen 15 - - 994

Huisvestingslasten 16 3.019 3.240 2.567

Overige instellingslasten 17 9.092 8.960 8.128

Totaal lasten 43.911 44.442 44.206

Saldo baten en lasten 3.940 1.281 4.595

Financiële baten 18 - - 5

Financiële lasten 18 -353 -292 -306

-353 -292 -301

Nettoresultaat 3.587 989 4.294

2016 Begroting 2016 2015

Resultaatbestemming

Toevoeging/onttrekk ing aan:

Algemene reserve 1.601 989 16

Bestemmingsreserve publiek * 1.986 - 4.278

3.587 989 4.294

Page 155: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

155 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

3 Kasstroomoverzicht over 2016

De ‘Mutatie kortlopende schulden exclusief aflossingsverplichtingen’ is gecorrigeerd voor non-cash transacties

voor een bedrag ad. 3 (2015: nihil).

(bedragen x € 1.000)

Saldo baten en lasten 3.940 4.595

Gecorrigeerd voor:

        Afschrijvingen 15 1.200 3.908

        Bijzondere waardevermindering 15 - 994

        Toename voorzieningen (afname) 6 369 -168

1.569 4.734

Veranderingen in vlottende middelen

        Afname vorderingen 3 727 1.056

        Afname kortlopende schulden excl.

' aflossingsverplichtingen 8 -56 -2.104

Mutatie werkkapitaal 671 -1.048

Kasstroom uit bedrijfsoperaties 6.180 8.281

Ontvangen rente 18 - 5

Betaalde rente 18 -356 -300

-356 -295

5.824 7.986

Investeringen in materiële vaste activa 1 -2.818 -411

Desinvesteringen in materiële vaste activa 1 - 17

Afname in financiële vaste activa - 14

-2.818 -380

Aflossing kredietinstellingen 7 -410 -393

-410 -393

Mutatie geldmiddelen 2.596 7.213

Beginstand liquide middelen 14.537 7.324

Eindstand liquide middelen 4 17.133 14.537

2016 2015

KASSTROOM UIT OPERATIONELE

ACTIVITEITEN

KASSTROOM UIT

INVESTERINGSACTIVITEITEN

KASSTROOM UIT

FINANCIERINGSACTIVITEITEN

Page 156: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

156 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

4 Overzicht totaalresultaat over 2016

(bedragen x € 1.000)

Nettoresultaat 3.587 4.294

Rechtstreekse mutaties in het eigen

vermogen - -

Totaalresultaat 3.587 4.294

2016 2015

Page 157: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

157 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

5 Toelichting behorende bij de jaarrekening 2016

Algemeen

Juridische vorm en voornaamste activiteiten

De organisatie is een stichting; de voornaamste activiteiten van bestaan uit het bevorderen van middelbaar

beroepsonderwijs en beroepseducatie voor volwassenen. Het bestuursnummer van de Stichting is 40805 en het

BRIN nummer 25LR.

Het statutaire vestigingsadres is Straat van Florida 1 te Almere. De stichting staat ingeschreven bij Kamer van

Koophandel te Lelystad onder nummer 41246945.

Toegepaste standaarden

De jaarrekening is opgesteld volgens de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (RJO). In deze regeling is bepaald

dat de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (in het bijzonder RJ 660

Onderwijsinstellingen) van toepassing zijn en met inachtneming van de in de RJO aangeduide uitzonderingen.

De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn

gebaseerd op historische kosten. De grondslagen zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar.

Verslaggevingsperiode

Deze jaarrekening heeft betrekking op het boekjaar 2016, dat is geëindigd op balansdatum 31 december 2016.

Continuïteit

Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.

Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling

Inleiding

Activa en passiva worden opgenomen tegen historische kostprijs, tenzij anders vermeld in de verdere

grondslagen.

Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische

voordelen naar de organisatie zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een

verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal

gaan met een uitstroom van middelen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden

vastgesteld.

Een in de balans opgenomen actief of verplichting blijft op de balans als een transactie (met betrekking tot het

actief of de verplichting) niet leidt tot een belangrijke verandering in de economische realiteit met betrekking tot

het actief of de verplichting.

Een actief of verplichting wordt niet langer in de balans opgenomen indien een transactie ertoe leidt dat alle of

nagenoeg alle rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico's met betrekking tot het actief of

de verplichting aan een derde zijn overgedragen. Verder wordt een actief of een verplichting niet meer in de

balans opgenomen vanaf het tijdstip dat niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van

de toekomstige economische voordelen en/of betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde.

Baten worden in de staat van baten en lasten opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch

potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft

plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer

een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een

vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden

vastgesteld. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben.

De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro’s, de functionele valuta van de organisatie. Alle financiële informatie

in euro’s is afgerond op het dichtstbijzijnde duizendtal.

Page 158: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

158 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Gebruik van schattingen

De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en

veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde

van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze

schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen

van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden

waarvoor de herziening gevolgen heeft.

De volgende waarderingsgrondslagen zijn naar de mening van het management het meest kritisch voor het

weergeven van de financiële positie en vereisen schattingen en veronderstellingen:

- Waardering van (materiële vaste) activa niet dienstbaar aan het bedrijfsproces;

- Personele voorzieningen;

Grondslagen voor consolidatie

Gezien de geringe omvang van de 100% deelneming ROC Flevoland Holding B.V. is geen geconsolideerde

jaarrekening opgesteld. De impact van wel of niet consolideren op het balanstotaal bedraagt 0,2%. In de

toelichting op de Financiële vaste activa zijn de belangrijkste gegevens van de deelneming opgenomen.

Grondslagen voor de omrekening van vreemde valuta’s

Transacties luidend in vreemde valuta’s worden in de betreffende functionele valuta van de organisatie

omgerekend tegen de geldende wisselkoers op de transactiedatum.

In vreemde valuta’s luidende monetaire activa en verplichtingen worden per balansdatum in de functionele valuta

omgerekend tegen de op die datum geldende wisselkoersen. Valutakoersverschillen die voortkomen uit de

afwikkeling van monetaire posten, dan wel voortkomen uit de omrekening van monetaire posten in vreemde

valuta worden verwerkt in de staat van baten en lasten in de periode dat zij zich voordoen. Niet-monetaire activa

en passiva in vreemde valuta’s die tegen historische kostprijs worden opgenomen, worden naar euro’s

omgerekend tegen de geldende wisselkoersen op de transactiedatum.

Financiële instrumenten

Financiële instrumenten omvatten overige financiële vaste activa, vorderingen, geldmiddelen, leningen en overige

financieringsverplichtingen, en overige schulden. In de jaarrekening zijn de volgende categorieën financiële

instrumenten opgenomen: verstrekte leningen en overige vorderingen, geldmiddelen, en overige (financiële)

verplichtingen. Binnen de groep wordt alleen gebruik gemaakt van primaire financiële instrumenten en niet van

afgeleide financiële instrumenten (derivaten). Voorts hebben de Stichting ROCvF en/of haar

groepsmaatschappijen geen handelsportefeuille van financiële instrumenten verworven of zijn deze aangegaan

met het doel de instrumenten op korte termijn te verkopen.

Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde, waarbij (dis)agio en direct

toerekenbare transactiekosten in de eerste opname worden meegenomen. Na de eerste opname worden

financiële instrumenten gewaardeerd op de hierna beschreven manier bij vorderingen en schulden.

Bijzondere waardeverminderingen financiële activa

Een financieel actief dat niet wordt gewaardeerd tegen:

1. reële waarde met waarde-wijzigingen in de staat van baten en lasten of

2. geamortiseerde kostprijs of lagere marktwaarde,

wordt op iedere verslagdatum beoordeeld om te bepalen of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een

bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Een financieel actief wordt geacht onderhevig te zijn aan een

bijzondere waardevermindering indien objectieve aanwijzingen bestaan dat na de eerste opname van het actief

zich een gebeurtenis heeft voorgedaan die een negatief effect heeft gehad op de verwachte toekomstige

kasstromen van dat actief en waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt.

Objectieve aanwijzingen dat financiële activa onderhevig zijn aan een bijzondere waardevermindering omvatten

het niet nakomen van betalingsverplichtingen en achterstallige betaling door een debiteur, herstructurering van

een aan de onderneming toekomend bedrag onder voorwaarden die de onderneming anders niet zou hebben

overwogen, aanwijzingen dat een debiteur of emittent failliet zal gaan, en het verdwijnen van een actieve markt

voor een bepaald effect.

Aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen van vorderingen die door de organisatie worden

gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs worden zowel op het niveau van specifieke activa als op collectief

niveau in aanmerking genomen. Van afzonderlijk belangrijke vorderingen wordt beoordeeld of deze individueel

onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering. Van afzonderlijk belangrijke vorderingen die niet individueel

onderhevig zijn gebleken aan bijzondere waardevermindering en van afzonderlijk niet belangrijke vorderingen

Page 159: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

159 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

wordt collectief beoordeeld of deze onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering, dit door samenvoeging

van vorderingen met vergelijkbare risicokenmerken. Een bijzonder waardeverminderingsverlies met betrekking tot

een tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd financieel actief wordt berekend als het verschil tussen de

boekwaarde en de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen, gedisconteerd tegen de

oorspronkelijke effectieve rente van het actief. Verliezen worden opgenomen in de staat van baten en lasten.

Als in een latere periode het actief, onderhevig aan een bijzondere waardevermindering, stijgt en het herstel

objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van het bijzondere

waardeverminderingsverlies, wordt het bedrag uit hoofde van het herstel (tot maximaal de oorspronkelijke

kostprijs) opgenomen in de staat van baten en lasten.

Saldering van financiële instrumenten

Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als de stichting beschikt over een

deugdelijk juridisch instrument om het financiële actief en de financiële verplichting gesaldeerd af te wikkelen en

de stichting het stellige voornemen heeft om het saldo als zodanig netto of simultaan af te wikkelen.

Als sprake is van een overdracht van een financieel actief dat niet voor verwijdering uit de balans in aanmerking

komt, wordt het overgedragen actief en de daarmee samenhangende verplichting niet gesaldeerd.

Materiële vaste activa

De bedrijfsgebouwen en -terreinen, andere vaste bedrijfsmiddelen en materiële vaste activa in uitvoering worden

gewaardeerd tegen hun kostprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en bijzondere

waardeverminderingen. De kostprijs van de genoemde activa bestaat uit de verkrijgings- of vervaardigingsprijs en

overige kosten om de activa op hun plaats en in de staat te krijgen noodzakelijk voor het beoogde gebruik.

Deze activa worden duurzaam door de Stichting gebruikt. De gebouwen en terreinen zijn, voor zover zij per 1

januari 1997 aan de Stichting zijn overgedragen in het kader van de Wet ‘Omkering Kapitaaldienst Financiering’

(OKF), opgenomen voor de waarden zoals vastgesteld door het Ministerie van OCW bij de uitvoering van deze

operatie.

De niet aan de bedrijfsvoering dienstbare activa betreft bedrijfsgebouwen en -terreinen die buiten gebruik gesteld

zijn. Deze zijn gewaardeerd tegen actuele waarde gebaseerd op berekeningen van externe taxateurs c.q.

concrete biedingen door derde partijen. De waarde van deze objecten wordt periodiek getaxeerd en de evaluatie

van de herwaardering vindt continu plaats. Bij herwaardering boven de kostprijs wordt de herwaardering direct in

het eigen vermogen geboekt in een herwaarderingsreserve. Bij realisatie van de herwaardering door verkoop

wordt de gerealiseerde herwaardering binnen het eigen vermogen geboekt van de herwaarderingsreserve naar

de algemene reserve. Verminderingen van de herwaarderingsreserve als gevolg van waardeverminderingen

kunnen niet leiden tot een negatief saldo, het merendeel wordt in dat geval ten laste van het resultaat gebracht.

Over deze activa wordt niet afgeschreven. Zodra activa buitengebruik gesteld worden (met name gebouwen en

terreinen) vindt overboeking van 'Bedrijfsgebouwen en -terreinen' naar 'Niet aan de bedrijfsvoering dienstbare

activa' plaats.

Investeringssubsidies worden in mindering gebracht op de materiële vaste activa, en vallen vrij naar rato van de

afschrijvingen op de betreffende activa.

De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de aanschafprijs volgens de lineaire methode op

basis van de geschatte economische levensduur, rekening houdend met de eventuele restwaarde. Op

bedrijfsterreinen en op materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering, alsmede vooruitbetalingen op materiële vaste

activa wordt niet afgeschreven. Afschrijving start op het moment dat een actief beschikbaar is voor het beoogde

gebruik en wordt beëindigd bij buitengebruikstelling of bij desinvestering.

De volgende afschrijvingspercentages worden hierbij gehanteerd:

Terreinen : nihil

Gebouwen en verbouwingen via componentenmethode:

o Afbouw : 10

o Afwerkingen : 6,66

o Casco : 2

o Installaties : 10

o Vaste inrichtingen : 6,66

o Renovatie : 3,33

Andere vaste bedrijfsmiddelen:

o Inventaris en apparatuur : 10 – 33

o ICT-devices : 50

Page 160: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

160 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Met ingang van 1 januari 2014 is de componentenmethode geïmplementeerd. De gebouwen zijn in componenten

opgedeeld met elk een passende levensduur / afschrijvingsperiode. Groot (levensduurverlengend) onderhoud

wordt geactiveerd en afgeschreven.

Afgekochte erfpacht wordt afgeschreven over de afkoopperiode (veelal 50 jaar).

Financiële vaste activa

Deelnemingen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid kan worden uitgeoefend, worden

gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode op basis van de nettovermogenswaarde. Bij de bepaling van

de nettovermogenswaarde worden de waarderingsgrondslagen van de organisatie gehanteerd. Resultaten op

transacties waarbij overdracht van activa en passiva tussen de stichting en haar deelnemingen en tussen

deelnemingen onderling heeft plaatsgevonden, worden geëlimineerd voor zover deze als niet gerealiseerd

kunnen worden beschouwd.

Deelnemingen met een negatieve netto-vermogenswaarde worden op nihil gewaardeerd. Bij deze waardering

worden ook langlopende vorderingen op de deelnemingen meegenomen die feitelijk moeten worden gezien als

onderdeel van de netto-investering. Dit betreft met name leningen waarvan de afwikkeling in de nabije toekomst

niet is gepland en niet waarschijnlijk is. Een aandeel in de winst van de deelneming in latere jaren wordt pas

verwerkt als en voor zover het cumulatieve niet verwerkte aandeel in het verlies is ingelopen. Wanneer de

organisatie echter geheel of ten dele garant staat voor de schulden van een deelneming, dan wel de feitelijke

verplichting heeft de deelneming (voor haar aandeel) in staat te stellen tot betaling van haar schulden, wordt een

voorziening gevormd ter grootte van de verwachte betalingen door de onderneming ten behoeve van de

deelneming. Deelnemingen waarin geen invloed van betekenis wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd tegen

verkrijgingsprijs of lagere realiseerbare waarde.

Voor de waardering van overige financiële vaste activa wordt verwezen naar het kopje 'Vorderingen'.

Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa

Voor materiële vaste activa wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat deze activa

onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen. Als dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de

realiseerbare waarde van het actief geschat. De realiseerbare waarde is de hoogste van de bedrijfswaarde en de

opbrengstwaarde. Als het niet mogelijk is de realiseerbare waarde te bepalen voor een individueel actief, wordt

de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort.

Wanneer de boekwaarde van een actief (of een kasstroomgenererende eenheid) hoger is dan de realiseerbare

waarde, wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en

de realiseerbare waarde. Indien sprake is van een bijzonder waardeverminderingsverlies van een

kasstroomgenererende eenheid, wordt het verlies allereerst toegerekend aan goodwill die is toegerekend aan de

kasstroomgenererende eenheid. Een eventueel restant verlies wordt toegerekend aan de andere activa van de

eenheid naar rato van hun boekwaarden.

Verder wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er enige indicatie is dat een in eerdere jaren verantwoord

bijzonder waardeverminderingsverlies is verminderd. Als een dergelijke indicatie aanwezig is, wordt de

realiseerbare waarde van het betreffende actief (of kasstroomgenererende eenheid) geschat.

Terugneming van een eerder verantwoord bijzonder waardeverminderingsverlies vindt alleen plaats als sprake is

van een wijziging van de gehanteerde schattingen bij het bepalen van de realiseerbare waarde sinds de

verantwoording van het laatste bijzonder waardeverminderingsverlies.

In dat geval wordt de boekwaarde van het actief (of kasstroomgenererende eenheid) opgehoogd tot de geschatte

realiseerbare waarde, maar niet hoger dan de boekwaarde die bepaald zou zijn (na afschrijvingen) als in

voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (of kasstroomgenererende eenheid)

zou zijn verantwoord.

Vorderingen

Voorraden worden gewaardeerd tegen kostprijs of lagere opbrengstwaarde. De kostprijs bestaat uit de

verkrijgings- of vervaardigingsprijs, vermeerderd met overige kosten om de voorraden op hun huidige plaats en in

hun huidige staat te brengen. Handelskortingen, rabatten en soortgelijke (te) ontvangen vergoedingen met

betrekking tot de inkoop van voorraden worden in mindering gebracht op de verkrijgingsprijs. De

opbrengstwaarde is gebaseerd op de meest betrouwbare schatting van het bedrag dat de voorraden naar

verwachting zullen opbrengen, onder aftrek van nog te maken kosten.

Liquide middelen

Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Indien liquide middelen niet ter vrije beschikking

staan, wordt hiermee rekening gehouden bij de waardering.

Page 161: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

161 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Eigen vermogen

Onder het eigen vermogen worden de algemene reserve, de bestemmingsreserves en de herwaarderingsreserve

gepresenteerd. De algemene reserve bestaat uit de reserves die ter vrije beschikking staan van het Bestuur.

Ongerealiseerde waardevermeerderingen van gebouwen die worden gewaardeerd tegen actuele waarde worden

opgenomen in de herwaarderingsreserve. De herwaarderingsreserve wordt gevormd per individueel actief en is

niet hoger dan het verschil tussen de boekwaarde op basis van historische kostprijs en de actuele waarde. De

herwaarderingsreserve wordt verminderd met de gerealiseerde herwaardering (verband houdend met

systematische afschrijvingen van het actief). Op de herwaarderingsreserve wordt waardeverminderingen van het

betreffende actief, niet zijnde systematische afschrijvingen, in mindering gebracht, Als een actief wordt

vervreemd, valt een eventueel aanwezige herwaarderingsreserve met betrekking tot dat actief vrij ten gunste van

de algemene reserves.

Met betrekking tot het eigen vermogen onderscheidt ROCvF twee categorieën van activiteiten:

a. publieke activiteiten:

publieke taak, gericht op de publieke doelen zoals in de WEB omschreven;

b. private activiteiten in het verlengde van de publieke taak:

bijvoorbeeld inburgering, re-integratie en contractactiviteiten in het verlengde van de publieke taak.

Het gehele eigen vermogen wordt aangemerkt als publiek vermogen.

Voor de verwerking van herwaardering op buitengebruik gestelde bedrijfsgebouwen en –terreinen, die tegen

actuele waarde zijn gewaardeerd, wordt verwezen naar de grondslagen van ‘Materiële vaste activa’.

Voorzieningen

Onder de voorzieningen worden de voorzieningen voor personele verplichtingen gepresenteerd.

Tenzij anders aangegeven worden de voorzieningen gewaardeerd tegen de nominale waarde van de beste

schatting van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen en verliezen af te wikkelen.

Toevoegingen aan voorzieningen vinden plaats ten laste van de staat van baten en lasten. Uitgaven vinden

rechtstreeks plaats ten laste van de voorzieningen.

Een voorziening wordt in de balans opgenomen wanneer sprake is van:

- een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting die het gevolg is van een gebeurtenis in het verleden;

- waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt; en;

- het waarschijnlijk is dat voor afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is.

De voorzieningen voor personele verplichtingen bestaan uit de voorziening wachtgelden, de voorziening voor

jubileumuitkeringen en de voorziening voor duurzame inzetbaarheidsregelingen.

Voorziening wachtgelden

De voorziening wachtgelden wordt gevormd:

- In geval van reorganisatie: indien op balansdatum een gedetailleerd plan voor de reorganisatie is

geformaliseerd en uiterlijk op opmaakdatum van de jaarrekening de gerechtvaardigde verwachting van

uitvoering van het plan heeft gewekt bij hen voor wie de reorganisatie gevolgen zal hebben. Van een

gerechtvaardigde verwachting is sprake als is gestart met de uitvoering van de reorganisatie, of als de

hoofdlijnen bekend zijn gemaakt aan hen voor wie de reorganisatie gevolgen zal hebben. In de

reorganisatievoorziening worden de als gevolg van de reorganisatie noodzakelijke kosten opgenomen die

niet in verband staan met de doorlopende activiteiten van de stichting.

- Voor toekomstige uitkeringsverplichtingen aan oud-medewerkers, waarvan de kosten voor rekening van

ROCvF komen: de kosten die voor rekening komen van ROCvF voor WW-uitkeringen, bovenwettelijke

uitkeringen en overige vergoedingen, zoals door uitkeringsinstanties worden uitgekeerd aan voormalige

medewerkers van ROCvF. De omvang van de toekomstige uitkeringsverplichtingen wordt in belangrijke mate

bepaald door opgave van de uitkeringsinstanties, zoals UWV en WW Plus, aangevuld met schattingen door

het management van ROCvF.

Voorziening voor jubileumuitkeringen

De voorziening voor jubileumuitkeringen is bepaald via een berekeningsmodel, waarin rekening gehouden is met

de blijfkans van medewerkers, de verwachte toekomstige indexatie van salarissen/jubileumvergoedingen van

2,0% per jaar. Deze voorziening is gezien de lange looptijd gewaardeerd tegen contante waarde, gebaseerd op

een disconteringsvoet van 2,0%. De oprenting van de contante waarde van de voorziening wordt verwerkt als

onderdeel van de jaarlijkse dotatie aan de voorziening.

Page 162: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

162 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Voorziening voor duurzame inzetbaarheidsregelingen

In de cao’s voor de MBO-sector zijn afspraken gemaakt over regelingen in het kader van Duurzame

Inzetbaarheid. Indien medewerkers deelnemen aan deze regelingen bouwen zij rechten op om in de toekomst

minder te werken waarbij de kosten daarvan deels voor rekening van de medewerker en deels voor rekening van

de werkgever zijn. Voor het deel dat voor rekening van de werkgever komt wordt een voorziening opgenomen. De

verplichtingen uit hoofde van deze regelingen omvatten verplichtingen jegens personeelsleden die reeds hebben

geopteerd voor gebruikmaking van de regeling, de personeelsleden die onder de bestaande regeling kunnen

opteren voor gebruikmaking van de regeling maar dat nog niet hebben gedaan, en personeelsleden die nog niet

kunnen opteren, maar dat tijdens de looptijd van de bestaande regeling in de toekomst wel kunnen doen.

De elementen voor de berekening van de verplichting zijn de personeelsleden op wie de regeling van toepassing

is, de geschatte kans dat voor gebruikmaking van de regeling wordt geopteerd, de leeftijden, de salarissen en het

aandeel van de kosten dat voor rekening van de werkgever komt.

De voorziening is gewaardeerd tegen nominale waarde.

Langlopende schulden

Schulden met een resterende looptijd van meer dan één jaar worden aangeduid als langlopend. De

aflossingsverplichtingen voor het komende jaar wordt onder de kortlopende schulden opgenomen. Na de eerste

waardering tegen reële waarde worden schulden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de

effectieve rentemethode.

Kortlopende schulden

Schulden met een op balansdatum resterende looptijd van ten hoogste één jaar worden aangeduid als

kortlopend. Schulden worden niet gesaldeerd met activa. Na de eerste waardering tegen reële waarde worden

schulden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode.

Overlopende passiva betreffen vooruit ontvangen bedragen (waaronder (meerjarige) OCW-subsidies met

bestedingsverplichtingen) en nog te betalen bedragen ter zake van lasten die aan een verstreken periode zijn

toegekend.

Van (meerjarige) OCW-subsidies met bestedingsverplichtingen wordt het nog-niet-bestede gedeelte op deze post

aangehouden op de balans. Vrijval ten gunste van de staat van baten en lasten geschiedt naar rato van de

besteding.

(Meerjarige) OCW-subsidies zonder bestedingsverplichting worden direct ten gunste van het resultaat gebracht in

het jaar waarop de subsidie betrekking heeft, met uitzondering van subsidies voor een schooljaar die naar rato

van het schooljaar worden besteed, dan wel waarvoor een concreet bestedingsplan bestaat.

Opbrengstverantwoording

Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies

Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies uit hoofde van de basisbekostiging worden in het jaar

waarop de toekenning betrekking heeft, volledig verwerkt als baten in de staat van baten en lasten. Indien deze

bestedingen betrekking hebben op een specifiek doel en er sprake is van bestedingsverplichtingen, dan worden

deze naar rato van de verrichte werkzaamheden als baten verantwoord. Indien toegekende gelden betrekking

hebben op een specifiek doel, maar geen sprake is van bestedingsverplichtingen, worden de ontvangen gelden

als bate verantwoord in het jaar waarop de gelden betrekking hebben, tenzij toerekening naar schooljaar plaats

vindt (i.p.v. kalenderjaar) of tenzij sprake is van een concreet bestedingsplan voor de periode na balansdatum.

Deelnemersbijdragen

De deelnemersbijdragen, bestaande uit cursus-, les- en examengelden, worden toegerekend aan het jaar waarop

zij betrekking hebben, waarbij ervan uitgegaan is dat reguliere onderwijs- en onderzoekstaken gelijkmatig over

het schooljaar zijn gespreid.

Baten werk in opdracht van derden

Opbrengsten uit hoofde van werk in opdracht van derden (contractonderwijs en overige) worden in de staat van

baten en lasten als baten opgenomen voor een bedrag gelijk aan de kosten indien zeker is dat deze kosten

declarabel zijn. Een eventueel positief resultaat wordt genomen naar rato van het stadium van voltooiing van de

transactie op verslagdatum (de zogeheten percentage-of-completion methode). Het stadium van voltooiing wordt

bepaald aan de hand van beoordelingen van de verrichte werkzaamheden, door een vergelijking te maken tussen

de gemaakte kosten en de geschatte totale kosten. Voor een eventueel verwacht negatief resultaat wordt een

voorziening getroffen.

Page 163: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

163 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Overige baten

Overige baten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben.

Aandeel in het resultaat van organisaties waarin wordt deelgenomen

Het aandeel in het resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen omvat het aandeel van de stichting

in de resultaten van deze deelnemingen. Resultaten op transacties, waarbij overdracht van activa en passiva

tussen de stichting en de niet-geconsolideerde deelnemingen en tussen niet-geconsolideerde deelnemingen

onderling heeft plaatsgevonden, zijn niet verwerkt voor zover deze als niet gerealiseerd kunnen worden

beschouwd.

De resultaten van deelnemingen die gedurende het boekjaar zijn verworven of afgestoten worden vanaf het

verwervingsmoment respectievelijk tot het moment van afstoting verwerkt in het resultaat van de stichting.

Personeelsbeloningen / pensioenen

De beloningen van het personeel worden als last in de staat van baten en lasten verantwoord in de periode

waarin de arbeidsprestatie wordt verricht en, voor zover nog niet uitbetaald, als verplichting op de balans

opgenomen. Als de reeds betaalde bedragen de verschuldigde beloningen overtreffen, wordt het meerdere

opgenomen als een overlopend actief voor zover er sprake zal zijn van terugbetaling door het personeel of van

verrekening met toekomstige betalingen door de organisatie.

Voor de beloningen met opbouw van rechten worden de verwachte lasten gedurende het dienstverband in

aanmerking genomen. Ontvangen bijdragen voortvloeiend uit levensloopregelingen worden in aanmerking

genomen in de periode waarover deze bijdragen zijn verschuldigd. Toevoegingen aan en vrijval van

verplichtingen worden ten laste respectievelijk ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht.

Indien een beloning wordt betaald, waarbij geen rechten worden opgebouwd (bijvoorbeeld doorbetaling in geval

van ziekte of arbeidsongeschiktheid) worden de verwachte lasten verantwoord in de periode waarover deze

beloning is verschuldigd. Voor op balansdatum bestaande verplichtingen tot het in de toekomst doorbetalen van

beloningen aan personeelsleden die op balansdatum naar verwachting blijvend geheel of gedeeltelijk niet in staat

zijn om werkzaamheden te verrichten door ziekte of arbeidsongeschiktheid wordt een voorziening opgenomen.

De verantwoorde verplichting betreft de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de

desbetreffende verplichting op balansdatum af te wikkelen. De beste schatting is gebaseerd op contractuele

afspraken met personeelsleden (CAO en individuele arbeidsovereenkomst). Toevoegingen aan en vrijval van

verplichtingen worden ten laste respectievelijk ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht.

Pensioenen

Voor de medewerkers van de organisatie is een pensioenregeling getroffen die kwalificeert als een toegezegde

pensioenregeling. Deze pensioenregeling is ondergebracht bij een (ABP) bedrijfstakpensioenfonds. Uitgangspunt

is dat de in de verslagperiode te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over die periode aan het pensioenfonds

verschuldigde pensioenpremies. Voor zover de verschuldigde premies op balansdatum nog niet zijn voldaan,

wordt hiervoor een verplichting opgenomen. Als de op balansdatum reeds betaalde premies de verschuldigde

premies overtreffen, wordt een overlopende actiefpost opgenomen voor zover sprake zal zijn van terugbetaling

door het fonds of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies.

Verder wordt op balansdatum een voorziening opgenomen voor bestaande additionele verplichtingen ten

opzichte van het fonds en de werknemers, indien het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die

verplichtingen een uitstroom van middelen zal plaatsvinden en de omvang van de verplichtingen betrouwbaar kan

worden geschat. Het al dan niet bestaan van additionele verplichtingen wordt beoordeeld aan de hand van de

uitvoeringsovereenkomst met het fonds, de pensioenovereenkomst met de werknemers en andere (expliciete of

impliciete) toezeggingen aan de werknemers. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de beste schatting van de

contante waarde van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen op balansdatum af te wikkelen.

De risico’s van loonontwikkeling, prijsindexatie en beleggingsrendement op het fondsvermogen zullen mogelijk

leiden tot toekomstige aanpassingen in de jaarlijkse bijdragen aan het pensioenfonds. Deze risico’s komen niet

tot uitdrukking in een in de balans opgenomen voorziening. Informatie over eventuele tekorten en de gevolgen

hiervan voor ROCvF voor de pensioenpremies in de toekomstige jaren is niet beschikbaar.

De dekkingsgraad van het ABP Pensioenfonds bedraagt per 31 december 2016 96,6%. Door diverse

ontwikkelingen zoals de aanpassing van de rekenrente, de lage rentestand en de negatieve rendementen in het

tweede en derde kwartaal, staat de financiële positie van ABP onder druk. Volgens de Pensioenwet moet een

pensioenfonds buffers aanhouden om de pensioenen in de toekomst te betalen.

Page 164: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

164 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Ontslagvergoedingen

In verband met de bestaande uitkeringsregelingen voor medewerkers in de onderwijssector heeft ROCvF beleid

om betaling van ontslagvergoedingen zoveel mogelijk te beperken. Een uitkering als gevolg van ontslag wordt als

verplichting en als last verwerkt als organisatie zich aantoonbaar onvoorwaardelijk heeft verbonden tot betaling

van een ontslagvergoeding. Als het ontslag onderdeel is van een reorganisatie, worden de kosten van de

ontslagvergoeding opgenomen in een reorganisatievoorziening. Zie hiervoor de grondslag onder het hoofd

Voorzieningen. Ontslagvergoedingen worden gewaardeerd met inachtneming van de aard van de vergoeding. Als

de ontslagvergoeding een verbetering is van de beloningen na afloop van het dienstverband, vindt waardering

plaats volgens dezelfde grondslagen die worden toegepast voor pensioenregelingen. Andere

ontslagvergoedingen worden gewaardeerd op basis van de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn

om de verplichting af te wikkelen.

Leasing

De stichting kan financiële en operationele leasecontracten afsluiten. Een leaseovereenkomst waarbij de voor- en

nadelen verbonden aan het eigendom van het leaseobject geheel of nagenoeg geheel door de lessee worden

gedragen, wordt aangemerkt als een financiële lease. Alle andere leaseovereenkomsten classificeren als

operationele leases.

Bij de leaseclassificatie is de economische realiteit van de transactie bepalend en niet zozeer de juridische vorm.

Operationele leases

Als de stichting optreedt als lessee in een operationele lease, wordt het leaseobject niet geactiveerd.

Leasebetalingen inzake de operationele lease worden lineair over de leaseperiode ten laste van de staat van

baten en lasten gebracht.

Rentebaten en soortgelijke opbrengsten en rentelasten en soortgelijke kosten

Rentebaten worden verantwoord in de periode waartoe zij behoren, rekening houdend met de effectieve

rentevoet van de desbetreffende actiefpost. Rentelasten en soortgelijke lasten worden verantwoord in de periode

waartoe zij behoren.

Kasstroomoverzicht

Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. De geldmiddelen bestaan uit de liquide

middelen zoals opgenomen in de balans. Eventuele ‘non-cash’-transacties zijn geëlimineerd uit het

kasstroomoverzicht.

Bepaling reële waarde

De reële waarde van een financieel instrument is het bedrag waarvoor een actief kan worden verhandeld of een

passief kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde partijen, die tot een transactie bereid en van

elkaar onafhankelijk zijn.

De reële waarde van niet-beursgenoteerde financiële instrumenten wordt bepaald door de verwachte kasstromen

contant te maken tegen een disconteringsvoet die gelijk is aan de geldende risicovrije marktrente voor de

resterende looptijd vermeerderd met krediet- en liquiditeitsopslagen.

Page 165: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

165 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

6 Toelichting op de balans

1 Materiële vaste activa

Het verloop van de materiële vaste activa in 2016 is als volgt:

De WOZ-waarde van de gebouwen en terreinen in eigendom is ongeveer € 18,5 miljoen (peildatum 1 januari

2015). De verzekerde waarde van de gebouwen is ongeveer € 44,0 miljoen.

Het beoordelen of sprake is van indicaties voor bijzondere waardeverminderingen geeft geen aanleiding om de

boekwaarde van de gebouwen en terreinen per 31 december 2016 neerwaarts bij te stellen.

Zoals tevens vermeld onder de ‘Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen’ is de organisatie

investeringsverplichtingen aangegaan ter grootte van € 14,2 miljoen (2015: nihil) inzake nieuwbouw van

schoolgebouw Almere Poort en verbouwproject Almere Buiten.

2 Financiële vaste activa

De stichting heeft een 100%-deelneming in ROC Flevoland Holding B.V. te Almere. Deze is gewaardeerd tegen

het aandeel van de vennootschap in de nettovermogenswaarde van de deelneming per balansdatum. De

nettovermogenswaarde is berekend op basis van dezelfde grondslagen als welke gelden voor deze jaarrekening.

De dochterondernemingen Traint B.V. en Cars B.V., waarin ROC Flevoland Holding B.V. 100% kapitaalbelang

Materiële vaste activa (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Bedrijfsgebouwen en terreinen 14.862 15.781

Niet aan de bedrijfsvoering dienstbare activa 915 915

Andere vaste bedrijfsmiddelen 483 643

Activa in uitvoering en vooruitbetalingen 2.697 -

Stand per 31 december 18.957 17.339

Bedrijfs-

gebouwen

en terreinen

Niet aan de

bedrijfsvoering

dienstbare

activa

Andere vaste

bedrijfsmiddel-

en

Activa in

uitvoering en

vooruit-

betalingen Totaal

Aanschafwaarde 38.903 915 8.229 - 48.047

Cumulatieve afschrijvingen -23.122 - -7.586 - -30.708

Boekwaarde per 1 januari 2016 15.781 915 643 - 17.339

Investeringen 5 - 70 2.743 2.818

Ingebruikname 46 - - -46 -

Afschrijvingen -970 - -230 - -1.200

Mutaties 2016 -919 - -160 2.697 1.618

Aanschafwaarde 38.954 915 8.299 2.697 50.865

Cumulatieve afschrijvingen -24.092 - -7.816 - -31.908

Boekwaarde per 31 december 2016 14.862 915 483 2.697 18.957

Overige vorderingen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Waarborgsommen 8 8

Stand per 31 december 8 8

Page 166: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

166 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

had, zijn per 1 december 2016 geliquideerd.

De nettovermogenswaarde van ROC Flevoland Holding B.V. is negatief en de post deelnemingen wordt daarom

gewaardeerd op nihil. Mede gezien het feit dat het negatieve eigen vermogen geheel bestaat uit verplichtingen

aan Stichting ROC van Flevoland, is voor deze negatieve waarde een voorziening getroffen die is opgenomen in

aftrek op de vorderingen van Stichting ROC van Flevoland op de deelneming.

Het verloop van de deelneming ROC Flevoland Holding B.V. is als volgt:

Het overzicht van de verbonden partijen is hieronder opgenomen.

3 Vorderingen

De vordering op gemeenten betreft de afrekening van de educatietrajecten.

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid op debiteuren is als volgt:

In de debiteuren zijn geen bedragen begrepen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar.

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid op deelnemers is als volgt:

Verloop deelneming ROC Flevoland Holding (bedragen x € 1.000) Totaal

Stand 1 januari 2016 -322

Presentatie als voorziening op vordering deelnemingen 322

-

Mutaties 2016

Resultaat deelneming -

Stand per 31 december -322

Presentatie als voorziening op vordering deelnemingen 322

-

Naam

Juridische

vorm

Statutaire

zetel

Code

activiteiten

Eigen

vermogen

31-12-2016

Resultaat

jaar 2016

Art 2:403

Ja/Nee

Deelname

%

Consolidatie

Ja/Nee

(bedragen x EUR 1.000)

ROC Flevoland Holding B.V. Almere 1 -322 - Nee 100 Nee

Stichting ROC van Amsterdam Stichting Amsterdam 1 101.412 10.826 Nee N.v.t. Nee

Koepelstichting ROC van Amsterdam-ROC Flevoland Stichting Amsterdam 4 123.848 14.885 Nee N.v.t. Nee

Stichting Voortgezet Onderwijs van Amsterdam Stichting Amsterdam 1 5.965 476 Nee N.v.t. Nee

Debiteuren (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Gemeenten 276 45

Overige debiteuren 662 617

Af: voorziening voor oninbaarheid -368 -265

Stand per 31 december 570 397

(bedragen x € 1.000) 2016 2015

Stand per 1 januari 265 276

Dotatie ten laste van de exploitatie 155 73

Onttrekkingen -52 -84

Stand per 31 december 368 265

Studenten / leerlingen / deelnemers (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Nominale vordering 334 322

Af: voorziening voor oninbaarheid deelnemers -200 -219

Stand per 31 december 134 103

(bedragen x € 1.000) 2016 2015

Stand per 1 januari 219 244

Dotatie ten laste van de exploitatie - 13

Onttrekkingen -19 -38

Stand per 31 december 200 219

Page 167: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

167 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De vordering bestaat uit een vordering op ROC Flevoland Holding B.V.

In de overige vorderingen en overlopende activa zijn geen bedragen begrepen met een resterende looptijd langer

dan 1 jaar. De daling ten opzichte van vorig jaar wordt onder andere veroorzaakt door:

- Afwikkeling openstaande voorschotten ten aanzien van Regiomiddelen;

- In 2015 zijn ontvangen projectgelden en bestedingen hiervan afzonderlijk gepresenteerd in de jaarrekening.

In 2016 is gekozen om deze te salderen.

4 Liquide Middelen

De liquide middelen staan ter vrije beschikking.

5 Eigen vermogen

Het verloop van het eigen vermogen over 2016 en 2015 is als volgt:

De herwaarderingsreserve is gevormd door herwaardering van de buiten gebruik gestelde onroerend goed

objecten (terreinen en gebouwen) die in het kader van het meerjaren huisvestingsplan binnen afzienbare tijd

zullen worden afgestoten. De vermelde herwaardering heeft betrekking op een terrein aan de Vijzelweg te

Lelystad dat in 2014 is verkregen als onderdeel van de verkooptransactie van het pand Vaartweg te Lelystad. Het

Rekening-courant deelnemingen en gelieerde maatschappijen (bedragen x € 1.000) Totaal

Stand rekening-courant 379

Voorziening i.v.m. negatieve nettovermogenswaarde deelneming -322

Stand per 31 december 57

Overige vorderingen en overlopende activa (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Vooruitbetaalde kosten 60 31

Nog te ontvangen projectgelden 78 384

Voorschotten partners - 272

Overige voorschotten 6 86

Overige 88 401

Stand per 31 december 232 1.174

Liquide middelen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Tegoeden op bankrekeningen 17.130 14.533

Kasmiddelen 3 4

Stand per 31 december 17.133 14.537

Eigen vermogen (bedragen x € 1.000)

Algemene

reserve

Herwaarderings-

reserve

Bestemmings-

reserve publiekTotaal

Stand per 1 januari 2016 8.662 270 4.278 13.210

Mutaties in het boekjaar

Voorstel bestemming resultaat 2016 1.601 - 1.986 3.587

Stand per 31 december 2016 10.263 270 6.264 16.797

Eigen vermogen (bedragen x € 1.000)

Algemene

reserve

Herwaarderings-

reserve

Bestemmings-

reserve publiekTotaal

Stand per 1 januari 2015 8.646 270 - 8.916

Mutaties in het boekjaar

Voorstel bestemming resultaat 2015 16 - 4.278 4.294

Stand per 31 december 2015 8.662 270 4.278 13.210

Page 168: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

168 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

terrein is niet in gebruik voor de bedrijfsvoering van ROCvF, en het bestuur beraadt zich op de bestemming van

het terrein.

Zoals beschreven in het financieel jaarverslag is 2016 een bijzonder positief jaar geweest waarin mbo-colleges en

overige organisatieonderdelen (veel) beter dan begroting hebben gepresteerd. Dit heeft als oorzaak een sterke

toename van OCW-middelen. Gezien het late moment van beschikking, en de benodigde tijd binnen de

organisatie om concrete en gedetailleerde bestedingsplannen op te stellen, zal een belangrijk deel van de

besteding van deze middelen pas na 2016 plaatsvinden. Hiervoor zijn in het eigen vermogen

bestemmingsreserves (€ 6,3 miljoen) gevormd. Op deze wijze kunnen de mbo-colleges en overige

organisatieonderdelen zelf beschikken over het overschot 2016 en deze zelf meerjarig inzetten ten behoeve van

het onderwijs. De verwachting is dan ook dat de bestemmingsreserves een meerjarig karakter zullen hebben.

De bestemmingen die de mbo-colleges en overige organisatieonderdelen aan deze bestemmingsreserves

hebben gegeven voor het jaar 2017 zijn onder meer:

- Strategisch personeelsbeleid (dakpanconstructie, vervroegd uittreden, begeleiding naar andere

werkkring, professionalisering);

- Extra inzet in de onderwijsteams;

- Investeringen in de kwaliteit van het onderwijs;

- Bestendigen van de stabiliteit in de organisatie middels procesoptimalisaties;

- Professionalisering communicatie.

Er zijn geen bestemmingsfondsen gedurende het boekjaar ontstaan. Het privaat vermogen van de stichting is

nihil.

Voorstel resultaatbestemming

Het bestuur stelt voor om het positieve resultaat van het verslagjaar ad. € 3.587.000 toe te voegen aan de

algemene en bestemmingsreserves voor de bedragen zoals opgenomen in het verloopoverzicht op de vorige

pagina. Het voorstel is reeds verwerkt in de balans.

6 Voorzieningen

De voorzieningen bestaan uit de voorziening wachtgelden, de voorziening duurzame inzetbaarheid en de

voorziening voor jubileumuitkeringen. Het verloop van de voorzieningen kan als volgt worden weergegeven:

Voorziening wachtgelden

Binnen het ROC wordt een voorziening aangehouden voor reorganisatie- en uitkeringsverplichtingen.

De voorziening betreft geschatte toekomstige uitgaven voor WW-uitkeringen en bovenwettelijke uitkeringen (voor

zover deze voor rekening van ROCvF komen) van voormalige medewerkers, en verder voor ontslaguitkeringen

en afkoopsommen van huidige medewerkers die ontslagen zijn, alsmede bijkomende kosten voor omscholing en

juridische bijstand. De berekening van de voorziening wachtgelden is gebaseerd op de bestaande sociale

plannen waarvoor instemming van de OR is verkregen. De belangrijkste uitgangspunten bij de berekening zijn:

1. De kosten voor WW (wettelijk) zijn per persoon geschat op basis van de informatie die het UWV

verstrekt. Deze informatie is op individueel niveau en voorziet in de geplande einddatum van de

uitkering. De onttrekking uit deze voorziening is op basis van de werkelijke kosten. De dotatie wordt

gebaseerd op een inschatting van de te verwachten kosten. Rekening is gehouden met mogelijke

wachtgeldaanspraken van medewerkers waarmee een vaststellingsovereenkomst is afgesloten en van

medewerkers met een tijdelijk dienstverband waarvan per 31 december bekend is dat het contract niet

verlengd zal worden. Er wordt geen rekening gehouden met de kans dat iemand ander werk vindt;

2. De kosten voor WW (bovenwettelijk) bestaat uit een tweetal componenten, te weten: Het eigen risico

van het ROC waarin de kosten per persoon zijn geschat en een collectief deel voor ontslagen vóór 01-

08-1998 en tot 01-07-2006. De onttrekking uit deze voorziening is op basis van de werkelijke kosten. De

(bedragen x € 1.000)

Duurzame

inzetbaarheid

Jubileum-

uitkeringen Wachtgelden Totaal

Stand per 1 januari 2016 - 336 5.112 5.448

Dotatie t.l.v. de staat van baten en lasten 313 33 1.214 1.560

Onttrekkingen - -27 -1.164 -1.191

Stand per 31 december 2016 313 342 5.162 5.817

Kortlopend deel < 1 jaar 35 22 1.003 1.060

Langlopend deel > 1 jaar 278 320 4.159 4.757

Page 169: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

169 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

dotatie wordt gebaseerd op de door WW-Plus verstrekte opgave van de door haar geregistreerde

toekomstige nominale uitkeringsverplichtingen per 31 december 2016. Deze opgave dekt een looptijd

van 2017 t/m 2037. De hieruit voortvloeiende kosten worden volledig in de voorziening meegenomen;

3. De kosten voor ontslaguitkeringen, afkoopsommen, omscholing en geschillen worden, voor zover

mogelijk, geschat per persoon. De onttrekking uit deze voorziening is op basis van de werkelijke kosten.

De dotatie wordt gebaseerd op een inschatting van de te verwachten kosten. Voor wat betreft de

loonkosten is dit op basis van de huidige loonkosten, rekening houdend met individuele

vertrekregelingen en/of pensioneringen. Overige kosten worden voor zover mogelijk geschat op basis

van ervaringscijfers.

7 Langlopende schulden

Het verloop van de kredietinstellingen is als volgt:

Van de bovengenoemde schulden heeft een bedrag van € 4.163 een resterende looptijd langer dan 5 jaar (2015:

€ 4.672). De verstrekte zekerheden zijn toegelicht onder de “Niet in de balans opgenomen rechten en

verplichtingen”.

De stand per 31 december 2016 is als volgt:

De aflossingsverplichtingen voor het komende boekjaar zijn opgenomen onder de kortlopende schulden.

De rentevaste periode van de BNG lening 4.087.911 eindigt in 2018 en de rentevaste periode van de NWB

lening eindigt in 2030;

De leningen van BNG en NWB Bank lopen nog door tot 2028 respectievelijk 2030.

8 Kortlopende schulden

De loonheffing en premies sociale verzekeringen zijn in januari 2017 betaald.

(bedragen x € 1.000) Kredietinstellingen

Stand per 1 januari 2016 6.503

Contractuele aflossingsverplichtingen 2017 gepresenteerd onder kortlopende schulden -429

Stand per 31 december 2016 6.074

(bedragen x € 1.000)

Looptijd in

jaren

Resterende

looptijd Hoofdsom Rente % Rentevast tot Saldo

Bank Nederlandse Gemeenten

4.087.911 30 11 8.168 4,58 1-apr-18 4.676

NWB Bank

10020222 31 13 3.176 3,57 1-mrt-30 1.827

Contractuele aflossingsverplichtingen 2017 gepresenteerd onder kortlopende schulden -429

Stand per 31 december 2016 6.074

Belastingen en premies sociale verzekeringen (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Omzetbelasting - 1

Loonheffing en premies sociale verzekeringen 1.311 1.329

Stand per 31 december 1.311 1.330

Page 170: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

170 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

De aansluiting met model G (geoormerkt - doorlopend) wordt als volgt verklaard:

Toelichting op model G

- In 2016 heeft het ROCvF, als penvoerder, een bedrag van EUR 855.000 toegewezen gekregen uit de RIF

mbo voor het project TechPack. Voor dit project geldt dat de bijdrage vanuit de RIF, 1/3 deel bedraagt van de

totale begroting. De overige 2/3 wordt deels door andere subsidiënten bijgedragen en deels als co-

financiering door het bedrijfsleven ingebracht. In 2016 zijn geen kosten opgevoerd ten laste van de RIF mbo

voor dit project. - De aansluiting van model G op de staat van baten en lasten is niet zichtbaar omdat model G niet alle

subsidies bevat.

Overige schulden en overlopende passiva (bedragen x € 1.000) 2016 2015

Nog te betalen bedragen 1.906 1.792

Reservering vakantiegeld en -dagen 1.020 933

Vooruitgefactureerde omzet 71 36

(Meerjarige) Doelsubsidies Ministerie van OCW 2.534 1.874

Vooruit ontvangen bedragen 430 1.219

Te betalen salarissen 1 10

Overige overlopende passiva 113 24

Stand per 31 december 6.075 5.888

G1 Verantwoording van subsidies zonder verrekeningsclausule

Omschrijving Kenmerk datum

Bedrag van de

toewijziging

Ontvangen t/m

verslagjaar

Geheel

uitgevoerd en

afgerond

Nog niet

geheel

afgerond

EURO EURO

Lerarenbeurs 2013/2014 530450-1 27-11-2013 53.981 53.981 X

Lerarenbeurs 2014/2015 602073-1 6-11-2014 63.848 63.848 X

Lerarenbeurs 2015/2016 709219-1 21-9-2015 71.114 71.114 X

Lerarenbeurs 2016/2017 773931-1 22-8-2016 86.911 86.911 X

Prestatiebox vroegtijdig schoolverlaters 2015 650398-1 16-10-2014 35.000 35.000 X

Prestatiebox vroegtijdig schoolverlaters 2016 710036-1 21-10-2015 35.000 35.000 X

Prestatiebox vroegtijdig schoolverlaters variabel 2016 785226-1 22-11-2016 200.000 200.000 X

Salarismix 2016 734372-1 6-1-2016 1.025.497 1.025.497 X

Studiewaarde 2016 781945-2 23-11-2016 1.461.099 1.461.099 X

Voorziening leermiddelen minimagezinnen 2016 786351-1 20-12-2016 55.322 55.322 X

Zij-instroom 2014 638881-1 26-11-2014 40.000 40.000 X

Zij-instroom 2015 719942-1 20-11-2015 60.000 60.000 X

Zij-instroom 2016 770852-1 26-4-2016 80.000 80.000 X

Totalen 3.472.221 3.472.221

G2 Verantwoording van subsidies met verrekeningsclausule

G 2-A Aflopend per ultimo verslagjaar

Omschrijving Kenmerk datum

Bedrag van de

toewijziging

Ontvangen t/m

verslagjaar Totale kosten

Te

verrekenen

ultimo

verslagjaar

EURO EURO EURO EURO

SMW 2015 666485-1 6-1-2015 177.684 177.684 177.684 0

Regionaal programma/regiomiddelen 2012/2015 OND/ODB-12/49326U 9-10-2012 5.203.406 5.203.406 5.203.406 0

Regionaal programma/regiomiddelen 2015/2016 OND/ODB-15/17013U 23-11-2015 1.700.000 1.700.000 1.700.000 0

Lerarenregister 2013/2014 OND/ODB-13/56336U 27-11-2013 12.000 12.000 5.144 6.856

Lerarenbeurs 2011/2012 388268 20-10-2011 55.742 55.742 50.513 5.229

Lerarenbeurs 2012/2013 471697-2 23-7-2012 72.968 72.968 60.041 12.927

Totalen 7.221.800 7.221.800 7.196.788 25.012

G 2-B Doorlopend tot in een volgend verslagjaar

Omschrijving Kenmerk datum

Bedrag van

toewijzing Saldo 1-1-2016

Ontvangen

t/m

verslagjaar

Lasten in

verslagjaar

Totale

kosten

31-12-2016

Saldo nog te

besteden ultimo

verslagjaar

EURO EURO EURO EURO EURO EURO

Regionale aanpak VSV 2016/2020 OND/ODB-2016/17725 14-11-2016 3.886.800 0 971.700 110.178 110.178 861.522

MBO RIF 16037 TechPack 560022744 20-10-2016 855.000 0 213.750 0 0 213.750

SMW 2016 733732-1 6-1-2016 184.589 0 184.589 168.350 168.350 16.239

Zij-instroom 2013 501623-1 27-11-2013 137.000 45.589 137.000 0 91.411 45.589

Totalen 5.063.389 45.589 1.507.039 278.528 369.939 1.137.100

Page 171: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

171 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Financiële instrumenten en risicobeheer

Algemeen

De instelling maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die de

instelling blootstellen aan markt-, valuta-, rente-, kasstroom-, en kredietrisico’s. Het betreft financiële instrumenten

die in de balans zijn opgenomen. Om deze risico’s te beheersen heeft de stichting een beleid inclusief een stelsel

van limieten en procedures opgesteld om de risico’s van onvoorspelbare ongunstige ontwikkelingen op de

financiële markten en daarmee de financiële prestaties van de stichting te beperken. De stichting maakt geen

gebruik van afgeleide financiële instrumenten.

Renterisico- en kasstroomrisico

De organisatie loopt renterisico over de rentedragende vorderingen en schulden en herfinanciering van

bestaande financieringen. Voor vorderingen en schulden met variabel rentende renteafspraken loopt de

onderneming risico ten aanzien van toekomstige kasstromen en met betrekking tot vastrentende leningen reële

waarde risico. De instelling heeft diverse langlopende leningen afgesloten, met name ter financiering van de

huisvesting. De rente op deze leningen is voor een lange periode vastgelegd door middel van het afspreken van

rentevaste perioden met de betreffende kredietinstellingen. De duur van de rentevaste perioden is toegelicht bij

de langlopende schulden. Het risico op rentestijgingen boven de contractrente is daarmee afgedekt, het voordeel

van eventuele rentedalingen wordt niet genoten. Bij het aflopen van de rentevaste periode van leningen vóór de

einddatum van de lening wordt met de leninggever onderhandeld over de nieuwe rentecondities voor de

resterende termijn van de lening op basis van de op dat moment geldende marktcondities.

Valutarisico

De instelling heeft geen transacties in vreemde valuta.

Reële waarde

De reële waarde van de in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, liquide

middelen en schulden, benadert de boekwaarde ervan met uitzondering van de vastrentende langlopende

leningen aangezien de contractrente hiervan veelal hoger is dan de huidige marktrente.

Kredietrisico

Bij de vorderingen is geen sprake van belangrijke concentratie bij slechts enkele tegenpartijen. De belangrijkste

debiteuren betreffen overheidsinstellingen (ministerie, gemeenten) in verband met nog te ontvangen bedragen

voor subsidieregelingen. De vorderingen op studenten/leerlingen/deelnemers zijn verspreid over een grote

populatie van relatief geringe bedragen, het concentratierisico hiervan is gering. De vorderingen worden door het

bestuur inbaar geacht. Voor de acute risico’s van oninbaarheid worden voorzieningen aangehouden op

vorderingen. De organisatie heeft standaard aanmaningsprocedures voor achterstallige vorderingen. De

kredietrisico’s worden beperkt geacht. Het maximale kredietrisico per 31 december 2016 bedraagt ongeveer € 1,9

miljoen.

Liquiditeitsrisico

Liquiditeitsrisico’s worden bewaakt door meting van solvabiliteits-, liquiditeits- en rentabiliteitsratio’s in relatie tot

door het bestuur vastgestelde streefwaarden. De instelling beschikt over een meerjarenbegroting, en een

gedetailleerde kasstroomprognose. Met behulp hiervan wordt de financieringsbehoefte bewaakt. De huidige

liquiditeitspositie, evenals de beschikbare kredietfaciliteit, wordt voldoende geacht om te kunnen voldoen aan de

verplichtingen voor ten minste de komende 12 maanden.

Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen

Kredietinstellingen

De kredietfaciliteit in rekening-courant bij het Ministerie van Financiën bedraagt € 3,0 miljoen.

Ten behoeve van de financiering van het nieuwbouwproject Almere Poort en verbouwproject Almere Buiten heeft ROC van Flevoland een overeenkomst voor een Roll Over Lening afgesloten bij ING bank ad. € 16,0 miljoen. Van deze financiering is op 31-12-2016 nog geen gebruik gemaakt. De rente is gesteld op 1,35% per jaar verhoogd met het 3-maands Euribor tarief. ROC van Flevoland kan vanuit de Roll Over Lening bedragen opnemen en

Page 172: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

172 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

vervolgens de lening omzetten in een rentevaste lening met een looptijd van maximaal 10 jaar, waarna samen met de bank zal worden bepaald welk bedrag geherfinancierd zal kunnen worden. De looptijd van Roll Over Lening eindigt per 31 december 2017. Op 24 april 2017 is de kredietofferte van ING ondertekend inzake het aangaan van een langlopende financiering ten behoeve van de nieuwbouw van Almere Poort ad. € 16 miljoen. Kredietnemer is de stichting ROC van Flevoland. De lening bestaat uit twee delen met afwijkende rentepercentages. Het betreft: - een “groene financiering” van € 4,2 miljoen met een rentepercentage van 1,05%, en - een “grijze financiering” van € 11,8 miljoen met een rentepercentage van 1,55%. De rentevastperiode bedraagt 5 jaar. Tevens heeft het bestuur een contragarantie jegens ING Bank NV afgegeven voor de garantstelling van ING Bank NV jegens ING Groenbank NV. Ten behoeve van de ING worden op korte termijn zekerheden gesteld. Dit betreft hypothecaire zekerheid ten aanzien van de volgende vastgoedobjecten: - het perceel grond, plaatselijk bekend 1362 LA Almere, Pierre de Coubertinlaan 7, kadastraal bekend

gemeente Almere, Sectie W, nummer 3531; - het schoolgebouw met erf, ondergrond en overige aanhorigheden, plaatselijk bekend 8224 KP Lelystad,

Agorawagenplein 1 en Agoraweg 1 te Lelystad, kadastraal bekend gemeente Lelystad, Sectie M, nummer 6182;

- het perceel grond plaatselijk bekend Agoraweg, Lelystad, kadastraal bekend gemeente Lelystad, sectie M, nummer 9831.

Tevens wordt de volgende zekerheid gevestigd: - Positieve/negatieve hypotheekverklaring op schoolgebouw gelegen aan Straat van Florida 1 te Almere tot

een bedrag van € 5,0 miljoen.

Ministerie van OCW

Bij de oprichting van de Stichting ROCvF in 1997 ontstond een vordering op het Ministerie van OCW voor

loonheffing en pensioenpremies van ABP. De vordering zal worden ontvangen bij het opheffen van de Stichting

en bedraagt € 191.000.

Meerjarige financiële verplichtingen

Er zijn langlopende onvoorwaardelijke verplichtingen aangegaan inzake huur en operationele leasing. De kosten

die hieruit voortvloeien worden lineair over de contractperiode in de staat van baten en lasten verwerkt. De

verplichtingen en de resterende looptijd hiervan kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Huurverplichtingen (x € 1.000)

31-dec-16 31-dec-15

Niet langer dan 1 jaar € 227 € 889

Tussen 1 en 5 jaar € - € 227

Langer dan 5 jaar € - € -

Totaal € 227 € 1.116

Leaseverplichtingen

31-dec-16 31-dec-15

Niet langer dan 1 jaar € 12 € 5

Tussen 1 en 5 jaar € 25 € -

Langer dan 5 jaar € - € -

Totaal € 37 € 5

Investeringsverplichtingen

De organisatie is investeringsverplichtingen aangegaan ter grootte van € 14,2 miljoen inzake de nieuwbouw en

verbouw van schoolgebouwen.

Page 173: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

173 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

Garanties

De stichting heeft contra garanties afgegeven uit hoofde van financieringsovereenkomsten voor totaal € 11,3

miljoen. Het betreft de volgende garanties:

Afgegeven aan Kredietinstelling Bedrag

(bedragen x € 1.000)

Gemeente Almere Bank Nederlandse Gemeenten 8.168

Gemeente Almere Nederlandse Waterschap bank 3.176

11.344

De Stichting heeft zich garant gesteld jegens de Stichting Waarborgfonds BVE voor maximaal 2% van de

jaarlijkse rijksbijdrage indien laatstgenoemde niet aan zijn borgstellingsverplichtingen kan voldoen.

Claims

Tegen de organisatie en/of groepsmaatschappijen zijn geen claims ingediend van materiële impact. Er zijn dan

ook geen geschillen welke een nadelige invloed van materiële betekenis kunnen hebben op de financiële positie.

Fiscale eenheid

ROC van Flevoland maakt onderdeel uit van de fiscale eenheid voor de omzetbelasting met als hoofd van de

fiscale eenheid de Koepelstichting ROC van Amsterdam - ROC Flevoland CS en is uit dien hoofde aansprakelijk

voor de omzetbelastingschulden van de gehele fiscale eenheid.

Page 174: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

174 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

7 Toelichting op de staat van baten en lasten

9 Rijksbijdragen

Betreffende de genormeerde rijksbijdrage van het Ministerie van OCW:

De rijksbijdragen liggen in lijn met de begroting. Ten opzichte van vorig jaar is er een kleine daling

waarneembaar, met name veroorzaakt door lagere rijksbijdrage MBO.

10 Overheidsbijdragen en subsidies overige overheden

De daling ten opzichte van vorig jaar is voornamelijk zichtbaar bij Educatie Flevoland. De gemeenten Almere,

Lelystad en Dronten hebben in 2015 aangegeven niet meer 100% van de WEB-middelen bij Educatie Flevoland

te gaan besteden. Hierdoor is sprake van een omzetdaling van circa € 0,6 miljoen.

Daarnaast is een stijging zichtbaar als gevolg van het project Onderwijs in Composiet, extra middelen voor

entreedeelnemers en baten voor moeilijk plaatsbare jongeren in niveau 2 en entree.

11 College-, cursus-, les- en examengelden

In vergelijking met voorgaand jaar worden de baten wettelijk cursusgeld nu verdeeld over het schooljaar in plaats

van over het kalenderjaar. Dit is met ingang van het schooljaar 2016/2017. Dit veroorzaakt een deel van de daling.

Daarnaast is minder gefactureerd voor de verkoop van boeken bij de mbo colleges.

12 Baten uit werk in opdracht van derden

Bij Educatie Flevoland zijn onder andere baten gerealiseerd in verband met deelname aan het MBO/ISK-project,

dit was in 2015 nog niet het geval.

Rijksbijdragen (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Rijksbijdrage MBO 37.068 36.610 38.308

Rijksbijdrage VAVO 658 640 635

Additionele middelen 5.205 5.331 4.264

Vergoeding wachtgelden 1.190 1.167 1.192

44.121 43.748 44.399

Additionele middelen

Geoormerkte OCW subsidies 1.022 673 1.354

Niet geoormerkte OCW subsidies 4.183 4.658 2.910

Stand per 31 december 5.205 5.331 4.264

Overheidsbijdragen en subsidies overige overheden (bedragen x € 1.000)2016 Begroting 2015

Gemeentelijke bijdragen educatie 675 679 1.258

Overige trajecten en bijdragen 1.552 600 1.336

2.227 1.279 2.594

College-, cursus-, les- en examengelden (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Cursusgelden sector BVE 269 275 601

Examengelden 9 - 10

278 275 611

Baten uit werk in opdracht van derden (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Diverse baten 394 303 -

394 303 -

Page 175: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

175 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

13 Overige baten

De daling ten opzichte van 2015 wordt voornamelijk veroorzaakt door een daling van de detacheringsbaten.

Voorgaand jaar werden vanuit MBOC Almere medewerkers gedetacheerd aan de VAVO binnen het ROCvA. Dit

was in 2016 niet het geval. Daarentegen zijn ten opzichte van de begroting meer detacheringsopbrengsten

gerealiseerd bij MBOC Almere en Lelystad.

14 Personeelslasten

In de begroting zijn onverdeelde middelen opgenomen. Hier tegenover worden uitgaven geraamd waarvan de

verwachting is dat 85% aan personeelslasten (zowel intern als extern) zal worden besteed. In de begroting waren

circa 378 fte opgenomen terwijl slechts 368 fte (gemiddeld) in 2016 in dienst zijn geweest. De oorzaak van de

toename in de kosten van het personeel niet in loondienst is de beschikbaarheid van tijdelijke extra middelen

waarvoor tijdelijk extra personeel is aangetrokken.

De begroting voor pensioenpremies is te hoog vastgesteld.

Personeelsbestand

Gedurende het boekjaar 2016 bedroeg het gemiddeld aantal werknemers bij de organisatie, omgerekend naar

volledige mensjaren 368 (2015: 372), allen werkzaam in Nederland.

De onderverdeling naar de verschillende personeelscategorieën is als volgt:

- Onderwijspersoneel 282

- Direct onderwijsondersteunend 38

- Indirect onderwijsondersteunend 38

- Directie en management 10

368

Bezoldiging bestuurders en Raad van Toezicht (WNT)

WNT

Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT)

ingegaan, deze is van toepassing op ROCvF. Conform artikel 3.e2 van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs

(geldend op 31 december 2016) kan aan de wettelijk verplichte toelichting voor bestuurdersbezoldiging worden

voldaan middels het verstrekken van de betreffende bezoldigingsinformatie op basis van het bezoldigingsbegrip

van de WNT.

Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur van de Koepelstichting ROC van Amsterdam – ROC van Flevoland vormt het bestuur van

de drie stichtingen ROC van Amsterdam, ROC van Flevoland en Voorgezet Onderwijs van Amsterdam,

Overige baten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Verkoop beroepspraktijkvorming en kantines 14 6 32

Detachering personeel 448 120 804

Verhuuropbrengsten 148 71 35

Overige Baten 221 -79 326

831 118 1.197

Personeelslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Lonen en salarissen 20.396 21.163 19.809

Sociale lasten 2.765 2.625 2.707

Pensioenpremies 2.489 3.141 2.603

Personeel niet in loondienst 2.404 1.785 1.225

Dotaties / vrijval personele voorzieningen 1.560 1.167 1.235

Overige personele lasten 1.099 794 1.160

Af: uitkeringen (AAW, USZO en ID-banen) -113 -182 -130

30.600 30.493 28.609

Page 176: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

176 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

aangezien de Koepelstichting de statutaire bestuurder is van ROCvA en ROCvF en aangezien ROCvA de

statutaire bestuurder is van VOvA. De bestuurders zijn:

E.C.M. de Jaeger is voorzitter van het College van Bestuur van ROCvA en voorzitter van de Raad van

Bestuur ROC van Amsterdam - ROC van Flevoland.

R.C.A. Wilcke is voorzitter College van Bestuur van ROCvF en vicevoorzitter van de Raad van Bestuur

ROC van Amsterdam - ROC van Flevoland.

G. Vreugdenhil is lid van de Raad van Bestuur ROC van Amsterdam - ROC van Flevoland.

De salariskosten van E.C.M de Jaeger en G. Vreugdenhil zijn opgenomen in de jaarrekening van ROCvA. De

salariskosten van R.C.A. Wilcke zijn opgenomen in de jaarrekening van ROCvF. De bezoldiging van de leden van

de Raad van Bestuur wordt bepaald door de Raad van Toezicht. De leden van de Raad van Bestuur en de Raad

van Toezicht worden aangemerkt als topfunctionarissen voor ROCvA. Er is geen sprake van interim-

topfunctionarissen.

Het bezoldigingsmaximum in 2016 voor de Koepelstichting bedraagt € 179.000, gebaseerd op klasse G van de

Regeling Bezoldiging Topfunctionarissen OCW-sectoren. Op alle drie criteria (totale baten, aantal

deelnemers/leerlingen, aantal onderwijssoorten/-sectoren) scoort de Koepelstichting het maximaal aantal

complexiteitspunten.

In het onderstaande wordt de WNT-bezoldiging van de topfunctionarissen toegelicht:.

Raad van Toezicht

De drie stichtingen hebben een gezamenlijke Raad van Toezicht. De in onderstaande tabel opgenomen

vergoedingen voor de Raad van Toezicht betreffen de totale vergoedingen voor de stichtingen ROC van

Amsterdam en ROC van Flevoland. De kosten worden voor 2/3 gedragen door de stichting ROC van Amsterdam

en voor 1/3 door de stichting ROC van Flevoland.

Het bezoldigingsmaximum in 2016 voor de Koepelstichting bedraagt € 26.850 voor de voorzitter van de Raad van

Toezicht en € 17.900 voor de leden van de Raad van Toezicht, gebaseerd op 15% respectievelijk 10% van het

bezoldigingsmaximum voor bestuurders.

Per 1 oktober 2016 is D.J. Elders toegetreden bij de Raad van Toezicht. Dhr. F.P. Bijdendijk is per 30 juni 2016

afgetreden conform het rooster van aftreden.

Functie

Voorzitters-

clausule van

toepassing Naam

Ingangsdatum

dienstverband

Einddatum

dienstverband

Omvang

dienstverband Beloning

Belastbare onkostenver-

goedingen

Beloning betaalbaar op

termijn

Uitkeringen

wegens

beëindiging van

het dienstverband Motivatie overschrijding van de norm

Vice voorziter Raad van Bestuur N R.C.A. Wilcke 1-9-1999 1 191.127€ 15.759€ Afspraak voor 6 december 2011, overgangsregeling

Functie Naam Beloning WNT 2016 Beloning WNT 2015

Voorzitter Raad van Bestuur E.C.M. de Jaeger € - € -

Lid Raad van Bestuur G. Vreugdenhil € - € -

Vice voorziter Raad van Bestuur R.C.A. Wilcke € 206.886 € 206.886

Functie Naam Beloning WNT 2016 Beloning WNT 2015

Voorzitter Raad van Toezicht G.H. Faber € 21.360 € 18.701

Lid Raad van Toezicht F.P. Bijdendijk € 7.120 € 12.493

Lid Raad van Toezicht J.C.H.G. Arts € 14.240 € 12.493

Lid Raad van Toezicht R.C.Th. Ootjers € 14.240 € 12.493

Lid Raad van Toezicht K.Baldewpersad Tewarie € 14.240 € 12.493

Lid Raad van Toezicht D.J. Elders € 3.560 € -

Lid Raad van Toezicht R.H.M. Litjens € 14.240 € 12.493

Functie

Voorzitters-

clausule van

toepassing Naam

Ingangsdatum

dienstverband

Einddatum

dienstverband Beloning

Ten laste van

ROCvF

Belastbare onkostenver-

goedingen

Beloning betaalbaar op

termijn

Uitkeringen

wegens

beëindiging van

het dienstverband Motivatie overschrijding van de norm

Voorzitter Raad van Toezicht J G.H. Faber 1-1-2010 21.360€ 7.120€

Lid Raad van Toezicht N F.P. Bijdendijk 1-7-2008 30-6-2016 7.120€ 2.373€

Lid Raad van Toezicht N J.C.H.G. Arts 1-1-2011 14.240€ 4.747€

Lid Raad van Toezicht N R.C.Th. Ootjers 1-1-2011 14.240€ 4.747€

Lid Raad van Toezicht N K.Baldewpersad Tewarie 1-12-2014 14.240€ 4.747€

Lid Raad van Toezicht N D.J. Elders 1-10-2016 3.560€ 1.187€

Lid Raad van Toezicht N R.H.M. Litjens 1-1-2015 14.240€ 4.747€

Page 177: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

177 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

15 Afschrijvingen op materiële vaste activa

De daling bij de bedrijfsgebouwen en terreinen ten opzichte van 2015 komt door de aanpassingen in het

schoolgebouw aan de Straat van Florida, waartoe in 2015 besloten is. Hierdoor zijn de afschrijvingslasten in 2015

relatief hoog. Door een lichte vertraging in de renovatie van één van de bedrijfsgebouwen vallen de

afschrijvingslasten ook lager uit dan begroot.

In verband met de verlaging van de economische levensduur van ICT-apparatuur werd in 2015 een extra last ad.

€ 0,3 miljoen opgenomen.

16 Huisvestingslasten

De stijging van de huur- en servicekosten komt door incidentele huurlasten die hoger liggen dan 2015 (onder

andere als gevolg van diverse projecten).

De schoonmaakkosten vallen lager uit dan begroot doordat de aanbesteding van de schoonmaak was uitgesteld.

In de begroting was reeds rekening gehouden met een nieuw en duurder contract.

Aan klein onderhoud is minder besteed in verband met de renovaties.

In 2016 zijn diverse verhuiskosten gemaakt welke niet waren begroot alsmede diverse gemaakte kosten verband

houdende met de renovatie van Almere Buiten.

17 Overige instellingslasten

Ten opzichte van de begroting is fors minder uitgegeven aan kosten voor drukwerk en portokosten, welke onder

de categorie administratie en beheer vallen.

Er zijn onderwijs advieskosten gemaakt ten behoeve van het project Satelliet MBO en het project Gamification.

Deze projecten waren er niet in 2015. De kosten voor het project Gamification waren niet begroot.

Door de geplande bouw van Almere Poort en de renovatie van Straat van Florida is bewust gestuurd op het

minder uitgeven aan relatief klein inventaris.

Afschrijvingen (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Bedrijfsgebouwen 970 1.376 3.314

Andere vaste bedrijfsmiddelen 230 373 594

1.200 1.749 3.908

Huisvestingslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Huur- en servicekosten 1.369 1.266 1.009

Energie en water 458 472 406

Schoonmaakkosten 595 720 569

Klein onderhoud en reparatie 285 470 433

Belastingen en heffingen 163 172 145

Beveiligingskosten - 75 1

Overige huisvestingslasten 149 65 4

3.019 3.240 2.567

Overige instellingslasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Administratie en beheer 272 513 234

Contributies en lidmaatschappen 194 223 198

Accountants- en advieskosten 454 329 271

PR, marketing en communicatie 199 211 154

Klein inventaris en apparatuur 363 461 243

1.739 2.161 1.538

Reis- en verblijfkosten 95 71 85

Dotatie overige voorzieningen 163 22 86

Doorbelasting ondersteunende centrale diensten 4.717 4.717 4.471

Overige instellingslasten 896 252 848

9.092 8.960 8.128

Leer- en hulpmiddelen, kosten bpv en kantines alsmede

materiële lasten projectgelden

Page 178: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

178 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

In de begroting zijn kosten opgenomen voor de ontwikkeling van nieuwe opleidingen alsmede de aanschaf van

nieuwe leermiddelen. Dit hangt onder andere samen met de kwaliteitsmiddelen (baten). Hiervan is een deel

doorgeschoven naar 2017 en de hiermee samenhangende lasten ook.

Met ingang van 1 januari 2015 is besloten een verdere stap te zetten in de doorontwikkeling van de

samenwerking tussen ROCvA en ROCvF: gemeenschappelijke centrale diensten. Met ingang van 1 januari 2015

zijn alle medewerkers die in dienst waren van de centrale diensten van ROCvF in dienst gekomen bij de centrale

diensten van ROCvA. De onderwijsinstellingen zijn in een Samenwerkingsovereenkomst overeengekomen dat

het ROCvF voor zijn mbo-colleges de gangbare vergoeding betaalt aan ROCvA voor de centrale diensten. Het

bedrag is voor het betreffende begrotingsjaar gemaximeerd en kan tijdens het begrotingsjaar niet worden

aangepast. ROCvA en ROCvF treden periodiek in overleg over een eventuele noodzaak tot aanpassing van het

budget. Voor de overeengekomen vergoeding (2016: € 4,7 miljoen) levert ROCvA alle in de

Samenwerkingsovereenkomst voorziene diensten. De door ROCvF betaalde vergoeding is opgenomen in de

overige instellingslasten. De vergoeding is ten opzichte van 2015 gestegen met name als gevolg van gestegen

loonkosten.

Accountantshonorarium

De volgende honoraria van KPMG Accountants N.V. zijn ten laste gebracht van de stichting, haar

dochtermaatschappijen en andere maatschappijen die zij consolideert, één en ander zoals bedoeld in artikel

2:382a lid 1 en 2 BW:

De hierboven opgenomen bedragen bestaan uit de in het verslagjaar aan de instelling toe te rekenen

accountantskosten. Met ingang van 2015 vormt het accountantshonorarium onderdeel van de Gemeenschap van

Diensten. Hiermee worden ook de kosten van de controle van de jaarrekening van ROC van Flevoland

opgenomen in de administratie van ROC van Amsterdam. ROC van Flevoland betaalt een vergoeding voor alle

opgenomen diensten in de Gemeenschap van Diensten. Deze kosten zijn verantwoord onder de overige

instellingslasten.

2016

(bedragen x € 1.000)

Onderzoek van de jaarrekening en bekostiging <2016 -15 - -15

Onderzoek van de jaarrekening en bekostiging 2016 85 - 85

Andere controleopdrachten 26 - 26

96 - 96

2015

(bedragen x € 1.000)

Onderzoek van de jaarrekening en bekostiging <2015 2 - 2

Onderzoek van de jaarrekening en bekostiging 2015 62 - 62

Andere controleopdrachten 57 - 57

121 - 121

Totaal

KPMG

KPMG

Accountants

KPMG

overig

Totaal

KPMG

KPMG

Accountants

KPMG

overig

Page 179: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

179 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

18 Financiële baten en lasten

19 Transacties met verbonden partijen

Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de instelling en een

natuurlijk persoon of entiteit die verbonden is met de organisatie. Dit betreffen onder meer de relaties tussen de

organisatie en haar deelnemingen, groepsmaatschappijen, de bestuurders en toezichthouders en de

functionarissen op sleutelposities. Onder transacties wordt verstaan een overdracht van middelen, diensten of

verplichtingen, ongeacht of er een bedrag in rekening is gebracht.

Er hebben zich geen transacties op niet-zakelijke grondslag met verbonden partijen voorgedaan.

Voor de bezoldiging van bestuurders en toezichthouders wordt verwezen naar noot 14 in deze toelichting.

Tussen Stichting ROC van Flevoland en haar deelneming bestaat een rekening-courantverhouding. Hierop wordt

een rente van 0% berekend.

ROCvF maakt gebruik van de centrale diensten van ROCvA. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de

toelichtende tekst zoals vermeld bij de overige instellingslasten.

Financiële baten en lasten (bedragen x € 1.000) 2016 Begroting 2015

Financiële baten

Overige rentebaten - - 5

Financiële lasten

Rente langlopende leningen -353 -292 -306

Saldo financiële baten en lasten -353 -292 -301

Page 180: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

180 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

20 Gebeurtenissen na balansdatum

Na balansdatum hebben zich geen noemenswaardige gebeurtenissen voorgedaan welke invloed hebben op de jaarrekening 2016.

Almere, 30 mei 2017 Voor akkoord Raad van Bestuur

R.C.A. Wilcke

College van Bestuur ROC van Flevoland /

Vicevoorzitter Raad van Bestuur Koepelstichting ROC

van Amsterdam-ROC van Flevoland

E.C.M. de Jaeger

Voorzitter Raad van Bestuur Koepelstichting ROC

van Amsterdam-ROC van Flevoland

G. Vreugdenhil

Lid Raad van Bestuur Koepelstichting ROC van

Amsterdam-ROC van Flevoland

Voor akkoord Raad van Toezicht

G.H. Faber

Voorzitter Raad van Toezicht

J.C.H.G. Arts

Lid Raad van Toezicht

K. Baldewpersad Tewarie

Lid Raad van Toezicht

R.C.Th. Ootjers

Lid Raad van Toezicht

R.H.M. Litjens

Lid Raad van Toezicht

D.J. Elders

Lid Raad van Toezicht

Page 181: 1102 CV Amsterdam Postadres 1000 CN Amsterdam 1334 ......4 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF Beste lezer, Voor u ligt het Jaarverslag 2016 continuïteitvan het ROC van Amsterdam (ROCvA)1

181 Jaarverslag 2016 ROCvA en ROCvF

8 Overige gegevens

Controleverklaring van de openbare accountant

De controleverklaring is afgegeven op 30 mei 2017 door KPMG Accountants N.V.

Statutaire bepalingen inzake resultaatbestemming

Ingevolge de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) wordt het resultaat van het verslagjaar verrekend met de

reserve van de instelling.