10.7.
description
Transcript of 10.7.
1. hjkou-s-a-n: aor. : ze hebben gehoord
2. ejv-leg-o-n: imperf. : ik zei/zij zeiden
3. hJvd-o-ntai: praes.: ze zijn blij
4. ejv-pemp-s-a-V: aor.: jij hebt gezonden
5. iJsta-asi: pres.: ze stellen op
6. ejv-prag-s-a: aor. : ik heb gedaan
7. hjjpista-to: imperf.: hij/zij wist
8. hJge-o-nto: imperf.: ze leidden
9. ej-tiqe-men: imperf.: wij legden
10. crh-o-ntai: pres.: ze gebruiken
11. wJmologe-o-n: imperf.: ik ging akkoord/zij gingen akkoord
12. ej-deik-s-a-te: aor.: jullie hebben getoond
13. ej-dec-s-a-sqe: aor.: jullie hebben ontvangen
14. ej-gign-o-mhn: imperf.: ik werd
15. para-h-san: imperf.: ze waren aanwezig
16. hjrc-s-e-n: aor.: hij heeft geheerst
b1. ej-peiq-se: aor. : hij heeft overtuigd2. ej-kale-s-a: aor.: ik heb geroepen3. ejx-esti: praes.: het is toegestaan4. e-oJra-o-n: imperf.: ik zag/zij zagen5. timh-sai: inf. aor.: eren6. lu-o-nt-s-ai: part. pres.: zij die
losmaken
7. duna-sai: pres.: jij kan8. eija-s-a: aor.: -uitzondering- ik heb
toegelaten9. ej-deiknu-san: imperf.: ze toonden
aan10. ajna-iJsta-nto: imperf.: ze stonden
op (M.) of ze werden opgesteld (P.)11. ej-sth-s-a-men: aor.: we hebben
opgesteld
12. ej-polemh-san: aor.: ze hebben oorlog gevoerd
13. eJp-o-meqa: pres.: wij volgen
14. hjqelh-s-e: aor.: hij heeft gewild
15. ejpi-e-ceire-e: imperf.: hij pakte aan
16. ej-pau-s-a-to: aor.: hij is opgehouden