1042 Inspectie: Toegang Naar Jeugd-Ggz Kan Sneller En Beter

2
zorg 110 7/8-2006 > zorg & financiering Jongeren moeten te lang wachten op geestelijke hulp, omdat de samenwerking tussen de bu- reaus jeugdzorg en jeugdinstellingen voor gees- telijke gezondheidszorg slecht is. Dat blijkt uit het inspectieonderzoek Toegang naar jeugd-GGZ kan sneller en beter. Thematische toezichtronde samen- werking Bureaus Jeugdzorg en jeugd-GGZ. Uit onderzoek van de Inspectie voor de Gezond- heidszorg en de Inspectie jeugdzorg blijkt dat kinderen en jongeren te lang moeten wachten op geestelijke hulp. Dat is een gevolg van de slechte samenwerking tussen de bureaus jeugd- zorg en de jeugd-ggz-instellingen. Sinds op 1 januari 2005 de Wet op de jeugdzorg van kracht is, moeten jongeren, als dat nodig is, via de bureaus jeugdzorg snel hun weg kunnen vinden naar de geestelijke jeugdgezondheids- zorg (jeugd-ggz). Daarbij moeten zaken als dub- bele intakegesprekken voorkomen worden. In de praktijk blijkt daar echter maar weinig van terecht te komen. In veel regio’s is het gangbare praktijk dat een kind eerst al enige tijd moet wachten voordat het bij het bureau jeugdzorg terecht kan voor een intake. Als deze eenmaal heeft plaatsgevonden en doorverwijzing naar de ggz blijkt noodzake- lijk, dan is de intake in veel gevallen te alge- meen. In de ggz-instelling volgt dan vaak nog een intake door een psycholoog om vast te stel- len welke psychische hulp het kind precies nodig heeft. Pas daarna kan het kind dan bij- voorbeeld bij een psychiater terecht, die ook nog eens diagnostisch onderzoek verricht. In veel gevallen bevindt het kind zich dan al maanden doelloos in het circuit van de jeugdgezondheids- zorg en moet het een gerichte behandeling ont- beren. Het vertrouwen tussen de bureaus jeugdzorg en de ggz-instellingen blijkt in een aantal regio’s niet bijster groot. Zo komen in de regio Gelder- land veel kinderen nog rechtstreeks binnen bij de ggz via de huisarts. Daar bestaat weinig ver- trouwen in het functioneren van het bureau jeugdzorg. De Inspecties eisen nu dat de werkprocessen van bureau jeugdzorg en de jeugd-ggz-instellingen naadloos in elkaar overvloeien. Voor snellere hulp aan het kind is het noodzaak dat de indica- tie van het bureau jeugdzorg óf globaal is en in korte tijd tot stand komt, óf wat langer duurt voordat het tot stand komt, maar dan wel rich- tinggevend is voor het vervolg. Staatssecretaris Ross heeft 12 september jl. in een brief aan de Tweede Kamer de richtlijn ‘Indicatie- stellingen jeugdigen met psychiatrische proble- matiek’ aangekondigd. Via deze richtlijn moeten jongeren sneller de (psychische) hulp krijgen die zij nodig hebben. (Zie volgend bericht.) Samenvatting Op verzoek van het ministerie van VWS is een thematische toezichtronde verricht naar de samenwerking tussen bureaus jeugdzorg en organisaties voor geestelijke gezondheidszorg voor jeugdigen (jeugd-ggz). Eerder ontvingen zowel de Inspectie voor de Gezondheidszorg als de Inspectie jeugdzorg signalen over problemen binnen deze samenwerking. Per provincie of grotestadsregio is een locatie van bureaus jeugd- zorg en een instelling voor jeugd-ggz bezocht, en zijn medewerkers en directie bevraagd over het indicatieproces dat via bureaus jeugdzorg leidt tot afgifte van een jeugd-ggz-indicatie. Aan de hand van een hiertoe ontwikkeld instrument is de samenwerking tussen bureaus jeugdzorg en de jeugd-ggz getypeerd. In totaal zijn in vijf- tien verschillende regio’s telkens een bureau jeugdzorg en jeugd-ggz-instelling bezocht. Hun beider samenwerking is getoetst en beschreven in een locatie- rapportage. In dit geaggregeerde rapport wordt het landelijke beeld van de samenwerking tussen bureaus jeugdzorg en jeugd-ggz gepresenteerd, voorzien van conclu- sies en maatregelen. 1042 inspectie: toegang naar jeugd-ggz kan sneller en beter

Transcript of 1042 Inspectie: Toegang Naar Jeugd-Ggz Kan Sneller En Beter

Page 1: 1042 Inspectie: Toegang Naar Jeugd-Ggz Kan Sneller En Beter

zorg

110 7/8-2006 > zorg & financiering

Jongeren moeten te lang wachten op geestelijkehulp, omdat de samenwerking tussen de bu-reaus jeugdzorg en jeugdinstellingen voor gees-telijke gezondheidszorg slecht is. Dat blijkt uithet inspectieonderzoek Toegang naar jeugd-GGZkan sneller en beter. Thematische toezichtronde samen-werking Bureaus Jeugdzorg en jeugd-GGZ.

Uit onderzoek van de Inspectie voor de Gezond-heidszorg en de Inspectie jeugdzorg blijkt datkinderen en jongeren te lang moeten wachtenop geestelijke hulp. Dat is een gevolg van deslechte samenwerking tussen de bureaus jeugd-zorg en de jeugd-ggz-instellingen. Sinds op 1 januari 2005 de Wet op de jeugdzorgvan kracht is, moeten jongeren, als dat nodig is,via de bureaus jeugdzorg snel hun weg kunnenvinden naar de geestelijke jeugdgezondheids-zorg (jeugd-ggz). Daarbij moeten zaken als dub-bele intakegesprekken voorkomen worden. Inde praktijk blijkt daar echter maar weinig vanterecht te komen. In veel regio’s is het gangbare praktijk dat eenkind eerst al enige tijd moet wachten voordat hetbij het bureau jeugdzorg terecht kan voor eenintake. Als deze eenmaal heeft plaatsgevondenen doorverwijzing naar de ggz blijkt noodzake-lijk, dan is de intake in veel gevallen te alge-meen. In de ggz-instelling volgt dan vaak nogeen intake door een psycholoog om vast te stel-len welke psychische hulp het kind preciesnodig heeft. Pas daarna kan het kind dan bij-voorbeeld bij een psychiater terecht, die ook nogeens diagnostisch onderzoek verricht. In veelgevallen bevindt het kind zich dan al maandendoelloos in het circuit van de jeugdgezondheids-zorg en moet het een gerichte behandeling ont-beren. Het vertrouwen tussen de bureaus jeugdzorg ende ggz-instellingen blijkt in een aantal regio’sniet bijster groot. Zo komen in de regio Gelder-land veel kinderen nog rechtstreeks binnen bijde ggz via de huisarts. Daar bestaat weinig ver-

trouwen in het functioneren van het bureaujeugdzorg. De Inspecties eisen nu dat de werkprocessen vanbureau jeugdzorg en de jeugd-ggz-instellingennaadloos in elkaar overvloeien. Voor snellerehulp aan het kind is het noodzaak dat de indica-tie van het bureau jeugdzorg óf globaal is en inkorte tijd tot stand komt, óf wat langer duurtvoordat het tot stand komt, maar dan wel rich-tinggevend is voor het vervolg. Staatssecretaris Ross heeft 12 september jl. in eenbrief aan de Tweede Kamer de richtlijn ‘Indicatie-stellingen jeugdigen met psychiatrische proble-matiek’ aangekondigd. Via deze richtlijn moetenjongeren sneller de (psychische) hulp krijgen diezij nodig hebben. (Zie volgend bericht.)

Samenvatting

Op verzoek van het ministerie van VWS is eenthematische toezichtronde verricht naar desamenwerking tussen bureaus jeugdzorg enorganisaties voor geestelijke gezondheidszorgvoor jeugdigen (jeugd-ggz). Eerder ontvingenzowel de Inspectie voor de Gezondheidszorg alsde Inspectie jeugdzorg signalen over problemenbinnen deze samenwerking. Per provincie ofgrotestadsregio is een locatie van bureaus jeugd-zorg en een instelling voor jeugd-ggz bezocht,en zijn medewerkers en directie bevraagd overhet indicatieproces dat via bureaus jeugdzorgleidt tot afgifte van een jeugd-ggz-indicatie. Aande hand van een hiertoe ontwikkeld instrumentis de samenwerking tussen bureaus jeugdzorgen de jeugd-ggz getypeerd. In totaal zijn in vijf-tien verschillende regio’s telkens een bureaujeugdzorg en jeugd-ggz-instelling bezocht. Hunbeider samenwerking is getoetst en beschrevenin een locatie- rapportage. In dit geaggregeerderapport wordt het landelijke beeld van desamenwerking tussen bureaus jeugdzorg enjeugd-ggz gepresenteerd, voorzien van conclu-sies en maatregelen.

1042 inspectie: toegang naar jeugd-ggz kan sneller en beter

ZenF-0708-06-n.qxd 12-10-2006 9:51 Pagina 110

Page 2: 1042 Inspectie: Toegang Naar Jeugd-Ggz Kan Sneller En Beter

jeugdzorg

111zorg & financiering > 7/8-2006

In geen van de vijftien onderzochte regio’s komtde samenwerking geheel tegemoet aan de eisendie de Wet op de jeugdzorg stelt. In twee regio’s(13%) is sprake van ‘gescheiden werelden’: erzijn weinig of geen onderlinge afspraken tussenbureaus jeugdzorg en de jeugd-ggz, meer dantachtig procent van de verwijzingen naar dejeugd-ggz gaat rechtstreeks (via de huisarts) ener is, vanuit de jeugd-ggz, weinig vertrouwen inde expertise van bureaus jeugdzorg. Deze mage-re vorm van samenwerking leidt niet tot eengoede afweging van de inzet van jeugdzorg ofjeugd-ggz en kan leiden tot onderdiagnostiek.In de meeste regio’s (53%) is sprake van desamenwerkingsvorm ‘vreedzame co-existentie’.De samenwerking wordt (op de werkvloer) overhet algemeen als positief ervaren omdat erwaardering is voor elkaars deskundigheden,ervaringen en expertise.Een indicatie van bureaus jeugdzorg is veelal glo-baal, het betreft feitelijk een sectorkeuze: een aan-spraak op jeugd-ggz. Deze aanpak resulteert erveelal in dat, na een relatief lang voortraject bin-nen bureaus jeugdzorg, bij de jeugd-ggz opnieuween soort van intaketraject start alvorens tot hulp-verlening over te gaan. Door te trage toeleidingnaar de fase van behandeling ontstaat het risicoop ontijdige behandeling of onderbehandeling.In vier regio’s (27%) is sprake van ‘geregisseerdaanbod’ en in één regio (7%) van ‘geïntegreerdedienstverlening’. Hier is sprake van een geïnte-greerde werkwijze bij het indicatieproces, wordtde deskundigheid over en weer (h)erkend en zijner duidelijke afspraken over het (geaccordeerd)gebruik van diagnostische instrumenten. Dezeaanpak kan, mits werkprocessen daadwerkelijk

zijn geoptimaliseerd en geïntegreerd, leiden totrelatief korte doorlooptijden, terwijl wederzijdsedeskundigheden optimaal worden benut.Voor alle situaties geldt dat er onduidelijkheid isover de (noodzaak van) specificiteit van het indi-catiebesluit, dat de afstemming tussen indicatie-besluit en behandelplan niet getoetst wordt ener over en weer niet systematisch gegevens wor-den uitgewisseld, noch op casusniveau noch opbeleidsniveau.

De maatregelen voor alle betrokken partijen lui-den als volgt:– Zorg dat de werkprocessen van bureaus jeugd-

zorg en jeugd-ggz-instellingen naadloos inelkaar overvloeien. Dit maakt dat deskundig-heden zo effectief mogelijk worden ingezet,dit is klantgericht (geen dubbele mededelin-gen) en bespaart tijd (kostbare tijd in de zinvan gezondheidswinst voor de cliënt).

– Zorg dat het indicatiebesluit van bureaus jeugd-zorg voor jeugd-ggz óf globaal is en in korte tijdtot stand komt óf een langere doorlooptijd kent,maar dan wel richtinggevend is voor het vervolg.

– Zorg dat het behandelplan een vertaling is vanhet indicatiebesluit en dat bureaus jeugdzorgde uitvoering, binnen een helder kader voorcasemanagement, kan volgen.

– Zorg dat concrete afspraken worden gemaakten nageleefd over de uitwisseling van cliënt-gegevens.

Bronnen: Toegang naar jeugd-GGZ kan sneller en beter.Thematische toezichtronde samenwerking BureausJeugdzorg en jeugd-GGZ, Inspectie voor de Gezondheids-zorg, Inspectie jeugdzorg, september 2006 en Stcrt.2006, nr. 177<

Jongeren met psychiatrische problemen wordenbeter geholpen als de bureaus jeugdzorg en dezorgaanbieders in de jeugd-ggz beter gaansamenwerken. Hiervoor wordt een nieuwerichtlijn ingevoerd.

Met de invoering van de richtlijn ‘Indicatie-stellingen jeugdigen met psychiatrische proble-matiek’ zal de toegang van deze jongeren tot dejeugd-ggz verbeteren. Dat heeft staatssecretarisRoss op 12 september jl. aangekondigd.

1043 ross: betere zorg voor jongeren met psychiatrische problemen

ZenF-0708-06-n.qxd 12-10-2006 9:51 Pagina 111