LESBRIEF De Worstelaar2)lesbrief-de-worstelaar-theater... · De activiteiten in deze lesbrief zijn...

Post on 25-Feb-2019

216 views 0 download

Transcript of LESBRIEF De Worstelaar2)lesbrief-de-worstelaar-theater... · De activiteiten in deze lesbrief zijn...

LESBRIEF De Worstelaar

Theater Gnaffel

1

INHOUDSOPGAVE

1. INLEIDING 2 2. HET VERHAAL 3 3. DE POPPEN 4 4. INLEIDING OP DE ACTIVITEITEN 7 5. DE ACTIVITEITEN 8

1. JONG VAN HART 8

2. ALLEMAAL KUNSTENAARS 9 2. MET Z’N ALLEN 11

2

1. INLEIDING Binnenkort gaat u met uw groep leerlingen kijken naar de voorstelling De Worstelaar van Theater Gnaffel. Deze voorstelling wordt gespeeld door twee acteurs en zes poppen. De voorstellingen van Theater Gnaffel zijn eigenzinnig, humorvol en ontroerend in een volkomen eigen theatertaal die door theatermaker en poppenspeler Elout Hol is ontwikkeld. Gnaffel laat in haar voorstellingen mensgrote poppen op magische wijze tot leven komen. De activiteiten in deze lesbrief zijn bedoeld om een aantal thema’s, die in de voorstelling naar voren komen, verder uit te diepen en kunnen vóór of ná de voorstelling worden gedaan. Onze ervaring is dat, als u voor de voorstelling met de leerlingen aan de slag gaat met één of meerdere opdrachten, de voorstelling intenser zal worden beleefd. Ook zal de voorstelling meer gaan betekenen als u naderhand de inhoud vertaalt naar de eigen ervaringen van de leerlingen. Wanneer u vragen heeft met betrekking tot de voorstelling en/of deze lesbrief kunt u ons natuurlijk altijd bellen of mailen. Wij wensen u veel plezier met de voorstelling en de activiteiten! Met vriendelijke groet, Dorret Pinkster Artistiek coördinator T. 038 - 45 48 727 M. 06 - 133 52 971 E. dorret@gnaffel.nl

3

2. HET VERHAAL Het is er stil, heel stil. Er heerst orde en regelmaat in het huis met ingedutte mensen. Elke dag is als de dag ervoor. Er gebeurt helemaal niets. Maar vandaag is anders. Een nieuwkomer: Koas, de worstelaar. Hij brengt spanning en chaos. Zet de boel op stelten tot ontsteltenis van meneer Kowalski, die juist zo gesteld is op rust en orde. Wat moeten de oude bewoners nou met zo’n maffe circusartiest? Maar het enthousiasme van Koas werkt aanstekelijk bij de andere bewoners. Alleen al zijn aanwezigheid doet hun bloed weer sneller stromen. Hoewel meneer Kowalski luidkeels protesteert, krijgt Koas het voor elkaar: Mathilde wordt weer verliefd, meneer Kleermaker danst in zijn pyjama en mevrouw Langelaar ontpopt zich tot een ware danseres. De Worstelaar is een beeldende voorstelling die laat zien dat mensen zich tegen alle verwachtingen in kunnen blijven verwonderen.

In 2006 won Gnaffel met deze voorstelling de Zilveren Krekel, de prijzen voor de meest indrukwekkende jeugdtheaterproducties. Uit het juryrapport: “De prachtige poppen van Elout Hol en het grote vakmanschap van Koos Elfering in stem, beweging en illusie, zorgen ervoor dat de karakters van deze stokoude bejaarden in al hun kleur tot leven komen. Een mooi onderwerp en herkenbare sfeer; grappig maar toch ook ontroerend.”

“De Worstelaar is een aangrijpende voorstelling met poppen, die balanceert tussen spektakel en poëzie. De makers brengen op uitgekookte wijze de wereld van oude mensen en kinderen bijeen.” (De Volkskrant, 26 september 2006)

Regie: Ted Keijser Spel en poppen: Elout Hol, Koos Elfering/Ted Keijser Decor: Laura de Josselin de Jong Kostuums: Dorien de Jonge Vormgeving poppen: Elout Hol Lichtontwerp: Herber Molemaker Techniek: Valentijn van der Mieden Educatie: Dorret Pinkster Foto ‘s: Erik Franssen

4

3. DE POPPEN: DE BEWONERS VAN HET HUIS FLOOR

Vroeger was ik een hele goede houthakker. Maar op een dag ging het mis. Toen is er een hele grote boom op mijn benen gevallen. Natuurlijk vond ik dat heel erg, maar ik ben van nature een optimistisch mens, dus ik maak er het beste van. Nu zit ik in een dweilkarretje. Deze vond ik in een kast en nu kan ik mij veel sneller voortbewegen. Op dat karretje staat ‘FLOOR’, dat is engels voor VLOER. En nu noemen ze me allemaal Floor, dat vind ik echt heel grappig. Koas is een hele goede vriend van mij en ooit, op een dag, gaan we samen naar Timboek… toe.” MENEER KLEERMAKER

Ik voel mij het prettigst als ik alleen ben, als ze me gewoon mijn eigen gang laten gaan. En dat doen ze dan ook, de anderen. Heel soms voel ik mij wel eens alleen, maar ja, als je nooit zoveel praat met mensen dan weet je niet meer zo goed hoe dat moet. Maar Koas, die begon gewoon tegen mij te praten en dat vond ik eigenlijk wel heel erg leuk. Ik vind mijzelf niet heel erg bijzonder en vind ook dat ik niet echt iets heel goed kan. Koas was het daar niet mee eens en hij leerde mij balanceren en koorddansen! En laatst gingen we samen in bad; we deden wie het langst onder water kon blijven en ik had gewonnen!

5

MENEER KOWALSKI

Regels, discipline, orde en rust. Dat is belangrijk. Als dat er niet is ontstaat er chaos. Dan weet niemand meer waar ie aan toe is en daar worden mensen ongelukkig van. Neem nou de bewoners hier in het huis. Aardig hoor, daar niet van, maar ongedisciplineerd! Doen alles wat ze willen wanneer het hun uitkomt. Maar met elkaar samenwerken, ho maar. Het is maar goed dat ik de leiding neem. Tenslotte was ik niet voor niets commandant in het leger. Ik weet wel hoe je de dingen moet regelen. En toen kwam Koas. Dat was echt heel bijzonder. Al op de eerste dag dat ie er was begon hij met trainen. Met meneer Kleermaker nota bene. Vastgebonden aan een ladder en zwevend door de lucht. Niet te geloven gewoon. Maar ik moet toegeven, het is wel een goede soldaat. Koos wilde het op het laatst opgeven en dat moet je bij mij niet doen. Nooit opgeven! Dus hebben we onder leiding van mij een circusvoorstelling gemaakt. Geweldig, wat een samenwerking. Koas en ik deden een worstelwedstrijd. Nou, hij kan er wat van hoor. Alhoewel ik wel gewonnen heb natuurlijk. MEVROUW LANGELAAR

Ik ben boos! Op wie? Op de hele wereld, op iedereen en vooral op jullie! Oneerlijk is het, de één kan alles, de ander niets. Nee, het leven is geen lolletje en ik zie geen enkele reden om te lachen. Altijd hard gewerkt en waar ben ik terechtgekomen? Bij een stelletje suffe malloten in een huis waar nooit iets gebeurd en nooit iets kan. Bijten zal ik, iedereen. Zodat ze weten dat ik het er niet mee eens ben. Nou ja ….. Koas is eigenlijk wel oké. Want ik wist niet dat ik dansen kon. Ik moet toegeven, dat was fantastisch.

6

MATHILDE

Ik heb een prachtig leven gehad. Beroemd, bejubeld en aanbeden: iedereen lag aan mijn voeten. Getrouwd ben ik nooit, ik had alle mannen lief en ik kon niet kiezen. Vroeger was ik heel erg mooi en ik had een prachtige stem. Als ik begon te zingen werd iedereen stil en vaak zag ik tranen van ontroering over hun wangen lopen. Nee, dan de mensen hier in huis. ‘Hou op,’ roepen ze, ‘je lijkt wel een krassende kraai.’ Heel erg kwetsend. Alsof ik geen gevoelens heb. Maar ik pas me wel aan hoor. Ik zing op mijn kamer, zachtjes zodat niemand het hoort. En toen kwam Koas. Een worstelaar. Heel knap en sterk. Het was liefde op het eerste gezicht. Ik heb voor hem gezongen. Hij vond het prachtig! SHOSTAKOVIC

Mijn naam is Shostakovic. De anderen zeggen dat ik gek ben. Dat vind ik wel bijzonder klinken. Wist u dat ik een wereldberoemd componist ben? Ik creëer, ik plak zogezegd nootjes aan elkaar. Ik heb het een tijdje niet gedaan, maar de aanwezigheid van Koas de worstelaar gaf mij gek genoeg weer de drang muziek te maken. Ik houd van elk instrument en ik bespeel ook elk instrument. Maar van de cello houd ik nog het meest. Een prachtig instrument. Als ik haar snaren beroer dan word ik warm van binnen. Weet u wat, ik ga zelf een cello bouwen. Ja, dat doe ik. Het wordt vast een uniek exemplaar. Ik zal hem u tonen als ie klaar is; de cello bedoel ik.

Bekijk hier de teaser van de voorstelling: https://www.youtube.com/watch?v=IRbJ2SiHWkg

7

4. INLEIDING OP DE ACTIVITEITEN De poppen die in de voorstelling De Worstelaar spelen zijn allemaal nogal excentriek met hun eigen onhebbelijkheden en eigenaardigheden. Aan het einde van de voorstelling maken ze met z’n allen een wonderbaarlijke circusvoorstelling, waarin ieder zijn of haar eigen talenten laat zien en oude dromen weer gaan leven. Want fantasie en verwondering is van alle leeftijden en houdt je jong! Met de activiteiten in deze lesbrief willen we een aantal thema‘s belichten die in de voorstelling centraal staan: Voor altijd jong In De Worstelaar wonen mensen van verschillende pluimage bij elkaar in een huis. Het zijn oude mensen die al het grootste deel van hun leven achter de rug hebben en het enige wat zij nu nog willen is genieten van een rustige oude dag. Tenminste, dat denken ze….. Want als het aan de worstelaar ligt gaat dat niet door. Hij vindt en voelt zichzelf nog helemaal niet oud en doet nog elke dag waar hij goed in is: trainen voor de volgende worstelwedstrijd. Dit houdt hem jong en optimistisch. En hij wil ook graag dat de andere bewoners van het huis in actie komen en doen waar ze goed in zijn. Weer lol hebben in het leven in plaats van alleen maar afwachten wat ze vanavond zullen eten en wat er op de televisie komt. Want ieder kind, iedere volwassene en iedere oudere heeft dromen en heeft een of meer talenten. Vriendschap en samenwerking In het begin van de voorstelling zijn de bewoners, ondanks dat ze in hetzelfde huis wonen, allemaal erg op zichzelf. Iedereen doet elke dag hetzelfde, dat wat hij of zij al jaren doet, op dezelfde manier. En niemand heeft echt contact met de anderen. En daardoor is niemand echt gelukkig. Als Meneer Kowalski uiteindelijk besluit om vriendschap met Koas te sluiten en hem te helpen, maken ze met z’n allen een prachtige circusvoorstelling. Er komt eindelijk leven in de brouwerij en er ontstaat grote vriendschap tussen de bewoners.

8

ACTIVITEIT 1. JONG VAN HART Vraag aan de leerlingen of zij een interview/gesprek willen plannen met hun opa of oma. Of, als ze deze niet hebben, met een oudere in hun omgeving. Het onderwerp van dit gesprek is: dromen en talenten van hun opa/oma en die van henzelf. Hierover gaan ze met elkaar in gesprek. Hieronder een aantal vragen die ze kunnen stellen: Had jouw opa/oma vroeger een droom over de toekomst. Is deze ook uitgekomen? Heeft jouw opa/oma nu nog dromen over wat hij/zij nog wil doen in de toekomst? Waar was jouw opa/oma goed in vroeger als kind en als volwassene? Waar zijn ze nu goed in? Zou jouw opa/oma nog iets nieuws willen leren? Heeft jouw opa/oma een talent waar hij/zij nooit iets mee heeft gedaan? En zou hij/zij dat nu nog

willen? Wat vind jij heel bijzonder aan je opa/oma? Waar zijn ze goed in, waar hebben ze een talent voor? Waar ben jij goed in, heb je een talent? Wat is jouw droom voor de toekomst? Mogelijke activiteiten in de klas ná de interviews: De leerlingen vertellen aan elkaar over het gesprek. Leerlingen kunnen een filmpje of foto’s laten zien van het gesprek. De leerlingen schrijven een verhaal over het gesprek.

9

ACTIVITEIT 2. ALLEMAAL KUNSTENAARS

INLEIDING Het gebruiken van je fantasie en het op zoek gaan naar en gebruiken van je eigen talenten zijn belangrijke thema ‘s in de voorstelling De Worstelaar. DE OPDRACHTEN In deze lessen kunnen de leerlingen een ‘kunstwerk’ maken, zowel individueel als gezamenlijk. Er worden drie voorbeelden gegeven waaruit u één of meerdere kunt kiezen. 1. ZELFPORTRET & GROEPSPORTRET

Lesinhoud Alle leerlingen maken in deze les een zelfportret van het gezicht. Deze worden aan elkaar gemaakt tot één groot schilderij en zo ontstaat het groepsportret. Als eerste gaan de leerlingen goed in de spiegel kijken hoe ze er precies uitzien. Laat ze in tweetallen benoemen wat ze zien. Allereerst de vorm: de oren, de neus, de ogen, de mond, het hoofd, de kleur van de huid, het haar. Daarna de specifieke kenmerken van zichzelf, datgene wat hen onderscheidt van de anderen en datgene wat opvalt, naar voren komt, bijvoorbeeld sproeten, grote ogen of een lachende mond. Stimuleer de leerlingen vooral ook te benoemen wat ze mooi vinden van de ander en van zichzelf Hierna krijgt elke leerling een schilderdoek en probeert een portret van zichzelf te maken. Tijdens het schilderen kunnen ze natuurlijk altijd weer in de spiegel kijken. Materialen Spiegels 1 klein, linnen schilderdoek (of een dik stuk karton) per leerling Verf en kwasten 2. SILHOUETTEN Lesinhoud De leerlingen worden verdeeld in groepjes van maximaal vier personen en krijgen per groepje een groot vel papier van ongeveer 3 bij 3 meter. De leerlingen leggen het vel op de grond en bedenken en proberen hoe ze op een mooie, leuke, gekke of vreemde manier met z’n vieren op het vel kunnen liggen. Overlappingen zijn natuurlijk mogelijk. Vervolgens maken ze één voor één bij elke leerling met potlood een lijn om het lichaam heen zodat het silhouet van de leerling op het vel staat. Nadat alle silhouetten getekend zijn, mogen de leerlingen hun eigen silhouet versieren. Dit kan met verf, stof, gekleurd papier, krijt, enz. Vervolgens worden alle kunstwerken opgehangen. De leerlingen proberen te raden van wie de silhouetten zijn. Materialen 1 groot vel van 3 meter bij 3 meter per groepje (papier, karton, behang, o.i.d) Verf, kwasten, kleurpotloden, krijt enz Kralen, stof, gekleurd papier enz. Lijm

10

3. GROEPSSCHILDERIJ Lesinhoud De leerlingen gaan met de hele klas één groot schilderij maken. In het lokaal wordt een groot vel van ongeveer 1,5 x 3 meter opgehangen aan de muur. Kies van tevoren met de leerlingen een onderwerp uit voor het schilderij. Een onderwerp zou kunnen zijn “het circus”. Dit is een concreet onderwerp en zal de leerlingen hoogstwaarschijnlijk aanzetten tot het maken van een figuratief schilderij. U kunt ook kiezen voor een onderwerp als bijvoorbeeld “verwondering”. Een dergelijk onderwerp kan aanzetten tot het maken van een abstract schilderij. Als u voor dit laatste kiest is het goed om van tevoren met de leerlingen een gesprekje te hebben over abstract denken. Enkele suggesties: laat de leerlingen benoemen welke kleur zij bij verwondering vinden passen, of welke vorm of voorwerp. Dit helpt hen in het abstract leren denken. Er gaan eerst vijf leerlingen schilderen. Elke leerling krijgt een niet al te lange tijd om iets te schilderen; daarna wisselt hij of zij met een andere leerling uit de klas. De leerlingen reageren telkens op dat wat degene vóór hen geschilderd heeft. Iedereen komt minimaal één keer aan de beurt.

Tip: Het is nog leuker wanneer de leerlingen niet mogen praten en overleggen tijdens het schilderen. Hierdoor verloopt de communicatie via het schilderij. Materialen 1 groot vel van 3 meter bij 1,5 meter (een oud laken, papier, karton, o.i.d) Verf & kwasten

11

OPDRACHT 3. MET Z’N ALLEN INLEIDING De bewoners van het huis waar Koas terechtkomt hebben, ondanks dat ze elkaar elke dag tegenkomen, samen eten en televisie kijken, niet echt contact met elkaar. Ze gaan allemaal hun eigen gang en zijn ook niet echt in elkaar geïnteresseerd. En als er een nieuwe bewoner komt in het huis, Koas in dit geval, stellen ze zichzelf niet eens voor. Ze begroeten of verwelkomen hem niet. Dat is natuurlijk heel raar en nogal onbeleefd. Als mensen elkaar ontmoeten, voor het eerst of iedere dag, begroeten ze elkaar. Er zijn heel veel verschillende manieren om dit te doen. En er is ook verschil tussen de begroeting tussen vrienden, klasgenoten, tussen mensen die samenwerken of mensen die elkaar tegenkomen op straat of op een feest. Maar het is altijd belangrijk dat je de ander laat merken dat je hem of haar ook echt ziet. Weten jullie waarom? DE OPDRACHTEN De leerlingen maken eerst in tweetallen een begroetingsdans. Deze staat in het teken van een begroeting tussen twee dezelfde personages. Daarna maken de leerlingen in groepjes een begroetingsdans op basis van de poppen uit de voorstelling. 1. Een begroetingsdans met z’n tweeën De leerlingen maken in tweetallen een begroetingsdans die bestaat uit verschillende bewegingen. Elk tweetal krijgt een personage om te spelen. Bijvoorbeeld: 2 oude dames 2 militairen 2 nette heren 2 dronken mensen 2 luie mensen 2 gehaaste mannen 2 verliefde mensen De leerlingen kunnen ook zelf een personage verzinnen. Elk tweetal verzint samen minimaal drie bewegingen die de personages maken bij een ontmoeting. Bijvoorbeeld: De 2 nette heren nemen hun hoed af voor elkaar, schudden de hand, slaan op elkaars schouders. De 2 militairen schieten in de houding, pakken hun geweer, ‘presenteren’ het geweer. Het leukste is het als de bewegingen van de twee personages zoveel mogelijk gelijk gaan. Tijdens het verzinnen van deze bewegingen kan gebruik worden gemaakt van muziek. Hierdoor wordt het voor de leerlingen wat makkelijker om tot bewegingen te komen. Wanneer iedereen de begroeting af heeft, kunnen deze om beurten aan de groep worden gepresenteerd. De andere leerlingen mogen na elke presentatie raden welke personages ze zagen.

12

2. Een begroetingsdans met de hele groep De leerlingen maken met een groepje een begroetingsdans die bestaat uit verschillende bewegingen. Verdeel de klas in maximaal 7 groepjes. Elk groepje maakt een begroetingsdans op basis van één van de personages uit de voorstelling. Alle zeven personages hebben een aantal karaktereigenschappen. Zo is de worstelaar heel optimistisch en meneer Kowalski een strenge militair. Elk groepje kiest een personage uit en maakt een begroetingsdans aan de hand van deze karaktereigenschappen en bijbehorende bewegingen.

Personage Karaktereigenschappen Bewegingen

De Worstelaar optimistisch, vriendelijk, actief energiek, groot, rond

Mevrouw Langelaar boos, jaloers energiek, snel

Meneer Kleermaker lief, naïef, volgzaam langzaam, rustig

Mathilde tuttig, verlegen klein, rond

Floor grappig, actief rollend, draaiend

Meneer Kowalski streng, bazig, eerzuchtig energiek, kort, groot

Meneer Shostakovic beetje gek, zweverig zacht, rond

De leerlingen presenteren hun dansen aan de anderen. Vraag hen te letten op de volgende punten:

De dans is naar het publiek gericht.

De dans bevat tenminste 3 begroetingsbewegingen. De andere leerlingen mogen na elke presentatie raden welke personages ze zagen.