Post on 05-Aug-2015
Haakpatroon
KerststalDiertjes
Vooraleer je enthousiast naar de haalnaald grijpt:
1) Dit patroon is een aanvulling bij het patroon van de kerststalfiguurtjes. Daarin staat
beschreven hoe je alle menselijke figuren uit de kerststal kunt haken. Dit patroon beschrijft
de werkwijze voor twee van de kerststaldiertjes: de ezel (en mits wat aanpassingen
vermoedelijk ook de os, al heb ik die nog niet geprobeerd ☺) en het schaapje.
2) Ik ben iemand die op het gevoel haakt en ben dus niet 100% vertrouwd met patronen
schrijven, nee zelfs niet met de correcte haaktermen. Ik haak meestal in Engelse termen, dus
ik spreek graag over single crochets (sc – vasten), stitches (st – steken) en slip stitches (sl st –
halve vaste). Ik denk dat dit de correcte vertalingen zijn, maar geef alstublieft een schreeuw
als dit niet klopt!
Benodigdheden:
Haalnaald (ik gebruik meestal nr 3)
Haakgaren (ik werk graag met Catania): wit en grijs voor het schaapje (+ een klein restje zwart)
en licht- en donkergrijs, bruin en een restje zwart/roze voor de ezel. Andere kleuren kunnen
uiteraard ook, kies vooral wat jij zelf mooi vindt!
Vulling (ik gebruik rijst voor het lijfje van de ezel en watjes of kussenvulling voor de hoofdjes en
voor het lijfje van het schaap)
Dikke naald (waar je haakgaren door kan)
Schaar
Werkwijze
Schaapje
Lijfje:
• (In wit) Magische ring van 6 steken (6 st)
• Haak 2 sc in elke st van de vorige cirkel (12 st)
• *Haak 2 sc in 1ste
st van vorige cirkel, 1 sc in 2de
st van vorige cirkel*; herhaal van * tot * 6 maal
tot je rond bent (18 st)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel (18)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel (18)
• *sla de 1ste
st van de vorige cirkel over, 1 sc in de 2de
st van de vorige cirkel, 1 sc in de 3de
st van
de vorige cirkel *; herhaal van * tot * 6 maal tot je rond bent (12)
• Vul het lijfje op
• *sla de 1ste
st van de vorige cirkel over, 1 sc in de 2de
st van de vorige cirkel *; herhaal van * tot *
6 maal tot je rond bent (6)
• Knip je draad af (voldoende lang), haal door je dikke naald en sluit nu het lijfje. Dit kan je doen
door de naald door de buitenste zijde van elke steek van je vorige cirkel te halen en dan aan te
trekken. Je zult zien dat de opening in het lijfje hierdoor netjes sluit. Steek je naald met de rest
van het uiteindje garen doorheen het lijfje en knip af, dicht tegen het lijfje aan, zodat het
uiteindje niet meer te zien is.
Kopje:
• (In wit) Magische ring van 5 steken (5 st)
• Haak 2 sc in elke st van de vorige cirkel (10 st)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel (10)
• (In lichtgrijs) 1 sc in elke st van vorige cirkel (10)
• *sla de 1ste
st van de vorige cirkel over, 1 sc in de 2de
st van de vorige cirkel, *; herhaal van * tot *
tot het snuitje spits en voldoende smal is om dicht te maken. Vul het kopje op voor het gaatje te
smal wordt.
• Knip je draad af (voldoende lang), haal
door je dikke naald en sluit nu het
gaatje van de snuit. Steek je naald met
de rest van het uiteindje garen
doorheen het kopje en knip af, dicht
tegen het kopje aan, zodat het
uiteindje niet meer te zien is.
• Naai met zwart garen oogjes en een
mondje op de snuit. Steek de uiteindjes
opnieuw doorheen het kopje en knip
kort af zodat ze niet meer te zien zijn.
Omdat je met zwart garen werkt is dit
niet zo evident vanwege het contrast
met het witte kopje. Voor de veiligheid
kan je de draadjes dus best aan de
onderkant van het kopje laten
uitkomen. Eventueel zichtbare restjes
zijn zo quasi-onzichtbaar in het
eindresultaat.
• Maak nu de oortjes. Maak hiervoor een ketting van 6 steken en knip je draad af (ongeveer 5 cm
overlaten).
• Steek nu 1 van beide uiteindjes door een steek van het kopje (op de plek waar je het oortje wil
zien) en bind beide uiteindjes van de ketting stevig vast aan elkaar zodanig dat het knoopje dicht
tegen het kopje aan zit. Het oortje wordt gevormd door het lusje dat je zo vormt met de ketting
van 6 die je zojuist haakte.
• Verberg beide uiteindjes door ze door het kopje te steken met een dikke naald. Knip kort af.
• Herhaal voor het tweede oortje.
Pootjes:
• (In lichtgrijs) Magische ring van 4 steken (4 st)
• Haak 1 sc in elke st van de vorige cirkel (4 st)
• Hecht af en naai aan het lijfje vast met het afgeknipte uiteindje.
• Herhaal voor alle vier de pootjes.
Staartje:
• Ga op precies dezelfde wijze te werk als voor de oortjes. Alleen vertrek je nu van een ketting van
5 i.p.v. 6 steken.
Assemblage:
• Naai het kopje op het lijfje, zet de pootjes vast en controleer of je schaapje blijft staan. Het helpt
wanneer je de voorpootjes niet te ver naar achteren zet. Het kopje is anders te zwaar en doet je
popje naar voren vallen.
Ezel
Kopje:
• (In lichtgrijs) Magische ring van 5 steken (5 st)
• Haak 2 sc in elke st van de vorige cirkel (10 st)
• *Haak 2 sc in 1ste
st van vorige cirkel, 1 sc in 2de
st van vorige cirkel*; herhaal van * tot * 5 maal
tot je rond bent (15 st)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel (15)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel, enkel st 2 en st 9 van de vorige cirkel overslaan (13)
• (In donkergrijs) 1 sc in elke st van vorige cirkel, terug meerderen op de 2 plaatsen waar je tijdens
de vorige cirkel 2 steken minderde (15)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel, nog eens meerderen ter hoogte van de 2 plaatsen waar je tijdens
de vorige cirkel 2 steken meerderde (steek 2 of 3 en 9 of 10 van vorige cirkel) (17)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel (17)
• *sla de 1ste
st van de vorige cirkel over, 1 sc in de 2de
st van de vorige cirkel, 1 sc in de 3de
st van
de vorige cirkel*; herhaal van * tot * tot je kopje bijna dicht is. Voor de opening te klein wordt,
naai je neusgaten (met roos) en oogjes (zwart) op het kopje. Vul daarna op met vulling (geen
rijst gebruiken hier. We willen het kopje niet nodeloos zwaar maken!).
• Knip je draad af (voldoende lang), haal door je dikke naald en sluit het kopje. Steek je naald met
de rest van het uiteindje garen doorheen het kopje en knip af, dicht tegen het kopje aan, zodat
het uiteindje niet meer te zien is.
• Naai nu oortjes aan het kopje. Maak hiervoor een ketting van 8 steken met een dubbele draad
(anders zijn je oortjes te fijn in
vergelijking met de rest van
het kopje) en knip je draad af
(ongeveer 5 cm overlaten).
• Steek nu 1 van beide
uiteindjes door een steek van
het kopje (op de plek waar je
het oortje wil zien) en bind nu
beide uiteindjes stevig vast
aan elkaar zodanig dat het
knoopje dicht tegen het kopje
aan zit. Het oortje wordt
gevormd door het lusje dat je
zo vormt met de ketting van 8
die je zojuist haakte.
• Verberg beide uiteindjes door
ze door het kopje te steken met een dikke naald.
• Herhaal voor het tweede oortje.
Lijfje:
• (In donkergrijs) Magische ring van 7 steken (7 st)
• Haak 2 sc in elke st van de vorige cirkel (14 st)
• *Haak 2 sc in 1ste
st van vorige cirkel, 1 sc in 2de
st van vorige cirkel*; herhaal van * tot * 7 maal
tot je rond bent (21 st)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel (21)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel (21)
• 1 sc in elke st van vorige cirkel (21)
• *sla de 1ste
st van de vorige cirkel over, 1 sc in
de 2de
st van de vorige cirkel, 1 sc in 3de
st van
de vorige cirkel *; herhaal van * tot * 7 maal tot
je rond bent (14)
• *sla de 1ste
st van de vorige cirkel over, 1 sc in
de 2de
st van de vorige cirkel, *; herhaal van *
tot * 7 maal tot je rond bent (7)
• Het lijfje heeft nu al vorm, het moet alleen nog
gesloten worden. Voor je dit doet, steek je er
eerst nog een staartje in. Daarvoor neem je een
paar eindjes garen (ik koos voor bruin) die je
met een dikke knoop in één keer allemaal aan
elkaar knoopt. Trek dit bundeltje bruine
draadjes met de haaknaald door het lijfje naar
buiten zodat de knoop aan de binnenkant van
het lijfje zit. Vul nu het lijfje op met rijst en/of
vulsel. Als je het lijfje stevig opgevuld hebt, zal
het staartje netjes op zijn plaats blijven zitten.
• Knip de donkergrijze draad af (voldoende lang),
haal door je dikke naald en sluit nu het lijfje. Dit kan je doen door de naald door de buitenste
zijde van elke steek van je vorige cirkel te halen en dan aan te trekken. Je zult zien dat de
opening in het lijfje hierdoor netjes sluit. Steek je naald met de rest van het uiteindje garen
doorheen het lijfje en knip af, dicht tegen het lijfje aan, zodat het uiteindje niet meer te zien is.
Assemblage:
• Naai het kopje op het lijfje. Dit doe je best voor je de pootjes maakt. Het kopje van de ezel is
immers wat groter/zwaarder dan dat van het schaap waardoor het handig is om het geheel voor
je te hebben wanneer je de pootjes positioneert om er zeker voor te zorgen dat je ezeltje kan
staan (i.p.v. steeds weer naar voren te kantelen).
• Je kunt nu ook al wat haar/manen op het kopje van de ezel maken. Knip hiervoor een 10tal
stukjes bruin garen af (ongeveer 5 cm lang). Knoop elk draadje afzonderlijk vast aan het kopje of
bovenaan het ruggetje met een dubbele knoop. Wanneer je tevreden bent, kan je met een dikke
naald elk draaduiteindje uitrafelen zodat je een wat wolliger effect krijgt en je de individuele
draadjes niet meer zo ziet zitten. Knip daarna het kapsel een beetje in model ☺.
Pootjes:
• (Voorpoten) Magische ring van 5 steken (5 st)
• Haak 1 sc in elke st van de vorige cirkel (5 st)
• Haak 1 sc in elke st van de vorige cirkel (5 st)
• Maak vast aan de voorkant van het lijfje. De voorpoten zijn iets langer dan de achterpoten zodat
de ezel zijn evenwicht beter kan bewaren. Best zet je de pootjes om diezelfde reden een beetje
schuin naar voren.
• Herhaal voor de tweede voorpoot
• (achterpoten) Magische ring van 5 steken (5 st)
• Haak 1 sc in elke st van de vorige cirkel (5 st)
• Maak vast aan de achterkantkant van het lijfje
• Herhaal voor de tweede achterpoot
Voilà! Aan de hand van deze handleiding kan je je kerststalletje aanvullen met wat diertjes. Indien
gewenst kan je aan de hand van de instructies over de kerststalfiguurtjes nu ook nog een paar herders
maken. Of misschien wil je ook wel een os? Of een paard? Laat je creativiteit de vrije loop!
Veel plezier!!!
Liefs,
Inge Snuffel