Docenten- handleiding  · Web viewOpbouw van de projectdag 7 – 8. Achtergrondinformatie9 - 16....

Post on 10-Apr-2018

214 views 0 download

Transcript of Docenten- handleiding  · Web viewOpbouw van de projectdag 7 – 8. Achtergrondinformatie9 - 16....

Docenten- handleiding

12 mei

2009Project ‘Media en Identiteit’. City+ College in Den Haag. Niveau havo 3. Projectleiders Sandra, Nina, Pauline, Bregje en Roshnie.

Inhoud

Onderwerp Blz.

Voorwoord 3

Modulebeschrijving 4

Uitvoeringsaanwijzingen voor de docent 5 – 6

Opbouw van de projectdag 7 – 8

Achtergrondinformatie 9 - 16

Opdrachtomschrijving 17

Instructie 18 - 19

Beoordelingsschema 20 - 21

Bijlage 1 Identiteit ‘ en wie ben jij nou weer? ‘ 22 – 24

Bijlage 2 Werkblad voor de leerlingen 25

2

Voorwoord

'Mediawijsheid', dit begrip bent u inmiddels misschien al vaak tegen gekomen. Iedereen moet mediawijzer worden. Ook u als docent kunt een belangrijke bijdrage leveren aan het mediawijzer maken van uw leerlingen. Concreet betekent dit voor u dat het belangrijk is om leerlingen bewuster te maken van zowel de nadelige kanten van media als van de mogelijkheden die media bieden. Door middel van dit project proberen wij u daarbij te helpen.

Kunstenaar Andy Warholl leek dit te kunnen voorspellen. In 1968 deed hij de uitspraak;

‘in the future everyone will be world famous for fifteen minutes’

We leven nu in het ‘digitale tijdperk.’ Wat je ook zoekt, op internet kun je het vinden!Dat geldt niet alleen voor voorwerpen, maak ook voor personen. Op online sociale netwerksites als facebook of hyves zijn hele databanken met gegevens van mensen te vinden.

Die fifteenminutes of fame gaat u, uw leerlingen ook geven.In groepjes gaan ze een filmpje en logo maken waarin ze hun identiteit presenteren.

3

Modulebeschrijving

Beginsituatie;Niveau derde klas met enige ervaring van fotografie en videomontage. Zij moeten beschikken over de basiskennis van Paint en of Photoshop. Leerlingen kunnen zelfstandig samenwerken en zelfstandig met de digitale fotoapparatuur omgaan.

Hoofddoel:- De leerling wordt zich bewust van de invloeden van de media op de identiteit

kunnen zijn.

Receptief:- De leerlingen weten dat de media bestaat uit onder andere kranten, televisie en

internet.- De leerlingen weten wat de rol van de media door de jaren heen was en is.

Productief:- De leerlingen kunnen zelf een goede taakverdeling binnen de groep maken en

uitvoeren.- De leerlingen kunnen in het groepje, samenhangend brainstormen over het

onderwerp voor promotiefilmpje en logo.- De leerlingen kunnen aan de hand van de brainstorm een ontwerp maken van een

logo en promotiefilmpje.- De leerlingen ontwikkelen hun vaardigheden in het monteren. - De leerlingen ontwikkelen hun vaardigheden in Paint en of Photoshop.- De leerlingen weten beelden te selecteren voor hun eigen promofilmpje.- De leerlingen kunnen een serie foto’s maken met een onderling verband. - De leerlingen kunnen hun eigen identiteit onderzoeken en verbeelden.

Reflectie:- De leerling bekijkt beïnvloeding van media vanuit een ander perspectief.- De leerling kan bij zichzelf terugkijken welke mate zij beïnvloed is door de media. - De leerling kan zijn mening geven over filmpjes van medeleerlingen.- De leerlingen kunnen zelf vertellen wat er goed aan het project ging en wat niet.

4

Uitvoeringsaanwijzingen voor de docent

8.30 – 8.45 IntroductieDe docent introduceert de projectleiders en vertelt aan de leerlingen wat ze vandaag te wachten staat.

Dit zijn richtlijnen voor de docent om te gebruiken bij wat de leerlingen te wachten staat:1. Groepjes samenwerken2. Samenwerking van groot belang3. Opdracht maken over identiteit4. Promotiefilmpje maken5. Logo maken6. Presenteren7. Je beoordeelt als groepje ook over andere groepjes8. Wordt een jurylid uit de groepjes gekozen om de punten op te lezen.9. Winnaar bekend gemaakt aan de hand van de meeste punten.10. Beoordeeld met cijfer door zowel docent, projectleiders en juryleden.

8.30 – 8.45 Clip 1 Media & IdentiteitDe clip wordt aan het begin door de docent gestart.

Wat er in de clip 1 Media & Identiteit staat is te vinden in de opdrachtomschrijving op pagina 9.

De stimulans is om het filmpje te vertonen aan het begin van de les. De leerlingen moeten overdonderd worden door de media, zodat u als docent direct de aandacht heeft opgeëist.

Het doel van het filmpje is:De leerlingen gaan nadenken over de invloed van media op identiteit.De leerlingen maken kennis met de hedendaagse media.

8.45 – 9.05 Reflectie van clip 1 Media & IdentiteitDe leerlingen hebben het filmpje gezien over media en identiteit. De leerlingen zitten aan tafels of in een kring. De docent gaat het filmpje met de leerlingen analyseren. Door middel van een woordspin noteert de docent wat er besproken wordt, waardoor er een conclusie gevormd wordt over de invloed van media op identiteit.

Het doel van deze reflectie is:De leerlingen gaan nadenken over de invloed van media op identiteit.De leerlingen maken kennis met de hedendaagse media.

9.05 – 9.35 Theorie geschiedenis van de mediaDe docent heeft het document gelezen, die als aanvulling dient voor de leerlingen powerpoint. In dit document staan zowel richtlijnen als inhoudelijk toelichting voor de leerlingen powerpoint. Het is aan de docent dit te gebruiken bij de powerpoint.

Het doel van deze theorie is:De leerlingen nieuwe kennis bij leren.De leerlingen toe aan te zetten iets met deze kennis te doen.

5

9.35 - 10.00 Uitleg opdrachtDe docent laat eerst de leerlingen zelf de opdracht lezen. Na het lezen maken zij eerst het blad’. Identiteit en ‘wie ben jij nou weer?’. Nadat zij dit hebben gedaan is er ruimte om vragen te stellen aan de docent. Er worden vervolgens groepjes gemaakt.

De opdracht is te vinden in de opdrachtomschrijving op pagina 16.

Het doel van de uitleg is:De leerlingen de opdracht te laten begrijpen, zodat zij zelfstandig aan de slag kunnen.

10.00 – 10.10 Clip 2 PromotiefilmpjeDe docent start het promotiefilmpje op terwijl de leerlingen de opdracht lezen. Na het bespreken van de vragen laat de docent het promotiefilmpje van de projectleiders zien. Eventueel kunnen de leerlingen vragen stellen.

Het doel van het clip 2 promotiefilmpje is:De leerlingen kunnen beter begrijpen wat de bedoeling is van de opdracht.De leerlingen kunnen inspiratie opdoen van het voorbeeld.

10.30 – 15.00 Uitvoering opdrachtNa het zien van clip 2 promotiefilmpje gaan de leerlingen als groep zelfstandig aan het werk. De docent begeleid de leerlingen hierin.

Het doel van de opdracht is:Zie de module beschrijving, onderdeel productief.

15.00 – 16.10 BeoordelingDe docent vult samen met de projectleiders het beoordelingsformulier in. De docent begeleidt de klassikale evaluatie.

Het doel van de beoordeling is:Zie de module beschrijving, onderdeel reflectie.

6

Opbouw van de projectdag ‘Media & identiteit’8.30 - 8.45 Introductie De leerlingen komen binnen en de docent geeft

elke leerling de leerlingen lesbrief.

De docent begint de dag met het introduceren van de projectleiders en vertelt wat er deze dat te wachten staat.

8.45 – 9.05 Videofragmenten & bespreking Klassikaal bekijken van clip 1 Media & Identiteit. Na het bekijken van clip1, is er ruimte om dit te reflecteren met de leerlingen. Aan de hand van richtvragen.

9.05 – 9.35 Theorie geschiedenis van de media.

De docent vertelt over de geschiedenis van de media.

9.35 – 10.00 Start opdracht ‘Identiteit en wie ben jij nou weer’ & uitleg

opdracht.

De leerlingen vullen het blad ‘Identiteit en wie ben jij nou weer?’ in. Vervolgens laat de docent de leerlingen zelf de opdracht lezen. Als er eventueel vragen zijn, kunnen die klassikaal worden beantwoord.

De docent zet alvast het voorbeeld clip 2 promotiefilmpje op.

10.00 - 10.05 Promotiefilmpje De docent laat het promotiefilmpje zien, dat door de projectleiders is gemaakt. Dit kan als inspiratie werken voor de leerlingen.

De leerlingen benoemen de drie elementen.

10.05 - 10.10 Analyseren van promotie filmpje

De docent legt uit wat de leerlingen na de pauze gaan doen.

Er worden groepjes gemaakt.

/ / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / Pauze / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / /10.30 - 12.10 Totaal concept De leerlingen gaan zelfstandig aan de slag met

het bedenken (brainstormen) van een totaalconcept. Daarbij moeten zij letten op:

- Hoe gaat zowel het filmpje als logo eruit zien? (concept)

- Taakverdeling- Locaties- Het schieten van foto’s, het maken van het

logo. (met o.a. Paint of Photoshop)- Hoe presenteren wij het?

/ / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / Pauze / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / /12.40 - 13.40 Totaal concept (vervolg van de activiteiten voor de pauze).

7

13.40 - 14.20 Monteren De leerlingen monteren het filmpje.

/ / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / Pauze / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / / /14.30 - 15.00 Monteren & presentatie

voorbereidenDe leerlingen monteren het filmpje en als zij hiermee klaar zijn, bereiden zij de presentatie voor. Het eindproduct moet in minimaal 150 woorden worden beschreven.

15.00 - 16.10 Presenteren & afsluiten De leerlingen presenteren hun promotiefilmpje. Hierop worden zijn beoordeeld, door zowel de leerlingen als de docent en projectleiders.

Materialen en faciliteiten Een beamer met een computer. 1 computer per 2/3 leerlingen met Moviemaker, Firewire en Paint/ Photoshop

(bewerkingsprogramma’s). o kan ook beide combineren als er op de fotocamera videorecording kan worden

opgenomen en op videocamera foto’s gemaakt kan worden. Minimaal 1 fotocamera per groep. Minimaal 1 kaartlezer of kabel per groep. Minimaal 2 lokalen. (1 voor de computers en 1 voor de beamer)

Optioneel; statieven. Optioneel; een scherm dat dient als achtergrond voor de opnamen.

Voorwaarden Voor deze opdracht werken de leerlingen in groepjes. Dit i.v.m. het aantal computers. Aan de opdracht kunnen maximaal 3 personen samenwerken. Advies: de docent

maakt groepjes van 2/3 personen. Aan de docent om dit te improviseren.

Beoordeling Leerlingen: Het groepje (leerlingen) beoordeelt de andere groepjes op eindproduct

Een gekozen jurylid vertelt klassikaal waar zijn/haar groepje op heeft gestemd. De docent + projectleiders: beoordelen op proces en eindproduct aan de hand

van de beoordelingscriteria.

Zie beoordelingsschema op pagina 18 .

8

Achtergrondinformatie

Clip 1 Media & Identiteit. Het geleverde videofragment wordt aangeleverd door de projectleiders.

De video die is aangeleverd voor de leerlingen bestaat uit:1. Profiel foto's van hyves. (maarliefst 350)2. TMF (video clips)3. Maybelline reclame4. Metro voorpagina5. Xfactor screenshot6. GTA7. Miami Ink8. Hitkrant 9. Supersweet sixteen screenshot10. Coca Cola reclame11. America's next top model

Dit zijn richtlijnen voor de docent om te gebruiken bij de reflectie op het filmpje.1. Welke beelden vallen je op als je kijkt naar de fragment?

a. Hoe komt dit denk je?2. Wat heb je gezien?

a. Denk aan details/ wat zie je gebeuren / wat is de achtergrond/ zijn er mensen, dieren of voorwerpen te zien?

3. Wat voor emoties roepen de beelden op?4. Waarvan kunnen de beelden afkomstig zijn?

a. Reclame van verschillende producten / Overheid / Sire / Marine / Journaal enz.

5. Is het beeld sterker, dan de taal, in het fragment?a. Hoe komt dat denk je?

6. Willen ze jou bereiken als publiek?a. Waarom denk je dat ze jou als publiek willen bereiken?b. Waardoor doen ze dat?

7. Zijn de mensen zoals zij zich presenteren?8. Geloof je de beelden die je hebt gezien?9. Ken jezelf ook andere mensen die worden beïnvloed door zulke fragmenten?

a. Zo ja, welke mensen?10. Worden jullie beïnvloed door de media?

a. Zo ja, waardoor?11. Welke media gebruik jij? Vb. op bord; tv, lezen, internet?

Powerpoint en theorie; De geschiedenis van de media.Zie de bijgeleverde leerlingen powerpoint door de projectleiders.

De leerlingen krijgen een powerpoint, die wordt aangevuld door de docent. Hierbij dus de uitbreiding van de geleverde leerlingen powerpoint. Alles wordt aangeven per powerpoint dia. Alles wat in het rood gemarkeerd staat, staat niet in de powerpoint van de leerlingen. Dit is dus de aanvulling die de docent erbij kan vertellen.

9

10

Media

Media is het meervoud van medium, een hulpmiddel om gedachtegoed over te brengen aan de massa, een middel tot massacommunicatie (in tegenstelling tot de gewone één op één, interpersoonlijke communicatie). Media zijn dragers van informatie. Welke media kennen jullie?Hiervan wordt een interactie met de leerlingen gevraagd. Antwoorden die zij kunnen geven zijn:Boeken, dag- weekbladen, radio, fotografie, telefoon, film, televisie en internet Pagina. 1

Ontwikkeling van de media

Tot aan het einde van de 19e eeuw was het gesproken of geschreven woord het voornaamste communicatiemiddel. Daarbij kwamen later de dag- en weekbladen, de fotografie, de telegrafie, de telefoon, de radio, de film, de televisie, en sinds het eind van de 20e eeuw het internet. Hiervan ontwikkelde een aantal zich als belangrijk middel voor massacommunicatie.

De media, zoals radio, televisie, de krant en het internet kortweg genoemd worden, spelen de belangrijkste rol in de dagelijkse nieuwsvoorziening. Van die vier is radio en drukwerk over het algemeen een iets krimpend medium, en internet een groeiend medium.

De berichtgeving in de media (vooral de nieuwe media) is snel. Met de term "massamedia" worden communicatiemiddelen aangeduid die potentieel een massaal bereik hebben. Vooral sinds de televisie een wijdverspreid fenomeen is, worden de media algemeen gezien als een belangrijk podium in de maatschappij.

LINK naar het hedendaagse maatschappij, waarin de media een grote rol speelt.BV. 30 april 2009 Koninginnendag.BV. 11 september 2001 Aanslag op het WTC.

Dit mag door de docent gezegd worden, om zo de leerlingen beter te laten begrijpen wat hiermee wordt bedoeld.

Pagina. 2

Reality Tv

Voorbeelden van reality tv:

Clip 2 PromotiefilmpjeHet geleverde videofragment wordt aangeleverd door de projectleiders.

De video die is aangeleverd voor de leerlingen bestaat uit:De projectleiders als ‘hoofdpersonen’. 3 elementen van identiteit.

- Willem de Kooning studenten.- Docenten.- Kunstenaars.

Verschillende standpunten.Kader.Voorwerpen zoals; kwasten, verfpotten, bord en Willem de Kooning logo.

Leerlingen opdrachtomschrijving

Hoe wil jouw groepje ‘famous’ worden?

Jullie gaan met foto’s een promotiefilmpje over jullie identiteit bedenken en maken. Eigenlijk werkt een promotiefilmpje precies hetzelfde als een reclame. In een korte film laat je zien waarom een product (jullie identiteit) de moeite waard is.

11

Beoordelingscriteria: 3 elementen van identiteit moeten naar voren komen in zowel het promotiefilmpje

als het logo. Het promotiefilmpje en het logo moeten elkaar audiovisueel versterken. Duur: min. 0.30 sec tot max. 0.60 sec. Presentatie beschreven in 150 woorden.

Tijd Stap Inhoud

10.301 Ga eerst individueel aan de slag met het blad ‘Identiteit, wie ben jij nou weer?’.

Zie bijlage 1 ‘Identiteit, wie ben jij nou weer?’

2 Maak een projectgroepje van 2/3 personen. Hou rekening met overeenkomsten van identiteit.

11.20

3 Bespreek samen met je groepje de overeenkomsten en verschillen tussen jullie antwoorden van bijlage 1.

4 Kies gezamenlijk drie identiteitspunten uit, die jullie als uitgangspunt willen nemen voor het promotiefilmpje. Vul het eerste onderdeel van het werkblad in (bijlage 2).

5 Maak een taakverdeling, wie gaat het logo maken en wie het promotiefilmpje?.

12.306 Logo Promotiefilmpje

Afbeeldingen zoeken Werkblad op bijlage 2 verder invullen. Concept, locatie & handtekening halen.

7 Logo PromotiefilmpjeDrie elementen in Paint/ Foto’s maken op locatie. Photoschop bewerken tot een logo

13.30Uiterlijk!

8 Logo Promotiefilmpje(eventueel) Muziek zoeken Foto’s inladenvoor bij het promotiefilmpje

9 Logo PromotiefilmpjeLogo in (deel van de) Foto’s klaarmaken voor Moviemakerfoto’s Photoshoppen.

15.00Uiterlijk!

10 Logo, muziek en foto’s monteren.

11 Opslaan van het filmpje (zie instructie). 12 Presentatie voorbereiden (zie instructie)

16.1013 Presenteren14 Beoordeling (zie beoordelingsschema)

Instructie

3 Brainstormen: Dingen waar je dan dus over nadenkt:Hoe laat je die identiteit zien? Welke eigenschappen zijn belangrijk? En welke symbolen gebruik je daarvoor? Laat je alles zien, of juist delen die een optelsom maken? Als je anoniem zou willen blijven, hoe doe je dat?Wat laat je eerst zien?

12

En wat is het laatste dat de kijker ziet, dus wat zal blijven hangen?Wat voor soort shots ga je maken?Waar let je op? Zoals kader, standpunt, compositie enz.

11 Opslaan van het filmpje:Tenslotte; het opslaan van het promotiefilmpje in Moviemaker: Ga naar: film afwerken en klik hierop. Kies verzenden met email. Kies opslaan, wacht enkele seconden. Sluit niet direct af als het klaar is! Kies kopie van deze film opslaan. Sla het promotiefilmpje op in de, door de docent, bepaalde schijfstation.

Oftewel:

12 Presentatie: Show het promotiefilmpje (daarin zit het logo) en presenteer dit voor de klas. Schrijf schriftelijk in minimaal 150 woorden:

Welke 3 elementen van identiteit hebben jullie gebruikt en waarom? Waar ben je trots op? Wat vond je tegen vallen/ wat vond je moeilijk? En hoe heb je dit opgelost? Wat vind je van het resultaat?

13

Wat vond je van de opdracht?

14 Beoordeling: Jullie: Jouw groepje beoordeeld de andere groepjes op eindproduct. Een gekozen jurylid vertelt klassikaal waar zijn/haar groepje op heeft gestemd.

De docent + projectleiders: beoordelen op proces en eindproduct

Beoordelingsschema

De leerlingen krijgen net als de docent een beoordelingsschema. De leerlingen beoordelen op het product. De docent en projectleiders beoordelingen zowel op product, als op proces. Dit betekend dat de leerlingen beoordelen op:Inhoud, vorm, originaliteit en presentatie. De docent en projectleiders beoordelen daarbij ook nog eens proces. Hieronder staan de beoordelingscriteria van de docent.

14

Punten

Onvoldoende Matig Voldoende Goed Zeer goed Niet van toepassing

1 - 3 4 – 5 6 7-8 9 - 10 -

Product

Naa

m g

roep

Proces Alle onderdelen zijn op tijd af en ingeleverd.

Is er onderzoekend gewerkt?

Is er een goede samenwerking geweest tussen de leerlingen van een groep?

Uit het eindresultaat blijkt de beste inspanningen van deze leerlingen. Zij hebben telkens geconcentreerd en toegewijd gewerkt.

Inhoud Komen de drie elementen van identiteit naar voren in film en logo?

Vormen het promotiefilmpje en het logo een eenheid?

Vorm Heeft het groepje gebruik gemaakt van verschillende kaders en standpunten?

Is er een duidelijke opbouw te zien in het filmpje?

Hebben de leerlingen bewust gezocht naar shots die bij elkaar passen in visuele vorm? (bv. het herhalen van kleuren, shots kaders, beeldrijm, acteurs).

De film is voorzien van de loge en namen van de makers. Ook is er gebruik gemaakt van titels of ondertiteling die de film een meerwaarde geven.

Originaliteit Is het eindwerkstuk origineel ten opzichte van de andere filmpjes?

Presentatie Is er bij de toelichting ingegaan op inhoud, vormgeving, concept en proces?

15

Gemiddelde cijfer:

Het maximale behaalde cijfer: 10

Bijlage 1 Identiteit en ‘wie ben jij nou weer?’

De leerlingen krijgen dit blad aangereikt bij de leerlingenlesbrief. Hiermee beginnen de leerlingen de opdracht. Zo leren ze niet alleen naar zichzelf te kijken, maar ook te kijken wie de andere zijn. Hieruit de overeenkomsten te halen en deze interessante punten te gebruiken voor hun promotiefilmpje.

16

Identiteit is een verzamelnaam voor alles waar je ‘ik’ uit opgebouwd is. Identiteit is dus wie je bent, maar jou kennen we nog niet, dus wie ben jij? Wat doe jij zoal? Beantwoord de vragenlijst en laat zien wie jij bent! Beantwoord de vragen puntsgewijs.

Onderwerp ‘Wie ben ik?’ Vul in:

Nationaliteit Wat is jouw naam?

Ben je een man of een vrouw?

Wat is jouw sterrenbeeld?

Wat is jouw nationaliteit?

Wat is jouw geboorteplaats?

Wat is nu jouw woonplaats?

Welken talen spreek jij?

Uiterlijk Hoe zie jij eruit? Benoem minstens 5 belangrijke kenmerken.

Heb je een eigen stijl? Benoem minstens 5 uiterlijke kenmerken.

Wat is jouw favoriete kledingstijl?

Heeft jouw kledingstijl invloed op jouw?Zo ja: op welke manier?Heb jij je wel eens anders voor gedaan dan wie jij was?Bv. Andere naam, als clown enz.

Innerlijk Wat voor karakter heb je? Benoem minstens 4 eigenschappen.

Waar heb je een hekel aan?Wat vind je juist heel leuk?

Heb je iets meegemaakt dat invloed heeft gehad op wie je nu bent?

Hobby’s Doe je aan sport?Zo ja: welke sport doe je?

Heeft jouw sport invloed op jou? Zo ja: op welke manier?

Wat doe je buiten school?

Heb je een bijbaantje?Zo ja: wat voor bijbaantje?

17

Toekomst Wat voor werk zou je later willen doen?

Muziek Wat is jouw favoriete muziek?

Heeft muziek invloed op jouw?Zo ja: op welke manier?

Idool Heb je een idool?Zo ja: wie is dat?

Heeft jouw idool invloed op jou?Zo ja: waarin? (bv. kledingstijl)

Religie Heb jij een religie?Zo ja: welke is dat?

Heeft religie invloed op jou?Zo ja: welke manier?

Welke mensen zijn belangrijk voor jou? Waarom?

Media Gebruik jij gadgets?Zoals bv. mobiele telefoon?

Maak je veel gebruik van je gagets?Zo ja: waarvoor?

Welke mensen zijn belangrijk voor jou? Waarom?

Heb je iets meegemaakt dat invloed heeft gehad op wie je nu bent?Naar welke programma’s kijk je naar als je tv kijkt?

Hebben deze programma’s invloed op jou?Zo ja: op welke manier?Lees je tijdschriften of kranten?Zo ja: welke?Wat vind je van reclames?

Wat is je favoriete reclame?

Heeft reclame invloed op jou?Zo ja: op welke manier?

Heb je online sociaal netwerk profiel?Zo ja: waarom niet of wel?Wat zet je op je Hyves of Myspace of juist niet?

18

Bespreek jouw antwoorden met jouw groepje en kijk naar de overeenkomsten van de punten. Kies drie punten (overkomst of verschil) die jullie in het promotiefilmpje naar voren willen brengen & noteer deze op het werkblad. Bedenk ook hoe je deze gaat verbeelden.

Bijlage 2 Werkblad voor de leerlingen

De leerlingen krijgen dit blad aangereikt bij de leerlingenlesbrief. Dit werkblad ondersteunt de leerlingen bij het proces voor het promotiefilmpje.

3 elementen die in het logo en promotiefilmpje naar voren komen en wat het symbool daarvoor is._ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Opzet van uitvoering_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

19

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Foto locaties_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Akkoord docent met concept (handtekening)

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

20