bundel herfst extra.doc

Post on 13-Dec-2015

240 views 4 download

Transcript of bundel herfst extra.doc

Naam: ________________________ Nr: _____

Vakantiebundelherfstvakantie

Schrijf de woorden uit het kader bij de juiste foto. Pas op: je hebt niet alle woorden nodig.

kastanje – eekhoorn – egel – spin – boom – eikel – blad

_________________

De volgende zinnen kloppen niet. De woordjes raakten wat door elkaar. Zet jij ze terug juist? Vergeet het leesteken niet!

kaal de is boom . __________________________________________

regen uit wolk de valt . __________________________________________

egel worm de eet een . __________________________________________

het heel hard waait . __________________________________________

spin zie web je in de het ? __________________________________________

Welke woorden rijmen? Schrijf onder elke tekening het juiste woord en onderstreep daarna de twee rijmwoorden.

Kleur de hokjes in de juiste kleur. Doorstreep wat je al gekleurd hebt.

Rood: 3e, 3h, 1i, 2g, 3k, 4f, 7j, 5i, 7h, 8iBruin: 4d, 5c, 4c, 3a, 5a, 4b, 4a, 5d, 5b, 6aGroen: 3f, 3j, 1g, 2i, 4k, 4e, 5j, 6i, 4i, 6e, 6g, 7f, 4h, 8hOranje: 3g, 2h, 4j, 2f, 6h, 7i, 2j, 5g, 5e, 6k, 6f, 8gGeel: 3i, 4g, 1h, 5k, 5h, 6j, 7g, 5f

De eekhoorn wil de eikel naar het gat in de boom brengen. Wijs jij hem de weg?

Teken de figuren netjes over. Gebruik een lat.

Schrijf onder elke klok hoe laat het is.

Teken de wijzers bij elke klok. Maak een duidelijk verschil tussen de korte en de lange wijzer!

Sommen tot aan 10. Probeer één kolom in 1’30’’ te maken.

Verbind twee korte woorden en maak er één lang woord van. Schrijf het daarna op. Kijk naar het voorbeeld!

Vul in met ng of nk.

ga____ da____ pali____ ja____en

sta____ la____ kri____ vi____er

vi____ fli____ stre____ ho____er

pla____ ba____ ha____ ho____bal

kla____ ri____ ta____ Bi____el

Rekenen tot 20 zonder brug. Oefenen dit nog zonder tijd.

Zet de zinnen in de juiste volgorde. Nummer ze van 1 tot en met 4.

Schrijf een t of d op het einde van het woord. Pas op: verleng het woord!Schrijf onder elke tekening het volledige woord.

Schrijf de woorden uit de wolk in de juiste kolom. Onderstreep eerst met rood en blauw! Blauw = medeklinker, rood = klinker.

MKMMM MKMM MMKMM MMKM

_______________

_______________

_______________

_______________

_______________

_______________

_______________

_______________

_______________

_______________

_______________

_______________

Dit is een WOORDZOEKER. Alle woorden onder het kader zitten in het raster verstopt. Zoek ze van boven naar onder, van onder naar boven, van links naar rechts, van rechts naar links en schuin (of diagonaal). Kleur ze mooi in.

TIP: Doorstreep het woord als je het gevonden hebt.

Bewerkingen tot 20 met brug. Schrijf de splitsbenen er zelf bij.Maak eerst de eerste kolom en daarna de tweede.

8 + 5 = ( ….. + ….. ) + ….. = ….. 7 + 4 = ______________________

13 - 6 = ( ….. - ….. ) - ….. = ….. 8 + 6 = ______________________

9 + 7 = ( ….. + ….. ) + ….. = ….. 14 – 5 = _____________________

5 + 7 = ( ….. + ….. ) + ….. = ….. 9 + 8 = ______________________

18 - 9 = ( ….. - ….. ) - ….. = ….. 15 – 9 = _____________________

15 - 7 = ( ….. - ….. ) - ….. = ….. 8 + 3 = ______________________

4 + 9 = ( ….. + ….. ) + ….. = ….. 16 – 7 = _____________________

16 - 8 = ( ….. - ….. ) - ….. = ….. 14 – 8 = _____________________

8 + 8 = ( ….. + ….. ) + ….. = ….. 6 + 9 = ______________________

Kleur deze herfstprent heel mooi in.

Lees de zinnen en vul de ontbrekende letters in.

a of aa De m_____n is k_____l.

i of ie Het k_____nd is heel l_____f.

e of ee De m_____ster geeft l_____s.

u of uu De m_____s zit op de m_____r.

o of oo De w_____lf is niet d_____d.

i of ie De k_____p legt v_____r eieren.

o of oo De h_____nd is b_____s.

u of uu Mijn b_____rman rijdt met de b_____s.

a of aa De k_____s is h_____rd.

Vul in met ‘oe’ of ‘eu’. Schrijf daarna het woord nog eens op de lijn.

Zet de st_____l onder tafel. _________________________

Doe de d_____r dicht. _________________________

Vergeet de sl_____tel niet. _________________________

Z_____r niet zo! _________________________

Geef je oma een z_____n. _________________________

Euro en eurocent: Kleur de eurocenten geel en de euro’s rood

Wat is meer waard? Vul in met <, > of =.

De maanden van het jaar. Vul het juiste woord in.

De datum van vandaag is _____________________________.

De volgende maand is ______________________.

De maand die na januari komt is ___________________________.

De maand die vóór januari komt is ____________________________.

De maand waarin het schooljaar begint is ________________________.

Maal, een nieuw symbool

Kijk eerst goed naar het voorbeeld.

4 groepjes van 3 4 x 34 keer 3 3 + 3 + 3 + 34 maal 3 3 + 3 + 3 + 3 = 4 x 3 = 12

Maak nu zelf de zes zinnetjes.

Maak een tekening die bij de maaloefening past.

Lees, kleur en vul in

Rood: Elke donderdag van de maand oktober gaat Bart turnen. Groen: Bart is jarig op 17 oktober. Geel: Op deze dagen gaat Bart niet naar school. Vergeet de vakantie niet! Oranje: Het zusje van Bart verjaart op de eerste dinsdag van de maand. Bruin: Op deze dagen moet Bart enkel in de voormiddag naar school.

Hoeveel maandagen zijn er in de maand oktober?_____________________

Hoeveel dagen zijn er in oktober? __________________________________

Welke maand komt er na oktober? _________________________________

Au of ou? Kijk goed en schrijf de woorden in de juiste kolom

Lees eerst de zinnen. Schrijf daarna bij ieder kind de juiste naam/namen.